Rijden door water op straten
Om de wagen bij het rijden door water (bv. overstroomde straten) tegen beschadiging
te beschermen, moet u op het volgende letten:
Voor u door water rijdt, moet u vaststellen hoe diep het water is. Het water mag
maximaal tot aan de dorpelrand van de wagen komen
Rij maximaal op stapvoetse snelheid. Bij een hogere snelheid kan zich voor de
wagen een golf vormen die ertoe kan leiden dat het water in het luchtaanzuigsysteem
van de motor, of in andere delen van het water binnendringt.
Blijf in geen geval in het water staan, rijd niet achteruit en schakel de motor nooit
uit.
ATTENTIE!
Het rijden door water, slijk, modder en dergelijke kan de remwerking
verminderen en kan de remweg verlengen - gevaar van ongevallen!
Vermijd onmiddellijk na het rijden door water om plots te remmen of sterke
remmanoeuvres te maken.
Na het rijden door water moeten de remmen door interval-remmen zo snel
mogelijk gereinigd en gedroogd worden. Rem de remmen alleen droog en
schoon door vanaf een hogere snelheid af te remmen als de staat van het
wegdek en de verkeerssituatie dit toestaan. Andere verkeersdeelnemers
mogen niet in gevaar worden gebracht.
Bediening
Veiligheid
Afb. 177 Dorpelrand van de wagen
afb.
177.
Aanwijzingen voor het
rijden
Voorzichtig!
Bij het rijden door water kunnen onderdelen van de auto zoals b.v. de motor, de
versnellingsbak, de catalystor, het onderstel of de elektronica zwaar beschadigd
worden.
Tegemoetkomende wagens veroorzaken golven die de toegelaten waterhoogte
voor uw wagen kunnen overschrijden.
Onder water kunnen gaten , slijk of stenen verborgen zitten die het rijden door
water kunnen bemoeilijkheden of verhinderen.
Rijd niet door zout water. Het water kan corrosie veroorzaken. Alle wagendelen die
met zout water in contact gekomen zijn onmiddellijk met zoet water afspoelen.
Aanwijzing
Als u door water gereden bent, raden we aan om uw auto in een vakbedrijf te laten
nakijken.
Gebruikvoorschriften
Raad en daad
Rijden en milieu
207
Technische gegevens