Download Print deze pagina

Canon imageRUNNER ADVANCE C7580i Gebruikershandleiding pagina 711

Advertenties

De instellingen van persoonlijke-verificatiebeheer
configureren
De aanmeldingsservice gebruikersverificatie voert persoonlijke verificatie uit op basis van de gegevens die van elke
gebruiker zijn geregistreerd, zodat u het aantal gebruikers kunt beperken dat toegang heeft tot de machine.
Registratie van gebruikersgegevens (verificatie) kan op deze machine en op een externe server worden uitgevoerd. U
kunt het verificatiesysteem zo configureren dat alleen deze machine wordt gebruikt als verificatieapparaat, of u kunt
daarnaast ook een Active Directory of LDAP-verificatieserver in het netwerk opgeven als verificatieapparaat om de
bestaande gebruikersgegevens die op de server zijn opgeslagen, te gebruiken (
Beheerders kunnen ook opgeven welke functies beschikbaar zijn voor elke individuele gebruiker, zoals "gebruiker A
mag geen kopieën maken" of "gebruiker B mag alle functies op de machine gebruiken". Als
gebruikersaanmeldingsmethode kunt u verificatiegegevens opgeven, een gebruiker selecteren of de Bluetooth-functie
van een mobiel apparaat gebruiken (
gebruikersverificatie configureert, moet u eerst bepalen welke verificatieapparaat en aanmeldingsmethode u gaat
gebruiken.
Persoonlijke-verificatiebeheer met gebruikersverificatie configureren(P. 697)
Gebruikersgegevens in het lokale apparaat registreren(P. 699)
Importeren/exporteren van gebruikersgegevens(P. 703)
Serverinformatie registreren(P. 713)
De verificatiefuncties configureren(P. 719)
Persoonlijke verificatie gebruiken voor het beheer van afdrukken/faxen/extern scannen via een
computer(P. 726)
Verificatieapparaat
Onderstaande verificatieapparaten kunnen worden gebruikt voor persoonlijke-verificatiebeheer. Voor elk type
verificatieapparaat zijn een andere omgeving en instellingen nodig. Controleer eerst uw systeemomgeving voordat u
configureert.
Systeemspecificaties(P. 1554)
Lokaal apparaat (deze machine)
Gebruikersgegevens worden beheerd in de database in de machine. Gebruikersgegevens zijn geregistreerd en
bewerkt via het bedieningspaneel of de Remote UI (UI op afstand). Wanneer het lokale apparaat is
geconfigureerd als standalone verificatieapparaat, kan afdelings-ID-beheer ook tegelijkertijd worden
uitgevoerd.
Gebruikersgegevens in het lokale apparaat registreren(P. 699)
Active Directory-/LDAP-server
Naast het lokale apparaat kunt u een LDAP-server of een Windows-server met Active Directory erop als
verificatieapparaat opgeven. Een voordeel van het gebruik van dit type apparaat is dat de gebruikers die zijn
geregistreerd op de server, zonder wijzigingen kunnen worden toegevoegd als algemene gebruikers. Om een
gebruiker te voorzien van beheerdersbevoegdheden, moet de gebruiker worden toegewezen aan een
specifieke beheerdersgroep op de Active Directory of LDAP-server. Om het extra verificatieapparaat op te
geven, moet u de gegevens van de server die voor verificatie worden gebruikt, registreren.
registreren(P. 713)
De machine beheren
Aanmeldingsmethode(P. 697) ). Voordat u de instellingen voor
696
Verificatieapparaat(P. 696) ).
Serverinformatie
64LC-0C1

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Imagerunner advance c7570iImagerunner advance c7565i