5.1
Trapjes
– Op het platform voor de bestuurderscabine en voor de bunkerdeur mogen zich
geen personen bevinden wanneer de machine in gebruik is.
– Alleen op trapjes en de machine klimmen als de machine stilstaat!
Trapjes gebruiken
5.1.1
Trapje bestuurderscabine
Trapje bestuurderscabine in de stand voor rijden op de weg of rooimodus
(1)
Ontgrendelingshendel trapje bestuurderscabine
(2)
Trekstang trapje bestuurderscabine
(3)
Trekkabel trapje bestuurderscabine
– Ladder ontgrendelen door aan de ontgrendelingshendel (1) te trekken, trapje met
de trekstang (2) naar beneden klappen.
– Om bij het uitstappen te ontgrendelen, trapt u met uw voet op het pedaal van de
vergrendeling (4).
GEVAAR
Zie Pagina 36
3
Bedieningselementen
Trapjes
2
1
4
63 / 580