a Timelapse opnemen
Richt de camera niet op een intense lichtbron, zoals de zon of een intense
kunstmatige lichtbron. Hierdoor kan schade ontstaan aan de beeldsensor of de
interne onderdelen van de camera.
Als timelapse is ingesteld op [Inschakelen], kunt u [z4: Movie-
opn.kwal.], [53: Videosysteem] of andere instellingen niet instellen.
Als een camera met de interfacekabel op een computer is aangesloten of als
een HDMI-kabel op de camera is aangesloten, kunt u [Inschakelen] niet
selecteren.
De maximale ISO-snelheid zal ISO 12800 zijn in de modi <d>, <s>, <f>
en <F> en in de modus <a> met ISO auto ingesteld.
Bulbbelichting kan niet worden uitgevoerd. Als de opnamemodus <F> is, zal de
bediening dezelfde zijn als bij de modus <d>.
Servo AF voor films functioneert hier niet.
Als de sluitertijd 1/30 seconde of langzamer is, wordt de belichting van de film
mogelijk niet correct weergegeven (kan verschillen van de belichting van de
resulterende film).
Zoom niet met de lens tijdens timelapse-opname. Als u dit wel doet, kan het
beeld onscherp worden, kan de belichting wijzigen of kan de
lensafwijkingscorrectie mogelijk niet juist functioneren.
Wanneer u een timelapse maakt onder een flikkerende lichtbron, worden
mogelijk zichtbare beeldflikkeringen, horizontale strepen (ruis) of onregelmatige
belichting opgenomen.
Het weergegeven beeld tijdens timelapse-opname en de resulterende film
kunnen er anders uitzien (met betrekking tot flikkering, scherptediepte
enzovoort).
Als u de camera van links naar rechts beweegt (panning) of een bewegend
onderwerp opneemt terwijl u een timelapse maakt, kan het beeld er extreem
vervormd uitzien.
Tijdens timelapse-opname werkt de functie voor het automatisch uitschakelen
van de camera niet. Bovendien kunt u de opnamefunctie- en menufunctie-
instellingen niet aanpassen, kunt u geen opnamen afspelen enzovoort.
Geluid en de tijdcode worden niet opgenomen voor timelapse.
De enkelbeeldmodus wordt toegepast op timelapse ongeacht de instelling van
de transportmodus.
De opnamefunctie-instellingen voor de eerste opname worden ook toegepast op
alle volgende opnamen.
Als een langere sluitertijd dan het opname-interval is ingesteld, zoals een lange
belichting, kan de camera niet volgens het ingestelde interval opnamen maken.
Ook kunnen er geen opnamen worden gemaakt wanneer de sluitertijd en het
opname-interval bijna gelijk zijn.
Als de volgende geplande opname niet mogelijk is, wordt deze overgeslagen.
Dit kan de opnametijd van de gemaakte timelapse korter maken.
376