Scene-data opslaan
U kunt als volgt de huidige instellingen in een
scenegeheugen opslaan.
OPMERKING
• Scene 0 is een scene die alleen kan worden teruggeroepen.
U kunt geen nieuwe data opslaan in deze scene.
• Als u een scene selecteert en opslaat die al data bevat, worden
de aanwezige scene-data overschreven en gaan deze verloren.
Let er op dat u niet per ongeluk scene-data overschrijft die u wilt
bewaren.
1
Roep de Library-pagina van het SCENE-
scherm op door het vereiste aantal keren
op de [SCENE]-toets te drukken, of door
eerst op de [SCENE]-toets en vervolgens
op [F1] te drukken.
2
Gebruik de [DATA/JOG]-draaiknop om de
lijst zo te scrollen dat u de bestemming
voor het opslaan kunt selecteren (de
bestemming voor het opslaan moet worden
omsloten door de stippellijn).
3
Verplaats de cursor naar de STORE-knop
en druk op de [ENTER]-toets.
Het NAME EDIT-popupvenster verschijnt, waardoor
u een naam aan de data kunt toewijzen.
TIP
• Het drukken op de [F2]-toets terwijl u de [SHIFT]-toets in de
displaysectie ingedrukt houdt, heeft hetzelfde effect als het
drukken op de STORE-knop.
4
Voer de gewenste naam in, verplaats de
cursor naar de OK-knop en druk op de
[ENTER]-toets. (Zie ¡ p. 32 voor details
over het invoeren van een naam.)
De scene wordt opgeslagen.
Scene-data verwijderen
U kunt als volgt ongewenste scene-data verwijderen.
1
Roep de Library-pagina van het SCENE-
scherm op door het vereiste aantal keren
op de [SCENE]-toets te drukken, of door
eerst op de [SCENE]-toets en vervolgens
op [F1] te drukken.
2
Gebruik de [DATA/JOG]-draaiknop om de
lijst zo te scrollen dat u de scene kunt
selecteren die u wilt verwijderen (de
geselecteerde scene moet worden
omsloten door de stippellijn).
3
Verplaats de cursor naar de CLEAR-knop
en druk op de [ENTER]-toets.
Een popupvenster vraagt u het verwijderen te
bevestigen.
TIP
• Het drukken op de [F3]-toets terwijl u de [SHIFT]-toets in de
displaysectie ingedrukt houdt, heeft hetzelfde effect als het
drukken op de CLEAR-knop.
4
Als u het verwijderen wilt uitvoeren,
verplaatst u de cursor naar de OK-knop en
drukt u op de [ENTER]-toets.
De scene wordt verwijderd.
Scene beveiligen
Een scene beveiligen zodat deze niet kan worden bewerkt
of gewist.
1
Roep de Library-pagina van het SCENE-
scherm op door het vereiste aantal keren
op de [SCENE]-toets te drukken, of door
eerst op de [SCENE]-toets en vervolgens
op [F1] te drukken.
2
Gebruik de [DATA/JOG]-draaiknop om de
lijst zo te scrollen dat u de scene kunt
selecteren die u wilt beveiligen (de
geselecteerde scene moet worden
omsloten door de stippellijn).
3
Verplaats de cursor naar de PROTECT-knop
en druk op de [ENTER]-toets.
Wanneer de beveiliging is ingeschakeld, wordt de
PROTECT-knop geïnverteerd weergegeven en
verschijnt een slot-icoon rechts van de scene-naam.
AW2400 Gebruikershandleiding
Scene-geheugen gebruiken
'slot'-icoon
161
17