k Filmopnamen
Opmerkingen bij de modi <A>, <d>, <s>, <f> en <F>
In de modus <A> wordt het scènepictogram voor de scène die door de
camera wordt gedetecteerd, linksboven in het scherm weergegeven
(pag. 339).
U kunt de belichting vergrendelen (AE-vergrendeling) door op de knop
<A> te drukken (behalve in de modus A, pag. 259). Als u de AE-
vergrendeling hebt toegepast tijdens filmopnamen, kunt u deze
annuleren door op de knop <S> te drukken. (De instelling voor AE-
vergrendeling blijft behouden tot u op de knop <S> drukt.)
U kunt de belichtingscorrectie met ±3 stops instellen door de schakelaar
<R> naar links te zetten en aan het instelwiel <5> te draaien
(behalve in de modus <A>).
In de modi <A>, <d> en <F> worden de ISO-snelheid, de sluitertijd
en het diafragma niet vastgelegd in de Exif-informatie van de film.
Bij filmopnamen in de modi <A>, <d>, <s>, <f> of <F>
ondersteunt deze camera de functie van de Speedlite waarmee het LED-
licht automatisch wordt ingeschakeld in slechte lichtomstandigheden.
(In het informatiedisplay dat is afgebeeld op pagina 344 wordt echter
geen pictogram weergegeven dat aangeeft dat het lampje brandt.)
Raadpleeg de instructiehandleiding van de Speedlite uit de EX-serie die
is uitgerust met een LED-licht voor details.
338