Menu Parameters
4.15.3
Parametergroep Overdrukbewaking
Index
Parameter
Overdruk bewaking
P3.15.16.1
inschakelen
P3.15.16.2
Bewakingsniveau
4.15.4
Pompdraaitijd
Index
Parameter
Instellen
P3.15.19.1
runtime-teller
Instellen
P3.15.19.2
runtime-teller:
Waarde
Instellen
P3.15.19.3
runtime-teller:
Pompselectie
Alarmlimiet
P3.15.19.4
pompdraaitijd
Foutlimiet
P3.15.19.5
pompdraaitijd
4.15.5
Geavanceerde instellingen
Tabel 77. Parameters voor geavanceerde instellingen
Index
Parameter
P3.15.22.1
Opbouwfrequentie
P3.15.22.2
Afbouwfrequentie
24-hour support +358 (0)201 212 575 • Email: vacon@vacon.com
Tabel 75. Parametergroep Overdrukbewaking
Min.
Max.
0
1
Varieert
Varieert
Tabel 76. Parametergroep Pompdraaitijd
Min.
Max.
0
1
0
300.000
0
8
0
300.000
0
300.000
Min.
Max.
P3.3.1.1
320,0
0,0
P3.3.1.2
Een-
Stan-
ID
heid
daard
0 = Geblokkeerd
0
1698
1 = Vrijgegeven
Deze functie stopt alle hulp-
Vari-
pompen direct wanneer
0,00
1699
eert
de PID-terugkoppeling
dit niveau bereikt.
Een-
Stan-
ID
heid
daard
0 = Geen actie
1 = De ingestelde teller-
waarde (P3.15.19.2) toepas-
0
1673
sen op de teller voor de
bedrijfstijd van de geselec-
teerde pomp
De waarde die u wilt toewij-
zen aan de draaitijdteller(s)
h
0
1087
van de pomp(en) die zijn
geselecteerd met parameter
P3.15.19.3
Hiermee selecteert u de
pomp waarvan u de waarde
1
1088
van de draaitijdteller wilt
instellen op de met P3.15.19.2
gedefinieerde waarde.
Wanneer de draaitijd van
de pomp deze limiet over-
h
0
1109
schrijdt, wordt een alarm
gegenereerd.
0 = Niet gebruikt
Wanneer de draaitijd van
de pomp deze limiet over-
h
0
1110
schrijdt, wordt een fout
gegenereerd.
0 = Niet gebruikt
Een-
Stan-
ID
heid
daard
Hz
320,0
15545
Hz
0,0
15546
vacon • 140
Beschrijving
Beschrijving
Beschrijving
4