Download Print deze pagina

Yamaha AW2400 Gebruikershandleiding pagina 124

Advertenties

Een stemtrack corrigeren (Pitchfixfunctie)
Met de Pitchfixfunctie kunt u de toonhoogte van een stemtrack 'corrigeren' of koorklanken
genereren uit een opname van één stem. Er is ook een automatische punch-in/outfunctie
beschikbaar, waarmee u een opgegeven segment van een stemtrack kunt bewerken en
vervangen.
De Pitchfixfunctie kan in de volgende gevallen nuttig zijn:
• Correctie van een stemopname die een klein beetje te laag of te hoog is.
• Correctie van de toonhoogte in een bepaald segment of bepaalde frase van een stemtrack met de
automatische punch-in/outfunctie.
• Generering van koorklanken met een extern MIDI-keyboard waarmee u de toonhoogte van het koor
bepaalt - bijvoorbeeld een terts boven de solostem.
• Wijziging van de toonsoort van een stemtrack.
OPMERKING
• Als u een extern MIDI-keyboard gebruikt om de toonhoogte voor de stem of een
koorfragment te corrigeren, moet de MIDI OUT-aansluiting van het desbetreffende MIDI-
keyboard met een standaard MIDI-kabel worden aangesloten op de [MIDI IN]-aansluiting van
de AW2400. In dat geval moet de PORT RX-parameter (ontvangst) op de Setting 1-pagina
van het MIDI-scherm worden ingesteld op MIDI. Het keyboard kan ook worden aangesloten
op de USB-poort.
1
Als u een deel van een stemtrack wilt
opgeven voor bewerking en opnemen op
een andere track, dient u de In- en
Outpunten op te geven, en op de [AUTO
PUNCH]-toets voor de automatische punch-
in/outfunctie te drukken.
Zie 'Automatische punch-in/out' op pagina 70 voor
details over de automatische punch-in/outfunctie.
2
Roep de Bounce-pagina van het RECORD-
14
scherm op door het vereiste aantal keren
op de [RECORD]-toets in de Quick
Navigate-sectie te drukken, of door eerst op
de [RECORD]-toets en vervolgens op [F3]
te drukken.
124
AW2400 Gebruikershandleiding
Een stemtrack corrigeren (Pitchfixfunctie)
PITCH FIX-knop
3
Verplaats de cursor naar de PITCH FIX-
knop en druk op de [ENTER]-toets.
Er verschijnt een popupvenster waarin u de brontrack
voor bewerking kunt kiezen.
TRACK-veld
4
Geef de brontrack voor bewerking op in het
TRACK-veld, verplaats de cursor naar de
OK-knop en druk op de [ENTER]-toets.
Er verschijnt een popupvenster waarin u de
bestemmingstrack voor de opname en de virtuele track
kunt kiezen.
TRACK-veld
OPMERKING
• De bron en de bestemming moeten verschillende tracks zijn.
V.TR-veld

Advertenties

loading