Bediening
Rooier
Automatische afstellingen van de schaardiepte "R-Contour" activeren
Om oneffenheden in het terrein over de werkbreedte zo goed mogelijk te compense-
ren, kan de schaardiepte van de afzonderlijke rijen automatisch worden ingesteld. Het
signaal voor de aanpassing van de schaardiepte wordt door de ultrasoonsensoren
(15) geleverd aan de nakopperbalken. Vervuiling van de de ultrasoonsensoren wordt
regelmatig met perslucht verwijderd.
OPMERKING
Bij de gebruikelijke onderhoudswerkzaamheden aan de nakoppers moet de voorzijde
van de ultrasoonsensoren met een vochtige doek worden schoongemaakt.
265 / 580