a: Handmatige belichting
In deze modus stelt u zowel de sluitertijd als het diafragma naar wens
in. Raadpleeg de indicator voor het belichtingsniveau in de zoeker of
gebruik een in de handel verkrijgbare belichtingsmeter om de belichting
te bepalen. Deze methode heet handmatige belichting.
* <a> staat voor 'Manual' (handmatig).
Sluitertijd
Diafragma
Standaardbelichtingsindex
Markering belichtingsniveau
Controleer de belichtingsniveaumarkering <h> om te zien hoe ver
het huidige belichtingsniveau van het standaardbelichtingsniveau is
verwijderd.
Wanneer de ingestelde belichting meer dan ±3 stops van de
standaardbelichting afwijkt, wordt bij het uiteinde van de indicator
voor het belichtingniveau <I> of <J> weergegeven.
Stel het programmakeuzewiel
1
in op <a>.
Stel de ISO-snelheid in
2
Stel de sluitertijd en het
3
diafragma in.
Draai aan het instelwiel <6> om de
sluitertijd in te stellen. Draai aan het
instelwiel <5> om het diafragma in
te stellen.
Indien het niet kan worden ingesteld,
zet u de <R>-schakelaar naar
links en draait u aan het instelwiel
<6> of <5>.
Stel scherp op het onderwerp.
4
Druk de ontspanknop half in.
De belichtingsinstelling wordt
weergegeven in de zoeker en op het
LCD-paneel.
Stel de belichting in en maak
5
de opname.
Controleer de indicator voor het
belichtingsniveau en stel de sluitertijd
en het diafragma in.
.
(pag. 177)
251