<Apparaatbeheer>
U kunt instellingen opgeven voor het beheer van het apparaat en optionele producten.
<Instellingen Apparaatinformatie>
<Beheerinstellingen>
Voer de naam en installatielocatie in om de machine te identificeren.
<Verdeelinstellingen Apparaatinformatie>
<Beheerinstellingen>
Stel de machine zo in dat verschillende instellingen op de machine (apparaatgegevens) via het netwerk worden
verzonden en automatisch gelden voor andere multifunctionele Canon-printers.
andere multifunctionele Canon-printers delen(P. 905)
●
Wijzigingen in instellingen zijn van kracht nadat <Toepassen gew. inst.> is uitgevoerd.
<Finisherblad A/B/C>
<Beheerinstellingen>
Geef aan of uitvoerblad A/B/C van de finisher moet worden uitgeschakeld.
●
Wijzigingen in instellingen zijn van kracht nadat <Toepassen gew. inst.> is uitgevoerd.
<Finisher Rugnieteenheid>
<Beheerinstellingen>
Geef aan of het rugnietapparaat van de finisher moet worden uitgeschakeld.
●
Wijzigingen in instellingen zijn van kracht nadat <Toepassen gew. inst.> is uitgevoerd.
<Vouweenheid>
<Beheerinstellingen>
Geef aan of het papiervouwapparaat moet worden uitgeschakeld.
Instellingen/Registratie
<Apparaatbeheer>
<Apparaatbeheer>
<Apparaatbeheer>
<Modus beperkte functies>
<Apparaatbeheer>
<Modus beperkte functies>
<Apparaatbeheer>
<Modus beperkte functies>
1165
64LC-0KY
De apparaatgegevens met