Wagen met de toets voor de centrale vergrendeling vergrendelen/
ontgrendelen
Lees en bekijk eerst
en
Als de wagen niet van buitenaf werd vergrendeld, kan deze met de
toets
» Afbeelding 37
worden ont- of vergrendeld.
Ontgrendelen/vergrendelen
» Afbeelding 37
Wanneer in de toets het symbool
De toets werkt ook bij uitgeschakeld contact.
Na het vergrendelen geldt het volgende.
›
Het openen van de portieren en de achterklep van buitenaf is niet mogelijk.
›
De portieren kunnen door eenmaal aan de portiergreep van het betreffende
portier te trekken van binnenuit worden ontgrendeld en worden geopend.
›
Bij een ongeval met geactiveerde airbag(s) worden de vergrendelde portie-
ren automatisch ontgrendeld om hulpverleners toegang tot de wagen te ver-
schaffen.
ATTENTIE
Van binnenuit vergrendelde portieren maken het hulpverleners in geval
■
van nood moeilijk in de wagen te komen - levensgevaar!
Als de safebeveiliging ingeschakeld is,
■
de centrale-vergrendelingstoets buiten werking.
VOORZICHTIG
Als één portier geopend is, kan de wagen niet worden vergrendeld.
62
Bediening
Afbeelding 37
Toets voor de centrale vergren-
deling
op bladzijde 58.
brandt, is de wagen vergrendeld.
» pagina
61, zijn de portiergreep en
Kindersloten
Afbeelding 38 Achterportier: Links/rechts
Lees en bekijk eerst
en
De kindersloten voorkomen dat de achterportieren van binnenuit kunnen wor-
den geopend. U kunt het portier alleen van buitenaf openen.
Kindersloten in- en uitschakelen
Inschakelen
Uitschakelen
Het kinderslot wordt met de sleutel in- en uitgeschakeld.
Storingen
Lees en bekijk eerst
en
Uitvallen van de centrale vergrendeling
Bij het uitvallen van de centrale vergrendeling kan met de sleutel alleen het
bestuurdersportier worden ont- resp. vergrendeld. De overige portieren en de
achterklep kunnen worden noodvergrendeld resp. noodontgrendeld.
›
Bij wagens zonder afstandsbediening ontgrendelen/vergrendelen
58.
›
Bij wagens met afstandsbediening ontgrendelen/vergrendelen
›
Noodvergrendeling van het portier
›
Noodontgrendeling van de achterklep
Weergave van een storing
Als het controlelampje in het bestuurdersportier eerst circa 2 seconden snel
knippert, daarna circa 30 seconden continu blijft branden en vervolgens lang-
zaam gaat knipperen, moet de hulp van een specialist worden ingeroepen.
op bladzijde 58.
» Afbeelding 38
op bladzijde 58.
» pagina
» pagina
238.
» pagina
238.
» pagina
237.