Beschrijving van controlewaarden en parameters
Afbeelding 110. Criteria voor het starten en stoppen van hulppompen.
(P3.15.13 = Bandbreedte, P3.15.14 = Bandbreedtevertraging)
Criteria voor het starten van hulppompen:
• De terugkoppelwaarde ligt buiten het bandbreedtegebied.
• De regulerende pomp is actief bij 'bijna maximale frequentie' (–2Hz) (A in de afbeelding).
• Er zijn meer pompen beschikbaar.
• Aan de bovenstaande criteria wordt langer voldaan dan de duur van de
bandbreedtevertraging.
Criteria voor het stoppen van hulppompen:
• De terugkoppelwaarde ligt buiten het bandbreedtegebied.
• De regulerende pomp is actief bij 'bijna minimale frequentie' (+2Hz) (B in de afbeelding)
• Er zijn meer pompen beschikbaar.
• Aan de bovenstaande criteria wordt langer voldaan dan de duur van de
bandbreedtevertraging.
P3.15.16
L
IMIET ACTIEVE POMPEN
Deze parameter bepaalt hoeveel pompen maximaal gelijktijdig actief mogen zijn in het
multipompsysteem.
OPMERKING! Als parameter P3.15.2 wordt gewijzigd, zal dezelfde waarde automatisch worden
overgenomen door deze parameter.
Voorbeeld:
Het multipompsysteem bestaat uit 3 pompen, maar er mogen maximaal 2 pompen tegelijk actief
zijn. De derde pomp is in het systeem opgenomen voor redundantie. Het aantal pompen dat
gelijktijdig actief is, wordt als volgt beperkt:
• Limiet actieve pompen = 2
24-hour support +358 (0)201 212 575 • Email: vacon@vacon.com
(ID 1187)
vacon • 240
8