Samenvoegprocedure (ping-pong) voor opname
U voegt als volgt meerdere tracks samen tot maximaal vier tracks (ping-pongopname).
1
Verlaag de [STEREO]-fader naar de –
positie.
2
Roep de Bounce-pagina van het RECORD-
scherm op door het vereiste aantal keren
op de [RECORD]-toets in de Quick
Navigate-sectie te drukken, of door eerst op
de [RECORD]-toets en vervolgens op [F3]
te drukken.
Op de Bounce-pagina kunt u de samenvoegbrontracks
selecteren en ze via bus1 of bus2 opnemen op
maximaal vier tracks.
A
B
C
D
E
1 PLAY TRACK
Selecteert de samenvoegbrontracks.
B Bus1 en bus2
De vier horizontale lijnen geven de bus1 L/R- en bus2
L/R-signaalroute aan. Dit laat u de aan/uit-status van
de signalen zien die vanaf de samenvoegbrontracks
worden verstuurd, evenals de geselecteerde
samenvoegbestemmingstrack(s).
C RETURN
Selecteert de effectretourkanalen voor de
samenvoegbron.
D RECORD TRACK
Hier kunt u de samenvoegbestemmingstrack(s)
selecteren.
E PITCH FIX-knop
Plaats de cursor op deze knop en druk op de
[ENTER]-toets om de PITCH FIX-modus in te
schakelen. Gebruik PITCH FIX om de toonhoogte en
andere eigenschappen van een stemtrack te corrigeren
(¡ p. 124).
F MUTE CLEAR-knop
Druk op deze knop om de Mute-status van alle tracks
op te heffen.
In sommige gevallen kan het dempen echter niet voor
alle tracks worden opgeheven. Dit is afhankelijk van
de bitdiepte van de song en het aantal tracks dat voor
opname is geactiveerd. In dat geval worden de tracks
achter elkaar gedempt, te beginnen met de track met
het laatste nummer.
∞
G SAFE-knop
-
Als u de cursor naar deze knop verplaatst en op de
[ENTER]-toets drukt, worden alle samenvoegbron-
en samenvoegbestemmingstoewijzingen geannuleerd.
Hiermee wordt ook de MUTE CLEAR-handeling (
uitgevoerd.
3
Selecteer in het PLAY TRACK-gebied een
samenvoegbrontrack, verplaats de cursor
naar het symbool
op de [ENTER]-toets.
Elke keer dat u op de [ENTER]-toets drukt, verandert
het scherm als volgt.
A
Uit
B
Bus1 L/R
Aan
F
G
C
Bus1 L
Aan
D
Bus1 R
Aan
Samenvoegprocedure (ping-pong) voor opname
TIP
• Het drukken op de [F1]-toets terwijl u de [SHIFT]-toets in de
displaysectie ingedrukt houdt, heeft hetzelfde effect als het
drukken op de SAFE-knop.
voor die track en druk
E
F
G
TIP
• Als een trackkanaal is geselecteerd als samenvoegbron, zal
zijn toewijzing aan de stereobus automatisch worden
uitgezet.
• De tracknummers van gedempte tracks worden aangeduid
met
(mute), maar u kunt niettemin opnemen op gedempte
tracks.
• Aangezien 24-bits songs maximaal 12 afspeeltracks kunnen
bevatten ( ¡ p. 165), worden de tracks 13 - 24 gedempt en
niet afgespeeld.
• U kunt het dempen van een track in-/uitschakelen door de
cursor naar een trackkanaalnummer te verplaatsen en op de
[ENTER]-toets te drukken.
AW2400 Gebruikershandleiding
F )
8
Bus2 L/R
Aan
Bus2 L
Aan
Bus2 R
Aan
A
Naar
79