Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

196
Intelligente techniek
Ook bij het rijden op wegen waarop strooizout is gestrooid kunnen de remmen later
aangrijpen, als u langere tijd niet hebt geremd. Het laagje zout op de remschijven en
de remblokken moet bij het remmen eerst worden weggeslepen.
Corrosie
Corrosie op de remschijven en vervuiling van de remblokken worden door het lang-
durig stilstaan en matig gebruik bevorderd.
Als de remmen gedurende een langere periode maar matig worden gebruikt, alsmede
bij eventuele corrosie, adviseren wij, door het meerdere malen sterk afremmen vanuit
een hogere snelheid de remschijven schoon te remmen 
Storingen in het remsysteem
Als u merkt dat de remweg plotseling langer is en het rempedaal een langere slag
maakt, is het mogelijk dat een remkring van het tweekringsremsysteem is uitgevallen.
Rijd in dit geval direct naar de dichtstbijzijnde Škoda-dealer om de storing te laten
verhelpen. Rijd op weg naar de dealer met een lagere snelheid en stel u erop in dat
voor het remmen een hogere pedaaldruk nodig is.
Laag remvloeistofpeil
Bij een te laag remvloeistofpeil kunnen er storingen in het remsysteem optreden. Het
remvloeistofpeil wordt elektronisch gecontroleerd  bladzijde 37, 'Remsysteem '.
ATTENTIE!
Rem de remmen alleen droog en schoon door vanaf een hogere snelheid af
te remmen als de staat van het wegdek en de verkeerssituatie dit toestaan.
Andere verkeersdeelnemers mogen niet in gevaar worden gebracht.
Bij het naderhand monteren van een frontspoiler, van wielsierdoppen enz.
moet worden veiliggesteld dat de luchttoevoer naar de voorremmen niet wordt
beïnvloed, omdat het remsysteem anders te heet kan worden.
Houd er rekening mee, dat nieuwe remblokken tot ca. 200 km nog niet de
volle remcapaciteit leveren. Nieuwe remblokken moeten eerst 'inlopen',
voordat zij de optimale frictie ontwikkelen. De iets lagere remcapaciteit kan
door een hogere druk op het rempedaal worden gecompenseerd. Deze opmer-
king geldt ook voor op een later tijdstip vervangen remblokken.
Voorzichtig!
Laat nooit de remmen aanlopen door de voet op het rempedaal te houden als u
niet hoeft te remmen. Dit leidt tot het oververhitten van de remmen en daardoor tot
een langere remweg en een hogere slijtage.
Verlaag de snelheid voordat u een helling met een hoog hellingspercentage afrijdt
en schakel terug naar een lagere versnelling (schakelbak), resp. kies een lagere rijstand
(automatische versnellingsbak). Op deze wijze gebruikt u de remwerking van de motor
en ontlast u de remmen. Als u daarnaast toch nog moet remmen, houd dan de voet
niet continu op het rempedaal, maar rem met intervallen.
.
Aanwijzing
Bij een noodremming vanuit snelheden van meer dan 60 km/h resp. bij een ABS-acti-
vering die langer duurt dan 1,5 seconden, knippert het remlicht automatisch. Nadat de
snelheid tot onder 10 km/h gereduceerd is of de auto gestopt is, knippert het remlicht
niet meer en de alarmlichten worden ingeschakeld. Na het accelereren of weer
wegrijden, worden de alarmlichten automatisch uitgeschakeld.

Rembekrachtiger

De rembekrachtiger versterkt de druk die met het rempedaal wordt opgewekt. De
benodigde druk wordt alleen geleverd bij draaiende motor.
ATTENTIE!
Zet nooit de motor af, voordat de auto stilstaat.
De rembekrachtiger werkt alleen bij draaiende motor. Bij afgezette motor is
meer kracht nodig voor het indrukken van het rempedaal. Omdat u hierbij niet,
zoals gewend, kunt stoppen, zou dit kunnen leiden tot een ongeval en ernstig
letsel.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave