3 Correctie van lensafwijking door optische eigenschappenN
Aandachtspunten voor lenscorrectie
Correctie van de helderheid van randen, vervormingscorrectie, correctie
van chromatische aberratie en diffractiecorrectie kunnen niet worden
toegepast op JPEG-opnamen die al zijn gemaakt.
Wanneer u een lens van een ander merk dan Canon gebruikt, wordt het
aanbevolen om de correcties in te stellen op [Uitschakelen], zelfs als
[Correctiegegevens beschikbaar] wordt weergegeven.
Als u de vergrote weergave gebruikt bij Live View-opnamen, zijn de
correctie van de helderheid van randen en vervormingscorrectie niet
zichtbaar in de opname op het scherm. Houd er rekening mee dat de
Digitale lensoptimalisatie en de diffractiecorrectie niet worden toegepast
op de Live View-opname.
De mate van correctie is minder (behalve bij diffractiecorrectie) als de
gebruikte lens niet over afstandsinformatie beschikt.
Opmerkingen voor lenscorrectie
Het effect van de correctie van de lensafwijking varieert afhankelijk van
de gebruikte lens en de opnameomstandigheden. Daarnaast is het effect
is soms moeilijk te zien, afhankelijk van de gebruikte lens, de
opnameomstandigheden enz.
Als de correctie niet goed te zien is, is het raadzaam de opname te
vergroten en te controleren.
Correcties kunnen worden toegepast, ook wanneer een extender of
Life-Size Converter is bevestigd.
Als de correctiegegevens voor de bevestigde lens niet in de camera zijn
vastgelegd, geeft dit hetzelfde resultaat als wanneer de correctie is
ingesteld op [Uitschakelen] (behalve bij diffractiecorrectie).
214