Inhoudsopgave
Advertenties
Handige functies voor afmixen/samenvoegen
De solofunctie gebruiken
Solo is een functie waarmee u een specifiek kanaal kunt
afluisteren. De AW2400 biedt een veelzijdige solofunctie
waarmee u solo-instellingen kunt selecteren die het best
geschikt zijn voor uw situatie.
1
Roep de Solo-pagina van het MONITOR-
scherm op door het vereiste aantal keren
op de [MONITOR]-toets in de Quick
Navigate-sectie te drukken, of door eerst op
de [MONITOR]-toets en vervolgens op [F4]
te drukken.
Deze pagina bevat de volgende items.
A
8
1 SEL MODE-veld
In dit veld geeft u aan hoe u de signalen selecteert die
u wilt afluisteren wanneer de solofunctie is
geactiveerd.
B SOLO MODE-veld
In dit veld geeft u de modus aan waarin de solofunctie
wordt uitgevoerd.
C SOLO SAFE CHANNEL-veld
In dit veld kunt u kanalen selecteren die worden
uitgesloten van de solofunctie als de MIXDOWN
SOLO-modus is geselecteerd in het SOLO MODE-
veld.
2
In het SEL MODE-veld geeft u aan hoe u de
signalen selecteert die u wilt afluisteren
wanneer de solofunctie is geactiveerd.
U kunt een van de volgende knoppen inschakelen:
• LAST SOLO-knop
Als deze knop is ingeschakeld, wordt alleen het
kanaal afgeluisterd waarvan de [ON]-toets het
laatst is ingedrukt.
• MIX SOLO-knop
Als deze knop is ingeschakeld, worden alle kanalen
afgeluisterd waarvan de [ON]-toets is ingedrukt na
het inschakelen van de solofunctie.
84
AW2400 Gebruikershandleiding
B
C
3
Gebruik het SOLO MODE-veld om de
werkingsmodus voor de solofunctie te
kiezen.
U kunt een van de volgende knoppen inschakelen:
• RECORDING SOLO-knop
Als deze knop is ingeschakeld, worden de signalen
waarvoor solo afluisteren is ingeschakeld,
verzonden via de speciale solobus en uitgevoerd
via de [MONITOR OUT]-aansluitingen en de
[PHONES]-aansluiting. Dit heeft geen invloed op de
signalen die worden uitgevoerd via de stereobus of
bus1/bus2. Met deze instelling kunnen ook kanalen
die niet zijn toegewezen aan de stereobus of bus1 /
bus2, of kanalen waarvan de [ON]-toets niet is
ingeschakeld, worden afgeluisterd via de
[MONITOR OUT]-aansluitingen of de [PHONES]-
aansluiting.
Deze instelling is handig als u specifieke kanalen
wilt afluisteren zonder de opgenomen inhoud te
wijzigen tijdens het opnemen van tracks of het
afmixen.
• MIXDOWN SOLO-knop
Als deze knop is ingeschakeld, worden alleen de
signalen waarvoor solo afluisteren is ingeschakeld,
verzonden via de stereobus en uitgevoerd via de
[STEREO OUT]-aansluitingen, de [MONITOR
OUT]-aansluitingen en de [PHONES]-aansluiting.
Alle overige kanalen worden gedempt. Met deze
instelling kunnen kanalen die niet zijn toegewezen
aan de stereobus, of kanalen waarvan de [ON]-
toets niet is ingeschakeld, niet worden afgeluisterd.
Deze instelling is handig als u alle kanalen behalve
de opgegeven kanalen wilt dempen.
4
Als u de RECORDING SOLO-modus hebt
geselecteerd in stap 3, gebruikt u het SOLO
MODE-veld om het punt te selecteren
waarvan het signaal wordt verzonden
waarvoor de solofunctie is ingeschakeld.
Gebruik de volgende twee knoppen van het SOLO
MODE-veld om het verzendpunt te selecteren.
• PRE FADER-knop
Als deze knop is ingeschakeld, wordt het
prefadersignaal verzonden naar de solobus. In dat
geval worden de fader- en paninstellingen van elk
kanaal genegeerd, en is het signaal dat wordt
uitgevoerd via de [MONITOR OUT]-aansluitingen
en de [PHONES]-aansluiting mono.
• AFTER PAN-knop
Als deze knop is ingeschakeld, wordt het postfader-
postpansignaal verzonden naar de solobus. In dat
geval beïnvloeden de fader- en paninstellingen van
elk kanaal het signaal dat wordt verzonden via de
[MONITOR OUT]-aansluitingen en de [PHONES]-
aansluiting.
TIP
• Als de RECORDING SOLO-modus is geselecteerd, kunt u
aan de TRIM-knop van het SOLO MODE-veld draaien om het
niveau aan te passen van het signaal dat wordt verzonden
naar de solobus.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
