Trackhandelingen en tracks bewerken
Dit hoofdstuk legt uit hoe u de tracks in de recordersectie gebruikt en bewerkt.
Info over de tracks van de AW2400
De AW2400 heeft de volgende soorten tracks:
G Audiotracks
De fysieke tracks die worden gebruikt om audiodata op te
nemen en af te spelen, worden 'audiotracks' of gewoon
'tracks' genoemd. De AW2400 heeft 24 audiotracks.
G Stereotrack
Onafhankelijk van de audiotracks 1-24 beschikt de
AW2400 over een 'stereotrack' waarop een stereo-
audiosignaal wordt opgenomen en afgespeeld. De
stereotrack wordt hoofdzakelijk gebruikt als een speciale
afmixtrack voor het opnemen van de eindmix.
G Virtuele tracks
Elk van de audiotracks 1-24 en de stereotrack bestaat uit
acht tracks. Elk van deze acht tracks wordt een 'virtuele
track' genoemd. Voor de audiotracks en de stereotrack kan
slechts één virtuele track per keer worden opgenomen of
afgespeeld.
Het diagram hieronder laat het concept van virtuele tracks
zien. De horizontale rijen geven de audiotracks 1-24 aan
en de verticale kolommen komen overeen met de virtuele
tracks 1-8. De getinte vlakken geven de virtuele tracks aan
die momenteel zijn geselecteerd voor opnemen of
afspelen.
Audiotracks
1
2
3
4
5
6
1
2
3
4
5
6
7
8
Stereotrack
1
2
3
4
5
6
7
8
Hoofdstuk 15
7
8
21 22 23 24
G Triggertracks
Met de 'triggertrack'-functie kunt u de [ON]-toetsen en
faders van een track gebruiken om het afspelen van
opgenomen tracks te starten en te stoppen. Wanneer de
triggertrackfunctie actief is, kunt u op de [ON]-toets van
een trackkanaal drukken om het afspelen van de
overeenkomstige track te starten vanaf het begin van de
song tot het einde van de data die zijn opgenomen op de
desbetreffende track.
AW2400 Gebruikershandleiding
15
127