Bediening
Bunker legen
6.19.3
Tips voor het aanleggen van hopen (bij gebruik van een ROPA-
laadmuis)
Let tijdens het rooien altijd op het juiste percentage aarde op de bieten. Een kleine
hoeveelheid aarde (aardepercentage van ong. 10-15%) beschermt de bieten tijdens
het verladen. Is de hoeveelheid aarde te groot, kunnen de bieten minder snel worden
verladen.
Als suikerbieten direct na het rooien worden verladen, moeten ze al zo goed mogelijk
zijn schoongemaakt door de bietenrooier. Als pasgerooide bieten tijdens het verladen
sterk worden gereinigd, worden de bieten eerder beschadigd dan opgeslagen bieten.
Bij zeer lichte en goed zeefbare grond moet u tijdens het rooien een kleine hoeveel-
heid aarde aan de bietenhoop toevoegen. Deze hoeveelheid aarde zorgt tijdens het
verladen voor een zekere demping, die de bieten in hoge mate beschermt tegen
beschadiging en door ROPA-reinigingsladers zonder problemen kan worden verwij-
derd.
Met name bij plakkerige grond zit er, ondanks een goede reiniging, meestal nog
steeds een grote hoeveelheid aarde op de bieten. Deze suikerbieten moeten vóór het
verladen minstens 3 tot 5 dagen in hopen worden bewaard en daarbij "droog worden
gehouden". Dek deze hopen bij nat weer mogelijk af, zodat de aarderesten kunnen
opdrogen. Opgedroogde aarde zorgt tijdens het verladen voor een zekere demping,
maar kan achteraf goed worden gereinigd met ROPA-reinigingsladers.
Bij zeer zware grond wordt een optimaal reinigingseffect vaak pas bereikt als de bie-
ten minstens 5-7 dagen op een hoop worden bewaard en daarbij worden "droog
gehouden". Hetzelfde geldt als er nog een grote hoeveelheid aarde aan de bieten
kleeft. Met deze bieten wordt bij het overladen alleen een hoge doorvoer en een
zachte reiniging bereikt als de aarde op de bieten is opgedroogd.
Leg een bietenhoop wanneer mogelijk alleen aan op droge en sporenvrije aarde. De
ondergrond dient vrij te zijn van obstakels, zoals stenen, stukken hout etc. .
Indien het geschatte percentage aarde in een hoop 25% of hoger is, mag de hoop niet
hoger zijn dan 2 meter. Bij deze hoophoogte bereikt u tijdens het verladen een hoge
doorvoer en tegelijkertijd optimale verdeling van de verwijderde aarde. Lange en lage
hopen kunnen in het algemeen sneller worden geladen als korte en hoge hopen.
Neem onze onze schema's voor het aanleggen van hopen in acht. Houd u altijd aan
de afstanden tot de afvoerweg. Let er bij het aanleggen van hopen op, dat deze niet
breder zijn dan het opnamegedeelte van de gebruikte reinigingslader. Dit is bij de
ROPA euro-Maus3 acht meter, bij de ROPA euro-Maus4 en Maus 5 tien meter.
Er wordt meestal rechts geladen. Houd hier rekening mee als u de hoop aanlegt. Door
de geavanceerde constructie van de ROPA-reinigingslader kan ook naar links met
dezelfde doorvoer en dezelfde kwaliteit probleemloos worden overgeladen.
338 / 580