Inhoudsopgave
Advertenties
I Expander
dB
+20
Expansieverhouding = 2:1
+10
Knee = knee5
0
–10
–20
–30
–40
–50
–60
–70
–70 –60 –50 –40 –30 –20 –10
Ingangsniveau
Een expander is een andere vorm van automatische
niveauregeling. Door het signaal onder de drempel te
verzwakken, vermindert de expander laagniveau ruis en
verhoogt deze daarmee het dynamische bereik van het
opgenomen materiaal.
Expanderparameters (EXP):
Parameter
Threshold (dB)
-54 tot 0 (541 punten)
Ratio
1.0, 1.1, 1.3, 1.5, 1.7, 2.0, 2.5, 3.0, 3.5, 4.0, 5.0,
6.0, 8.0, 10, 20,
Attack (ms)
0 tot 120 (121 punten)
Outgain (dB)
0 tot +18 (181 punten)
Knee
hard, 1, 2, 3, 4, 5 (6 punten)
Release (ms)
6 ms tot 46,1 s (160 punten)
• Threshold - bepaalt het ingangssignaalniveau dat nodig
is om de expander te activeren. Signalen boven de
drempelwaarde worden onbewerkt doorgegeven. Signalen
op en onder deze drempelwaarde worden verzwakt met de
hoeveelheid die wordt aangegeven met de Ratio-
parameter. Het triggersignaal wordt bepaald met de
KEYIN SOURCE-parameter.
• Ratio - regelt de hoeveelheid expansie - de wijziging in
het uitgangssignaalniveau ten opzichte van de wijziging in
het ingangssignaalniveau. Bij een 1:2-verhouding
bijvoorbeeld resulteert een wijziging van 5 dB in het
ingangsniveau (onder de drempel) in een wijziging van
10 dB in het uitgangsniveau. Bij een 1:5-verhouding
resulteert een wijziging van 2 dB in het ingangsniveau
(onder de drempel) in een wijziging van 10 dB in het
uitgangsniveau.
• Attack - regelt hoe snel het signaal wordt geëxpandeerd
zodra de expander wordt geactiveerd. Bij een snelle
attacktijd wordt het signaal bijna onmiddellijk
geëxpandeerd. Bij een langzame attacktijd wordt de
aanzet van een geluid niet beïnvloed.
• Out Gain - stelt het uitgangssignaalniveau van de
expander in.
• Knee - stelt de overgang van het signaal bij de drempel
in. Bij een 'hard knee' is de overgang tussen het
ongeëxpandeerde en geëxpandeerde signaal abrupt. Bij de
zachtste knee, knee5, begint de overgang voordat het
signaal de drempel bereikt en eindigt deze gaandeweg
boven de drempel.
• Release - bepaalt hoe snel de expander terugkeert naar
zijn normale versterking zodra het triggersignaal onder de
drempelwaarde komt.
Drempel = –10 dB
dB
0
+10 +20
Waarde
∞
(16 punten)
I Compander
dB
+20
+10
Width
0
–10
–20
–30
–40
–50
–60
–70
–70 –60 –50 –40 –30 –20 –10
Ingangsniveau
Een compander is een compressorexpander - een combi-
natie van signaalcompressie en -expansie. De compander
verzwakt het ingangssignaal boven de drempelwaarde,
evenals het niveau onder de breedte (width). Dit pro-
gramma is in staat om de dynamiek van bijzonder dyna-
misch materiaal in bedwang te houden, zodat u niet bang
hoeft te zijn voor excessieve uitgangssignalen en clippen.
CompanderH- (CPH) en
CompanderS- (CPS) parameters:
Parameter
Threshold (dB)
-54 tot 0 (541 punten)
Ratio
1.0, 1.1, 1.3, 1.5, 1.7, 2.0, 2.5, 3.0, 3.5, 4.0, 5.0,
6.0, 8.0, 10, 20 (15 punten)
Attack (ms)
0 tot 120 (121 punten)
Outgain (dB)
-18 tot 0 (181 punten)
Width (dB)
1 tot 90 (90 punten)
Release (ms)
6 ms tot 46,1 s (160 punten)
• Threshold - bepaalt het ingangssignaalniveau dat nodig
is om de compander te activeren. Signalen boven de
drempelwaarde worden onbewerkt doorgegeven. Signalen
op en onder deze drempelwaarde worden verzwakt met de
hoeveelheid die wordt aangegeven met de Ratio-
parameter. Het triggersignaal wordt bepaald met de
KEYIN SOURCE-parameter.
• Ratio - regelt de hoeveelheid companding - de wijziging
in het uitgangssignaalniveau ten opzichte van de wijziging
in het ingangssignaalniveau. Bij een 2:1-verhouding
bijvoorbeeld resulteert een wijziging van 10 dB in het
ingangsniveau (boven de drempel) in een wijziging van
5 dB in het uitgangsniveau. De hard compander (CPH)
heeft een vaste verhouding van 5:1 voor expansie en de
soft compander (CPS) heeft een vaste verhouding van
1,5:1 voor expansie.
• Attack - regelt hoe snel het signaal wordt gecompand
zodra de compander wordt geactiveerd. Bij een snelle
attacktijd wordt het signaal bijna onmiddellijk
gecompand. Bij een langzame attacktijd wordt de aanzet
van een geluid niet beïnvloed.
• Out Gain - stelt het uitgangssignaalniveau van de
compander in.
• Width - wordt gebruikt om de afstand in decibellen aan
te geven tussen de expander en de compressor. Bij een
breedte (width) van 90 dB wordt de expander in feite
uitgeschakeld en is de compander gewoon een
compressorlimiter. Bij een smallere breedte (30 dB) en
een hoge drempelwaarde (0 dB) is de compander een
expandercompressorlimiter.
• Release - bepaalt hoe snel de compressor terugkeert naar
zijn normale versterking zodra het triggersignaal onder de
drempelwaarde komt.
AW2400 Gebruikershandleiding
Dynamiekparameters
Drempel
dB
0
+10 +20
Waarde
241
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
