Controlelampje
knippert
Als er een storing aan de motoroliepeilsensor optreedt, wordt dit na het inschakelen
van het contact bovendien door een akoestisch signaal en het meerdere malen gaan
branden van het controlelampje aangegeven.
De motor direct door een Škoda-dealer laten controleren.
Op het informatiedisplay* weergegeven tekst:
Oil sensor Workshop! (Oliesensor werkplaats!)
Controle van de motorelektronica
Het controlelampje
(Electronic Power Control) gaat bij het inschakelen van het
contact gedurende een aantal seconden branden.
Als het controlelampje
na het starten van de motor niet uitgaat of blijft branden, is
er sprake van een storing in de motorregeling. Het door de motorregeling gekozen
noodprogramma stelt u in staat voorzichtig naar de dichtstbijzijnde Škoda-dealer te
rijden.
Op het informatiedisplay* weergegeven tekst:
Engine fault: Workshop! (Motorstoring: werkplaats!)
Voorgloei-installatie
Bij een koude motor gaat het controlelampje
(voorgloeistand) 2 branden bladzijde 124. Nadat het controlelampje is uitgegaan
kan de motor worden gestart.
Bij een op bedrijfstemperatuur zijnde motor of bij buitentemperaturen boven +5°C
gaat het voorgloeicontrolelampje slechts ca. 1 seconde branden. Dat betekent dat de
motor direct kan worden gestart.
Als het controlelampje
niet gaat of permanent blijft branden, is er sprake van
een storing in het voorgloeisysteem. Neem in dit geval zo snel mogelijk contact op met
een Škoda-dealer.
Als het controlelampje
tijdens de rit gaat knipperen, is er sprake van een storing
in het motormanagement. Het door de motorregeling gekozen noodprogramma stelt
u in staat voorzichtig naar de dichtstbijzijnde Škoda-dealer te rijden.
Bediening
Veiligheid
(benzinemotor)
(dieselmotor)
bij het inschakelen van het contact
Aanwijzingen voor het
rijden
Op het informatiedisplay* weergegeven tekst:
Engine fault: Workshop! (Motorstoring: werkplaats!)
Koelvloeistoftemperatuur/koelvloeistofpeil
Het controlelampje
gaat bij het inschakelen van het contact enkele seconden
4)
branden.
Als het controlelampje
niet uitgaat of tijdens het rijden gaat knipperen, is de koel-
vloeistoftemperatuur te hoog of het koelvloeistofpeil te laag.
Als extra waarschuwingssignaal klinken drie pieptonen.
Stop in dat geval, zet de motor af en controleer het koelvloeistofpeil en vul zo nodig
vloeistof bij.
Als onder de gegeven omstandigheden het bijvullen van koelvloeistof niet mogelijk is,
mag de reis niet worden vervolgd. Laat de motor uitgeschakeld en roep de hulp in
van een Škoda-dealer, omdat dit anders kan leiden tot zware motorschade.
Als het koelvloeistofpeil binnen het voorgeschreven bereik ligt, kan een te hoge
temperatuur zijn veroorzaakt door een storing aan de koelluchtventilator. Controleer
de zekering voor de koelluchtventilator en vervang deze zo nodig bladzijde 253,
'Zekeringenoverzicht in motorruimte - uitvoering 1' of bladzijde 254, 'Zekeringen-
overzicht in motorruimte - uitvoering 2'.
Als het controlelampje niet uitgaat terwijl het koelvloeistofpeil en ook de ventilatorze-
kering in orde zijn, mag de reis niet worden vervolgd. roep de hulp van een Škoda-
dealer in.
Let op de volgende aanwijzingen bladzijde 225, 'Koelsysteem'.
Op het informatiedisplay* weergegeven tekst:
Check coolant! Owner's manual (Koelmiddel controleren! Instructieboekje!)
4)
Bij auto's met informatiedisplay zal na het inschakelen van het contact het controlelampje
niet gaan branden, maar alleen als de koelvloeistoftemperatuur te hoog of het koelvloeistofpeil
te laag is.
Gebruikvoorschriften
Raad en daad
Instrumenten en controlelampjes
Technische gegevens
33