ATTENTIE!
Bij van buitenaf vergrendelde auto's met geactiveerde Safe-beveiliging mogen
geen personen in de auto achterblijven omdat van binnenuit noch de
portieren, noch de ruiten kunnen worden geopend. De vergrendelde portieren
maken het hulpverleners in geval van nood moeilijk in de auto te komen -
levensgevaar!
Aanwijzing
Gebruik de radiografische afstandsbediening alleen als de portieren en de koffer-
klep/achterklep zijn gesloten en als u visueel contact met de auto hebt.
In de auto mag u de vergrendelingstoets
ning niet indrukken als de sleutel nog niet in het contactslot is gestoken, zodat de auto
niet per vergissing wordt gesloten en daarbij het alarmsysteem* wordt ingeschakeld.
Als dit toch mocht gebeuren, druk dan op de ontgrendelingstoets
fische afstandsbediening.
Het automatisch optillen van de kleine kofferklep kan bij temperaturen onder +4°C
worden belemmerd.
Synchronisatie van de afstandsbediening
Als de auto bij het indrukken van de afstandsbediening niet wordt ontgrendeld, is het
mogelijk dat de code van de sleutel en het regelapparaat in de auto niet meer met
elkaar corresponderen. Dat kan gebeuren als de knoppen van de afstandsbediening
meerdere malen buiten het werkingsgebied van het systeem zijn ingedrukt of als de
batterij van de afstandsbediening is vervangen.
Daarom is het nodig de code als volgt te synchroniseren:
Willekeurige toets op de afstandsbediening indrukken.
Na het indrukken van de toets moet het portier binnen 1 minuut met behulp van
de sleutel worden ontgrendeld bladzijde 45, 'Noodontgrendeling en - vergrende-
ling van het bestuurdersportier'.
Bediening
Veiligheid
van de radiografische afstandsbedie-
van de radiogra-
Aanwijzingen voor het
rijden
Alarmsysteem*
Omschrijving
Het alarmsysteem verhoogt de beveiliging tegen inbraakpogingen in de auto. Het
systeem activeert akoestische en optische waarschuwingssignalen bij een poging tot
inbraak in de auto.
Hoe wordt het alarmsysteem geactiveerd?
Het diefstal alarmsysteem wordt bij het afsluiten van de auto met de sleutel op het
gesloten bestuurdersportier of met de radiografische afstandsbediening geactiveerd
bladzijde 45, 'Noodontgrendeling en - vergrendeling van het bestuurdersportier'.
Het portiercontact bewaking wordt na ca. 15 seconden na de vergrendeling geacti-
veerd. Het interieur- en de afsleepbewaking worden na ca. 30 seconden na de
vergrendeling geactiveerd. Indien gedurende de activering een portier is geopend,
wordt de bewaking van deze eerst na 5 seconden van het sluiten geactiveerd.
Hoe wordt het alarmsysteem gedeactiveerd?
Het alarmsysteem wordt door het drukken van de ontgrendelingstoets op de radiogra-
fische afstandsbediening gedactiveerd. Als de auto niet binnen 30 seconden na het
versturen van het radiosignaal wordt geopend, wordt het alarmsysteem weer geacti-
veerd.
Het alarmsysteem wordt ook gedeactiveerd, indien u de auto binnen 45 seconden na
het het vergrendelen met de sleutel in het bestuurdersportier ontgrendelt.
Als de auto met behulp van een sleutel via het bestuurdersportier binnen 45 seconden
wordt geopend, moet binnen 15 seconden na het openen van het portier de sleutel in
het contactslot worden gestoken en het contact worden ingeschakeld om het alarm-
systeem te deactiveren. Als binnen 15 seconden het contact niet wordt ingeschakeld,
wordt alarm gegeven.
Wanneer wordt alarm gegeven?
Van de vergrendelde auto worden de volgende onderdelen bewaakt:
motorkap,
kofferklep/achterklep,
portieren,
Gebruikvoorschriften
Raad en daad
Ontgrendelen en vergrendelen
Technische gegevens
53