vacon • 169
P3.1.4.7
De functie Vliegende start kan worden geconfigureerd door de bits van de parameter met de opties
voor de vliegende start in te stellen. Tot de bits die kunnen worden ingesteld behoren het uitschakelen
van DC-pulsen en van AC-scannen, het bepalen van de zoekrichting en de mogelijkheid om de
frequentiereferentie als startpunt te gebruiken voor het zoeken van de draaifrequentie van de as.
De zoekrichting wordt bepaald met B0. Als deze bit wordt ingesteld op 0, wordt de asfrequentie
zowel vanuit de positieve als de negatieve richting gezocht. Als de bit wordt ingesteld op 1, wordt de
zoekactie beperkt tot de richting van de frequentiereferentie, om te voorkomen dat de as in de
andere richting beweegt.
Het belangrijkste doel van AC-scannen is om de motor voor te magnetiseren. Het AC-scannen
wordt uitgevoerd door de frequentie van het maximum naar nul te sweepen. Het scannen wordt
gestopt als een aanpassing van de asfrequentie plaatsvindt. AC-scannen kan worden uitgeschakeld
door B1 in te stellen op 1. Als u het motortype Permanente-magneetmotor selecteert, wordt
AC-scannen automatisch uitgeschakeld.
Bit B5 is bestemd voor het uitschakelen van DC-pulsen. Het belangrijkste doel van DC-pulsen is
eveneens om de motor voor te magnetiseren en om te detecteren of de motor draait. Als zowel DC-
pulsen en AC-scannen zijn ingeschakeld, wordt de toegepaste methode intern gekozen op grond
van de slipfrequentie. De DC-pulsen worden ook intern uitgeschakeld als de slipfrequentie lager is
dan 2 Hz of als het motortype Permanente-magneetmotor wordt geselecteerd.
P3.1.4.9
De functie Startboost kan worden gebruikt in situaties waarbij het benodigde startkoppel hoog is.
De spanning op de motor verandert evenredig met het vereiste koppel zodat de motor bij het starten
een hoger koppel produceert.
8
V
(ID 1590)
LIEGENDE START
S
(ID 109)
TARTBOOST
Beschrijving van controlewaarden en parameters
Tel. +358 (0) 201 2121 • Fax +358 (0)201 212 205