Download Print deze pagina

Advertenties

imageRUNNER ADVANCE
C3530i / C3525i / C3520i
Gebruikershandleiding
USRMA-2262-05 2019-06 nl
Copyright CANON INC. 2019

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Canon imageRUNNER ADVANCE C3530i

  • Pagina 1 ADVANCE C3530i / C3525i / C3520i Gebruikershandleiding USRMA-2262-05 2019-06 nl Copyright CANON INC. 2019...
  • Pagina 2 Inhoudsopgave Instellen ................................3 ......................4 Noodzakelijke voorbereidingen voor gebruik ..........................6 Onbevoegde toegang voorkomen ..........................8 Installatie met de installatiegids ............................17 Aanmelden als beheerder ............................19 De datum/tijd instellen ..........................21 De netwerkomgeving instellen ....................24 De vergrendeling van netwerkinstellingen opheffen ......................
  • Pagina 3 ..............................100 Binnenkant ............................... 101 Invoerlade ............................... 104 Papiertafel ............................... 105 Papierlade ............................. 107 Bedieningspaneel ............................110 De machine aanzetten ............................111 De machine uitzetten .............................. 113 Originelen plaatsen ..............................120 Papier plaatsen ....................... 121 Basisprocedure voor het plaatsen van papier ............................
  • Pagina 4 ..................230 Meerdere bestemmingen registreren als een groep ................233 De opgeslagen bestemmingen in het adresboek bewerken ....................235 Een bestemming onder een snelkiestoets opslaan ....................238 Een groep onder een snelkiestoets opslaan ..............240 De geregistreerde bestemmingen onder snelkiestoetsen bewerken Kopiëren ................................
  • Pagina 5 ......................332 Blanco pagina's overslaan bij het afdrukken ....................334 Kopiëren van vertrouwelijke documenten beperken ..................335 De tekst "TOPGEHEIM" insluiten (Beveiligd watermerk) ..............338 Kopiëren van documenten uitschakelen (Scanvergrendeling document) .................... 339 Kopiëren beperken met behulp van een TL-code ...................
  • Pagina 6 ............................441 Externe faxen gebruiken Afdrukken ................................ 444 ..........................446 Afdrukken vanaf een computer ............................449 Afdrukken annuleren ...................... 451 De afdrukstatus en -geschiedenis controleren ......................453 Geavanceerde functies voor het afdrukken .......... 454 Documenten in de machine afdrukken (Afdrukken met geforceerd in de wachtrij zetten) ..................
  • Pagina 7 Opslagruimte gebruiken ........................547 ......................549 Als eenvoudige bestandsserver gebruiken ....................550 Documenten in de Geavanceerde ruimte opslaan ..................552 De Geavanceerde ruimte openen vanaf een computer ................554 Werken met bestanden en mappen in de Geavanceerde ruimte ................558 De persoonlijke ruimte aanmaken in de Geavanceerde ruimte ....................
  • Pagina 8 .............................. 651 Gebruikers beheren ................654 De instellingen van persoonlijke-verificatiebeheer configureren ................... 657 Gebruikersgegevens in het lokale apparaat registreren ................... 661 Importeren/exporteren van gebruikersgegevens .............. 666 Gebruikersgegevens toevoegen en bewerken in een CSV-bestand ........................671 Serverinformatie registreren ....................... 677 De verificatiefuncties configureren ...
  • Pagina 9 ........852 Gedetailleerde synchronisatie-instellingen opgeven (Servermachine of server/clientmachine) ...................... 857 De te synchroniseren machines omschakelen .............. 862 De apparaatgegevens met andere multifunctionele Canon-printers delen ..................864 De bestemmingen van apparaatgegevens registreren ..............866 Gebruikersverificatie uitvoeren bij verspreiding van apparaatgegevens ........................868 De apparaatgegevens verspreiden ................
  • Pagina 10 ............................. 932 Aanpassen/Onderhoud ..........................933 Aanpassen beeldkwaliteit ............................935 Aanpassen actie ..............................936 Onderhoud ............................937 Functie-instellingen ..............................938 Algemeen ................................ 951 Kopie ..............................953 Printer ............................955 Afdrukrapport ........................... 956 Custom Settings ............................. 961 Error Diffusion ..............................962 ............................... 965 ..............................
  • Pagina 11 ..............................1102 <Afdrukken> ............................1105 <Stel bestemming in> ............................1109 <Beheerinstellingen> ............................1110 <Gebruikersbeheer> ............................1113 <Apparaatbeheer> ............................1118 <Licentie/Overige> ............................1121 <Gegevensbeheer> ............................1124 <Beveil.instellingen> Onderhoud ..............................1130 ............................1132 Regelmatig reinigen ......................1133 De buitenkant van het apparaat reinigen ............................
  • Pagina 12 ..........1234 Er wordt een bericht of een getal weergegeven dat begint met "#" (een foutcode) ..1235 Er wordt een bericht weergegeven dat u contact moet opnemen met een plaatselijke bevoegde Canon-dealer ..........................1238 Maatregelen bij elk bericht ........................1283 Maatregelen voor elke foutcode ............................
  • Pagina 13 ..............................1389 Hoofdmenu ................................1390 Kopie ................................1392 ............................ 1394 Scannen en verzenden ............................1396 Scannen en opslaan ........................1403 Toegang opgeslagen bestanden ............................1411 Fax/I-Fax postbus ..............................1413 Afdrukken .................................. 1414 MEAP ........................1416 MEAP-toepassingen installeren ........................... 1419 MEAP-toepassingen beheren ......................
  • Pagina 14 ............................1525 Inner 2way Tray-J ........................... 1526 Inner Shift Sorter-A .............................. 1527 Copy Tray-J ..........................1528 Platen Cover Type W ............................. 1529 Copy Card Reader ..........................1531 ADF Access Handle-A ..........................1532 Verwijderbare HDD kit ................... 1535 Optionele apparatuur die specifieke functies ondersteunt ..........................
  • Pagina 15 Instellen Instellen Instellen ................................... 3 ..................... 4 Noodzakelijke voorbereidingen voor gebruik ........................6 Onbevoegde toegang voorkomen ......................... 8 Installatie met de installatiegids ........................... 17 Aanmelden als beheerder ............................19 De datum/tijd instellen .......................... 21 De netwerkomgeving instellen ..................24 De vergrendeling van netwerkinstellingen opheffen ....................
  • Pagina 16 Instellen ..................... 82 De Geavanceerde ruimte instellen op openbaar ........................87 Aansluiten op andere apparaten...
  • Pagina 17 Instellen Instellen 663C-000 U moet de gebruiksomgeving instellen voordat u elke functie op de machine kunt gebruiken. Controleer eerst de processen die u moet afronden voor het instellen, voordat u de instellingen echt doorvoert. Noodzakelijke voorbereidingen voor gebruik(P. 4) ◼ Beheerders en algemene gebruikers Om de machine te beheren, wordt aanbevolen om een systeem in elkaar te zetten waarin iemand als beheerder wordt aangewezen, en algemene gebruikers gebruiken de machine onder toezicht van een beheerder.
  • Pagina 18 Instellen Noodzakelijke voorbereidingen voor gebruik 663C-001 Installeer de machine in de volgorde van stappen 1 tot en met 5. Klik voor meer informatie op een koppeling om de bijbehorende pagina's weer te geven. Om de machine veilig te gebruiken, controleert u ook Onbevoegde toegang voorkomen(P.
  • Pagina 19 Tijd van installatie besparen door gegevens uit andere machines te importeren ● Als u een andere multifunctionele Canon-printer hebt en de geregistreerde installatiegegevens daarvan van tevoren opslaat op (exporteert naar) een computer, kunnen de instellingen, zoals die voor het adresboek en papiertype, direct worden gebruikt door ze op de machine te importeren.
  • Pagina 20 Instellen Onbevoegde toegang voorkomen 663C-002 In dit gedeelte worden preventieve maatregelen tegen onbevoegde toegang vanaf externe netwerken beschreven. Beheerders en gebruikers die de machine in een netwerkomgeving gebruiken, moeten dit gedeelte voorafgaand aan gebruik eerst lezen. Door verbindingen met netwerken kunt u verschillende functies gebruiken, zoals afdrukken, extern bewerken vanaf een computer, gescande documenten via het internet verzenden, enz.
  • Pagina 21 Instellen Communicatie via een firewall beperken Een firewall is een systeem dat onbevoegde toegang vanaf externe netwerken voorkomt om aanvallen of invasies in lokale netwerken te voorkomen. Toegang van buiten uw lokale netwerk die risico's met zich kan meebrengen, kunnen van tevoren worden geweigerd door de communicatie met een specifiek extern IP-adres in uw netwerkomgeving te beperken.
  • Pagina 22 Instellen Installatie met de installatiegids 663C-003 0UUY-003 0UW1-003 0X7F-003 0X7H-003 0X6E-003 0X6W-003 0X7C-003 0X7A-003 0WXY-003 0X7E-003 0WR6-003 0WR7-003 0WR5-003 0WR8-003 0YWJ-003 0YWH-003 0YWR-003 0YWK-003 0YWE-003 0YWF-003 Wanneer de machine voor het eerst wordt aangezet ( De machine aanzetten(P. 110) ), start de eerste installatie van de machine automatisch.
  • Pagina 23 Instellen ● Druk op <Inloggen> en voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in. De standaardgebruikersnaam voor beheerder "Beheerder" standaardwachtwoord is "7654321". Druk opnieuw op <Inloggen> en dan op <OK>. ● Als u de fabrieksinstelling voor het wachtwoord gebruikt, verschijnt een scherm met de melding dat u het wachtwoord moet wijzigen.
  • Pagina 24 Instellen ● Als u de beveiliging van de machine wilt verbeteren door de gebruiker "Beheerder" uit te schakelen en een nieuwe beheerder te registreren, drukt u op <Ja>. Voer in <Registreer beheerder> <Gebruikersnaam> en <Wachtwoord> in en druk op <OK>. Stel zo nodig <E-mailadres>, <Afdelings-ID>...
  • Pagina 25 Instellen ● Druk op <Aan> om het opvangblad in te schakelen of druk op <Uit> om het uit te schakelen en druk op <OK>. ● De weergegeven items verschillen afhankelijk van de geïnstalleerde opties. Stap 6 Stel de datum en tijd in. Stel de datum/tijd van de machine in.
  • Pagina 26 Instellen ● Als u het IP-adres automatisch wilt ophalen, drukt u op <DHCP> of <Auto IP> en vervolgens op <Volgende> of <OK>. ● Als u het IP-adres handmatig wilt instellen, wist u de selectie voor <DHCP> of <Auto IP>, drukt u op <IP-adres>, <Subnet mask> en <Gateway adres> om elke waarde in te voeren en drukt u op <Volgende>...
  • Pagina 27 Instellen ● Druk op <Aan> om DHCPv6 te gebruiken of op <Uit> om die niet te gebruiken, en dan op <OK>. Stap 8 Geef de DNS-instellingen op. Geef het DNS-serveradres, de DNS-hostnaam en de DNS-domeinnaam op. ● Druk op <Primaire DNS server> en <Secundaire DNS server>, voer het IPv4-/IPv6- adres voor de DNS-server in en druk op <Volgende>.
  • Pagina 28 Instellen ● Om de proxy te gebruiken, drukt u op <Aan>, <Serveradres> en <Poortnummer> om elke waarde in te voeren, en dan op <OK>. ● Als u <Gebruik Proxy binnen zelfde domein> instelt op <Aan>, drukt u op <Stel authentificatie in> om de proxyverificatie-instellingen op te geven. ●...
  • Pagina 29 Instellen ● Selecteer het lijntype en druk op <OK>. Stap 11 Voer de automatische gradatieaanpassing uit. Pas de gradatie aan om duidelijk af te drukken. ● Afhankelijk van de machine verschilt de procedure. Voor informatie over de automatische gradatieaanpassing raadpleegt u Gradatie aanpassen(P.
  • Pagina 30 Instellen ◼ De installatiegids later starten De installatiegids kan in de volgende gevallen niet worden gestart. ● Als gebruikersverificatie of verificatie met afdelings-ID is ingesteld. ● Als verificatie met afdelings-ID is ingesteld. ● Als verificatie met een kaart wordt uitgevoerd. <Beheerinstellingen>...
  • Pagina 31 Instellen Aanmelden als beheerder 663C-004 Log in als beheerder, anders kunnen belangrijke items voor het netwerk en de beveiliging niet worden ingesteld. Om het gebruiksbeheer in te stellen nadat de installatie is voltooid, moet u zich aanmelden als beheerder. De standaardgebruikersnaam voor de beheerder is "Beheerder"...
  • Pagina 32 Instellen ◼ Bij aanmelden als beheerder Als u op drukt, wordt het volgende scherm weergegeven. ● Als u <Persoonlijke instellingen> hebt geopend en de items hebt gewijzigd die kunnen worden gepersonaliseerd, dan worden de instellingen geregistreerd als de persoonlijke instellingen voor de gebruiker die op de machine is aangemeld.
  • Pagina 33 Instellen De datum/tijd instellen 663C-005 Pas de datum/tijd van de machine aan. Deze instellingen moeten goed worden ingesteld, aangezien de datum/tijd wordt gebruikt bij bijvoorbeeld het automatisch verzenden van een e-mail op een vooraf vastgesteld tijdstip. Druk op Druk op <Voorkeuren> <Tijdklok/Energie instellingen>...
  • Pagina 34 Instellen ● Als u de instelling van <Tijdzone> of <Zomertijd> hebt gewijzigd, moet u de machine herstarten door de stroom uit te schakelen. Schakel de machine uit met de hoofdschakelaar ( De machine uitzetten(P. 111) ). De hoofdschakelaarindicator gaat uit. Wacht minstens 10 seconden en schakel de machine weer in ( De machine aanzetten(P.
  • Pagina 35 Instellen De netwerkomgeving instellen 663C-006 0YRY-006 0UUY-006 0UW1-006 1100-006 0X7F-006 0X7H-006 10XJ-006 0X6E-006 0X6W-006 1106-006 0X7C-006 0X7A-006 10YY-006 0WXY-006 0X7E-006 10H3-006 0WR6-006 0WR7-006 108A-006 1116-006 10H4-0JS 0WR5-006 0WR8-006 0YWJ-006 0YWH-006 0YWR-006 0YWK-006 0YWE-006 0YWF-006 0YAS-006 Om de machine op een netwerk aan te sluiten, sluit u de machine via een LAN-kabel of wifi aan op een router, en geeft u een uniek IP-adres in het netwerk op.
  • Pagina 36 Instellen Schakel de netwerkinstellingen van de machine in. De vergrendeling van netwerkinstellingen opheffen(P. 24) Selecteer een bedraad of draadloos LAN voor de verbinding. De netwerkverbindingsmethode selecteren(P. 25) Sluit de machine aan op een router. ● Is de connector van de LAN-kabel er op de juiste plek goed in gestoken? Steek de connector erin tot die vastklikt.
  • Pagina 37 Instellen KOPPELINGEN De netwerkomgeving aanpassen(P. 45)
  • Pagina 38 Instellen De vergrendeling van netwerkinstellingen opheffen 663C-007 Standaard wordt een beveiligingsslot toegepast op de netwerkinstellingen om onbedoelde wijzigingen te voorkomen. Ontgrendel het beveiligingsslot om ze te wijzigen. <Voorkeuren> <Netwerk> <Bevestig wijzigingen netwerkverbindingsinstelling> <Aan> <OK> ● Als <Uit> is geselecteerd, kunt u de netwerkinstellingen niet bekijken of wijzigen. Ook worden er geen foutberichten met betrekking tot het netwerk weergegeven.
  • Pagina 39 Instellen De netwerkverbindingsmethode selecteren 663C-008 U kunt de methode selecteren voor het verbinden van het apparaat met machines, enz. De volgende verbindingsmethoden zijn beschikbaar. ● Alleen bedraad LAN ● Alleen draadloos LAN ● Gelijktijdig bedraad en draadloos LAN ● Gelijktijdig bedraad LAN en een ander bedraad LAN Bij het gebruik van gelijktijdig bedraad LAN en draadloos LAN of gelijktijdig bedraad LAN en een ander bedraad LAN wordt de lijn die vanaf de LAN-poort van de machine wordt verbonden, de "hoofdlijn"...
  • Pagina 40 Instellen <Voorkeuren> <Netwerk> <Selecteer Bekabeld/Draadloos LAN> De interface selecteren <OK> ● Als u een sublijn gebruikt, raadpleegt u Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de sublijn(P. 1383) . Als u <Draadloos LAN> of <Bedrade LAN + draadloze LAN> hebt geselecteerd ● Als u <Energieverbruik in Sluimermodus>...
  • Pagina 41 Sluit de USB-LAN-adapter aan op de USB-poort van de machine (achter aan de rechterzijde van de machine). Onderdelen en de bijbehorende functies(P. 94) ● U kunt niet meerdere USB-LAN-adapters aansluiten. ● Voor meer informatie over de USB-LAN-adapters die kunnen worden gebruikt, neemt u contact op met de Canon-dealer bij u in de buurt.
  • Pagina 42 Instellen Verbinding maken met een draadloos LAN 663C-00A Verbind de machine draadloos met een computer of mobiel apparaat via een draadloze LAN-router (toegangspunt). Als de draadloze router is voorzien van WPS (Wi-Fi Protected Setup), wordt uw netwerk automatisch en gemakkelijk geconfigureerd.
  • Pagina 43 Instellen ● Afhankelijk van het netwerkapparaat verschilt de bediening van de draadloze-LAN-router. Raadpleeg de handleidingen van uw netwerkapparaat voor hulp. ● Wanneer <Verbied gebruik van zwakke versleuteling> is ingesteld op <Aan> ( <Verbied gebruik van zwakke versleuteling>(P. 1127) ), kan de machine niet worden aangesloten op de router met draadloos LAN zonder de beveiligingsinstellingen, of WEP of TKIP is opgegeven.
  • Pagina 44 Instellen De verbinding met de WPS-drukknopmodus tot stand brengen 663C-00C Als uw draadloze router de WPS-drukknopmodus ondersteunt (Wi-Fi Protected Setup), kunt u gemakkelijk een verbinding tot stand brengen met de WPS-knop op de router. <Voorkeuren> <Netwerk> <Draadloos LAN> <Instellingen draadloos LAN> <WPS- drukknopmodus>...
  • Pagina 45 Instellen De verbinding met de WPS-pincodemodus tot stand brengen 663C-00E Sommige WPS-routers (Wi-Fi Protected Setup) ondersteunen de drukknopmodus niet. Registreer in dat geval de pincode die op de machine is gegenereerd, op het netwerkapparaat. Een pincode op de machine genereren Druk op Druk op <Voorkeuren>...
  • Pagina 46 Instellen Een verbinding via selectie van een draadloze router tot stand brengen 663C-00F U kunt de draadloze routers die beschikbaar zijn voor verbinding, zoeken en een selecteren op het scherm van de machine. Als de beveiligingsnorm voor uw draadloze LAN-router WEP of WPA/WPA2-PSK is, voert u een WEP-sleutel of PSK in als netwerksleutel.
  • Pagina 47 Instellen ➠ Wanneer de configuratie is voltooid, wordt het scherm <Verbonden.> weergegeven.
  • Pagina 48 Instellen Een verbinding tot stand brengen door gedetailleerde instellingen op te geven 663C-00H Als u gedetailleerde beveiligingsinstellingen wilt opgeven of geen draadloze verbinding tot stand kunt brengen via de andere procedures, kunt u alle benodigde gegevens voor de draadloze verbinding ook zelf invoeren. Voorafgaand aan het bevestigen informatie opschrijven over uw SSID, netwerksleutel, beveiligingsnorm of verificatie-/ versleutelingsmethode method, etc.
  • Pagina 49 Instellen Druk op <OK>. WPA-EAP of WPA2-EAP gebruiken Druk op <WPA/WPA2-EAP>. Druk op <OK>. Druk op <OK>. ➠ Wanneer de draadloze-LAN-router wordt gedetecteerd en de configuratie is voltooid, wordt het scherm <Verbonden.> weergegeven.
  • Pagina 50 Instellen De SSID en netwerksleutel controleren 663C-00J Bij het handmatig instellen van een draadloze LAN-routerverbinding is het vereist om de SSID, netwerksleutel, beveiligingsnorm, etc. van de draadloze LAN-router in te stellen. De SSID en de netwerksleutel worden mogelijk aangegeven op de router. Controleer uw apparaten voordat u de verbinding tot stand brengt. Als de beveiligingsnorm voor uw draadloze LAN-router WPA/WPA2-EAP is, dan voorafgaand de IEEE 802.1X-verificatie-instellingen bepalen voor het apparaat ( De instellingen voor verificatie met IEEE 802.1X configureren(P.
  • Pagina 51 Instellen Een IP-adres instellen 663C-00K 0YRY-00K 1100-00K 10XJ-00K 1106-00K 10YY-00K 10H3-00K 108A-00K 1116-00K 10H4-00K 0YAS-00K Om de machine op een netwerk aan te sluiten, is een uniek IP-adres in het netwerk nodig. De machine ondersteunt twee versies IP-adressen: "IPv4" en "IPv6". Stel ze in voor gebruik in uw omgeving. U kunt IPv4 of IPv6 gebruiken. U kunt beide ook tegelijkertijd gebruiken.
  • Pagina 52 Instellen Een IPv4-adres instellen 663C-00L Er zijn twee methodes om een IPv4-adres in te stellen: automatisch via DHCP toewijzen en handmatig invoeren. Selecteer een van beide in overeenstemming met uw omgeving. Voer zo nodig een verbindingstest uit. Een IPv4-adres instellen(P. 38) Een verbindingstest uitvoeren voor een IPv4-adres(P.
  • Pagina 53 Instellen Druk op <Ja>. Een verbindingstest uitvoeren voor een IPv4-adres Wanneer de machine goed is aangesloten, kan het aanmeldingsscherm van de Remote UI (UI op afstand) vanaf de computer worden weergegeven ( De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761) ). U kunt een verbindingstest op het bedieningspaneel van de machine uitvoeren.
  • Pagina 54 Instellen Een IPv6-adres instellen 663C-00R De volgende zijn typen IPv6-adressen. Registreer zo nodig. Maximaal vier stateless adressen kunnen worden geregistreerd. Voer zo nodig een verbindingstest uit. Type Toelichting Link local adres Adressen die alleen in dezelfde koppeling worden gebruikt en die automatisch worden aangemaakt zonder iets in te stellen.
  • Pagina 55 Instellen <Gebruik handmatig adres> Druk op <Aan>. <Handmatig adres> Druk op de <Handmatig adres>-knop en voer een adres in. De volgende adressen kunnen niet worden gebruikt. ● Adressen die beginnen met "ff" (multicast-adres) ● Adressen die alleen uit "0" bestaan ●...
  • Pagina 56 Instellen <Voorkeuren> <Netwerk> <TCP/IP-instellingen> <IPv6-instellingen> <PING- commando> Voer het adres van een ander gebruikt apparaat of de hostnaam in <Start> ➠ Wanneer de machine goed is aangesloten, wordt de melding <Respons van de host.> weergegeven. ● Zelfs al zijn IP-adressen goed ingesteld, als de machine is aangesloten op een netwerkswitch, kan de machine misschien geen verbinding maken met het netwerk.
  • Pagina 57 Instellen Instellen van het IPv4 adres van de sublijn 663C-00S Geef het IPv4-adres op dat moet worden gebruikt voor de sublijn. ● Alleen IPv4-adressen kunnen worden gebruikt met de sublijn. Een IP-adres instellen(P. 43) Een IP-adres instellen Druk op Druk op <Voorkeuren> <Netwerk>...
  • Pagina 58 Instellen Druk op <Ja>.
  • Pagina 59 Instellen De netwerkomgeving aanpassen 663C-00U De omvang en vorm van een netwerk varieert afhankelijk van het doel en gebruik. De machine beschikt over verschillende technologieën voor aanpassing aan zo veel mogelijke omgevingen. Overleg met uw netwerkbeheerder en voer de nodige instellingen voor uw omgeving uit. Ethernet-instellingen doorvoeren(P.
  • Pagina 60 Instellen Ethernet-instellingen doorvoeren 663C-00W Ethernet is een norm die communicatiemethodes binnen een LAN bepaalt. Normaal gesproken, kunnen het communicatiesysteem (half-duplex/full-duplex) en Ethernet-type (1000BASE-T/100BASE-TX/10BASE-T) automatisch worden ingesteld. U kunt ze afzonderlijk instellen door de instelling op handmatige bediening te zetten. <Ethernet Driver Settings> bestaat voor zowel de hoofdlijn als de sublijn. Registreer zo nodig de instellingen. Druk op Druk op <Voorkeuren>...
  • Pagina 61 Instellen Voer tegelijkertijd verzend-/ontvangstfuncties uit. Selecteer dit als algemene regel. Selecteer het type Ethernet. ● Selecteer <10BASE-T>, <100BASE-TX> of <1000BASE-T> bij <Type Ethernet>. Druk op <OK>. Druk op <Ja>. KOPPELINGEN De wachttijd instellen bij verbinding maken met een netwerk(P. 48)
  • Pagina 62 Instellen De wachttijd instellen bij verbinding maken met een netwerk 663C-00X Als u van plan bent netwerkredundantie te implementeren door verbinding te maken met diverse netwerkswitches, is een mechanisme nodig om lusbewerking van pakketten te voorkomen. In dit geval is het doeltreffend om de rollen van de switchpoorten vast te stellen, maar communicatie wordt misschien niet goed overgedragen wanneer er net wijzigingen zijn doorgevoerd, zoals het toevoegen van een nieuw apparaat aan het netwerk.
  • Pagina 63 Instellen DNS-instellingen doorvoeren 663C-00Y 0YRY-00X 1100-00X 10XJ-00X 1106-00X 10YY-00X 10H3-00X 108A-00X 1116-00X 10H4-00X 0YAS-00X De DNS-server is een computer die de namen van apparaten (domeinnamen) op het internet omzet in IP-adressen. Er zijn wereldwijd veel DNS-servers op het internet. Ze werken met elkaar samen om domeinnamen met IP-adressen overeen te laten stemmen.
  • Pagina 64 Instellen ● Als er een tweede DNS-server is, voer dan ook het IP-adres daarvan in. U kunt geen adressen invoeren die beginnen met "ff" (multicast-adres), adressen die alleen uit "0" bestaan of adressen van lokale koppelingen. Deze kolom kan leeg blijven. Druk op <OK>.
  • Pagina 65 Instellen <IPv4> ● Om de gegevens automatisch bij te werken wanneer overeenstemming tussen de hostnaam en het IP-adres is gewijzigd in een omgeving zoals DHCP, drukt u op <Aan> bij <DNS dynamische update>. <IPv6> ● Om de gegevens automatisch bij te werken wanneer overeenstemming tussen de hostnaam en het IP-adres is gewijzigd in een omgeving zoals DHCP, drukt u op <Aan>...
  • Pagina 66 Instellen Druk op <OK>. Druk op <Ja>. Een DHCP-server gebruiken U kunt een hostnaam ophalen bij de DHCP-server. ● De instelling "Instellingen DHCP-opties" is alleen van toepassing op de hoofdlijn. Druk op Druk op <Voorkeuren> <Netwerk> <TCP/IP-instellingen> <IPv4-instellingen> of <IPv6-instellingen> <Instellingen DHCP-opties>.
  • Pagina 67 Instellen Om een domeinnaam via de POP-server te verwerven, drukt u op <Aan>. Druk op <OK>. Druk op <Ja>.
  • Pagina 68 Instellen SMB-instellingen doorvoeren 663C-010 In dit gedeelte worden de installatiestappen beschreven voor het delen van bestanden en printers tussen meerdere apparaten in het netwerk via het SMB-protocol. De SMB-server instellen(P. 54) De SMB-client instellen(P. 55) De SMB-server instellen Als u de functies van de SMB-server inschakelt, kan het Geavanceerde ruimte worden gebruikt als SMB- bestandsserver.
  • Pagina 69 Instellen Druk op <Geef SMB-serverversie op> en selecteer de versie van SMB die met de SMB- server moet worden gebruikt. Druk op <OK>. Druk op <Ja>. ● Gebruik dezelfde versie van SMB met de SMB-server en de SMB-client. SMB kan niet worden gebruikt als de versies verschillen.
  • Pagina 70 Instellen <Versleuteling vr verbinding nodig> Als u een verbinding met SMB v3.0 versleutelde communicatie wilt aanvragen bij verbinding met een SMB- server, drukt u op <Aan>. <Timeout> Stel de tijd in tot wanneer de SMB-verbindingsbestemming reageert. ● Bij het verzenden naar een SMB-server is de netwerkverbinding verbroken of was de respons van de server te traag waardoor een time-out door de wachttijd op de machine optreedt voordat de gegevens konden worden verzonden of het doorzenden kon worden voltooid.
  • Pagina 71 Instellen WINS-instellingen doorvoeren 663C-011 WINS is de naam van een service waarmee een NetBIOS-naam (een computernaam en een printernaam op een SMB- netwerk) in een IP-adres wordt omgezet. Om WINS te gebruiken, hebt u een bepaalde WINS-server nodig. ● Om de WINS-server op de machine te registreren, stelt u <Instell. computernaam/werkgroepnaam> in voor <TCP/IP-instellingen>.
  • Pagina 72 Instellen WebDAV-instellingen doorvoeren 663C-012 In dit gedeelte worden de stappen beschreven waarmee functies van de WebDAV-server worden ingeschakeld. WebDAV is een protocol dat zich heeft uitgebreid vanuit HTTP, en wordt gebruikt om bestanden en mappen op een webserver te beheren. Omdat WebDAV ook TLS-versleuteling ondersteunt, kunt u een systeem voor het delen van bestanden maken dat bijzonder veilig is via gebruikersbeheer.
  • Pagina 73 Instellen De LDAP-server registreren 663C-013 In omgevingen waarin een LDAP-server wordt gebruikt, kunnen faxnummers en e-mailadressen worden gezocht, opgegeven als bestemmingen vanaf de machine en geregistreerd in het adresboek van de machine. ● U kunt maximaal vijf LDAP-servers opslaan. Druk op Druk op <Stel bestemming in>...
  • Pagina 74 "DC=jan,DC=voorbeeld,DC=com" in. ● Wanneer u Lotus Notes Domino gebruikt, voert u de identificatienaam (dn) van het knooppunt in de mappenstructuur in, dus "cn=gebruiker1,ou=team1,ou=verkoopafd,o=canon". <Gebruik TLS> Om de communicatie van/naar de LDAP-server met TLS te coderen, drukt u op <Aan>. <Timeout bij zoeken>...
  • Pagina 75 "gebruiker1", voert u "voorbeeld\gebruiker1" in. ● Wanneer u Lotus Notes Domino gebruikt, voert u de identificatienaam (dn) van de geverifieerde gebruiker in, dus "cn=gebruiker1,ou=team1,ou=verkoopafd,o=canon". <Wachtwoord> Voer het wachtwoord in dat op de LDAP-server is geregistreerd. Wanneer het wachtwoord is ingevoerd, wordt <Bevestigen>...
  • Pagina 76 Instellen Bij anonieme verificatie zonder aanmeldingsgegevens Druk op <Niet gebruiken> in <Authentificatieinformatie>. Selecteer een combinatie van de LDAP-versie en de tekencode van de server. Druk op <OK>. KOPPELINGEN Gebruikersverificatie uitvoeren bij verspreiding van apparaatgegevens(P. 866) Serverinformatie registreren(P. 671) <Stel bestemming in>(P. 1105) SNTP-instellingen doorvoeren(P.
  • Pagina 77 Druk op <Stel speciale community in>, <Stel community naam 1 in> of <Stel community naam 2 in>. ● De exclusieve community is een community (groep) die is voorbereid voor managers die Canon- software, zoals iW Management Console, gebruiken. Om de exclusieve community te gebruiken, drukt u op <Stel speciale community in>.
  • Pagina 78 Instellen <Speciale gemeenschap>/<Communitynaam 1>/<Communitynaam 2> Om de geselecteerde community te gebruiken, drukt u op <Aan>. Wanneer u de community niet wilt gebruiken, drukt u op <Uit>. <MIB toegangspermissie> Voor elke community selecteert u MIB-toegangsbevoegdheden uit <Lezen/Schrijven> of <Alleen lezen>. <Communitynaam> Voer met de alfanumerieke tekens een communitynaam in waartoe u behoort.
  • Pagina 79 Instellen <Gebruikersnaam> Voer met de alfanumerieke tekens een gebruikersnaam in. ● U kunt de tekens "Beheerder" niet gebruiken voor een gebruikersnaam die u wilt registreren. Als u de tekens "Beheerder" wilt gebruiken, moet u <Gebruik beheerder> instellen op <Uit> onder <Administrator instellingen>.
  • Pagina 80 Instellen ● SNMP-gegevens kunnen in de sluimermodus niet worden ontvangen. ● Als u <Aan> inschakelt, krijgt u misschien geen toegang tot de machine met behulp van Canon-software (iW-serie) of toepassingen die het SNMP-protocol gebruiken. Druk op <OK>. Druk op <Ja>.
  • Pagina 81 Instellen Statische routering instellen 663C-015 U kunt statische routering instellen om de netwerkroute handmatig op te geven. Als er bijvoorbeeld gegevens worden verzonden vanaf een machine die met andere netwerken is verbonden via een router met zowel de hoofdlijn als de sublijn, kunnen de gegevens worden verzonden via de gateway van de sublijn in plaats van de gateway van de hoofdlijn die normaal wordt gebruikt.
  • Pagina 82 Instellen Voer <Address> in en <Prefix Length> druk op <Next>. ● Druk op elke knop en voer de vereiste instelling in. Geef het gateway-adres op druk op <OK> <OK>. Druk op <Yes>. ● De routevolgorde wordt weergegeven in <Order> op het instellingenscherm voor statische routering. ●...
  • Pagina 83 Instellen Andere netwerkinstellingen 663C-016 Stel het volgende in overeenstemming met uw netwerkomgeving in. De PASV-modus van FTP instellen(P. 69) SNTP-instellingen doorvoeren(P. 69) De machine vanaf apparaatbeheersystemen controleren(P. 70) De PASV-modus van FTP instellen PASV is een FTP-communicatiemodus die wordt gebruikt tijdens bestandsoverdracht. Druk op <Aan> bij deze instelling om de machine te kunnen verbinden met een FTP-server, zelfs als de machine zich achter een firewall bevindt.
  • Pagina 84 Instellen Voer het IP-adres van de NTP-server in. Wanneer de DNS-server wordt gebruikt in plaats van een IP-adres, kunt u met de alfanumerieke tekens "hostnaam.domein" (FQDN) invoeren. (Voorbeeld: ntp.voorbeeld.com). <Controleer NTP-server> U kunt de communicatiestatus tussen een geregistreerde server en de SNTP controleren. Wanneer een goede verbinding tot stand is gebracht, wordt "OK"...
  • Pagina 85 Instellen KOPPELINGEN <Netwerk>(P. 1030)
  • Pagina 86 Instellen Systeemdatacommunicatie configureren 663C-017 De instellingen die in dit gedeelte worden beschreven, zijn vereist om de sublijn te gebruiken voor het uitvoeren van de DNS-naamomzetting en datacommunicatie via een proxy. Er zijn beheerders- of netwerkbeheerdersbevoegdheden vereist om deze instellingen op te geven. ●...
  • Pagina 87 Instellen Proxy-instellingen van de sublijn Druk op Druk op <Preferences> <Network> <Sub Line Settings> <Settings for System Data Communic.> <Proxy Settings>. Druk op <On> voor <Use Proxy> De vereiste instellingen configureren druk op <OK>. <Server Address> Voer het adres van de proxyserver die u wilt gebruiken, in. Geef de instellingen op, zoals het IP-adres en de hostnaam, afhankelijk van uw omgeving.
  • Pagina 88 U kunt de stuurprogramma's en software downloaden van de Canon-website (http://www.canon.com/). ● De nieuwste versies van de stuurprogramma's en software worden naar de Canon-website geüpload wanneer ze beschikbaar zijn. Download deze indien nodig en houd hierbij rekening met de besturingsomgeving van uw machine.
  • Pagina 89 Instellen Instellingen faxlijn 663C-019 Om de fax op de machine te gebruiken, registreert u faxnummer en bedrijf of afdelingsnaam die u wilt weergeven/ hebben afgedrukt op de faxmachine van de ontvanger bij het verzenden van een fax. Stel ook het communicatiekanaaltype in.
  • Pagina 90 Instellen ● U kunt instellen dat automatisch wordt geschakeld tussen inkomende fax en inkomende oproep bij <Selecteer RX-modus>. <Ontvangen/Doorzenden>(P. 1090) <Faxinstellingen> KOPPELINGEN Faxen(P. 366) Opties(P. 1489)
  • Pagina 91 Instellen Communicatie via e-mail/I-fax instellen 663C-01A 0YRY-017 0UUY-00Y 0UW1-00Y 1100-017 0X7F-017 0X7H-017 10XJ-017 0X6E-017 0X6W-017 1106-017 0X7C-017 0X7A-017 10YY-017 0WXY-017 0X7E-017 10H3-017 0WR6-017 0WR7-017 108A-017 1116-017 10H4-017 0WR5-017 0WR8-017 0YWJ-016 0YWH-017 0YWR-016 0YWK-017 0YWE-017 0YWF-017 0YAS-017 Om direct gescande documenten via e-mail/I-fax te verzenden zonder computer, moet u eerst de communicatie- instellingen zoals een mailserver, verificatiemethodes, enz., instellen.
  • Pagina 92 Instellen Geef het scherm weer waarin verificatie en versleuteling kunnen worden ingesteld. <Control. verbind.> Druk op deze knop om de verbinding te controleren voor <SMTP-server> en <POP-server> na het opgeven van de instellingen. <POP> Druk op <Aan> wanneer u e-mails en I-faxen via POP3-server wilt ontvangen. POP-verificatie instellen voor verzending en versleutelingscommunicatie naar/van de POP-server POP-verificatie voor verzending (POP voor SMTP) is een bevestiging van gebruikers via de POP-server...
  • Pagina 93 Instellen <SMTP-authentificatie (SMTP AUTH)> Om SMTP-verificatie te gebruiken, drukt u op <Aan> en voert u de gebruikersnaam en het wachtwoord van de opgegeven mailaccounts in bij <Gebruikersnaam> en <Wachtwoord>. Gebruiker-ID en wachtwoord ● <Gebruikersnaam> en <Wachtwoord> voor <SMTP Authentication> worden ook gebruikt bij het doorsturen van ontvangen documenten.
  • Pagina 94 Instellen Voer de authenticatie-informatie in bij het verzenden:Wanneer <Gebruikersnaam> en <Wachtwoord> ingevoerd in <SMTP-authentificatie (SMTP AUTH)> worden gebruikt en het authenticatiescherm (<Inloggen bij SMTP-server>) wordt weergegeven tijdens het verzenden ● <Gebruikersnaam> en <Wachtwoord> ingevoerd in <SMTP-authentificatie (SMTP AUTH)> worden tijdens het verzenden als de authenticatie-informatie ingevoerd. ●...
  • Pagina 95 De harde schijf in de machine heeft een openbare ruimte die "Geavanceerde ruimte" heet. Die kan beschikbaar worden gesteld op hetzelfde netwerk met het SMB- of WebDAV-protocol. Dienovereenkomstig kunt u met gemak bestanden delen met computers en andere multifunctionele Canon-printers zonder tussenkomst van een server.
  • Pagina 96 Instellen De Geavanceerde ruimte instellen op openbaar 663C-01E Open de opslagruimte (Geavanceerde ruimte) op het netwerk om bestanden te delen. Geef gegevens op, zoals bestandstypes die moeten worden opgeslagen. U kunt in de Geavanceerde ruimte een exclusieve ruimte voor persoonlijk gebruik aanmaken. Om de Geavanceerde ruimte op het netwerk beschikbaar te maken, moet u instellen dat de machine wordt gebruikt als de SMB- of WebDAV-server ( SMB-instellingen doorvoeren(P.
  • Pagina 97 Instellen Om een exclusieve map voor persoonlijk gebruik in de Geavanceerde ruimte aan te maken, drukt u op <Aan>. Als <Authentificatiebeheer> niet is ingesteld op <Aan>, is instellen niet mogelijk. <Verbied schrijven van extern> Om een exclusieve map voor persoonlijk gebruik in de Geavanceerde ruimte aan te maken, drukt u op <Aan>.
  • Pagina 98 Instellen Als u <Met SMB> instelt, wordt <Authentificatiebeheer> ingesteld op <Uit>. U hoeft de instelling niet te configureren. Ga verder naar stap 6. Druk op <OK>. Druk op <Ja>. ● Zelfs als <Verbied schrijven van extern> is ingesteld op <Aan>, kunnen gebruikers met beheerdersbevoegdheden de volgende handelingen uitvoeren.
  • Pagina 99 Instellen [Path to Folder] Voer het pad in naar de map voor de melding. Wanneer de Geavanceerde ruimte wordt geopend als een SMB-server Voer het IP-adres of de hostnaam van de machine in plus "\share" of "\users", gevolgd door "\folder_name". ●...
  • Pagina 100 Instellen Er wordt een bericht verzonden telkens wanneer een bestand wordt opgeslagen in de opgegeven map in de Geavanceerde ruimte vanaf een loopbackadres (een adres dat deze machine in een netwerk aangeeft) met behulp van de functie voor verzenden of doorzenden. Het bericht wordt [When a loopback address has been echter niet verzonden wanneer een bestand wordt opgeslagen in een specified to send or forward]...
  • Pagina 101 663C-01F De machine kan worden aangesloten op een computer (Windows-server) of Geavanceerde ruimte of andere multifunctionele Canon-printers in het netwerk. De machine kan gegevens die zijn opgeslagen op de aangesloten Windows-server of Geavanceerde ruimte, afdrukken/verzenden. Omgekeerd kunnen andere multifunctionele printers gegevens ophalen uit de Geavanceerde ruimte van de machine.
  • Pagina 102 Selecteer het communicatieprotocol dat u wilt gebruiken bij een externe referentie naar een Windows-server of Geavanceerde ruimte of andere multifunctionele Canon-printers in het netwerk. Als echter maar een daarvan wordt gebruikt, kunt u de beveiliging verhogen door overbodige instellingen uit te schakelen.
  • Pagina 103 Basisbewerkingen Basisbewerkingen Basisbewerkingen ............................91 ......................94 Onderdelen en de bijbehorende functies ................................ 95 Voorzijde ..............................99 Achterzijde ..............................100 Binnenkant ..............................101 Invoerlade ..............................104 Papiertafel ..............................105 Papierlade ............................107 Bedieningspaneel ............................110 De machine aanzetten ........................... 111 De machine uitzetten ............................
  • Pagina 104 Basisbewerkingen ....................186 Het scherm met basisfuncties aanpassen ........................ 189 Gebruikmaken van het Snelmenu ......................190 Knoppen opslaan in het Snelmenu ......................... 196 De Snelmenu bewerken ....................199 Het gebruik van de Snelmenu beperken ..........................200 De weergavetaal wijzigen ..........202 Sneltoetsen voor veelgebruikte instellingen/geregistreerde items opslaan ................
  • Pagina 105 Basisbewerkingen Basisbewerkingen 663C-01H In dit hoofdstuk worden basisbewerkingen beschreven, bijvoorbeeld het gebruik van het bedieningspaneel en het aanraakscherm, en ook hoe papier en originelen moeten worden geladen. ◼ Onderdelen en de bijbehorende functies In dit gedeelte wordt aandacht besteed aan de externe en interne onderdelen van het apparaat en hun functie. Daarnaast wordt uitgelegd hoe u de toetsen op het bedieningspaneel gebruikt.
  • Pagina 106 Basisbewerkingen ◼ Aanmelden bij de machine In dit gedeelte wordt beschreven hoe u zich kunt aanmelden wanneer een aanmeldingsscherm wordt weergegeven. Aanmelden bij de machine(P. 151) ◼ Originelen plaatsen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u originelen op de glasplaat en in de invoerlade plaatst. Originelen plaatsen(P.
  • Pagina 107 Basisbewerkingen ◼ Geluidsinstellingen opgeven In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u geluiden moet instellen, bijvoorbeeld van het geluid wanneer een fax is verstuurd of wanneer een fout optreedt. Geluiden instellen(P. 208) ◼ De sluimermodus inschakelen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de sluimermodus instelt. De sluimermodus inschakelen(P.
  • Pagina 108 Basisbewerkingen Onderdelen en de bijbehorende functies 663C-01J In dit gedeelte worden de onderdelen van de machine beschreven (voorzijde, achterzijde en binnenzijde), evenals de functie die ze hebben. In dit gedeelte wordt ook beschreven hoe u originelen en papier plaatst, evenals de namen en functies van de toetsen op het bedieningspaneel.
  • Pagina 109 Basisbewerkingen Voorzijde 663C-01K Bedieningspaneel Het bedieningspaneel bestaat uit numerieke toetsen, , lampjes, aanraakscherm, enz. U kunt hier alle bewerkingen vanaf het bedieningspaneel uitvoeren en instellingen opgeven. Bedieningspaneel(P. 107) Invoerlade Hiermee worden originelen automatisch in de machine ingevoerd om te worden gescand. Als u twee of meer vellen in de invoerlade plaatst, worden deze achter elkaar gescand.
  • Pagina 110 Basisbewerkingen ● Op sommige soorten geheugenmedia is het niet altijd mogelijk om gegevens correct op te slaan. ● De USB-poort (rechter voorkant van de machine) ondersteunt USB 2.0. Rechterklep van de machine Open deze klep om papier te verwijderen dat in de machine is vastgelopen. Papierstoringen in een papierbron(P.
  • Pagina 111 Basisbewerkingen Papierlade 1 Plaats de papiersoort die u het vaakst gebruikt. Papierlade(P. 105) Papierlade 2 Plaats de papiersoort die u het vaakst gebruikt. U kunt papier plaatsen dat niet in papierlade 1 kan worden geplaatst, zoals A3-formaat. Papierlade(P. 105) Tonerafvalreservoir Open deze klep voor het vervangen van de container voor afvaltoner.
  • Pagina 112 Basisbewerkingen Niet-ondersteunde apparaten en toepassingen ● Geheugenmedia met beveiligingsfuncties ● Geheugenmedia die niet voldoen aan de USB-specificatie ● Geheugenkaartlezers aangesloten via USB ● Geheugenmedia aansluiten via een verlengkabel ● Geheugenmedia aansluiten via een USB-hub...
  • Pagina 113 Basisbewerkingen Achterzijde 663C-01L LAN-poort Hier kunt u een LAN-kabel aansluiten om de machine te verbinden met een bekabelde LAN-router, enz. netwerkomgeving instellen(P. 21) USB-aansluiting Hier kunt u een USB-kabel aansluiten om de machine te verbinden met een computer. ● De USB-aansluiting ondersteunt USB 2.0. USB-poort (achterkant van de machine) U kunt apparaten, zoals een externe harde schijf, aansluiten op de machine.
  • Pagina 114 Basisbewerkingen Binnenkant 663C-01R Stofwerende glasreiniger Gebruik deze reiniger om het stofwerende glas te reinigen. Drumeenheid De eenheid die toner op het papier aanbrengt. Vervangen van de drumeenheid(P. 1165) Tonercartridge Vervang de tonercartridge wanneer de toner opraakt. Vervangen van de tonercartridge(P. 1146) Fixeereenheid De eenheid die toner op het papier fixeert.
  • Pagina 115 Basisbewerkingen Invoerlade 663C-01S In dit gedeelte worden de naam en het gebruik van elk deel van de aanvoer beschreven. Single Pass DADF-A(P. 101) DADF-AV(P. 102) Single Pass DADF-A Originelenindicator Gaat branden wanneer originelen op het originelenblad worden geplaatst. Deksel van aanvoer Open dit deksel om vastgelopen papier in de aanvoer te verwijderen.
  • Pagina 116 Basisbewerkingen Scanvlakklep voor aangevoerde documenten Open deze klep als u een stempelpatroon vervangt of het scangebied van de documentaanvoer reinigt. Onderhoud(P. 1130) Glasplaat Als u boeken, dikke en dunne originelen en andere originelen wilt scannen die niet via de invoerlade kunnen worden gescand, plaats deze dan op de glasplaat.
  • Pagina 117 Basisbewerkingen Deksel van aanvoer Open dit deksel om vastgelopen papier in de aanvoer te verwijderen. Papierstoringen in de aanvoer(P. 1316) Papiergeleiders Pas deze geleiders aan de breedte van een origineel aan. Originelenblad Hier geplaatste originelen worden automatisch in de aanvoer ingevoerd. Wanneer u twee of meer vellen plaatst, kunnen originelen achter elkaar worden gescand.
  • Pagina 118 Basisbewerkingen Papiertafel 663C-01U Gebruik de papiertafel wanneer u wilt afdrukken op een papiertype dat niet in de papierlade is geplaatst, zoals etiketten. Papiergeleiders Stel de papiergeleiders exact af op de breedte van het geplaatste papier, zodat het papier mooi recht in de machine wordt gevoerd.
  • Pagina 119 Basisbewerkingen Papierlade 663C-01W Papierlade 1 Papiergeleider (linkerzijde) Druk op het bovenste gedeelte van de linkergeleider en verschuif hem. Papiergeleider (voorzijde) Druk op het bovenste gedeelte van de voorste geleider en verschuif hem. Papierlade 2 Papiergeleider (linkerzijde) Druk op het bovenste gedeelte van de linkergeleider en verschuif hem. Papiergeleider (voorzijde) Druk op het bovenste gedeelte van de voorste geleider en verschuif hem.
  • Pagina 120 Basisbewerkingen Het etiket met het juiste papierformaat bevestigen Bevestig het etiket met het papierformaat op dezelfde hoogte als de indicator van het cassettenummer en ongeveer 5 mm naar links. * Ongeveer 5 mm ● Merk op dat het etiket met het papierformaat mogelijk papierformaten bevat die niet beschikbaar zijn op de machine.
  • Pagina 121 Basisbewerkingen Bedieningspaneel 663C-01X In dit gedeelte worden de namen en toepassingen van de toetsen op het bedieningspaneel beschreven. <Snelmenu> Druk op deze toets om de functies weer te geven die zijn opgeslagen in Snelmenu. Gebruikmaken van het Snelmenu(P. 189) <Hoofdmenu> Druk op deze toets om Hoofdmenu weer te geven waarin de knoppen voor de basisfuncties zijn geplaatst.
  • Pagina 122 Papierstoringen oplossen(P. 1313) Vastgelopen nietjes verwijderen (optioneel)(P. 1340) ● Als het Fout-lampje rood blijft branden, neem dan contact op met een erkende Canon-dealer bij u in de buurt. Verwerken/gegevens-indicator Dit lampje knippert tijdens bewerkingen zoals het verzenden van gegevens of afdrukken. Brandt groen als er...
  • Pagina 123 Basisbewerkingen [Reset]-toets Druk op deze toets om de wijzigingen te annuleren en de eerder opgegeven instellingen te herstellen. ID (In-/uitloggen)-toets Druk op deze toets om in te loggen wanneer persoonlijke verificatie nodig is. Als u klaar bent met het gebruik van deze machine, drukt u weer op deze toets om uit te loggen.
  • Pagina 124 Basisbewerkingen De machine aanzetten 663C-01Y In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de machine aanzet. Controleer of de stekker goed op de wandcontactdoos is aangesloten. Open de klep van de hoofdschakelaar en druk op de hoofdschakelaar in de richting van " ".
  • Pagina 125 ● Gegevens die zijn opgeslagen in de machine, kunnen beschadigd raken als de Geavanceerde ruimte (gedeelde opslag op de machine) wordt gebruikt door een andere multifunctionele Canon-printer of een computer vlak voordat de machine wordt uitgeschakeld.
  • Pagina 126 Basisbewerkingen ● Het kan even duren voordat de machine volledig is uitgeschakeld. Trek de stekker er pas uit als het Hoofdschakelaar-lampje ( Bedieningspaneel(P. 107) ) uit is. ● Als u de machine opnieuw wilt starten, wacht u minstens 10 seconden nadat het Hoofdschakelaar-lampje niet meer brandt en zet u de machine daarna weer aan.
  • Pagina 127 Basisbewerkingen Originelen plaatsen 663C-021 Plaats uw originelen op de glasplaat of in de aanvoer. Leg originelen zoals boeken en dun/dik papier die niet in de aanvoer kunnen worden geplaatst, op de glasplaat. Als u dubbelzijdige originelen wilt scannen of verschillende vellen van originelen wilt blijven scannen, plaats ze dan in de aanvoer.
  • Pagina 128 Basisbewerkingen Calqueerpapier of transparanten scannen ● Als u transparante originelen wilt scannen (bijvoorbeeld calqueerpapier of transparanten), plaatst u deze op de glasplaat en bedekt u ze met gewoon wit papier. Documentformaten ● De machine detecteert automatisch het papierformaat van het geplaatste document voordat er wordt gescand.
  • Pagina 129 Basisbewerkingen Sluit voorzichtig de aanvoer. ➠ Het origineel kan nu worden gescand. ● Als het scannen is voltooid, haalt u het origineel van de glasplaat. ● Let erop dat uw ogen niet worden blootgesteld aan het licht van de glasplaat wanneer u de aanvoer sluit. ●...
  • Pagina 130 Basisbewerkingen Waaier de stapel originelen uit en maak er een rechte stapel van. ● Waaier de stapel originelen in delen uit en tik een paar keer op een vlak oppervlak om de stapel mooi recht te maken. Plaats de originelen met de afdrukzijde omhoog en zo ver mogelijk in de aanvoer. ➠...
  • Pagina 131 Basisbewerkingen ● Zorg ervoor dat de stapel originelen niet hoger is dan de markeringen voor het maximale aantal vellen ). Als u te grote originelen plaatst, worden ze misschien niet gescand of kunnen ze een papierstoring veroorzaken. ● Strijk vouwen in uw originelen altijd vlak voordat u ze in de aanvoer plaatst. Als het origineel vouwen heeft, kan er een scherm met een foutbericht verschijnen omdat het formaat van de originelen niet correct kan worden gedetecteerd.
  • Pagina 132 Basisbewerkingen ● Haal de gescande originelen uit het originelenopvangblad om papierstoringen te voorkomen. Om te voorkomen dat originelen in het opvangblad blijven liggen, licht de uitvoerindicator originelen op terwijl de originelen worden uitgevoerd en knippert deze nog een tijdje nadat alle originelen zijn uitgevoerd. ●...
  • Pagina 133 Basisbewerkingen Als u hetzelfde origineel herhaaldelijk scant ● U wordt aangeraden hetzelfde origineel niet vaker dan vijf keer te scannen (dit hangt af van de papierkwaliteit). Het origineel kan gevouwen of gekreukeld raken, of lastig te verzenden. Scangebied van gekleurde originelen ●...
  • Pagina 134 Basisbewerkingen Papier plaatsen 663C-022 De te gebruiken papierbron en de te volgen methode voor het plaatsen van papier zijn afhankelijk van het type en formaat van papier dat u gebruikt. Voor meer informatie over beschikbare typen en formaten papier raadpleegt u Beschikbaar papier(P.
  • Pagina 135 Basisbewerkingen Basisprocedure voor het plaatsen van papier 663C-023 In dit gedeelte wordt de methode voor het plaatsen van papier beschreven dat relatief vaak wordt gebruikt, zoals normaal of gerecycled papier. Gebruik de papierlade voor het plaatsen van de papiersoort die u het meest gebruikt. Gebruik de papiertafel wanneer u tijdelijk een formaat of type papier wilt gebruiken dat niet in de papierlade is geplaatst.
  • Pagina 136 Basisbewerkingen ● Verschuif de geleiders tot u een klik hoort. Als de linker geleider en de voorste geleider niet juist worden ingesteld, zal het papierformaat niet juist op het touch panel display verschijnen. De geleiders dienen tevens juist te worden ingesteld om papierstoringen, verontreinigde afdrukken en of verontreiniging van de binnenzijde van de machine te voorkomen.
  • Pagina 137 Basisbewerkingen ● Waaier alle vier de randen van het papier goed uit. ● Controleer of er genoeg lucht tussen elke vel papier zit. Hier plaatst u het papier. Zorg dat de formaatinstelling van de papierlade overeenkomt met het formaat papier dat in de lade wordt geplaatst.
  • Pagina 138 Basisbewerkingen ● Papier kan elkaar overlappen wanneer het wordt ingevoerd, of er kan een papierstoring optreden, afhankelijk van snijvlak van het papier. De afdrukstand wijzigen en het papier opnieuw plaatsen kan het effect van het snijvlak verminderen. ● Als het papier op is en het afdrukken wordt gestopt, plaatst u een nieuwe stapel papier. Het afdrukken wordt hervat nadat de nieuwe stapel papier is geplaatst.
  • Pagina 139 Basisbewerkingen Leg papier klaar. ● Waaier de papierstapel uit en tik met de onderkant op een vlak oppervlak om de vellen papier mooi gelijk te leggen. ● Waaier alle vier de randen van het papier goed uit. ● Controleer of er genoeg lucht tussen elke vel papier zit. ●...
  • Pagina 140 Basisbewerkingen ● Zorg ervoor dat de stapel papier niet hoger is dan de lijn die het maximale aantal vellen aangeeft ( Als u te veel papier plaatst, kan dit papierstoringen veroorzaken. ● Als u enveloppen of papier met een logomerk gebruikt, let dan op de oriëntatie wanneer u deze in de papierbron plaatst.
  • Pagina 141 Basisbewerkingen Enveloppen plaatsen 663C-024 Plaats enveloppen in de papierlade of in de papiertafel. Strijk de enveloppen glad voordat u ze gaat laden. Let ook op de invoerrichting van de enveloppen en welke kant naar boven moet wijzen. Voordat u enveloppen plaatst(P. 127) Enveloppen in de papierlade plaatsen(P.
  • Pagina 142 Basisbewerkingen Strijk de enveloppen plat en verwijder eventuele lucht. ● Plaats de enveloppen op een vlakke ondergrond en beweeg uw handen in de richting van de pijlen om de lucht in de enveloppen te verwijderen. ● Herhaal deze stap vijf keer voor elke set van vijf enveloppen. Druk op de vier zijden.
  • Pagina 143 Basisbewerkingen ● Controleer of er geen enveloppen onder de flap van de envelop ervoor of erna zijn geschoven. Enveloppen in de papierlade plaatsen Bevestig de enveloppenaanvoer aan de papierlade. Verwijder enveloppenaanvoer A die is opgeslagen in papierlade 2. Bevestig enveloppenaanvoer A door de uitstekende delen van enveloppenaanvoer A uit te lijnen met de gaatjes op de papierontvanger onder op de papierlade.
  • Pagina 144 Basisbewerkingen Pas de positie van de papiergeleiders aan. Papierlade 1 (ISO-C5) Papierlade 2 Plaats de enveloppen. Plaatsen in papierlade 1 Plaats de enveloppen zoals hieronder aangegeven, met de voorkant van de enveloppen (de kant zonder gelijmde delen) omhoog. ISO-C5 Sluit de flappen en plaats de enveloppen zodanig dat de flappen zich aan de rechterkant bevinden. Plaatsen in papierlade 2 Plaats de enveloppen zoals hieronder aangegeven, met de voorkant van de enveloppen (de kant zonder gelijmde delen) omhoog.
  • Pagina 145 Basisbewerkingen Yougatanaga 3 Sluit de flappen en plaats de enveloppen zodanig dat de flappen zich aan de buitenkant bevinden. Monarch, COM10 No. 10, DL Sluit de flappen en plaats de enveloppen zodanig dat de flappen zich aan de binnenkant bevinden. Nagagata 3, Kakugata 2 Plaats de enveloppen zodanig dat de flappen zich aan de linkerkant bevinden.
  • Pagina 146 Basisbewerkingen Nagagata 3, Kakugata 2 Plaats de enveloppen zodanig dat de flappen zich aan de rechterkant bevinden. Monarch, COM10 No. 10, DL, ISO-C5 Sluit de flappen en plaats de enveloppen zodanig dat de flappen zich aan de linkerkant bevinden. ● Als de enveloppen niet goed worden aangevoerd, ook al zijn ze voorbereid volgens de procedures, plaats de enveloppen dan afzonderlijk op de papiertafel in plaats van diverse vellen tegelijk.
  • Pagina 147 Basisbewerkingen ● Om het afdrukken uit te voeren, geeft u afdrukinstellingenscherm van het printerstuurprogramma weer en wijzigt u de instelling voor papieroriëntatie. ● Om het kopiëren uit te voeren, wijzigt u de oriëntatie van het origineel.
  • Pagina 148 Basisbewerkingen Voorbedrukt papier laden 663C-025 Als u papier plaatst met een logo erop, let dan op de invoerrichting van het papier ongeacht of u de papierlade of de papiertafel gebruikt. Zorg dat het papier goed is geplaatst zodat er op dezelfde kant met het logo wordt afgedrukt. Papier met een logo in de papierlade plaatsen(P.
  • Pagina 149 Basisbewerkingen Aanvoer (document in liggende richting van Glasplaat (document in liggende richting van A3- A3-formaat) formaat) ● In dit gedeelte wordt beschreven hoe u voorbedrukt papier in de juiste invoerrichting plaatst. Zie Basisprocedure voor het plaatsen van papier(P. 121) voor een beschrijving van de algemene procedure voor het plaatsen van papier in de papierlade of op de papiertafel.
  • Pagina 150 Basisbewerkingen Papier in liggende richting De afdrukresultaten Bij plaatsing van A3- of A5-papier met een logo Papier in staande richting De afdrukresultaten Papier in liggende richting De afdrukresultaten Papier met een logo in de papiertafel plaatsen De methode voor het plaatsen van papier is afhankelijk van de oriëntatie (staand of liggend) van papier met een voorbedrukt logo.
  • Pagina 151 Basisbewerkingen Bij plaatsing van A3- of A5-papier met een logo Papier in staande richting De afdrukresultaten Papier in liggende richting De afdrukresultaten...
  • Pagina 152 Basisbewerkingen Het aanraakscherm gebruiken 663C-026 Het scherm van de machine is een aanraakscherm dat kan worden bediend door het direct met uw vingers aan te raken. Het scherm wordt niet alleen gebruikt voor basisfuncties, zoals kopiëren en scannen, maar ook om verschillende instellingen, tekstinvoer, communicatiestatus en foutberichten weer te geven.
  • Pagina 153 Basisbewerkingen Basisschermen op het aanraakscherm 663C-027 In dit gedeelte wordt Hoofdmenu, het startscherm voor de functies, en het scherm met basisfuncties beschreven dat wordt weergegeven wanneer de functies worden gebruikt. In dit gedeelte worden ook de schermen beschreven voor het configureren van algemene machine-instellingen, schermen die de status van de bewerkingen tonen en de machine, meldingen uit de bedieningshandleiding en foutberichten.
  • Pagina 154 Basisbewerkingen Voorbeeld: Scherm met basisfuncties voor kopiëren De getoonde items verschillen, afhankelijk van de functies. Scherm met basisfuncties voor kopiëren(P. 245) Scherm met basisfuncties voor faxen(P. 368) Scherm met basisfuncties voor scannen(P. 473) Het scherm <Instellingen/Registratie> Druk op om het scherm <Instellingen/Registratie> weer te geven. Druk eerst op deze toets om wijzigingen aan te brengen voor elke instelling, zoals papier-, weergave- en netwerkinstellingen.
  • Pagina 155 Basisbewerkingen Status en logboeken van kopieën/afdrukken/verzending/opgeslagen documenten Actuele status of logboek van het geselecteerde item wordt weergegeven. U kunt op dit scherm kopiëren, afdrukken en faxen annuleren. Kopiëren annuleren(P. 259) Het verzenden van faxen annuleren(P. 387) Scherm met basisfuncties voor scannen(P. 473) Afdrukken annuleren(P.
  • Pagina 156 Basisbewerkingen <Andere Taal/Toetsenbord>-knop De <Andere Taal/Toetsenbord>-knop op het aanraakscherm tonen(P. 200) Foutbericht Als er een fout optreedt, worden er soms instructies weergegeven voor het oplossen van de fout. Volg in dat geval de aanwijzingen op het scherm om het probleem op te lossen. Maatregelen bij elk bericht(P.
  • Pagina 157 Basisbewerkingen Basisbediening van het aanraakscherm 663C-028 Ook al zijn de functies en instellingen anders, de bediening van de knoppen op het scherm en de procedure om items te selecteren zijn dezelfde. In dit gedeelte wordt de bediening van knoppen die vaak worden weergegeven op het scherm, beschreven, evenals hoe u items moet selecteren.
  • Pagina 158 Basisbewerkingen ● Wanneer een knop in een lichtere kleur wordt weergegeven, kunt u die knop niet selecteren. Dergelijke weergaven verschijnen vanwege de aanmeldingsstatus of omdat de samenhangende functie niet kan worden gebruikt vanwege de instelling van een andere functie. Een item uit de vervolgkeuzelijst selecteren Druk op een knop rechts waarin zich bevindt, om de vervolgkeuzelijst weer te geven.
  • Pagina 159 Basisbewerkingen naar het volgende scherm, <Terug> waarmee u teruggaat naar het vorige instellingenscherm en <Sluiten> waarmee een geopend scherm wordt afgesloten, weergegeven. Schakelen tussen pagina's Wanneer een lijst op twee pagina's of meer wordt weergegeven, drukt u op om naar de andere pagina te gaan.
  • Pagina 160 Basisbewerkingen Voorbeeld: Zelfstudie voor kopieerfuncties ● Wanneer u een item uit de lijst selecteert, verschijnt het zelfstudiescherm. Gebruik van de helpfunctie Afhankelijk van de functie die wordt weergeven, wordt soms rechtsboven in het scherm weergegeven. Druk om de beschrijving en bedieningswijze van de functie te controleren. ●...
  • Pagina 161 Basisbewerkingen Als <Schakel schermvergroting in> is ingesteld op <Aan>, wordt in- en uitgezoomd op het volledige scherm tijdens het uitvoeren van knijpbewerkingen op het voorbeeldscherm. Als <Schakel schermvergroting in> is ingesteld op <Uit>, wordt alleen in- en uitgezoomd op de voorbeeldafbeelding. Voorbeeldscherm Voorbeeldscherm Als <Schakel schermvergroting in>...
  • Pagina 162 Basisbewerkingen Tekens invoeren 663C-029 Op schermen waarin u cijfers moet invoeren, voert u de cijfers in met de toetsen op het aanraakscherm. Voor het invoeren van cijfers kunt u ook de numerieke toetsen op het bedieningspaneel ( Bedieningspaneel(P. 107) ) gebruiken.
  • Pagina 163 Basisbewerkingen Enter-knop Druk hierop om op een nieuwe regel te beginnen. <Alt>-knop Druk hierop om alleen de numerieke toetsen weer te geven. <AltGr>-knop Druk hierop om tekens met accenten weer te geven. <Spatie>-knop Druk hierop om een spatie in te voeren. <Caps>-knop Druk hierop om hoofdletters in te voeren.
  • Pagina 164 Basisbewerkingen ● Toetsen die niet op het toetsenbordscherm van het aanraakscherm worden weergegeven, zoals Delete, End, Tab, Esc en de functietoetsen, kunnen niet op een USB-toetsenbord worden gebruikt. ● Het invoergeluid van een USB-toetsenbord is te horen op basis van de instellingen <Invoersignaal> en <Ongeldig invoersignaal>...
  • Pagina 165 Basisbewerkingen Aanmelden bij de machine 663C-02A 0YRY-022 1100-022 10XJ-022 1106-022 10YY-022 10H3-022 108A-022 1116-022 10H4-022 0YAS-022 Wanneer het aanmeldingsscherm wordt weergegeven, moeten geregistreerde bevoegde gebruikers zich aanmelden om door te gaan met het gebruik van de machine. Om aan te melden moet elke gebruiker zijn of haar eigen gebruikersnaam en wachtwoord invoeren.
  • Pagina 166 Basisbewerkingen ➠ Bij een succesvolle aanmelding worden de functies van de machine beschikbaar. ● Na gebruik van de machine drukt u op <Afmelden> of om u af te melden. ● U kunt zich aanmelden op de machine met behulp van de kopieerkaart. Voor meer informatie over de kopieerkaart raadpleegt u Copy Card Reader(P.
  • Pagina 167 Basisbewerkingen Lijst met items die kunnen worden gepersonaliseerd 663C-02C De volgende items kunnen voor elke aangemelde gebruiker worden gepersonaliseerd. Categorie Instellingswaarde Corresponderende instellingen Weergavetaal en <Andere Taal/Toetsenbord>(P. 1021) *1*2 Weergavetaal toetsenbordindeling Instellingen toetsherhaling <Instellingen toetsherhaling>(P. 1046) *1*2 Toegankelijkheid Omgewisselde weergave (Kleur) <Omgewisselde weergave (Kleur)>(P.
  • Pagina 168 De volgende items kunnen niet worden gepersonaliseerd, maar wel worden gedeeld tussen meerdere multifunctionele Canon-printers door het synchroniseren van aangepaste instellingen. ● Bestemming voor het delen van gebruikersgroepsadreslijsten Bestemmingen via de Remote UI (UI op afstand) registreren(P.
  • Pagina 169 Basisbewerkingen ● Stel <Shared across All Devices> in om de instellingen <Gedeeld>, <Beperk gebruik Snelmenu> en <Instellingen Achtergrond> (indien niet aangemeld) van het Snelmenu te delen met alle clientmachines met behulp van de synchronisatie van aangepaste instellingen. Als u deze instellingen voor elke clientmachine afzonderlijk wilt beheren, selecteert u <Device-Specific (Not Shared)>...
  • Pagina 170 Basisbewerkingen Het type en formaat papier opgeven 663C-02E U moet ervoor zorgen dat de instellingen voor het type en formaat papier overeenkomen met het papier dat is geplaatst. Vergeet dus niet de papierinstellingen aan te passen wanneer u papier gaat plaatsen dat afwijkt van het eerder gebruikte papier.
  • Pagina 171 Basisbewerkingen Het type en formaat papier voor de papierlade opgeven 663C-02F Plaats het papier in de papierlade. Basisprocedure voor het plaatsen van papier(P. 121) Druk op Druk op <Voorkeuren> <Papierinstellingen> <Papierinstellingen>. Controleer het weergegeven papierformaat. ● Wanneer u een standaardpapierformaat plaatst, wordt het papierformaat automatisch gedetecteerd. ●...
  • Pagina 172 Basisbewerkingen ● Druk op <X> of <Y> om met de numerieke toetsen de lengte van elke zijde in te voeren. ● Als u de papierformaten die u het vaakst gebruikt, opslaat onder knoppen <S1> tot <S5>, kunt u ze met één aanraking oproepen. Opslaan van vrij formaat papier (Papier van aangepast formaat) (P.
  • Pagina 173 Basisbewerkingen ● Als het geplaatste papiertype niet wordt weergegeven, drukt u op <Gedet. instel.> om die uit een lijst te selecteren. ● Als het papiertype van het papier dat u hebt geplaatst, niet wordt weergegeven in het gedetailleerde instelscherm, kunt u het registreren in de lijst met papiertypen. Instellingen beheer type papier(P.
  • Pagina 174 Basisbewerkingen Het papierformaat en -type voor de papiertafel opgeven 663C-02H ● Als <Pap.inv.modus vr opdr. printerstuurprog. met pap.taf.> is ingesteld op <Modus A (inst. printerstuurprogramma prio. geven)>, krijgen instellingen van het printerstuurprogramma de prioriteit wanneer de multifunctionele lade is opgegeven als de papierbron voor opdrachten vanaf het printerstuurprogramma.
  • Pagina 175 Basisbewerkingen ● Druk op <Inch Size> om een papierformaat in inches te selecteren. Plaatsen van aangepast papier 0UUY-024 0UW1-024 0YRY-02E 0X7F-02C 0X7H-02C 1100-02E 0X6E-02C 0X6W-02C 10XJ-02E 0X7C-02C 0X7A-02C 1106-02E 0WXY-02C 0X7E-02C 10YY-02E 10H3-02E 0WR6-02C 0WR7-02C 108A-02E 1116-02E 10H4-02E 0WR5-02C 0WR8-02C 0YWJ-02A 0YWH-02C 0YWR-02A 0YWK-02C 0YWE-02C 0YWF-02C 0YAS-02F Druk op <Gebruikersformaat>.
  • Pagina 176 Basisbewerkingen ● Als u de plaatsing van de enveloppen heeft gewijzigd, drukt u op <Invoer korte kant> of <Invoer lange kant> en selecteert u het type envelop. ● Als u verticale plaatsing hebt geselecteerd voor Nagagata 3, drukt u op <Volgende> en geeft u de lengte van de flap op.
  • Pagina 177 Basisbewerkingen Druk op <OK>. Als een ander scherm dan voor het opgeven van het papierformaat en -type wordt weergegeven ● Als een melding verschijnt dat u de papiergeleider moet aanpassen, past u de breedte van de papiergeleider opnieuw aan en drukt u op <OK>. KOPPELINGEN Technische gegevens hardware(P.
  • Pagina 178 Basisbewerkingen Veelgebruikt papierformaat en -type voor de papiertafel opslaan 663C-02J Als u een specifiek papierformaat en -type gebruikt bij het plaatsen in de multifunctionele lade, kunt u dat papier van tevoren opslaan als "Favoriet papier" voor de multifunctionele lade. "Favoriet papier" kan gemakkelijk worden opgeroepen vanaf het scherm dat wordt weergegeven wanneer u het papier in de multifunctionele lade plaatst, zodat u tijd en moeite bespaart om instellingen te maken voor het formaat en type telkens wanneer u het specifieke papier gebruikt.
  • Pagina 179 Basisbewerkingen ● U kunt het papierformaat opgeven als <Vrij formaat>, zodat u de instelling voor het papierformaat niet meer hoeft in te voeren. Geef <Vrij formaat> op wanneer u papier van een onbekend formaat plaatst voor gebruik bij kopiëren of wanneer het papierformaat al geregistreerd is in het printerstuurprogramma.
  • Pagina 180 Basisbewerkingen Selecteer het papiertype en druk op <OK>. Druk op <Sluiten>. TIPS ● Als <Altijd opgeven> onder <Std.instell. l. papiertafel> wordt ingesteld op <Favoriete papier>, wordt er een scherm weergegeven waarop u uw favoriete papier kunt selecteren wanneer u het papier in de multifunctionele lade plaatst.
  • Pagina 181 Basisbewerkingen Het formaat en type papier voor gebruik met de papiertafel vastleggen 663C-02K Als u altijd hetzelfde formaat en type papier gebruikt met de multifunctionele lade, is het raadzaam de instellingen voor het papierformaat en -type voor de multifunctionele lade vast te leggen. Dit is handig omdat u tijd en moeite bespaart om instellingen te maken telkens wanneer u papier in de multifunctionele lade plaatst.
  • Pagina 182 Basisbewerkingen ● Druk op <X> of <Y> om met de numerieke toetsen de lengte van elke zijde in te voeren. ● Als u de papierformaten die u het vaakst gebruikt, opslaat onder knoppen <S1> tot <S5>, kunt u ze met één aanraking oproepen. Opslaan van vrij formaat papier (Papier van aangepast formaat) (P.
  • Pagina 183 Basisbewerkingen Druk op <Sluiten>. KOPPELINGEN Papier in de papiertafel plaatsen(P. 124) Technische gegevens hardware(P. 1460) Veelgebruikt papierformaat en -type voor de papiertafel opslaan(P. 164)
  • Pagina 184 Basisbewerkingen Opslaan van vrij formaat papier (Papier van aangepast formaat) 663C-02L U kunt maximaal vijf veelgebruikte vrije formaten papier opslaan. De hier opgeslagen papierformaten worden weergegeven op het scherm voor papierformaatselectie voor de papierlade en de multifunctionele lade ( Het type en formaat papier voor de papierlade opgeven(P.
  • Pagina 185 Basisbewerkingen De juiste papierbron voor een specifieke functie automatisch selecteren 663C-02R Papierbronnen waarin <Autom. selectie papierlade Aan/Uit> zijn ingesteld op <Aan>, worden automatisch geselecteerd wanneer <Selecteer papier> is ingesteld op <Auto>. Papierbronnen waarin <Autom. selectie papierlade Aan/Uit> zijn ingesteld op <Uit>, worden niet geselecteerd tenzij deze handmatig zijn geselecteerd. ●...
  • Pagina 186 Basisbewerkingen ● Als u het vinkje voor <Kleur overwegen> selecteert, schakelt de machine automatisch tussen een papierbron voor het kopiëren/afdrukken in kleur en een papierbron voor het kopiëren/afdrukken in zwart en wit afhankelijk van de instellingen die zijn opgegeven in <Auto. selectie papierlade op basis van kleur>. ●...
  • Pagina 187 Basisbewerkingen Het opvangblad voor voorbedrukt papier opgeven 663C-02S U kunt opgeven in welk opvangblad voorbedrukt papier moet worden gedeponeerd. Als u het opvangblad voor elke functie opgeeft, hoeft u waarschijnlijk minder tijd te besteden aan het zoeken naar het uitvoerpapier. U kunt ook de prioriteit van opvangbladen opgeven als voor dezelfde functie meerdere opvangbladen zijn opgegeven.
  • Pagina 188 Basisbewerkingen <Tray A> 2 Copy, 2 Access Stored Files, 2 Printer, 1 Receive, Other, 1 IP Fax, 1 Fax Staple Finisher-AA <Tray B> 1 Copy, 1 Access Stored Files, 1 Booklet Finisher-AA Printer, Receive, Other, IP Fax, Fax <Tray C> Copy, Access Stored Files, Printer, Receive, 1 Other, IP Fax, Fax <Tray A>...
  • Pagina 189 Basisbewerkingen Het aanraakscherm aanpassen 663C-02U Om Hoofdmenu en het scherm met basisfuncties van elke functie gemakkelijker te gebruiken, kunt u het scherm aanpassen door de knoppen te herschikken of sneltoetsen aan te maken. Daarnaast kunt u efficiënter werken door Snelmenu te gebruiken om veelgebruikte functies op te slaan, of de persoonlijke instellingen om de bewerkingsschermen aan te passen naar uw behoeften.
  • Pagina 190 Basisbewerkingen Een combinatie van veelgebruikte functies registreren(P. 183) Het scherm met basisfuncties aanpassen U kunt de instellingenknoppen wijzigen die worden weergegeven op de schermen met basisfuncties (voor kopiëren, faxen en scannen). U kunt ook een ander scherm met basisfuncties weergeven dat is aangepast voor elke aangemelde gebruiker.
  • Pagina 191 Basisbewerkingen De sneltoets Instellingen/Registratie maken U kunt een sneltoets maken voor elk instellingsitem dat wordt weergegeven met een druk op . Als u regelmatig een instellingsitem gebruikt dat wordt opgegeven op een heel diep niveau, kunt u de sneltoets voor dat item eenvoudig gebruiken om de weergave snel om te schakelen.
  • Pagina 192 Basisbewerkingen Het Hoofdmenu aanpassen 663C-02W Het Hoofdmenu is het startscherm voor de functies. Hoewel de Hoofdmenu is geconfigureerd voor eenvoudige bediening op het moment van de aankoop, kunt u die aanpassen zodat ze beter aansluiten op uw dagelijkse werkzaamheden. Om Hoofdmenu aan te passen, moet u zich aanmelden met beheerdersbevoegdheden. Aanmelden bij de machine(P.
  • Pagina 193 Basisbewerkingen ● Druk op om het aantal knoppen en de lay-out te selecteren. U kunt de lay-out in het voorbeeldscherm boven controleren. Per scherm kunt u 3 tot maximaal 16 knoppen weergeven. De knopformaten en lay-out variëren afhankelijk van het aantal knoppen dat wordt weergegeven. Selecteer de functies die u wilt weergeven op de Hoofdmenu.
  • Pagina 194 Basisbewerkingen Selecteer een achtergrondafbeelding uit de lijst en druk op <OK>. ● U kunt de achtergrondafbeelding in het voorbeeldscherm links van de lijst controleren. ● U kunt opgeven of de knop <Snelkoppeling Instell./Regist.> in <Andere instellingen van hoofdmenu> moet worden weergegeven of verborgen. ●...
  • Pagina 195 Basisbewerkingen Een snelkoppeling aanmaken voor een veelgebruikte functie 663C-02X U kunt een snelkoppeling aanmaken voor de functies op het <Home>-scherm. Gebruik deze knop om een andere functie te openen zonder terug te gaan naar het <Home>-scherm. Om een snelkoppeling aan te maken, meldt u zich aan met beheerdersbevoegdheden.
  • Pagina 196 Basisbewerkingen ● Selecteer de functie uit de lijst. U kunt de plaats van de geselecteerde snelkoppeling en de functie die eraan is toegewezen, in het voorbeeldscherm links van de lijst controleren. ● Als u geen snelkoppelingen gebruikt, selecteert u <Niet-toegewezen> uit de lijst. Druk op <OK>.
  • Pagina 197 Basisbewerkingen FavorieteninstellingenFavorieteninstellingenFavorieteninstellingen Een combinatie van veelgebruikte functies registreren 663C-02Y Als u steeds dezelfde instellingen gebruikt voor de functies Kopiëren, Faxen of Scannen of als u ingewikkelde instellingen wilt opslaan, kunt u instellingen registreren als favoriete instellingen, die u daarna handig kunt oproepen. Instellingen registreren(P.
  • Pagina 198 Basisbewerkingen ● Als u een knopnaam wilt wijzigen, selecteert u de knop, drukt u op <Hernoemen> en voert u de nieuwe naam ● Als u geregistreerde instellingen wilt verwijderen, selecteert u de knop en drukt u op <Verwijderen>. ● De naam voor de knop wordt niet verwijderd. Om een toetsnaam te wijzigen, drukt u op <Hernoemen>. ●...
  • Pagina 199 Basisbewerkingen Selecteer de knop en druk op <OK> <Ja>. ● U kunt de opgeroepen instellingen ook wijzigen door op <Ja> te drukken. ● Voor de kopie-/scan- en verzendfunctie kunt u de machine ook zodanig instellen dat het bevestigingsscherm niet wordt weergegeven wanneer de geregistreerde instellingen worden opgeroepen. - Kopiëren: <Display Confirmation for Favorite Settings>(P.
  • Pagina 200 Basisbewerkingen Opties SneltoetsenOpties SneltoetsenOpties Sneltoetsen Het scherm met basisfuncties aanpassen 663C-030 De instellingenknoppen die worden weergegeven op de schermen met basisfuncties (voor kopiëren, faxen en scannen), kunnen worden gewijzigd met andere instellingenknoppen in <Opties>. Door veelgebruikte instellingenknoppen op het scherm met basisfuncties te plaatsen, kunt u functies efficiënter gebruiken. Daarnaast kunt u, door zich aan te melden met persoonlijk verificatiebeheer, een ander scherm met basisfuncties weergeven dat voor elke gebruiker is aangepast.
  • Pagina 201 Basisbewerkingen ● Knoppen die hier worden weergegeven, worden nu weergegeven op het scherm met basisfuncties. Knoppen die bij deze stap worden geselecteerd, zullen niet op het scherm met basisfuncties worden weergegeven. Selecteer een knop die u wilt weergeven op het scherm met basisfuncties, en druk op <OK>.
  • Pagina 202 Basisbewerkingen Opslaan in <Favorieteninstellingen> ● Bij <Favorieteninstellingen> kunt u veelgebruikte procedures voor kopiëren opslaan, evenals vaak opgegeven bestemmingen en instellingen voor scannen. Voor meer informatie raadpleegt u combinatie van veelgebruikte functies registreren(P. 183) . Standaardinstellingen op het scherm met basisfuncties wijzigen ●...
  • Pagina 203 Basisbewerkingen Snelmenu Gebruikmaken van het Snelmenu 663C-031 Naast het oproepen van instellingen uit het Hoofdmenu en het scherm met basisfuncties voor elke functie kunt u ook instellingen uit het Snelmenu oproepen, dat wordt weergegeven als u op drukt. Het Snelmenu bestaat uit knoppen waarmee u een combinatie van instellingen voor een functie onder één knop kunt opslaan.
  • Pagina 204 Basisbewerkingen Knoppen opslaan in het Snelmenu 663C-032 U kunt persoonlijke knoppen opslaan voor uw eigen gebruik, of gedeelde knoppen die met alle gebruikers kunnen worden gedeeld op Snelmenu. ● Om een persoonlijke knop op te slaan, moet u zich aanmelden met persoonlijke-verificatiebeheer. instellingen van persoonlijke-verificatiebeheer configureren(P.
  • Pagina 205 Basisbewerkingen Bevestig de instellingen en druk op <Volgende>. Geef de handeling op die wordt uitgevoerd wanneer op de geregistreerde knop wordt gedrukt, en druk op <Volgende>. ● De instelling die hieronder wordt beschreven, leidt tot een andere bewerking direct nadat de knop op de Snelmenu is ingedrukt.
  • Pagina 206 Basisbewerkingen ● Als u <Aan> selecteert voor zowel <Weergave Bevestigingsscherm bij oproepen> als <Start activiteit voor oproepen (Actie start zodra op knop is gedrukt.)>, wordt kopiëren gestart nadat u <Ja> hebt geselecteerd op het bevestigingsscherm. Druk op <Persoonlijk> of <Gedeeld>. ●...
  • Pagina 207 Basisbewerkingen ◼ Gebruikmaken van het Snelmenu De procedure voor het gebruik van de knoppen op de Snelmenu variëren, afhankelijk van de geregistreerde functie en instellingen. ● Als u niet bent aangemeld met persoonlijke-verificatiebeheer, wordt het aanmeldingsscherm weergegeven wanneer u op <Persoonlijk> drukt. Aanmelden bij de machine(P.
  • Pagina 208 Basisbewerkingen Als <Weergave Bevestigingsscherm bij oproepen> is ingesteld op <Aan> Een bevestigingsscherm met de vraag of de instellingen moeten worden opgeroepen, wordt weergegeven. ● Als <Start activiteit voor oproepen (Actie start zodra op knop is gedrukt.)> is ingesteld op <Aan>, worden de bewerkingen die onder de knop zijn opgeslagen, gestart nadat u op <Ja>...
  • Pagina 209 Basisbewerkingen Het Hoofdmenu aanpassen(P. 178) Een snelkoppeling aanmaken voor een veelgebruikte functie(P. 181) Het scherm met basisfuncties aanpassen(P. 186)
  • Pagina 210 Basisbewerkingen De Snelmenu bewerken 663C-033 U kunt de knopnaam, opmerkingen en locatie van een geregistreerde knop wijzigen of wissen. U kunt ook het knopformaat en de achtergrondafbeelding van Snelmenu wijzigen. Druk op Bewerk het Snelmenu-scherm of knoppen. Wijzigen van de knopnaam en opmerking Druk op <Persoonlijk>...
  • Pagina 211 Basisbewerkingen ● U kunt een gewenste knop verplaatsen door rechtsonder en het scherm op te drukken en de knop te slepen en neer te zetten. De knop verwijderen ● Gebruikers met beheerdersbevoegdheden kunnen informatie voor persoonlijke knoppen verwijderen uit de pagina Beheerservice voor informatie over gebruikersinstellingen van de Remote UI (UI op afstand).
  • Pagina 212 Basisbewerkingen De achtergrondafbeelding wijzigen Druk op <Persoonlijk> of <Gedeeld>. Druk op <Instellingen Achtergrond>. Selecteer een achtergrondafbeelding uit de lijst en druk op <OK>. ● U kunt de achtergrondafbeelding in het voorbeeldscherm links van de lijst controleren.
  • Pagina 213 Basisbewerkingen Het gebruik van de Snelmenu beperken 663C-034 U kunt het gebruik van persoonlijke en gedeelde knoppen beperken. U kunt ook instellen of persoonlijke of gedeelde knoppen eerst moeten worden weergegeven wanneer het Snelmenu wordt weergegeven. Aanmelden bij de machine(P. 151) Druk op om het Snelmenu weer te geven en druk op Druk op <Beperk gebruik Snelmenu>.
  • Pagina 214 Basisbewerkingen De weergavetaal wijzigen 663C-035 U kunt de taal en toetsenbordindeling op het aanraakscherm wijzigen. Als u vaak tussen talen schakelt, is de <Andere Taal/Toetsenbord>-knop handig. Volg onderstaande procedure om deze knop op het aanraakscherm weer te geven. Schakelen tussen de weergegeven taal en toetsenbordindeling(P. 200) De <Andere Taal/Toetsenbord>-knop op het aanraakscherm tonen(P.
  • Pagina 215 Basisbewerkingen ● Als u dit instelt op <Aan>, verschijnt onder aan het aanraakscherm. U kunt de momenteel weergegeven taal naar een andere taal omschakelen door op de <Andere Taal/Toetsenbord>-knop te drukken, selecteer de gewenste taal in de lijst en druk vervolgens op <OK>. ●...
  • Pagina 216 Basisbewerkingen Snelkoppeling Instell./Regist. Sneltoetsen voor veelgebruikte instellingen/ geregistreerde items opslaan 663C-036 U kunt sneltoetsen opslaan voor de instellingen die worden weergegeven wanneer u op drukt in <Snelkoppeling Instell./Regist.> in het hoofdmenu. Hierdoor kunt u zelfs de instellingen die diep in de menuhiërarchie zijn geconfigureerd, snel weergeven.
  • Pagina 217 Basisbewerkingen ● Als u geen instellingen wilt registreren, selecteert u <Niet-toegewezen>.
  • Pagina 218 Basisbewerkingen Persoonlijke instellingen De schermweergave en de bewerkingscondities aanpassen 663C-037 Individuele gebruikers kunnen de bewerkingscondities aanpassen aan hun persoonlijke voorkeur. Engelstalige gebruikers kunnen bijvoorbeeld een instelling maken zodat de Engelse versie van het aanraakscherm wordt weergegeven bij het aanmelden en andere gebruikers kunnen hun eigen SSID en netwerksleutel registreren zodat de machine gemakkelijk verbinding met hun mobiele apparaat kan maken.
  • Pagina 219 Basisbewerkingen Toegankelijkheid instellen Druk op <Toegankelijkheid> en selecteer de instelling die u wilt configureren. ● Druk op <Instellingen toetsherhaling> om de snelheid te wijzigen waarmee eenzelfde teken herhaaldelijk wordt ingevoerd wanneer een knop ingedrukt gehouden wordt. Deze instelling kan voorkomen dat gebruikers per ongeluk hetzelfde teken meer dan een keer invoeren wanneer ze invoerbewerkingen langzaam uitvoeren.
  • Pagina 220 Basisbewerkingen Gebruikersopdrachten automatisch afdrukken bij het aanmelden ● Druk op <Aan> om de instelling <Autom. opdr. gebr. afdr. bij aanmel.> in te schakelen. ● Deze instelling wordt uitgeschakeld als een van de volgende instellingen wordt opgegeven. - Als <Gebruik gebruikersveri.> is ingesteld op <Uit> - Als <Autom.
  • Pagina 221 Basisbewerkingen Verzend-/afdrukopdrachten annuleren 663C-038 Als u op het bedieningspaneel op drukt terwijl een verzend-/afdrukopdracht wordt verwerkt en een scherm dat leidt naar <Verzendopdrachten>/<Afdrukopdrachten> wordt weergegeven, dan wordt de actieve verzend-/ afdrukopdracht gepauzeerd en <Verzendopdrachten>/<Afdrukopdrachten> verschijnt. Selecteer de opdracht die u wilt annuleren en druk op <Annuleren>. ●...
  • Pagina 222 Basisbewerkingen Geluiden instellen 663C-039 U kunt het geluidsvolume van de machine voor het verzenden/ontvangen van een fax aanpassen. Naast het instellen van geluiden voor faxen kunt u aangeven of bevestigings- en alarmsignalen moeten klinken. Het volume voor het verzenden/ontvangen van faxen aanpassen(P. 208) Het bevestigings- en alarmsignaal instellen(P.
  • Pagina 223 Basisbewerkingen Het bevestigings- en alarmsignaal instellen De machine laat in verschillende situaties geluidssignalen horen, bijvoorbeeld wanneer toetsen op het bedieningspaneel of knoppen op het aanraakscherm worden ingedrukt, of wanneer een storing optreedt. U kunt opgeven of elk geluid apart moet worden ingesteld. Druk op de Toets voor volume-instellingen.
  • Pagina 224 Basisbewerkingen Items instellen Beschrijving <Sluim.modussig.> Geluid dat weerklinkt wanneer de sluimermodus van de machine wordt geactiveerd, of wanneer de machine wordt uitgeschakeld wanneer u <Inst. voor snelle opstart vr hoofdschakelaar> instelt op <Aan>. (Afhankelijk van de situatie start de machine niet snel op en klinkt het alarmsignaal niet.) <Aanmeldingstoon>...
  • Pagina 225 Basisbewerkingen De sluimermodus inschakelen 663C-03A Met de sluimermodusfunctie wordt het stroomverbruik verlaagd door tijdelijke uitschakeling van een aantal interne bewerkingen in de machine. U kunt de sluimermodus van de machine activeren door simpelweg op op het bedieningspaneel te drukken. Wanneer de sluimermodus actief is, wordt het aanraakscherm uitgeschakeld en gaat branden.
  • Pagina 226 Basisbewerkingen <Voorkeuren> <Tijdklok/Energie instellingen> <Automatische sluimertijd> om de tijdsperiode in te stellen waarna de machine automatisch in de sluimermodus wordt gezet <OK>. ● U kunt instellen dat de sluimermodus op dag van de week automatisch wordt geactiveerd. <Automatische wekelijkse sluimertijd>(P. 1028) Energieverbruik in Sluimermodus U kunt de hoeveelheid energie instellen die de machine in de sluimermodus verbruikt.
  • Pagina 227 Basisbewerkingen Best./Door. instell. Bestemmingen opslaan 663C-03C Bestemmingen voor het verzenden van faxen of gescande documenten kunnen worden opgeslagen in het adresboek of onder snelkiestoetsen. Adresboek Als u veel bestemmingen wilt opslaan of ze wilt indelen naar afdeling of zakenpartner, slaat u ze op in het adresboek.
  • Pagina 228 153) ). Bovendien kan de functie voor het synchroniseren van aangepaste instellingen worden gebruikt om het adresboek in te stellen zodat dit door verschillende multifunctionele Canon-printers kan worden gedeeld ( Instellingen synchroniseren voor meerdere multifunctionele Canon-printers(P. 844) ).
  • Pagina 229 ● Adreslijst gebruikersgroep 01 tot 50 Adres op afstand: Het adresboek van een andere Canon-machine die via een netwerk verbonden is met de machine. U kunt deze openen op dezelfde manier als het lokale adresboek om bestemmingen op te geven.
  • Pagina 230 Basisbewerkingen ◼ Adreslijst voor beheerder Wordt gebruikt om bestemmingen te registreren die worden gebruikt in <Doorstuurinstellingen> en <Instellingen voor back-up verzonden documenten>. ◼ Persoonlijke adreslijst De persoonlijke adreslijst die wordt weergegeven wanneer gebruikersverificatie wordt gebruikt. ◼ Adreslijst gebruikersgroep 01 tot 50 De groepsadreslijst die beschikbaar is voor een groep gebruikers wanneer gebruikersverificatie wordt gebruikt.
  • Pagina 231 Basisbewerkingen - Wanneer de gebruiker de handeling uitvoert vanaf het bedieningspaneel en <Gebruik adressenlijst gebruikersgroep> is ingesteld op <Aan (alleen bladeren)> (Kopiëren kan niet worden uitgevoerd vanaf de Remote UI (UI op afstand)) ● Situaties waarbij bestemmingsadressen niet kunnen worden gekopieerd naar de <Persoonlijke adreslijst>...
  • Pagina 232 Basisbewerkingen ● Het maximum aantal persoonlijke adreslijsten en adreslijsten voor gebruikersgroepen dat kan worden opgeslagen op de machine is afhankelijk van de limiet in de gebruikersinstellingeninformatie. Beheerfuncties(P. 1445) "Maximum aantal gebruikers van wie de instellingsgegevens in de machine kan worden opgeslagen".
  • Pagina 233 U kunt ook een I-faxbestemming, een maplocatie van een bestandsserver (IP-adres en pad) en de opslag (Geavanceerde ruimte) van een multifunctionele Canon-printer* als bestemming opslaan in het adresboek. * Alleen beschikbaar voor de imageRUNNER ADVANCE-serie ●...
  • Pagina 234 Basisbewerkingen ● Selecteer uit <Fax>, <E-mail>, <I-Fax>, of <Bestand> de functies die u wilt gebruiken voor de bestemming. Druk op <Naam> geef de bestemmingsnaam op en druk op <OK>. Selecteer de adreslijst in <Persoonlijke adreslijst>, Adreslijst van gebruikersgroep, <Adreslijst 1> naar <Adreslijst 10> en <Adreslijst beheerder>. ●...
  • Pagina 235 Basisbewerkingen Faxnummerveld Voer met de numerieke toetsen het faxnummer in. Voer zo nodig <Backspace> Verwijder één voor één de cijfers links van de cursor in het faxnummerveld ( ) in. Druk hierop bij het naar links of rechts verplaatsen van de cursor in het faxnummerveld ( <Toon>...
  • Pagina 236 Basisbewerkingen <Subadres>/<Wachtwoord> Geef ter verhoging van de beveiliging op bij het verzenden of ontvangen van documenten door een subadres en wachtwoord aan al uw faxverkeer toe te voegen. Basisbewerkingen voor het verzenden van faxen(P. 371) <ECM TX> Selecteer <Aan> om afbeeldingsfouten te corrigeren. Selecteer <Uit> als de faxmachine van de ontvanger de foutcorrectiemodus (ECM) niet ondersteunt.
  • Pagina 237 Basisbewerkingen ● Als u <Aan> selecteert, worden de gegevens in kleinere stukken opgedeeld die de limiet niet overschrijden, en worden ze in verschillende delen verzonden. De e-mailsoftware van de ontvanger moet de ontvangen gegevens wel kunnen combineren. ● Als u <Uit> selecteert, is het aantal pagina's dat tegelijkertijd wordt verzonden, lager en wordt de totale verzending verdeeld over verschillende stukken.
  • Pagina 238 Basisbewerkingen Deze instelling is nodig bij het gebruiken van een faxservice via internet. Als u geen faxservice via internet gebruikt, is deze instelling niet nodig. Neem voor meer informatie contact op met uw internetprovider. <I-Fax-adres> ● Voer het I-Faxadres in de volgende indeling in: adv01@voorbeeld.com. ●...
  • Pagina 239 Basisbewerkingen ● Als het papierformaat van de gescande gegevens kleiner is dan de formaten die zijn ingesteld in <Papierformaat>, worden de gegevens verzonden met het kleinste papierformaat dat is ingesteld in <Papierformaat> met blancomarges. ● Als het papierformaat van de gescande gegevens groter is dan de formaten die zijn ingesteld in <Papierformaat>, worden de gegevens verzonden met het grootste papierformaat dat is ingesteld in <Papierformaat>.
  • Pagina 240 Basisbewerkingen Selecteer een protocol voor de bestandsserver uit <Windows (SMB)>, <FTP> en <WebDAV>. Wanneer u een document verzendt naar de Geavanceerde ruimte, selecteert u <Windows (SMB)> of <WebDAV>. ● Als u <Windows (SMB)> selecteert, worden de knoppen <Zoek host> en <Bladeren> weergegeven. U kunt gemakkelijk een bestandsserver/Geavanceerde ruimte opgeven door het netwerk te zoeken of te bekijken.
  • Pagina 241 Basisbewerkingen <Gebruikersnaam> Voer de gebruikersnaam van de bestandsserver/Geavanceerde ruimte in. <Wachtwoord> Voer het wachtwoord van de bestandsserver/Geavanceerde ruimte in. ● Als de bestemming van de bestandsserver/Geavanceerde ruimte is opgenomen in de groep ( Meerdere bestemmingen registreren als een groep(P. 230) ), schakelt u het selectievakje uit in .
  • Pagina 242 Basisbewerkingen \\[::1]\users ● Als u een hostnaam gebruikt: ● Als u een hostnaam gebruikt: \\localhost\share \\localhost\users ● Als u de IPv4-indeling ● Als u de IPv4-indeling gebruikt: gebruikt: http://127.0.0.1/share http://127.0.0.1/users Als TLS is ● Als u een IP-adres gebruikt ● Als u een IP-adres gebruikt uitgeschakeld (IPv6-indeling):...
  • Pagina 243 Basisbewerkingen ● Als de gebruikersnaam en het wachtwoord juist zijn, maar het zoekresultaat leeg is, controleert u de tijdinstelling op de LDAP-server en op de machine. Als de tijdsinstellingen van de LDAP-server en de machine vijf minuten van elkaar verschillen, kan geen zoekopdracht worden uitgevoerd. ●...
  • Pagina 244 Basisbewerkingen Meerdere bestemmingen registreren als een groep 663C-03H Meerdere bestemmingen die zijn opgeslagen in het adresboek ( Bestemmingen registreren in het adresboek(P. 219) ), kunnen worden gecombineerd tot een groep. U kunt deze functie gebruiken om documenten te verzenden en tegelijkertijd een reservekopie van de gegevens te maken, omdat verschillende typen bestemmingen in dezelfde groep kunnen worden opgeslagen.
  • Pagina 245 Basisbewerkingen Druk op <Naam> voer de groepsnaam in en druk op <OK>. Selecteer de adressenlijst. ● U kunt een groep aanmaken met daarin bestemmingen die in de geselecteerde adressenlijst zijn opgeslagen. Als u bijvoorbeeld <Adreslijst 2> selecteert, kunt u geen bestemming aan de groep toevoegen die is geregistreerd bij <Adreslijst 1>.
  • Pagina 246 Basisbewerkingen Selecteer (e-mail), (fax), (I-fax) of (file) om de bestemmingen te filteren die in de adreslijst worden weergegeven ( ). Druk op <Alle> om alle opgeslagen bestemmingen weer te geven. Bestemming Bestemmingen die zijn geregistreerd in de adressenlijst die u bij stap 6 hebt geselecteerd, worden weergegeven.
  • Pagina 247 Basisbewerkingen De opgeslagen bestemmingen in het adresboek bewerken 663C-03J 0YRY-039 0UUY-02X 0UW1-02X 1100-039 0X7F-035 0X7H-035 10XJ-039 0X6E-035 0X6W-035 1106-039 0X7C-035 0X7A-035 10YY-039 0WXY-035 0X7E-035 10H3-039 0WR6-035 0WR7-035 108A-039 1116-039 10H4-039 0WR5-035 0WR8-035 0YWJ-034 0YWH-035 0YWR-034 0YWK-035 0YWE-035 0YWF-035 0YAS-038 Nadat u bestemmingen hebt geregistreerd, kunt u de instellingen daarvan wijzigen of verwijderen. Druk op <Best./Door.
  • Pagina 248 Basisbewerkingen <Verwijd.> Druk op deze toets om de bestemming te verwijderen. <Zoeken op naam> Voer de naam van de bestemming in. Druk nogmaals op <Zoeken op naam> om terug te gaan naar het vorige scherm. Eerste-letterknop Selecteer de alfanumerieke knop voor het eerste teken van de bestemmingsnaam. Druk op <Alle> om alle opgeslagen bestemmingen weer te geven.
  • Pagina 249 Basisbewerkingen Een bestemming onder een snelkiestoets opslaan 663C-03K Het is handig om een veelgebruikte bestemming op te slaan onder een snelkiestoets. Zo kunt u met een simpele druk op een knop snel een bestemming opgeven. Naast het opslaan van een faxnummer of e-mailadres onder een snelkiestoets kunt u ook een maplocatie op een bestandsserver (IP-adres en pad) opslaan die u kunt gebruiken voor het opslaan van gescande gegevens.
  • Pagina 250 Basisbewerkingen ● Selecteer uit <Fax>, <E-mail>, <I-Fax>, of <Bestand> de functies die u wilt gebruiken voor de bestemming. Bestemmingen registreren in het adresboek(P. 219) Druk op <Naam> geef de bestemmingsnaam op en druk op <OK>. Druk op <Sneltoetsnaam> voer de snelkiestoetsnaam in die moet worden weergegeven en druk op <OK>.
  • Pagina 251 Basisbewerkingen Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P. 422) Status en logboek voor gescande documenten controleren(P. 493)
  • Pagina 252 Basisbewerkingen Een groep onder een snelkiestoets opslaan 663C-03L Bestemmingen die zijn opgeslagen onder snelkiestoetsen kunnen worden gecombineerd tot een groep en worden geregistreerd als één bestemming. Druk op <Best./Door. instell.>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Snelkiestoets opsl.>. Selecteer de snelkiestoets die u wilt registreren en druk op <Reg./Bewerk.>. Druk op <Groeperen>.
  • Pagina 253 Basisbewerkingen Selecteer de bestemmingen die u in een groep wilt registreren. ● Als u een bestemming uit een snelkiestoets wilt selecteren, drukt u op <Toevoegen via sneltoetsen> selecteer de bestemming en druk op <OK>. Druk op <OK> <Sluiten>.
  • Pagina 254 Basisbewerkingen De geregistreerde bestemmingen onder snelkiestoetsen bewerken 663C-03R 0YRY-03C 0UUY-030 0UW1-030 1100-03C 0X7F-037 0X7H-037 10XJ-03C 0X6E-037 0X6W-037 1106-03C 0X7C-037 0X7A-037 10YY-03C 0WXY-037 0X7E-037 10H3-03C 0WR6-037 0WR7-037 108A-03C 1116-03C 10H4-03C 0WR5-037 0WR8-037 0YWJ-036 0YWH-037 0YWR-036 0YWK-037 0YWE-037 0YWF-037 0YAS-03A Nadat u bestemmingen hebt geregistreerd, kunt u de instellingen daarvan wijzigen of verwijderen. Druk op <Best./Door.
  • Pagina 255 Kopiëren Kopiëren Kopiëren ................................243 ......................245 Scherm met basisfuncties voor kopiëren ........................247 Basisbewerkingen voor kopiëren ............................259 Kopiëren annuleren ..................261 Verbeteren en aanpassen van de kopieerkwaliteit ....................262 Het type origineel voor kopiëren selecteren ..............263 Aanpassen van beeldscherpte voor kopiëren (Beeldscherpte) ............
  • Pagina 256 Kopiëren ..................319 U via e-mail melden dat het kopiëren is voltooid ..........................321 ID-kaart kopieën maken ..............................323 Vlakbepaling ..................327 Een afbeelding vergroten om een poster te maken ....................332 Blanco pagina's overslaan bij het afdrukken ..................334 Kopiëren van vertrouwelijke documenten beperken ................
  • Pagina 257 Kopiëren Kopie Kopiëren 663C-03S In dit hoofdstuk worden basisbewerkingen voor kopiëren en verschillende andere handige functies beschreven. ◼ Inleiding in basisbewerkingen voor kopiëren In dit gedeelte worden het scherm met basisfuncties en basisbewerkingen voor kopiëren beschreven. Scherm met basisfuncties voor kopiëren(P. 245) Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
  • Pagina 258 Kopiëren ◼ Handige kopieerfuncties gebruiken In dit gedeelte worden verschillende kopieerfuncties beschreven, van functies waarmee u documenten kunt bewerken, zoals wijzigingen van de lay-out en het maken van etiketten, tot beveiligingsfuncties ter preventie van het lekken van informatie. Handige kopieerfuncties(P. 306) Kopiëren van vertrouwelijke documenten beperken(P.
  • Pagina 259 Kopiëren Scherm met basisfuncties voor kopiëren 663C-03U Door op <Kopie> ( Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) ) te drukken, wordt het scherm met basisfuncties voor kopiëren weergegeven. Huidige instellingenstatus en -knoppen Geeft instellingenstatus weer, zoals zoompercentage, papierformaat en aantal kopieën. Controleer de instellingen om goed te kunnen kopiëren.
  • Pagina 260 Kopiëren Functie-instellingenknoppen Geeft de meest gebruikte knoppen weer van <Opties>. De instellingenstatus wordt weergegeven op de knoppen. U kunt ook op drukken om te wijzigen welke knoppen worden weergegeven. ● Als de knop voor de functie die u wilt gebruiken, niet wordt weergegeven, druk dan op <Opties> en selecteer de gewenste knop.
  • Pagina 261 Kopiëren Basisbewerkingen voor kopiëren 663C-03W In dit gedeelte worden de basisbewerkingen voor kopiëren beschreven. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) ● Als <Automatisch sorteren> is ingesteld op <Aan>, wordt de modus Sorteren automatisch ingesteld zodra u uw originelen in de aanvoer plaatst. <Automatisch sorteren>(P.
  • Pagina 262 Kopiëren <Auto (Kleur/Z&W)> Detecteert automatisch de kleur van het origineel. Gekleurde pagina's worden gekopieerd in vier kleuren (CMYK), en zwart-witpagina's worden in slechts één kleur gekopieerd. <Full colour> Kopieën in vier kleuren (CMYK), ongeacht de kleur van het origineel. <Zwart-Wit> Kopieën in uitsluitend zwart (K), ongeacht de kleur van het origineel.
  • Pagina 263 Kopiëren ● Als een zwart/wit document in de modus <Full colour>, <Enkelvoudige kleur> of <Twee kleuren> wordt gekopieerd, wordt dit geteld als een kleurenkopie. ● Als u originelen met verschillende formaten scant zonder de Verschillende origineelformaten-modus in te stellen of als u voor het papierformaat een niet-standaard formaat selecteert, zal de machine niet in staat zijn vast te stellen of uw originelen in kleur of zwart/wit zijn.
  • Pagina 264 Kopiëren ◼ Kopieën met standaardpapierformaten vergroten of verkleinen Druk op <Zoompercentage>. Om te verkleinen, selecteert u het zoompercentage uit , om te vergroten, selecteert u het zoompercentage uit , en drukt u op <OK>. Plaats uw originelen horizontaal bij het vergroten op de volgende manieren met een vaste schaalinstelling: Een origineel horizontaal plaatsen betekent dat de langste zijde van het origineel zijwaarts is gericht.
  • Pagina 265 Kopiëren ◼ Kopieën vergroten of verkleinen door opgave van afmetingen Druk op <Zoompercentage>. Druk op <Ingest. met lengte>. Voer de afmetingen in en druk op <OK>. ● Druk op <Origineelform.> om de afmeting van het origineel in te voeren en druk op <Kopieformaat> de afmeting van de uitvoer in te voeren.
  • Pagina 266 Kopiëren ● Bij het kopiëren van gelijke zoompercentages op papier met hetzelfde formaat als het origineel kunnen de randen van de gekopieerde afbeelding enigszins wegvallen. Als u dit wilt voorkomen, verkleint u de afbeelding door op <Zoompercentage> <Totaalbeeld> te drukken om de ontbrekende randen van de afbeelding er wel op te krijgen.
  • Pagina 267 Kopiëren Wanneer het scherm voor het selecteren van het origineelformaat wordt weergegeven ● Als <Selecteer papier> is ingesteld op <Auto>, wordt soms het scherm voor het selecteren van het documentformaat weergegeven. Dat wordt weergegeven omdat het origineelformaat niet kan worden geverifieerd en papier niet automatisch kan worden geselecteerd wanneer originelen met een hoge transparantie, met een erg donkere achtergrondkleur of kleine originelen zijn geplaatst.
  • Pagina 268 Kopiëren ● Bij het maken van 2-zijdige kopieën zijn functies van sommige instellingen, zoals het papierformaat en -type, beperkt te gebruiken. Voor meer informatie raadpleegt u Technische gegevens hardware(P. 1460) . ● Voor <Boek 2-zijdig> kunt u alleen papier met A4-formaat gebruiken. ●...
  • Pagina 269 Kopiëren Stel <Type origineel> in op <Afwerken kopieerformaat> en druk op <OK>. ● Als u de invoerrichting van het origineel wilt opgeven en de afdrukrichting wilt wijzigen, drukt u op <Stel details in>. Selecteer <Type boek> wanneer de voor- en achterzijden van het origineel dezelfde boven-onder- oriëntatie hebben.
  • Pagina 270 Kopiëren Beeldkwaliteit van kopieën aanpassen U kunt de densiteit van het gehele document aanpassen. Als u, bijvoorbeeld, de kopieerdensiteit verhoogt, kunt u gemakkelijk vage met de pen geschreven tekens lezen. Aanpassen van de densiteit van kopieën U kunt de densiteit van de achtergrond aanpassen. Hiermee kunt u duidelijke kopieën maken van originelen zoals kranten of originelen met gekleurde achtergronden.
  • Pagina 271 Kopiëren Pas de densiteit aan en druk op <OK>. ● Druk op <-> om de densiteit van de gehele achtergrond te verlagen. Druk op <+> om de densiteit van de gehele achtergrond te verhogen. ● Afhankelijk van de kleur van de originelen kunnen andere gedeelten dan de achtergrond daardoor worden beïnvloed.
  • Pagina 272 Kopiëren weergegeven. Als de machine ten onrechte aanvoering meerdere vellen detecteert, drukt u op <Aanvoer meerdere vellen niet detecteren> om het scannen te hervatten. ● Om de machine voortaan niet meer te laten melden over aanvoering meerdere vellen, voert u een van de volgende bewerkingen uit.
  • Pagina 273 Kopiëren Kopiëren annuleren 663C-03X U kunt kopiëren tijdens het scannen van originelen, of kopieeropdrachten in de wachtrij annuleren. ◼ Kopiëren tijdens het scannen annuleren Het volgende scherm wordt weergegeven tijdens het scannen van originelen. Druk op <Annuleren> om het kopiëren te annuleren.
  • Pagina 274 Kopiëren Selecteer de kopieeropdracht die u wilt annuleren, en druk op <Annuleren>. ● Als u op <Details> drukt, wordt gedetailleerde informatie, zoals het aantal kopieën en de afdelings-ID, weergegeven. Druk op <Ja>. ➠ Het kopiëren stopt. Druk op <Sluiten>. ● Als u op op het bedieningspaneel drukt wanneer er kopieeropdrachten in de wachtrij staan, worden alle kopieeropdrachten onderbroken, en worden het bericht <<Stop>Select.
  • Pagina 275 Kopiëren Verbeteren en aanpassen van de kopieerkwaliteit 663C-03Y U kunt de kopieerkwaliteit verbeteren met verfijnde aanpassingen, zoals het aanpassen van de beeldscherpte en het wissen van onnodige donkere randen. Daarnaast kunt u de visuele afbeelding van het kopieerresultaat wijzigen door de kleuren om te keren.
  • Pagina 276 Kopiëren Type origineelType origineel Het type origineel voor kopiëren selecteren 663C-040 U kunt de optimale beeldkwaliteit voor de kopie selecteren op basis van het type origineel, zoals originelen met alleen tekens of tijdschriften met foto's. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Kopie>.
  • Pagina 277 Kopiëren BeeldscherpteBeeldscherpte Aanpassen van beeldscherpte voor kopiëren (Beeldscherpte) 663C-041 U kunt de afbeelding kopiëren met duidelijke contouren en lijnen door de beeldscherpte te verhogen, of de gekopieerde afbeelding verzachten door de beeldscherpte te verlagen. Gebruik deze functie wanneer u wazige tekst en grafieken scherper wilt maken, of het moiré-effect (een gestreept, golvend patroon) wilt verkleinen voor een gelijkmatige voltooide afbeelding.
  • Pagina 278 Kopiëren Wis randWis rand Verwijderen van donkere randen bij het kopiëren (Randverwijdering) 663C-042 Wanneer u originelen kopieert die kleiner zijn dan het uitvoerpapierformaat, verschijnen er mogelijk kaderlijnen op de gekopieerde afbeelding. Wanneer u dikke boeken kopieert, verschijnen er mogelijk donkere randen. Met <Wis rand> kunt u deze kaderlijnen en donkere randen wissen.
  • Pagina 279 Kopiëren Donkere randen van kopieën van boeken wissen U kunt donkere randen in het midden en contourlijnen die verschijnen wanneer u tegenover elkaar liggende pagina's van een boek kopieert, wissen. Druk op <Wis boekrand> en bevestig <Origineelform.>. ● Als het formaat bij <Origineelform.> afwijkt van het formaat van het boek dat u hebt ingesteld, druk dan op <Wijzigen>...
  • Pagina 280 Kopiëren Nega/PosiNega/Posi Kleuren omkeren (Nega/Posi) 663C-043 Door de tint of gradatie van het gehele origineel om te keren, kunt u witte gedeelten van het origineel op de kopie zwart maken en zwarte gedeelten wit. De afdruk zal dan op een negatief van een film lijken. Plaats het origineel.
  • Pagina 281 Kopiëren KleurbalansKleurbalans De kleur aanpassen 663C-044 Pas de dichtheid van geel, magenta, cyaan en zwart afzonderlijk aan. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Kopie>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Opties> op het scherm met basisfuncties voor kopiëren. Scherm met basisfuncties voor kopiëren(P.
  • Pagina 282 Kopiëren ➠ Het kopiëren wordt gestart. TIPS U kunt maximaal vier instellingen registreren na aanpassing. Druk na het aanpassen van de kleur op <Oproepen/Registreren> selecteer een knop van <C1> tot <C4> druk op <Registreren> <Ja> <OK>. ● Als u geregistreerde instellingen wilt oproepen, drukt u op <Oproepen/Registreren>, selecteer een knop en druk op <OK>.
  • Pagina 283 Kopiëren Aanp. kleur sneltoetsAanpassen kleur sneltoets Eén-toets kleur-modus 663C-045 U kunt de afbeeldingskwaliteit intuïtief selecteren met één knop, bijvoorbeeld met subtiele kleuren of een retro-afwerking zoals een oude foto. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Kopie>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Opties>...
  • Pagina 284 Kopiëren Origineel Levendige kleuren Rustige kleuren Lichtere afbeelding Donkerder afbeelding Highlight reproductie Sepia kleur ● Als u <Highlight reproductie> selecteert, wordt de afbeeldingskwaliteit zo aangepast dat highlights niet wegvallen. ● U kunt meerdere soorten afbeeldingskwaliteit tegelijk selecteren. U kunt echter <Levendige kleuren> en <Rustige kleuren>...
  • Pagina 285 Kopiëren Efficiënt kopiëren 663C-046 U kunt papier besparen door eerst diverse originelen op een vel te kopiëren of het kopieerresultaat te controleren voordat u gaat kopiëren. U kunt ook de efficiëntie verbeteren door verschillende formaten voor originelen in te stellen om ze samen te kopiëren, of originelen met verschillende instellingen te combineren om ze tegelijkertijd te kopiëren.
  • Pagina 286 Kopiëren N op 1N op 1 Meerdere originelen op één vel kopiëren (N op 1) 663C-047 U kunt meerdere pagina's van originelen op één vel papier kopiëren. Met deze functie kunt u kopiëren met een kleinere hoeveelheid papier dan het originele aantal pagina's.
  • Pagina 287 Kopiëren Originelen moeten allemaal hetzelfde formaat hebben. ● Als u <N op 1> instelt, wordt <Verschuiving> automatisch ingesteld op <Midden>.
  • Pagina 288 Kopiëren Een origineel met naast elkaar liggende pagina's kopiëren als twee afzonderlijke pagina's 663C-048 U kunt een origineel met twee naast elkaar liggende pagina's zoals boeken en tijdschriften op afzonderlijke pagina's kopiëren, waarbij u de linker- en rechterpagina's van elkaar scheidt. U kunt 2-zijdige kopieën maken, en de rechterpagina op de voorzijde en de linkerpagina op de achterzijde kopiëren.
  • Pagina 289 Kopiëren ➠ Het kopiëren wordt gestart. Een origineel met naast elkaar liggende pagina's op beide zijden van een vel papier kopiëren Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Kopie>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Opties> op het scherm met basisfuncties voor kopiëren. Scherm met basisfuncties voor kopiëren(P.
  • Pagina 290 Kopiëren ● Als u de volgende pagina wilt scannen, plaatst u het origineel en drukt u op . Nadat alle originelen zijn gescand, gaat u verder naar stap 7. Druk op <Start kopiëren>. ➠ Het kopiëren wordt gestart.
  • Pagina 291 Kopiëren Versch. orig. formatenVersch. orig. formaten Originelen met verschillende formaten gelijktijdig kopiëren (Verschillende origineelformaten) 663C-049 U kunt originelen met verschillende formaten in de aanvoer plaatsen en ze tegelijkertijd scannen. Zo elimineert u de noodzaak om opnieuw papier te selecteren en het origineel te plaatsen. ●...
  • Pagina 292 Kopiëren ● Als <Versch. orig. formaten> is ingesteld voor kopiëren, wordt elk origineel uitgevoerd met het optimale papierformaat. Als u alle originelen met hetzelfde papierformaat of 1-zijdige originelen met verschillende formaten op beide zijden wilt kopiëren, geef dan het papier op met <Selecteer papier>. Als u <Selecteer papier>...
  • Pagina 293 Kopiëren OpdrachtsamenstellingOpdrachtsamenstelling Gelijktijdig kopiëren van afzonderlijk gescande originelen (Opdrachtsamenstelling) 663C-04A Zelfs als u te veel originelen hebt die u tegelijkertijd in de aanvoer wilt plaatsen, kunt u de originelen afzonderlijk scannen en ze als een batch documenten verzenden. Originelen die zowel in de aanvoer als op de glasplaat zijn gescand, kunnen ook tegelijkertijd worden verzonden.
  • Pagina 294 Kopiëren Druk op <Start kopiëren>. ➠ Het kopiëren wordt gestart.
  • Pagina 295 Kopiëren Controleren van de kopieerresultaten 663C-04C Voordat u een grote hoeveelheid gaat kopiëren, kunt u het kopieerresultaat controleren door eerst een voorbeeldkopie af te drukken. U kunt ook gescande afbeeldingen controleren door pagina na pagina te kopiëren wanneer u bezig bent met het scannen van originelen.
  • Pagina 296 Kopiëren Selecteer pagina's voor de voorbeeldkopie en druk op <OK>. ● Als u alle pagina's wilt kopiëren, selecteert u <Alle pagina's>. ● Om specifieke pagina's te kopiëren, selecteert u <Aangegeven pagina's>. Voer de pagina's in door op <Start pagina> of <Einde pagina> te drukken. Als u <Alle pagina's>...
  • Pagina 297 Kopiëren Afdrukken & Controleren Pagina voor pagina controleren van gescande afbeeldingen (afdrukken en controleren) Bij het scannen van een origineel kunt u de gescande afbeeldingen controleren door pagina voor pagina te kopiëren en het hele origineel na het scannen van alle pagina's te kopiëren. Plaats het origineel op de glasplaat.
  • Pagina 298 Kopiëren Interruptie Direct kopiëren zonder andere opdrachten te onderbreken 663C-04E U kunt direct kopiëren, zelfs als er een andere bewerking wordt uitgevoerd. Dat is handig voor als u alleen een aantal pagina's dringend wilt kopiëren, maar de uitvoer van iemand anders nog lang niet klaar is. Plaats het origineel.
  • Pagina 299 Kopiëren ● Om een gereserveerde kopieeropdracht uit te voeren direct nadat de huidige opdracht is voltooid, drukt u <Kopie/Afdruk> <Opdrachtstatus> Selecteer het document dat u wilt kopiëren met de eerste prioriteit <Afdr. ondrbr./prioriteit> <Prioriteitsafdruk>.
  • Pagina 300 Kopiëren Handige functies voor het maken en beheren van materiaal 663C-04F U kunt bij het kopiëren paginanummers en data bijvoegen. Daarnaast trekt het bijvoegen van serienummers of "VERTROUWELIJK" bij belangrijk materiaal de aandacht bij het verwerken van het materiaal. Eindigen met Sorteren/ Afwerken met het Overige Groeperen(P.
  • Pagina 301 Kopiëren Afwerken (Sorteren/Groeperen)Afwerken (Sorteren/Groeperen) Eindigen met Sorteren/Groeperen 663C-04H Bij het kopiëren van twee kopieën of meer vanuit de aanvoer kunt u sorteren of groeperen selecteren voor de volgorde van de afdrukken. Selecteer "Sorteren" om op volgorde af te drukken. Selecteer "Groeperen" om bundels van elke pagina af te drukken.
  • Pagina 302 Kopiëren ● Afhankelijk van de afwerkingsfuncties is installatie van optionele apparaten nodig. Optionele apparatuur(P. 1492) ● Afhankelijk van het papiertype kunt u geen afwerkingsfuncties gebruiken. Technische gegevens hardware(P. 1460) Als u een origineel op de glasplaat legt ● Als u op <Opties> <Opdrachtsamenstelling>...
  • Pagina 303 Kopiëren Afwerken (Nieten)Afwerken (Nieten) Afwerken met het nietapparaat 663C-04J U kunt elke kopie inbinden met het nietapparaat na een gesorteerde of gegroepeerde uitvoer. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Kopie>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Opties> op het scherm met basisfuncties voor kopiëren. Scherm met basisfuncties voor kopiëren(P.
  • Pagina 304 Kopiëren ● Om op twee plaatsen aan de zijkant van de pagina te nieten, selecteert u <Dubbel> voor de nietpositie. ● Om in het gedeelte waar het papier in tweeën wordt gevouwen, te nieten, selecteert u <Rugnieten>. Afhankelijk van de optie kunt u een omslag toevoegen of de vouwpositie wijzigen. Voor het bijsnijden van de randen van de uitvoervellen kunt u de snijpositie aanpassen.
  • Pagina 305 Kopiëren Afwerken (Overige afwerkingsfuncties)Afwerken (Overige afwerkingsfuncties) Overige afwerkingsfuncties 663C-04K Afhankelijk van de geïnstalleerde opties kunt u andere afwerkingsfuncties gebruiken. Optionele apparatuur(P. 1492) Roteer 90 graden U kunt elke set papier afwisselend staand en liggend uitvoeren. Ponsgaten U kunt ponsgaten maken ten behoeve van archivering. Rugvouw Met de Booklet Finisher kunt de uitvoervellen in tweeën vouwen.
  • Pagina 306 Kopiëren PaginanummeringPaginanummeringKopiesetnummeringKopiesetnummeringWatermerkWatermerkDatum afdrukkenDatum afdrukken Getallen en symbolen aan kopieën toevoegen 663C-04L U kunt paginanummers, beheernummers, datums, enz. toevoegen tijdens het kopiëren. U kunt ook stempels toevoegen met de tekst "Vertrouwelijk", enz. Dat maakt het beheer makkelijker, bijvoorbeeld als u meerdere kopieën van documenten distribueert.
  • Pagina 307 Kopiëren ● Geef een positieve (+) waarde op voor X om de afdrukpositie naar links te verplaatsen, of een negatieve (-) waarde voor Y om de afdrukpositie naar boven te verplaatsen. ● Druk op <Stel details in>, geef elke instelling op en druk op <OK>. Selecteer de richting van het geplaatste origineel.
  • Pagina 308 Kopiëren ● De tekst voor <Paginanummering> en <Watermerk> kan ook worden geselecteerd uit de tekst die is geregistreerd in <Registreer tekens voor paginanummering/watermerk>(P. 1058) . ● Als u twee van de modi <Paginanummering>, <Watermerk>, <Datum afdrukken> of <Kopiesetnummering> instelt voor afdrukken op dezelfde plaats, verschijnt een bericht waarin u wordt gevraagd of u wilt afdrukken met deze instellingen wanneer u op drukt.
  • Pagina 309 Kopiëren Boekjes maken 663C-04R U kunt gemakkelijk leesbare, professioneel ogende boekjes maken met inbindmarges en omslagen. Daarnaast kunt u de instellingen voor het maken van boekjes, zoals de lay-out van de pagina, 2-zijdig kopiëren en toevoegen van omslagen, efficiënt configureren. Boekjes maken (Boekje Instellen van de Toevoegen van een omslag en...
  • Pagina 310 Kopiëren BoekjeBoekje Boekjes maken (Boekje kopiëren) 663C-04S U kunt de lay-out van de afdruk instellen, zodat de afdrukken een boekje worden wanneer ze in tweeën worden gevouwen. Door het gebruik van accessoires kunt u automatisch bewerkingen, zoals in tweeën vouwen en in de vouw nieten (rugnieten), uitvoeren.
  • Pagina 311 Kopiëren ● Wanneer u boekjes kopieert met 2-zijdige originelen, drukt u op <2-zijdig origineel> en selecteert u zo nodig <Type boek> of <Type kalender>. ● Wanneer u een origineel kopieert dat al een boekjesindeling heeft, zoals een origineel dat is afgedrukt met de machine met de functie om boekjes te kopiëren, drukt u op <Geen boekje scan maken>.
  • Pagina 312 Kopiëren ● Als u dik papier gebruikt voor de omslag, kunt u mogelijk niet afdrukken, zelfs niet wanneer u <Afdrukken> selecteert, afhankelijk van de dikte van het papier. Voor meer informatie raadpleegt u Beschikbaar papier(P. 1468) . <Type opening> Selecteer het type opening en druk op <OK>. Druk op <Stel details in>...
  • Pagina 313 Kopiëren ● Als <Snijden> wordt weergegeven, kunt u het uitstekende deel bijsnijden zodat de rand van het boekje recht is. ● Als u <Aanpassen snijbreedte> kunt selecteren, kunt u de snijpositie aanpassen. Aanpassen van de rugnietpositie U kunt de vouwpositie en de nietpositie tegelijkertijd aanpassen. Druk op <Wijzig Vouw-/Nietpositie>.
  • Pagina 314 Kopiëren Selecteer het papier voor kopiëren en voer de vouwpositie van het papier in. Druk op <OK> <Sluiten> <OK>. Het boekje maken met een vierkante rug Als de optie voor afwerking met een vierkante rug beschikbaar is, kunt u een boekje met veel papier voorzien van een platte rug door de inbindgedeeltes in de juiste hoeken te vouwen.
  • Pagina 315 Kopiëren ● U kunt <2-zijdig origineel>, <N op 1> en <Origineelformaat> niet instellen voor een bestand dat is opgeslagen in de postbus. ● Wanneer een PDF/XPS-bestand is geselecteerd, kunt u alleen de vouwmodus en de rugnietmodus instellen. KOPPELINGEN Toevoegen van een omslag en achterblad(P. 304) Technische gegevens hardware(P.
  • Pagina 316 Kopiëren RugwitRugwit Instellen van de inbindmarges 663C-04U U kunt inbindmarges maken voor nieten of ponsgaten. U kunt inbindmarges aan de voor- en achterzijde van de afzonderlijke pagina's instellen. ● Wanneer de marge is ingesteld, worden afbeeldingen verschoven op basis van de margebreedte en gekopieerd.
  • Pagina 317 Kopiëren Druk op <OK> <Sluiten>. Druk op ➠ Het kopiëren wordt gestart. ● Als u <Rugwit> en <2-zijdig> samen gebruikt, volg dan de onderstaande instructies: - Als er een witrand is: 1-zijdig 2-zijdig: Stel de Witrandmodus alleen voor de achterzijde in. 2-zijdig 2-zijdig: U hoeft geen Witrandmodus in te stellen.
  • Pagina 318 Kopiëren Voeg omslag toeVoeg omslag toe Toevoegen van een omslag en achterblad 663C-04W Bij het maken van een boekje kunt u een omslag aan de voorkant en een achterblad toevoegen met ander papier dan dat van de inhoud, zoals dik of gekleurd papier. U kunt aangeven of ook op de omslag en het achterblad moet worden gekopieerd.
  • Pagina 319 Kopiëren Druk op ➠ Het kopiëren wordt gestart. KOPPELINGEN Boekjes maken (Boekje kopiëren)(P. 296)
  • Pagina 320 Kopiëren Handige kopieerfuncties 663C-04X U kunt kopiëren terwijl u de positie van afbeeldingen van de machine verschuift. De machine heeft ook handige functies, zoals het kopiëren van beide zijden van een ID-kaart op één pagina, en u via e-mail laten weten wanneer het kopiëren van grote hoeveelheden is voltooid.
  • Pagina 321 Kopiëren Een afbeelding vergroten om Blanco pagina's overslaan bij een poster te maken(P. 327) het afdrukken(P. 332)
  • Pagina 322 Kopiëren Vrij formaat origineel Originelen met een vrij formaat kopiëren 663C-04Y U kunt originelen met een vrij formaat automatisch scannen en geschikt maken voor het geselecteerde papier voor kopiëren. Met deze functie is ook het kopiëren van 2- zijdige originelen beschikbaar. Plaats originelen met vrij formaat in de aanvoer. Plaats de originelen in de aanvoer.
  • Pagina 323 Kopiëren Spiegelbeeld Afbeeldingen spiegelen (Spiegelbeeld) 663C-050 Met deze functie kunt u het origineel tegengesteld kopiëren, alsof de kopie een reflectie in een spiegel is. U kunt zonder computer gemakkelijk symmetrische grafieken maken. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Kopie>. Het scherm <Hoofdmenu>(P.
  • Pagina 324 Kopiëren Verschuiving Beeldverschuiving 663C-051 Met deze functie kunt u kopieën maken waarbij de gehele afbeelding naar een rand of naar het midden van de pagina is verschoven. Verschuif de afbeelding wanneer u witruimte wilt maken op de pagina om tekst en afbeeldingen op het materiaal in te voeren of te schikken.
  • Pagina 325 Kopiëren Verschuiving De verplaatsingsafstand opgeven Als er geen witruimte is omdat de originele afbeelding en het uitvoerpapier hetzelfde formaat hebben, of als u de afbeeldingen een paar millimeter wilt verschuiven, geeft u de verplaatsingsafstand op. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Kopie>.
  • Pagina 326 Kopiëren Herhaal afbeeldingen Kopiëren met de afbeeldingen herhaald (Beeldherhaling) 663C-052 U kunt dezelfde afbeelding herhaald op een pagina kopiëren. U kunt gemakkelijk adresetiketten en coupons maken. Let op de formaten van het origineel en het uitvoer papier ● Bij het maken van adresetiketten stelt u een origineel in dat hetzelfde formaat heeft als één etiket, en selecteert u handmatig het uitvoerpapierformaat ( Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
  • Pagina 327 Kopiëren ● Geef het aantal keren voor verticale respectievelijk horizontale herhaling op. ● Wanneer <Auto> wordt ingesteld, wordt de afbeelding automatisch herhaald tot het papier is gevuld met de afbeeldingen. Stel witruimtes in tussen de afbeeldingen en druk op <OK>. ●...
  • Pagina 328 Kopiëren Vellen invoegenVellen invoegen Vellen en hoofdstukpagina's invoegen (Invoegvellen) 663C-053 U kunt vellen invoegen tussen tekstpagina's. Wanneer u, bijvoorbeeld, een grote hoeveelheid kopieën maakt, kunt u gemakkelijk het aantal uitvoervellen controleren door elke 50 pagina's een gekleurd vel in te voegen. Invoegbladen kunnen worden gebruikt als hoofdstukpagina's als u erop afdrukt.
  • Pagina 329 Kopiëren Geef de pagina waar het vel moet worden ingevoegd, op. ● Voer met de numerieke toetsen de pagina in waar het vel moet worden ingevoegd. Wanneer u, bijvoorbeeld, 100 pagina's kopieert, en u wilt na de 50e pagina een vel invoegen, dan voert u "51" in. Geef gedetailleerde instellingen op.
  • Pagina 330 Kopiëren ● Als u alleen het vel invoegt, wordt dat niet geteld als een kopienummer. Als op het vel afdrukt, wordt dat wel geteld als een kopienummer. Een hoofdstuktitel toevoegen ● Met de functie om op het vel af te drukken kunt u hoofdstukpagina's in essays, rapporten, enz., invoegen. Zet het origineel dat moet worden afgedrukt, op de hoofdstukpagina in het originele document.
  • Pagina 331 Kopiëren Transparante omslagen Bladen invoegen bij het kopiëren op transparanten 663C-054 Bij het kopiëren op transparanten kunt u voorkomen dat transparanten aan elkaar blijven plakken door vellen tussen de transparanten in te voegen. U kunt ook op de invoegbladen afdrukken. Plaats transparanten en papier dat moet worden ingevoegd.
  • Pagina 332 Kopiëren Druk op ➠ Het kopiëren wordt gestart. KOPPELINGEN Vellen en hoofdstukpagina's invoegen (Invoegvellen)(P. 314)
  • Pagina 333 Kopiëren Melding opdracht gereed U via e-mail melden dat het kopiëren is voltooid 663C-055 U kunt een e-mail ontvangen met de melding dat de originelen zijn gekopieerd. Wanneer u een grote kopieeropdracht of veel gereserveerde kopieën ( Basisbewerkingen voor kopiëren(P. 247) ) uitvoert, hoeft u niet naast de machine te wachten tot het kopiëren is voltooid.
  • Pagina 334 Kopiëren Druk op ➠ Documenten worden gescand en het kopiëren start. Wanneer het kopiëren is voltooid, wordt een e- mailmelding naar het opgegeven adres verzonden.
  • Pagina 335 Kopiëren ID-kaart kopiëren ID-kaart kopieën maken 663C-056 Met deze functie kunt u op één vel papier een kopie maken van zowel de voorzijde als de achterzijde van een identiteitskaart. Deze functie is handig voor het kopiëren van ID-kaarten (identiteitskaarten), zoals een rijbewijs, omdat de afdrukstand en - positie van de beide kanten van de ID-kaart automatisch worden uitgelijnd op basis van het papierformaat dat u opgeeft.
  • Pagina 336 Kopiëren Druk op <OK> <Sluiten>. Druk op om de voorzijde te scannen. ➠ Zodra het scannen is voltooid, verschijnt er een scherm met het bericht dat de voorbereidingen voor het scannen van de achterkant zijn voltooid. Draai de ID-kaart om, zodat de achterkant nu naar beneden is gericht en druk op om de achterzijde te scannen.
  • Pagina 337 Kopiëren VlakbepalingVlakbepaling Vlakbepaling 663C-057 U kunt één deel van een origineel extraheren om te kopiëren, bijvoorbeeld bij het bijsnijden van foto's of het uitsnijden van artikelen van een krant. Aangezien u het gebied dat u wilt kopiëren, kunt opgeven terwijl u het voorbeeldscherm controleert, hoeft u niet in het origineel te knippen.
  • Pagina 338 Kopiëren ● Raak twee diagonaal tegenover elkaar liggende punten aan om een rechthoekig gebied op te geven waarbij deze punten als referentiepunten worden gebruikt. Geef een gebied op dat het gebied omsluit dat u in een rechthoek wilt kopiëren. Twee tegenover elkaar liggende punten opgeven Het gebied dat moet worden gekopieerd ●...
  • Pagina 339 Kopiëren Omkaderen Maskeren Bevestig dat de gebieden correct zijn opgegeven en druk op <OK>. ● Als u een gebied wilt aanpassen, drukt u op <OK> om terug te gaan naar stap 7, drukt u op <Vlak wissen> of <Fijn-aanp.> en geeft u het gebied opnieuw op. Als u <Maskeren>...
  • Pagina 340 Kopiëren Combineren met de modus Beeldherhaling Als u <Omkaderen> en <Herhaal afbeeldingen> tegelijk wilt gebruiken, stelt u eerst <Herhaal afbeeldingen> in vervolgens stelt u <Omkaderen> in.
  • Pagina 341 Kopiëren Een afbeelding vergroten om een poster te maken 663C-058 U kunt een afbeelding vergroten en deze kopiëren naar meerdere vellen papier om een grote poster te maken door de vellen aan elkaar te bevestigen. Er zijn twee methoden voor het kopiëren naar meerdere vellen papier: alleen het zoompercentage opgeven, of het aantal te gebruiken vellen papier opgeven.
  • Pagina 342 Kopiëren De breedte van de overlappende delen is afhankelijk van het zoompercentage en het papierformaat. Het zoompercentage instellen Geef het percentage op voor vergroting van de afbeelding om een poster te maken. Het optimale papierformaat en aantal vellen worden automatisch geselecteerd volgens het formaat van het origineel en het zoompercentage.
  • Pagina 343 Kopiëren Druk op <Zoompercentage> <Volgende>. Geef het zoompercentage op en druk op <OK>. ● Geef het zoompercentage op met de knoppen op het scherm of de numerieke toetsen. Druk op ➠ Het kopiëren wordt gestart. Het te gebruiken papierformaat en aantal vellen opgeven Als u een poster wilt maken door het papier te selecteren omdat u papier in de multifunctionele lade wilt gebruiken, of omdat er maar één bepaald papierformaat in de machine is geplaatst, is het noodzakelijk om het papierformaat en het aantal vellen op te geven.
  • Pagina 344 Kopiëren Druk op <Poster>. Druk op <Aantal afdrukpag.> <Volgende>. Druk op <Wijzigen>, selecteer het papierformaat en druk op <OK>. ● Als u de multifunctionele lade selecteert, geeft u het papierformaat en het type papier aan. Voer het aantal vellen in en druk op <OK>.
  • Pagina 345 Kopiëren Druk op ➠ Het kopiëren wordt gestart.
  • Pagina 346 Kopiëren Blanco pagina's overslaanBlanco originelen overslaan Blanco pagina's overslaan bij het afdrukken 663C-059 De machine kan lege pagina's detecteren tijdens het scannen en alle pagina's behalve de lege pagina's afdrukken. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Kopie>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Opties>...
  • Pagina 347 Kopiëren ➠ Door op <+> te drukken, neemt de detectienauwkeurigheid toe. Druk op <OK> <Sluiten>. Druk op ➠ Het kopiëren wordt gestart. ● Als de ingestelde grootte van het origineel kleiner is dan die van de scan, wordt deze mogelijk niet correct overgeslagen.
  • Pagina 348 Kopiëren Kopiëren van vertrouwelijke documenten beperken 663C-05A Om het achteloos kopiëren van documenten met persoonlijke of vertrouwelijke gegevens te voorkomen, heeft de machine de functies "Beveiligd watermerk" en "Scanvergrendeling document". Met Beveiligd watermerk kunt u verborgen tekst, zoals "VERTROUWELIJK", op de uitgevoerde kopieën insluiten. Als de uitgevoerde kopieën dan weer worden gekopieerd, verschijnt de tekst als waarschuwing.
  • Pagina 349 Kopiëren Beveiligd watermerkBeveiligd watermerk De tekst "TOPGEHEIM" insluiten (Beveiligd watermerk) 663C-05C Bij het kopiëren van documenten met vertrouwelijke gegevens kunt u onzichtbare tekst insluiten, zoals "TOPGEHEIM" of "VERTROUWELIJK", om niet-bevoegde gebruikers te waarschuwen ze niet te kopiëren. Bij het kopiëren van een document dat al eens is gekopieerd, verschijnt de ingesloten tekst over de gehele lengte van de pagina, waarmee wordt voorkomen dat onbevoegde kopieën worden gemaakt.
  • Pagina 350 Kopiëren ● U kunt veelgebruikte tekst registreren. Selecteer <Gebr.> en voer de tekst in door op <Registreren> te drukken. ● Als u geregistreerde tekst wilt bewerken of verwijderen, drukt u op <Registreren>, selecteert u de tekst in de lijst en drukt u op <Bewerken> of <Verwijderen>. Insluiten van datums Druk op <Datum>.
  • Pagina 351 Kopiëren Insluiten van ID of gebruikersnaam Sluit aanmeldingsgegevens (afdelings-ID of gebruikersnaam) in voor het gebruik van de machine. Druk op <ID/Gebr.naam>. Geef de afdrukinstellingen voor het watermerk aan. ● Stel de notatie van de tekens in. ● U kunt de densiteit van patronen en achtergronden aanpassen. Als u op <Aanp. achtergrond-/ tekencontrast>...
  • Pagina 352 Kopiëren Doc. scanvergrendelingDoc. scanvergrendeling Kopiëren van documenten uitschakelen (Scanvergrendeling document) 663C-05E Door het insluiten van "scanvergrendelingsgegevens" bij het kopiëren kunt u reproductie via kopiëren of scannen beperken. Daarnaast kunt u met het insluiten van "controlegegevens" ingesloten gegevens op de uitvoer analyseren en erachter komen door wie, wanneer en met welke machine een kopie of afdruk is gemaakt.
  • Pagina 353 Kopiëren Kopiëren beperken met behulp van een TL-code 663C-05F Door het insluiten van een TL-code bij het kopiëren van originelen kunt u reproductie beperken. Het is mogelijk om niet alleen reproductie te beperken, maar ook om reproductie alleen toe te staan wanneer aanmeldingsgegevens en wachtwoorden zijn geïdentificeerd.
  • Pagina 354 Kopiëren Druk op <Volginformatie>. Druk op <Instellen> <OK>. ● Om willekeurige strings met tekens, buiten de afdelings-ID of gebruikersnaam, data en tijd, of de gebruikersnaam, in te sluiten, voert u de tekens in door op <Gebruikerstekens> te drukken. Druk op <OK> <Sluiten>.
  • Pagina 355 Kopiëren Kopiëren beperken met behulp van een QR-code 663C-05H Door het insluiten van een QR-code bij het kopiëren van originelen kunt u reproductie beperken. U kunt ook alleen controlegegevens insluiten zonder reproductie te verbieden. ● Voor informatie over het inschakelen van Scanvergrendeling document met een QR-code raadpleegt u QR-codes voor kopieerbeperkingen gebruiken(P.
  • Pagina 356 Kopiëren Druk op <OK> <Sluiten>. Druk op ➠ Het kopiëren wordt gestart. Een beveiligd watermerk insluiten ● U kunt een beveiligd watermerk ook samen met QR-codes insluiten. Voor informatie over het instellen van Beveiligd watermerk raadpleegt u De tekst "TOPGEHEIM" insluiten (Beveiligd watermerk)(P. 335) . De QR-code opnieuw schrijven ●...
  • Pagina 357 Kopiëren Kopieerbewerkingen verminderen 663C-05J U kunt ervoor zorgen dat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft op te geven wanneer u kopieën maakt, door eerder gebruikte instellingen op te roepen. Daarnaast kunt u door van het scherm met basisfuncties voor kopiëren ( Scherm met basisfuncties voor kopiëren(P.
  • Pagina 358 Kopiëren Vorige instellingen Oproepen van eerder gebruikte kopieerinstellingen (Vorige instellingen) 663C-05K U kunt eerder gebruikte kopieerinstellingen oproepen. De details van de opgeroepen instelling kan voor het kopiëren worden gewijzigd. ● De drie meest recente instellingen die in het geheugen waren opgeslagen, worden niet verwijderd als de machine wordt uitgeschakeld.
  • Pagina 359 Kopiëren Instellingen snel wijzigen (Scherm Spoedkopie) 663C-05L Door over te schakelen van het scherm met basisfuncties voor kopiëren op het scherm "Spoedkopie" kunt u de instellingen voor basisbewerkingen voor kopiëren ( Basisbewerkingen voor kopiëren(P. 247) ) sneller wijzigen. Als u bijvoorbeeld beide zijden van een document wilt kopiëren met het scherm Normale kopie, drukt u op <2-zijdig> en vervolgens op <1-Zijdig 2-Zijdig>...
  • Pagina 360 Kopiëren Druk op dit pictogram om de huidige instellingen te registreren in <Favorieteninstellingen> van of om de knoppen in te wijzigen. Een combinatie van veelgebruikte functies registreren(P. 183) Het scherm met basisfuncties aanpassen(P. 186) Aantal kopieën Hiermee geeft u het aantal kopieën weer. Voer in met de numerieke toetsen. <Opties>...
  • Pagina 361 Kopiëren Beperkingen met betrekking tot de combinatie van functies 663C-05R De volgende tabellen tonen de niet beschikbare combinaties van instellingen wanneer u meer dan één functie per keer instelt. ◼ Functies die niet kunnen worden gecombineerd "Functies die niet kunnen worden gecombineerd" geven het volgende aan: ●...
  • Pagina 362 Kopiëren Scherm met basisfuncties voor kopiëren 663C-05S Functies die niet kunnen worden Functies die prioriteit krijgen wanneer deze als laatste Functie gecombineerd zijn ingesteld Full colour, Zwart & Wit, Enkelvoudige kleur, Twee kleuren, Poster (Aantal afdrukpag.), Auto (Kleur/Z&W) Poster (Zoompercentage), Aanp. kleur sneltoets (Sepia kleur) Auto (Kleur/Z&W), Zwart &...
  • Pagina 363 Kopiëren 1:1 (100%), Zoompercentage (Handmatig), Selecteer papier (Auto), Selecteer Zoompercentage (Vaste schaalinstelling), Auto XY zoom papier (Vrij), ID-kaart kopiëren, Herhaal Zoompercentage (Auto), XY-verhoud. (Handmatige afbeeldingen (Auto), Vrij formaat origineel invoer), Ingest. met lengte, Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage) Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Vrij), N op 1, ID-kaart kopiëren, Wis origineelrand, Wis boekrand, Wis...
  • Pagina 364 Kopiëren Auto (Kleur/Z&W), Densiteit (Auto), Totaalbeeld, Selecteer papier (Gebruikersformaat), Selecteer papier (Vrij), 1-zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|2- zijdig, 2-zijdig|1-zijdig, Boek|2-Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, ID-kaart kopiëren, Wis origineelrand, Wis boekrand, Wis inbindrand, Verschuiving (Met positie), Verschuiving (Met num. toetsen), Rugwit, Spiegelbeeld, Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal afbeeldingen (Auto), Omkaderen, Maskeren, Transparante omslagen, Voeg...
  • Pagina 365 Kopiëren Zoompercentage (Auto), XY-verhoud. (Auto XY zoom), Totaalbeeld, Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), 1- zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|2-zijdig, Boek|2- Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, ID-kaart kopiëren, Verschuiving (Met positie), Verschuiving (Met num. toetsen), Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal afbeeldingen (Auto), Omkaderen, Maskeren, Transparante omslagen, Voeg omslag toe, Vellen invoegen (Vellen, Hoofdstukpag.), Boekje scan (Vouwen +...
  • Pagina 366 Kopiëren <Options> Scherm (1/4) 663C-05U Functies die prioriteit krijgen Functie Functies die niet kunnen worden gecombineerd wanneer deze als laatste zijn ingesteld Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Gebruikersformaat), Selecteer papier (Vrij), 1-zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|1-zijdig, Boek|2- Zijdig, N op 1, ID-kaart kopiëren, Wis inbindrand, Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal afbeeldingen (Auto), Omkaderen, Maskeren, Transparante omslagen, Voeg omslag Boek|2 pagina's...
  • Pagina 367 Kopiëren Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Vrij), ID-kaart kopiëren, Boekje scan (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Geen boekje scan maken (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Groeperen (Zelfde pagina's), Sorteren (Paginavolgorde) Transparante omslagen Nieten + Sorteren (Hoek, Dubbel), Nieten + Sorteren (Zonder niet (max.
  • Pagina 368 Kopiëren Sorteren (Paginavolgorde), Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Groeperen (Zelfde pagina's), Selecteer papier (Gebruikersformaat), Selecteer papier (Vrij), Verschuiven, Nieten + ID-kaart kopiëren, Spiegelbeeld, Transparante omslagen, Sorteren (Zonder niet (max. 5 Hoek, Verschuiven, Roteer 90 graden, Boekje scan (Vouwen + pag.)), Nieten + Dubbel Rugnieten, Alleen vouwen), Boekje scan (Niet vouwen), Geen Groeperen (Hoek, Dubbel),...
  • Pagina 369 Kopiëren Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Auto), Selecteer papier (Vrij), 2-zijdig|1- zijdig, Boek|2-Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, ID-kaart kopiëren, Transparante omslagen, Voeg omslag toe, Vellen invoegen (Vellen, Hoofdstukpag.), Boekje scan (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Boekje scan (Niet vouwen), Geen boekje scan maken (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Rugvouw Geen boekje scan maken (Niet vouwen), Groeperen (Zelfde...
  • Pagina 370 Kopiëren Totaalbeeld, Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Auto), Selecteer papier (Gebruikersformaat), Selecteer papier (Vrij), 1-zijdig|2- zijdig, 2-zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|1-zijdig, Boek|2-Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, ID-kaart kopiëren, Wis origineelrand, Wis boekrand, Wis inbindrand, Verschuiving (Met num. toetsen), Rugwit, Spiegelbeeld, Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal afbeeldingen (Auto), Omkaderen, Maskeren, Boekje scan (Vouwen + Vouwen +...
  • Pagina 371 Kopiëren Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Vrij), Boek|2-Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, ID-kaart kopiëren, Spiegelbeeld, Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal afbeeldingen (Auto), Transparante omslagen, Boekje scan (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Boekje scan (Niet vouwen), Geen boekje scan maken (Vouwen + Voeg omslag toe Rugnieten, Alleen vouwen), Geen boekje scan maken (Niet vouwen), Groeperen (Zelfde pagina's), Roteer 90 graden,...
  • Pagina 372 Kopiëren Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Vrij), 1-zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|2-zijdig, 2- zijdig|1-zijdig, Boek|2-Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, ID- kaart kopiëren, Spiegelbeeld, Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal afbeeldingen (Auto), Omkaderen, Maskeren, Voeg omslag toe, Vellen invoegen (Vellen, Hoofdstukpag.), Boekje scan (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Boekje scan (Niet vouwen), Geen boekje scan maken (Vouwen + Transparante omslagen Rugnieten, Alleen vouwen), Geen boekje scan maken (Niet...
  • Pagina 373 Kopiëren <Options> Scherm (2/4) 663C-05W Functies die prioriteit krijgen wanneer deze Functie Functies die niet kunnen worden gecombineerd als laatste zijn ingesteld Enkelvoudige kleur, Twee kleuren, Selecteer papier (Vrij), Beeldscherpte, Aanp. kleur sneltoets (Levendige kleuren, Rustige kleuren), Aanp. kleur sneltoets (Lichtere afbeelding, Donkerder afbeelding, Highlight reproductie), Aanp.
  • Pagina 374 Kopiëren Enkelvoudige kleur, Twee kleuren, Paginanummering, Kopiesetnummering, Watermerk, Auto (Kleur/Z&W), Full Sepia kleur Datum afdrukken, Beveiligd watermerk, Doc. scanvergrendeling (TL-code), Doc. colour, Zwart & Wit scanvergrendeling (QR-code) Totaalbeeld, Selecteer papier (Vrij), Aanp. kleur sneltoets (Sepia kleur), ID-kaart kopiëren, Verschuiving (Met num. toetsen), Spiegelbeeld, Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal afbeeldingen (Auto), Transparante omslagen, Geen boekje scan maken (Vouwen *12*13*14 Paginanummering...
  • Pagina 375 Kopiëren Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Vrij), N op 1, ID- kaart kopiëren, Spiegelbeeld, Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal Met num. afbeeldingen (Auto), Boekje scan (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Boekje scan (Niet Verschuiving (Met toetsen vouwen), Geen boekje scan maken (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Geen boekje positie) scan maken (Niet vouwen), Paginanummering, Kopiesetnummering, Watermerk, Datum afdrukken, Vrij formaat origineel...
  • Pagina 376 Kopiëren <Options> Scherm (3/4) 663C-05X Functies die prioriteit krijgen wanneer deze Functie Functies die niet kunnen worden gecombineerd als laatste zijn ingesteld Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), 2-zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|1-zijdig, Boek|2-Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, ID-kaart kopiëren, Herhaal afbeeldingen (Aantal keren), Herhaal afbeeldingen (Auto), Transparante omslagen, Boekje scan (Vouwen + Afdrukken &...
  • Pagina 377 Kopiëren Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Vrij), Boek|2-Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, ID-kaart kopiëren, Wis origineelrand, Wis boekrand, Wis inbindrand, Transparante omslagen, Boekje scan (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Omkaderen Boekje scan (Niet vouwen), Geen boekje scan maken (Vouwen + Rugnieten, Alleen vouwen), Geen boekje scan maken (Niet vouwen), Vrij formaat origineel, Beveiligd watermerk, Doc.
  • Pagina 378 Kopiëren <Options> Scherm (4/4) 663C-05Y Functies die prioriteit krijgen Functie Functies die niet kunnen worden gecombineerd wanneer deze als laatste zijn ingesteld Zoompercentage (Handmatig), Zoompercentage (Vaste schaalinstelling), Zoompercentage (Auto), XY- verhoud. (Handmatige invoer), Ingest. met lengte, XY-verhoud. (Auto XY zoom), Totaalbeeld, Poster (Aantal afdrukpag.), Poster (Zoompercentage), Selecteer papier (Auto), Selecteer papier (Gebruikersformaat), Selecteer papier (Vrij), 1-zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|2-zijdig, 2-zijdig|1-zijdig, Boek|2-Zijdig, Boek|2 pagina's, N op 1, Wis origineelrand, Wis boekrand, Wis inbindrand, Verschuiving (Met positie), Verschuiving (Met num.
  • Pagina 379 Faxen Faxen Faxen ..................................366 ......................368 Scherm met basisfuncties voor faxen ..................371 Basisbewerkingen voor het verzenden van faxen ......................387 Het verzenden van faxen annuleren ............................... 389 Faxen ontvangen ............................... 391 Faxen verzenden ............392 Gescande afbeeldingen controleren voordat u ze verzendt (Voorbeeld) ................
  • Pagina 380 Faxen Faxen 663C-060 In dit hoofdstuk worden de basismethoden beschreven voor het verzenden en ontvangen faxen evenals handige faxfuncties die u naar uw behoefte kunt gebruiken. ◼ Inleiding in basisbewerkingen In dit gedeelte worden het scherm met basisfuncties voor faxen beschreven en de basismethoden voor verzenden en ontvangen.
  • Pagina 381 Faxen ◼ Faxfuncties optimaler gebruiken In dit gedeelte wordt beschreven hoe u faxen via internet kunt verzenden en ontvangen. U kunt ook leren hoe u een multifunctionele printer zonder de mogelijkheid om te faxen gebruikt voor het verzenden en ontvangen van faxen via andere multifunctionele printers in het netwerk.
  • Pagina 382 Faxen Scherm met basisfuncties voor faxen 663C-061 Door op <Fax> ( Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) ) te drukken, wordt het scherm met basisfuncties voor faxen weergegeven. Bestemming Geeft de naam van de opgegeven bestemming, het faxnummer, het aantal bestemmingen en de huidige tijd weer.
  • Pagina 383 (Vorige instellingen)(P. 405) Naar extern adresboek <Naar extern adresboek> Druk hierop om bestemmingen onder snelkiestoetsen of andere multifunctionele Canon-printers op te geven. Deze knop is alleen beschikbaar wanneer het externe adresboek is geactiveerd voor gebruik. <Stel bestemming in>(P. 1105)
  • Pagina 384 Faxen <R> Druk op deze toets om de R-toets te gebruiken. Basisbewerkingen voor het verzenden van faxen(P. 371) ● U kunt selecteren of u het adresboek en de snelkiestoetsen wilt verbergen om het gebruik van het adresboek te beperken. <Beperk gebruik adresboek>(P. 1074) ●...
  • Pagina 385 Faxen Basisbewerkingen voor het verzenden van faxen 663C-062 In dit gedeelte worden de basisbewerkingen voor het verzenden van faxdocumenten beschreven. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Fax>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Geef de bestemming op het scherm met basisfuncties voor faxen op. Scherm met basisfuncties voor faxen(P.
  • Pagina 386 Faxen Bestemmingen uit het adresboek opgeven Druk op <Adresboek>. Selecteer de bestemming en druk op <OK>. ● Als een toegangsnummer is ingesteld wanneer de bestemming is geregistreerd, drukt u op <Toegangsnummer> en voert u met de numerieke toetsen het toegangsnummer in. De overeenkomende bestemming wordt weergegeven in het adresboek.
  • Pagina 387 Faxen ● Om het adresboek op afstand te gebruiken, dient u de instellingen voor de server machine te configureren. Instellen om het adresboek op afstand extern te openen op de servermachine. Bestemmingen onder snelkiestoetsen opgeven Druk op de gewenste snelkiestoets. ●...
  • Pagina 388 Faxen ● Als de machine is aangesloten op een PBX (Private Branch Exchange), drukt u eerst op <R> voordat u de bestemming invoert. Als <R> niet beschikbaar is, moet u de instellingen voor de R-toets registreren. <R- toets instelling>(P. 1088) ●...
  • Pagina 389 Faxen ● Om alle bestemmingen in de LDAP-server weer te geven zonder opgave van voorwaarden, gaat u verder naar stap 5. Geef zoekcriteria op. Zoekcategorieën Selecteer een criterium voor het zoeken naar bestemmingen op basis van naam, faxnummer, naam van de organisatie en organisatie-eenheid (afdelingsnaam, enz.).
  • Pagina 390 Faxen Wijzig desgewenst de scaninstellingen. Scanformaat2-zijdig origineelBoek|2 pagina's Opgeven hoe originelen moeten worden gescand ResolutieDensiteitType origineelBeeldscherpte Beeldkwaliteit aanpassen Zoompercentage Vergroten of verkleinen Wis rand Verwijderen van donkere randen (randverwijdering) Opgeven hoe originelen moeten worden gescand Als u originelen van een vrij formaat/zeer doorzichtige originelen scant, of als de rand van een afbeelding ontbreekt bij het scannen, moet u het scanformaat handmatig opgeven.
  • Pagina 391 Faxen Selecteer het scanformaat en druk op <OK>. ● Als u wilt dat de machine automatisch het formaat van het origineel detecteert, selecteert u <Auto>. ● Als u een A3-origineel met een afbeelding die helemaal tot de randen loopt wilt scannen zonder dat rondom informatie wegvalt, plaats het origineel dan op de glasplaat en druk op <A3+>.
  • Pagina 392 Faxen Druk op <Sluiten>. ◼ Een origineel met naast elkaar liggende pagina's scannen en dit faxen als twee afzonderlijke pagina's ● Als u naast elkaar liggende pagina's van een boek of een gebonden origineel scant, plaats het origineel dan op de glasplaat. Leg het met de afdrukzijde omlaag en de hoek op een lijn met de linkerbovenhoek van de glasplaat, zoals onderstaand is aangegeven.
  • Pagina 393 Faxen U kunt de densiteit van het gehele origineel aanpassen. Als u, bijvoorbeeld, de kopieerdensiteit verhoogt, kunt u gemakkelijk vage met de pen geschreven tekens lezen. Densiteit van het gehele origineel aanpassen U kunt de densiteit van de achtergrond aanpassen. U kunt originelen met een gekleurde achtergrond of dunne originelen, zoals kranten met tekens en afbeeldingen die op de achterzijde doorschijnen, duidelijk verzenden.
  • Pagina 394 Faxen Selecteer het type origineel en druk op <OK>. Druk op <Sluiten>. ◼ Densiteit van het gehele origineel aanpassen Druk op <Opties> <Densiteit>. Pas de densiteit aan en druk op <OK>. ● Druk op om de densiteit te verlagen. Druk op om de densiteit te verhogen.
  • Pagina 395 Faxen Druk op <OK> <Sluiten>. ◼ De beeldscherpte aanpassen ● De instelling voor <Beeldscherpte> is ongeldig wanneer wordt voldaan aan de voorwaarden hieronder. De instelling is van kracht voor het getoonde beeld bij <Voorbeeld>, maar niet voor de daadwerkelijk gescande afbeelding. - <Type origineel>: <Tekst>...
  • Pagina 396 Faxen ◼ Standaardpapierformaten vergroten of verkleinen Druk op <Opties> <Zoompercentage>. Als u wilt verkleinen, selecteert u de vergroting in ; als u wilt verkleinen, selecteert u de vergroting in ; dan drukt u op <OK>. Druk op <Sluiten>. ◼ Vergroten of verkleinen door opgave van de vergroting Druk op <Opties>...
  • Pagina 397 Faxen ● Leg het origineel met ponsgaten op de glasplaat. Als u het in de aanvoer legt, kan dat leiden tot schade. Druk op <Opties> <Wis rand>. Geef wistype en -breedte op. De kaders van kopieën van documenten wissen Druk op <Wis origineelrand> en controleer <Origineelform.>. ●...
  • Pagina 398 Faxen Voer de wisbreedte in. ● Als u de breedte voor elke rand afzonderlijk wilt aanpassen, drukt u op <Wis origineelrand> of <Wis boekrand>, en drukt u op <Onafhankelijk aanpassen> om de wisbreedtes in te voeren. ● Als u <Wis inbindrand> gebruikt, zullen ook de randen die u niet selecteert, worden gewist over een afstand van 4 mm.
  • Pagina 399 Faxen De status controleren van verzonden documenten ● Op het scherm <Status monitor/Annuleren> kunt u de status controleren van verzonden documenten. Met het scherm kunt u faxen opnieuw verzenden of verzenden na het controleren van de status annuleren. Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P. 422) ●...
  • Pagina 400 Faxen Wanneer meerdere telefoonlijnen zijn ingesteld ● U kunt de telefoonlijn selecteren die moet worden gebruikt voor het verzenden van faxen door op <Opties> <Selecteer lijn> te drukken. Voor informatie over het opgeven van faxlijninstellingen raadpleegt Instellingen faxlijn(P. 75) . TIPS Een kopie van een verzonden document opslaan ●...
  • Pagina 401 Faxen Het verzenden van faxen annuleren 663C-063 U kunt het scannen van originelen of het verzenden van faxen annuleren die worden verzonden of in de wachtrij staan voor verzending. ◼ Scannen van originelen annuleren Druk op <Annuleren> op het weergegeven scherm of op Druk op <Ja>.
  • Pagina 402 Faxen Als u een opdracht die wordt verzonden, onmiddellijk wilt annuleren Als u op op het bedieningspaneel drukt om een faxopdracht te annuleren terwijl deze wordt verzonden, verschijnt het bericht <De volgende verzendopdracht annuleren?>. Druk op <Ja> om het verzenden van de fax te annuleren.
  • Pagina 403 Faxen Faxen ontvangen 663C-064 ◼ Wanneer een fax wordt ontvangen Het Verwerken/gegevens-lampje op het bedieningspaneel knippert groen. Wanneer de ontvangst is voltooid, wordt het document automatisch afgedrukt en gaat het lampje uit. ● Als u de ontvangst wilt annuleren, drukt u op <Ontvangen>...
  • Pagina 404 Faxen Ontvangen documenten in de machine opslaan (Ontvangst in geheugen)(P. 414) ) Als u wilt terugkeren naar normaal afdrukken, stelt u <Fax geheugenslot>/<Gebruik I-Fax geheugenslot> in op <Uit>. KOPPELINGEN Verschillende ontvangstmethoden(P. 413) Automatisch doorsturen van ontvangen documenten(P. 419) Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P. 422)
  • Pagina 405 Faxen Faxen verzenden 663C-065 In dit gedeelte wordt beschreven hoe u mogelijke verzendfouten kunt voorkomen als gevolg van bijvoorbeeld onjuist scannen van documenten en een bezette lijn. Gescande afbeeldingen Gescande originelen stempelen De verbinding met de ontvanger controleren voordat u ze verzendt voordat u ze verzendt(P.
  • Pagina 406 Faxen Voorbeeld Gescande afbeeldingen controleren voordat u ze verzendt (Voorbeeld) 663C-066 U kunt gescande afbeeldingen voor verzending in het voorbeeldscherm controleren. U kunt ook pagina's op het voorbeeldscherm verwijderen, verplaatsen of verwisselen. ● U kunt het origineel niet controleren voor het verzenden met de modus Direct verzenden of Handmatige verzending, zelfs als <Voorbeeld>...
  • Pagina 407 Faxen Een pagina verwijderen U kunt de pagina die momenteel op het voorbeeldscherm wordt weergegeven, verwijderen. Druk op <Verwijder pagina>. Een pagina verplaatsen U kunt een pagina verplaatsen naar de opgegeven bestemming. Druk op <Gescande geg. bew.>. Druk op <Paginapositie verplaatsen>. Voer de paginanummers in die overeenkomen met <Pagina verplaatsen>...
  • Pagina 408 Faxen Stempelen voltooid Gescande originelen stempelen voordat u ze verzendt 663C-067 De machine kan op de voorkant van originelen die zijn gescand, een stempel zetten. Zo kunt u gemakkelijk originelen onderscheiden die nog moeten worden gescand en die al zijn gescand. Plaats het origineel in de invoerlade.
  • Pagina 409 Faxen Direct verzenden De verbinding met de ontvanger controleren voordat u gaat verzenden (Directe verzending) 663C-068 Om faxen met succes naar de bedoelde bestemming te verzenden, kunt u van tevoren controleren of er verbinding is met de ontvanger en of die klaar is voor communicatie.
  • Pagina 410 Faxen Het scanformaat van originelen opgeven ● Het scanformaat van originelen die in de aanvoer zijn geplaatst, wordt automatisch ingesteld. Om zelf het formaat op te geven, gebruikt de glasplaat.
  • Pagina 411 Faxen Handsfree Handmatig faxen (Handmatige verzending) 663C-069 U kunt handmatig documenten faxen nadat u hebt gecontroleerd of de bestemming gereed is om faxberichten te ontvangen. ● Als u extra lijnen heeft toegevoegd, kunt u voor handmatige verzending alleen lijn 1 (de standaard lijn) gebruiken.
  • Pagina 412 Faxen ● <Beperkte functies> is ingesteld op <Uit> voor een functie wanneer de machine in de modus Afdelings-ID staat. Afdelings-ID-beheerinstellingen configureren(P. 689) Het scanformaat van originelen opgeven ● Het scanformaat van originelen die in de aanvoer zijn geplaatst, wordt automatisch ingesteld. Om zelf het formaat op te geven, gebruikt de glasplaat.
  • Pagina 413 Faxen Melding opdracht gereed U via e-mail melden dat het verzenden is voltooid 663C-06A U kunt een e-mail ontvangen met de melding dat de documenten zijn verzonden. Zelfs als documenten in de wachtrij staan voor verzending, kunt u uw computer of draagbare apparaat gebruiken om zekerheidshalve te controleren of de documenten zijn verzonden.
  • Pagina 414 Faxen ● Voor meer informatie over hoe het adresboek bekeken en gebruikt moet worden, raadpleegt u Adresboek(P. 213) . ● Als u de inhoud van het verzonden document wilt controleren, selecteert u <Voeg te verzenden afb. toe> om de eerste pagina van het document als PDF-bestand bij een notificatie-e-mail te voegen. Druk op <OK>...
  • Pagina 415 Faxen Verzendbewerkingen verminderen 663C-06C U kunt originelen met verschillende formaten tegelijk scannen of afzonderlijk gescande documenten samen verzenden. Door eerder gebruikte instellingen op te roepen kunt u verzendbewerkingen eenvoudiger maken. Originelen met verschillende Gelijktijdig verzenden van Oproepen van eerder gebruikte formaten gelijktijdig verzenden afzonderlijk gescande verzendinstellingen (Vorige...
  • Pagina 416 Faxen Versch. orig. formaten Originelen met verschillende formaten gelijktijdig verzenden (verschillende origineelformaten) 663C-06E U kunt originelen met verschillende formaten in de aanvoer plaatsen en ze tegelijkertijd scannen. Dit elimineert de noodzaak om originelen afzonderlijk te plaatsen. ● Er zijn beperkingen aan de combinatie van origineelformaten die u kunt scannen. Als u een niet-geschikte combinatie scant, kunnen de originelen beschadigd raken of treden papierstoringen op.
  • Pagina 417 Faxen Opdrachtsamenstelling Gelijktijdig verzenden van afzonderlijk gescande documenten (Opdrachtsamenstelling) 663C-06F Zelfs als u te veel originelen hebt om tegelijkertijd in de aanvoer te plaatsen, kunt u de originelen afzonderlijk scannen en ze als een batch documenten verzenden. Documenten die zowel in de aanvoer als op de glasplaat zijn gescand, kunnen ook tegelijkertijd worden verzonden.
  • Pagina 418 Faxen - <2-zijdig origineel> - <Densiteit> - <Type origineel> ● Als u originelen met verschillende formaten in de aanvoer plaatst, stel dan <Versch. orig. formaten> in. Originelen met verschillende formaten gelijktijdig verzenden (verschillende origineelformaten) (P. 402) ● Bij het scannen en verzenden van zowel 1-zijdige originelen als 2-zijdige originelen, stelt u <2-zijdig origineel>...
  • Pagina 419 Faxen Vorige instellingen Oproepen van eerder gebruikte verzendinstellingen (Vorige instellingen) 663C-06H U kunt bestemmingen oproepen die in het verleden zijn opgegeven. Hun scaninstellingen, zoals densiteit, worden dan ook tegelijkertijd opgeroepen. ● U kunt een reeks opgegeven bestemmingen-, scan- of verzendinstellingen als één groep Vorige instellingen opslaan voordat u op drukt.
  • Pagina 420 Faxen Druk op ➠ Originelen worden gescand en het verzenden start. ● Als u <Beheer toegangsnummers adresboek> instelt op <Aan>, kunt u de instellingen niet vanuit het geheugen oproepen. ● Als u een adrestype instelt op <Aan> in <Beperk nieuwe bestemming>, worden de huidige opgeslagen Vorige instellingen verwijderd.
  • Pagina 421 Faxen Nuttige functies bij verzenden 663C-06J In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een document op een bepaald tijdstip kunt verzenden en hoe u een kopie van een faxdocument op een externe bestandsserver kunt opslaan. Verzenden op een bepaald tijdstip(P. 408) Een kopie van een verzonden document opslaan(P.
  • Pagina 422 Faxen Uitgestelde verzending Verzenden op een bepaald tijdstip 663C-06K U kunt van tevoren originelen scannen en de gescande documenten op een bepaald tijdstip verzenden. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Fax>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Geef de bestemming op het scherm met basisfuncties voor faxen op. Scherm met basisfuncties voor faxen(P.
  • Pagina 423 Faxen ● Op het scherm <Status monitor/Annuleren> kunt u controleren of de verzending al dan niet is voltooid. Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P. 422) KOPPELINGEN U via e-mail melden dat het verzenden is voltooid(P. 399)
  • Pagina 424 - Wanneer een adresboek is geïmporteerd vanaf de Remote UI (UI op afstand) De gegevens van instellingen importeren/exporteren(P. 804) - Wanneer een adresboek is ontvangen van <Device Information Distribution Settings> apparaatgegevens met andere multifunctionele Canon-printers delen(P. 862) Druk op <Function Settings> <Send>...
  • Pagina 425 Faxen Druk op <Backup Location> selecteer de bestemming druk op <OK>. Bestemmingen registreren in het adresboek(P. 219) ● Een bestemming in <Personal Address List> kan niet worden aangegeven als de bestemming. Druk op <Folder Name> stel in hoe de gemaakte mappen moeten worden geordend druk op <OK>.
  • Pagina 426 Faxen - Telephone Number: Als <Naam van afzender (TTI)> is ingesteld op <Geen instellingen>, wordt de gebruiker niet geverifieerd en het telefoonnummer van de gebruiker wordt geregistreerd, maar de gebruikersnaam wordt niet geregistreerd voor de lijn die wordt gebruikt om de fax te verzenden - ----: Als geen van de bovengenoemde gegevens beschikbaar is Bestemmingsinformatie ●...
  • Pagina 427 Faxen Verschillende ontvangstmethoden 663C-06R De machine kan zo worden ingesteld dat ontvangen documenten er tijdelijk in worden opgeslagen zonder ze af te drukken. Door documenten die u wilt afdrukken, te controleren en te selecteren, kunt u papier besparen. Er is ook een functie waarmee vertrouwelijke documenten kunnen worden ontvangen en privé...
  • Pagina 428 Faxen Fax/I-Fax postbus Ontvangen documenten in de machine opslaan (Ontvangst in geheugen) 663C-06S U kunt inkomende documenten in de opslaglocatie (geheugenpostvak IN) opslaan zonder ze af te drukken. Door af te drukken wat u nodig hebt, en onnodige documenten, zoals directe mails uit het geheugenpostvak IN, te verwijderen, kunt u papier besparen.
  • Pagina 429 Faxen Druk op <Geheugen RX postbus>. Verdeelde geg. RX postbus Verdeelde gegevens RX-postbus Door op <Verdeelde geg. RX postbus> te drukken, kunt u de ontvangststatus controleren van een I-fax die is verdeeld in verschillende delen voordat deze is verzonden en kunt u de resterende capaciteit van de Verdeelde gegevens RX-postbus controleren.
  • Pagina 430 Faxen Druk op <Start afdrukken>. ➠ Zodra een document is afgedrukt, wordt het automatisch uit het geheugen verwijderd. TIPS ● U kunt een dag van de week of tijdstip, zoals in het weekend of 's nachts, waarop ontvangen documenten in het geheugen worden opgeslagen, opgeven.
  • Pagina 431 Faxen Afdrukken Ontvangen documenten privé houden 663C-06U Deze functie dient voor het opslaan van de ontvangen documenten die aan specifieke voorwaarden voldoen, in de opgegeven opslaglocatie (vertrouwelijk faxpostvak). Het vertrouwelijk faxpostvak bestaat uit meerdere postvakken, en elk postvak kan worden beschermd met een wachtwoord. Als een voorwaarde, zoals alle documenten van bedrijf A opslaan in postvaknummer 10, is opgegeven, mag u alleen de documenten die u nodig hebt, controleren.
  • Pagina 432 Faxen ● Als u op <Verwijderen> <Ja> drukt, wordt het document verwijderd. U kunt niet meerdere documenten gelijktijdig verwijderen. Om meerdere documenten te verwijderen, selecteert en verwijdert u de documenten een voor een. ● U kunt niet meerdere documenten gelijktijdig afdrukken. Om meerdere documenten af te drukken, selecteert en drukt u de documenten een voor een af.
  • Pagina 433 Faxen Automatisch doorsturen van ontvangen documenten 663C-06W U kunt instellen dat ontvangen documenten automatisch naar de opgegeven bestemmingen worden doorgestuurd. U kunt niet alleen faxnummers maar ook e- mailadressen en gedeelde mappen op computers opgeven als een doorstuurbestemming. Alle documenten automatisch doorsturen (alles doorsturen) De machine stuurt alle ontvangen documenten naar opgegeven bestemmingen door.
  • Pagina 434 Faxen Druk op <Condities> en geef de condities op voor de bestemmingen voor doorzenden. ● Een document wordt doorgestuurd als het wordt ontvangen van een bestemming die voldoet aan de hier opgegeven condities. Voorbeeld: Een fax doorzenden van 1111111111 ● Receive Method: <Fax: Gedeelde lijn>...
  • Pagina 435 Faxen ● Als u een faxnummer selecteert als doorzendbestemming, dan worden het in het Adresboek opgeslagen subadres en wachtwoord genegeerd. Druk op <OK>. ● Hiermee is de registratie voltooid. Selecteer de geregistreerde instellingen voor doorzenden en druk op <Geldig/ Ongeldig> om de condities voor doorzenden op <Aan> te zetten. ●...
  • Pagina 436 Faxen Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren 663C-06X U kunt de statussen en communicatielogboeken voor verzonden en ontvangen documenten controleren. Controleren van de statussen van verzonden documenten(P. 422) Controleren van de statussen van ontvangen documenten(P. 423) Controleren of documenten met succes zijn verzonden of ontvangen(P. 424) ●...
  • Pagina 437 Faxen <Groepsverzendlijst>, selecteert u een bestemming en drukt u vervolgens op <Opnieuw verzenden> of <Wijzig bestemming>. ● U kunt documenten opnieuw verzenden wanneer <Verwijder mislukte TX opdrachten> is ingesteld op <Uit> <Verwijder mislukte TX opdrachten>(P. 1075) ). Merk op dat u documenten die zijn verzonden met directe verzending/handmatige verzending/fax via de computer, niet opnieuw kunt verzenden.
  • Pagina 438 Faxen ● U kunt automatisch I-faxen ontvangen in de volgende situaties: Communicatie via e-mail/I-fax instellen(P. 77) - <POP-interval> in <Communicatie-instellingen> is ingesteld op een andere waarde dan "0". - I-faxen worden ontvangen met SMTP zonder via een server te gaan. Controleren of documenten met succes zijn verzonden of ontvangen Druk op Druk op <Verzenden>...
  • Pagina 439 Faxen De verbinding met de ontvanger controleren voordat u gaat verzenden (Directe verzending)(P. 395) Handmatig faxen (Handmatige verzending)(P. 397) Faxen versturen vanaf uw computer(P. 426) Een lijst met gebruiksgeschiedenis afdrukken(P. 1200) Een communicatieresultatenrapport afdrukken(P. 1202)
  • Pagina 440 Faxen Faxen versturen vanaf uw computer 663C-06Y U kunt faxdocumenten die u op uw computer hebt gemaakt, rechtstreeks vanaf de computer verzenden, net als bij afdrukbewerkingen. Met deze methode hoeft u de documenten voor het faxen niet af te drukken en kunt papier besparen.
  • Pagina 441 Faxen Faxen verzenden vanaf een computer 663C-070 In dit gedeelte wordt de basisvolgorde van het verzenden van faxen vanaf een computer beschreven. Voor Windows(P. 427) Voor Mac OS(P. 428) Voor Windows Open een document en geef het afdrukscherm weer. Selecteer de machine en klik op [Afdrukken] of [OK]. Klik op het tabblad [Bestemming invoeren] en geef de communicatiemodus en het faxnummer op dat u gebruikt.
  • Pagina 442 Faxen ● Als [Faxnummer/URI bevestigen bij instellen bestemming] is ingesteld in het dialoogvenster [Beveiligingsinstellingen], voert u het opgegeven faxnummer in de [Faxnummer bevestigen] in. Voor meer informatie raadpleegt u Help voor faxstuurprogramma. Klik op [Verzenden]. ➠ Verzenden begint. ● Om het verzenden te annuleren, dubbelklikt u op het pictogram van de printer in de taakbalk van het bureaublad, selecteert u het bestand dat u wilt annuleren, en klikt u op [Document] [Cancel] [Ja].
  • Pagina 443 Faxen Klik op [Algemene instellingen]. Klik op [Voeg bestemming toe].
  • Pagina 444 Faxen Voer de naam van de bestemming bij [Bestemmingsnaam] in en het faxnummer bij [Faxnummer], en klik vervolgens op [Voeg toe] [Annuleer]. ● Als u een nummer moet opgeven om een buitenlijn te kiezen, klikt u op [Prefix voor buitenlijn] [Instellingen] op het paneel [Speciale functies] en voert u vervolgens het nummer in.
  • Pagina 445 Faxen Internetfaxen (I-fax) gebruiken 663C-071 Internetfax (I-fax) is een functie waarmee u faxen via internet kunt verzenden en ontvangen. Gescande documenten worden geconverteerd naar de TIFF-indeling en als e-mailbijlage verzonden. Zelfs als u naar een plek ver weg verzendt of als u heel veel documenten moet verzenden, hoeft u zich over verzendkosten geen zorgen te maken, aangezien er geen telefoonlijnen worden gebruikt.
  • Pagina 446 Faxen I-Faxen verzenden 663C-072 Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Scannen en verzenden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Geef de bestemming op het scherm met basisfuncties voor scannen op. Scherm met basisfuncties voor scannen(P. 473) Bestemmingen uit het adresboek opgeven Bestemmingen onder snelkiestoetsen opgeven Bestemmingen handmatig invoeren Bestemmingen op de LDAP-server opgeven...
  • Pagina 447 Faxen ● Als een toegangsnummer is ingesteld wanneer de bestemming is geregistreerd, drukt u op <Toegangsnummer> en voert u met de numerieke toetsen het toegangsnummer in. De overeenkomende bestemming wordt weergegeven in het adresboek. ● Om het externe adresboek te gebruiken, drukt u op <Naar extern adresboek>. Wanneer <Adresboek wijzigen>...
  • Pagina 448 Faxen ● De bestemmingen die in de snelkiestoetsen van de servermachine zijn geregistreerd, worden op de volgende tijdstippen bijgewerkt: - Wanneer een faxopdracht op de clientmachine werd verzonden - Wanneer u op de resettoets drukt op de clientmachine - Wanneer Automatisch reset is geactiveerd op de clientmachine Bestemmingen handmatig invoeren U kunt bestemmingen die niet in het adresboek of onder snelkiestoetsen zijn geregistreerd, handmatig opgeven.
  • Pagina 449 Faxen <Uit>. Bij de instelling <Uit> treedt een verzendfout op wanneer de hoeveelheid verzonden gegevens een bepaalde waarde overschrijdt. <Max. bestandsgr. bij verzending>(P. 1081) ● Als u condities opgeeft die niet door de ontvanger worden ondersteund, kan dat een verzendfout tot gevolg hebben.
  • Pagina 450 Faxen ● Om alle bestemmingen in de LDAP-server weer te geven zonder opgave van voorwaarden, gaat u verder naar stap 5. Geef zoekcriteria op. Zoekcategorieën Selecteer een criterium voor het zoeken naar bestemmingen op basis van naam, e-mailadres, naam van de organisatie en organisatie-eenheid (afdelingsnaam, enz.).
  • Pagina 451 Faxen Controleer de weergegeven melding en druk op <OK>. Druk op <Details>. Geef de voorwaarden voor ontvangst die door de ontvanger worden ondersteund, op en druk op <OK>. ● Druk op <Bestemmings condities> en selecteer de functies die door de ontvanger worden ondersteund. Controleer eerst de ontvangstfuncties die op de bestemming worden ondersteund, voordat u de voorwaarden opgeeft.
  • Pagina 452 Faxen Druk op ➠ Originelen worden gescand en het verzenden start. ● Om het scannen te annuleren, drukt u op <Annuleren> of <Ja>. Wanneer <Druk op [Start] om volgende origineel te scannen.> wordt weergegeven Plaats het volgende origineel dat u wilt scannen en druk op .
  • Pagina 453 Faxen Bestanden veilig verzenden ● Met TLS-communicatie kunt u een versleuteld bestand verzenden. De sleutel en het certificaat voor TLS configureren(P. 713) Wanneer meerdere vellen tegelijk worden ingevoerd ● Het scannen wordt gestaakt en de melding wordt op het scherm weergegeven. Volg de instructies om de opstopping te verwijderen.
  • Pagina 454 Faxen I-faxen ontvangen 663C-073 ◼ Bij ontvangst van een I-fax Het Verwerken/gegevens-lampje op het bedieningspaneel knippert groen. Wanneer de ontvangst is voltooid, wordt het document automatisch afgedrukt en gaat het lampje uit. ● Als u de ontvangst wilt annuleren, drukt u op <Ontvangen>...
  • Pagina 455 Faxen Externe faxen gebruiken 663C-074 Zelfs als u een multifunctionele printer zonder faxfunctie hebt, kunt u de printer gebruiken om faxen te verzenden en te ontvangen via een andere multifunctionele printer met faxfunctie als beide printers zijn aangesloten op hetzelfde netwerk.
  • Pagina 456 Faxen ● Wanneer het invoerscherm voor afdelings-ID en wachtwoord wordt weergegeven, voert u de ID en het wachtwoord in die zijn geregistreerd op de servermachine. ● De gegevens van de afzender van een fax verzonden vanaf de client-machine worden afgedrukt op basis van de instelling op de servermachine.
  • Pagina 457 Afdrukken Afdrukken Afdrukken ................................444 ........................446 Afdrukken vanaf een computer ............................ 449 Afdrukken annuleren ..................... 451 De afdrukstatus en -geschiedenis controleren ....................453 Geavanceerde functies voor het afdrukken ......454 Documenten in de machine afdrukken (Afdrukken met geforceerd in de wachtrij zetten) ................
  • Pagina 458 Afdrukken Afdrukken 663C-075 U kunt documenten en afbeeldingen afdrukken die op een computer zijn voorbereid. In dit gedeelte worden basisprocedures en handige afdrukfuncties beschreven. ◼ Inleiding in basisbewerkingen In dit gedeelte worden de basisbewerkingsmethodes beschreven voor het afdrukken vanaf een computer. Afdrukken vanaf een computer(P.
  • Pagina 459 Afdrukken TIPS ● U kunt foto's, PDF-bestanden en meer afdrukken vanaf een mobiel apparaat, zoals een smartphone, tablet, enz. Voor meer informatie raadpleegt u Koppelen aan mobiele apparaten(P. 604) .
  • Pagina 460 Afdrukken Afdrukken vanaf een computer 663C-076 In dit gedeelte worden de basisbewerkingen beschreven voor het afdrukken vanaf een computer waarop het printerstuurprogramma is geïnstalleerd. Help voor printerstuurprogramma's(P. 446) Basisbewerkingen voor afdrukken(P. 446) Help voor printerstuurprogramma's Als u in het instellingenscherm van het printerstuurprogramma op [Help] (Windows) of (Mac OS) klikt, wordt het Help-scherm weergegeven.
  • Pagina 461 Afdrukken Klik op [Afdrukken] of [OK]. ➠ Het afdrukken wordt gestart. ● Als u wilt annuleren, raadpleegt u Afdrukken annuleren(P. 449) . Bij Mac OS Open een document en geef het afdrukscherm weer. Selecteer het apparaat. Geef de gewenste afdrukinstellingen op. ●...
  • Pagina 462 Afdrukken Klik op [Druk af]. ➠ Het afdrukken wordt gestart. ● Als u wilt annuleren, raadpleegt u Afdrukken annuleren(P. 449) . KOPPELINGEN De afdrukstatus en -geschiedenis controleren(P. 451) <Pap.inv.modus vr opdr. printerstuurprog. met pap.taf.>(P. 1072)
  • Pagina 463 Afdrukken Afdrukken annuleren 663C-077 U kunt afdrukken annuleren voordat dit is voltooid. U kunt een afdrukopdracht ook via het bedieningspaneel van de machine annuleren. De afdrukstatus en -geschiedenis controleren(P. 451) Bij Windows(P. 449) Bij Mac OS(P. 449) Bij Windows Dubbelklik op het printerpictogram in het systeemvak rechtsonder in het scherm. Wanneer het printerpictogram niet wordt weergegeven ●...
  • Pagina 464 Afdrukken Klik op het printerpictogram dat is weergegeven op de pier. Selecteer het document dat u wilt annuleren, en klik op [Verwijder] of ➠ Afdrukken is geannuleerd.
  • Pagina 465 Afdrukken De afdrukstatus en -geschiedenis controleren 663C-078 U kunt de wachtstatus voor afdrukopdrachten controleren en vaststellen of tijdens het afdrukken al dan niet een fout is opgetreden. Bewerkingen zoals met voorrang afdrukken van het document en afdrukken tijdelijk uitstellen of annuleren zijn eveneens mogelijk.
  • Pagina 466 Afdrukken ● U kunt een interruptie afdruk opdracht niet onderbreken met een andere opdracht. Als u een interruptie afdruk opdracht probeert te onderbreken, wordt de opdracht gestart nadat de huidige interruptieopdracht is voltooid. ◼ De afdrukgeschiedenis controleren Druk op <Opdrachtlog> om een lijst met afgedrukte documenten weer te geven. Als een document zonder problemen wordt afgedrukt, staat in kolom <Resultaat>...
  • Pagina 467 Afdrukken Geavanceerde functies voor het afdrukken 663C-079 In dit gedeelte worden afdrukfuncties beschreven, zoals het efficiënt verwerken van een afdrukopdracht of het verbeteren van de beveiliging bij het afdrukken. Documenten in de machine Afdrukken op een opgegeven Afdrukken met instellingen afdrukken (Afdrukken met tijdstip (Geplande afdrukken) waarmee onbevoegd kopiëren...
  • Pagina 468 Afdrukken Afdrukken Documenten in de machine afdrukken (Afdrukken met geforceerd in de wachtrij zetten) 663C-07A Ter voorkoming van achterlaten van afgedrukt materiaal, per ongeluk lekken van gegevens, verkeerd afdrukken, enz., heeft de beheerder ingesteld dat het document voor het afdrukken wordt opgeslagen. Om het opgeslagen document af te drukken, raadpleegt u het volgende.
  • Pagina 469 Afdrukken ● <Gedeeld>: Documenten die worden vastgehouden op basis van bepaalde condities in de instellingen voor geforceerd in de wachtrij, worden weergegeven. Alle gebruikers kunnen deze documenten weergeven/afdrukken. ● <Groeperen>: Geeft documenten weer met dezelfde groepsinformatie als de aangemelde gebruiker. Gebruikt afdelings-ID's om groepen te identificeren.
  • Pagina 470 Printerfuncties(P. 1441) . ● <Verwijder pagina> van <Weergave afbeelding> van de PrintRelease-functie van Canon PRINT Business wordt niet ondersteund. ● Als het bericht <Pagina verwijderen is mislukt.> wordt weergegeven bij het verwijderen van een pagina, drukt u opnieuw op <Verwijder pagina>...
  • Pagina 471 Afdrukken moet worden uitgevoerd of niet. Stel <Autom. opdr. gebr. afdr. bij aanmel.>(P. 1104) in op <Aan> om automatisch afdrukken uit te voeren. De instelling wordt bewaard voor elke gebruiker. Lijst met items die kunnen worden gepersonaliseerd(P. 153) ● De volgende opdrachten worden niet automatisch afgedrukt, zelfs niet wanneer deze instelling is ingeschakeld.
  • Pagina 472 Afdrukken Afdrukken op een opgegeven tijdstip (Geplande afdrukken) 663C-07C U kunt een tijdstip instellen waarop moet worden gestart met het afdrukken. Dit is handig wanneer u grote hoeveelheden documenten bijvoorbeeld 's nachts wilt afdrukken. Geplande afdrukdocumenten verzenden vanaf een computer (Windows)(P. 458) De geplande afdrukopdrachten controleren(P.
  • Pagina 473 Afdrukken Geef [Starttijd afdrukken] op in [Details Geplande afdruk] en klik op [OK]. Configureer zo nodig de afdrukinstellingen en klik op [OK]. Klik op [Afdrukken] of [OK]. ➠ Het document wordt naar de machine gestuurd. ● De geplande afdrukopdrachten worden uitgevoerd volgens de tijd die is ingesteld op de machine. Controleer vooraf of de tijd die op de machine is ingesteld, overeenkomt met de tijd van uw computer.
  • Pagina 474 Afdrukken ● Geplande afdrukopdrachten worden verwijderd nadat deze zijn uitgevoerd. Deze worden ook niet weergegeven in <Afgedrukte opdr.>.
  • Pagina 475 Afdrukken Afdrukken met instellingen waarmee onbevoegd kopiëren wordt uitgeschakeld 663C-07E Wanneer u documenten afdrukt met daarin persoonlijke of vertrouwelijke informatie, dan moet lekken als gevolg van onbevoegd kopiëren door derden worden voorkomen. Ter voorkoming van onbevoegd kopiëren is de machine voorzien van een functie Beveiligd watermerk, dat de aandacht trekt door tekens als "GEHEIM"...
  • Pagina 476 Afdrukken Afdrukken met Beveiligd watermerk/Documentscanvergrendeling (Windows) Als u Beveiligd watermerk of Documentscanvergrendeling wilt gebruiken, doet u het volgende voor elke afdruk. Open een document en geef het afdrukinstellingenscherm van het printerstuurprogramma weer. Afdrukken vanaf een computer(P. 446) Selecteer de machine en klik op [Details] of [Eigenschappen]. Klik op [Geavanceerde instellingen] op het tabblad [Afwerking].
  • Pagina 477 Afdrukken Verschillende afdrukmethoden 663C-07F In dit gedeelte wordt een afdrukmethode beschreven met Remote UI (UI op afstand), of hoe u een bestand kunt afdrukken dat op geheugenmedia is opgeslagen. Bestanden direct afdrukken Afdrukken met een virtuele Afdrukken vanaf zonder ze te openen(P. 464) printer(P.
  • Pagina 478 Afdrukken Bestanden direct afdrukken zonder ze te openen 663C-07H Door gebruik van de Remote UI (UI op afstand) is het mogelijk om bestanden die op een computer of netwerk zijn opgeslagen, rechtstreeks vanaf de machine af te drukken zonder het printerstuurprogramma te gebruiken. U hoeft geen bestanden op de computer te openen om ze af te drukken.
  • Pagina 479 Afdrukken ➠ Het afdrukken wordt gestart. ● Klik tijdens bestandsoverdracht niet herhaaldelijk op [Start Printing]. Anders treedt er een storing in het bestand op en kan het niet worden verzonden. ● Afhankelijk van de data is het mogelijk dat het afdrukken niet goed wordt uitgevoerd. ●...
  • Pagina 480 Afdrukken Afdrukken met een virtuele printer 663C-07J Met behulp van een virtuele printer kunt u LPD-afdrukken of FTP-afdrukken gebruiken met de afdrukinstellingen die vooraf als een virtuele printer zijn geregistreerd. Als u bijvoorbeeld instellingen zoals het papiertype, het aantal kopieën en dubbelzijdig afdrukken vooraf opslaat, hoeft u deze instellingen niet voor elke opdracht op te geven.
  • Pagina 481 Afdrukken Klik op [Add Virtual Printer]. ● U kunt geen bewerkingen via meerdere browsers tegelijk uitvoeren. Voer de naam van de virtuele printer in en geef de vereiste instellingen op. ● U kunt niet meerdere virtuele printers met dezelfde naam registreren. ●...
  • Pagina 482 Afdrukken Afdrukken met een virtuele printer Voor afdrukken via LPD ● LPR -S [IP-adres van de machine] -P [naam van virtuele printer] [bestandsnaam] Voorbeeld: "voorbeeld.pdf" afdrukken met een virtuele printer genaamd "001" lpr -S IP adres van de machine -P 001 voorbeeld.pdf Voor afdrukken via FTP ●...
  • Pagina 483 Afdrukken Afdrukken vanaf geheugenmedia (Media-afdruk) 663C-07K Het is mogelijk om bestanden die op geheugenmedia zijn opgeslagen, rechtstreeks vanaf de machine af te drukken zonder een computer te gebruiken. Dat is handig wanneer u gegevens wilt afdrukken die u hebt meegebracht van een externe locatie of wanneer u gegevens wilt afdrukken die u hebt meegenomen naar een zakelijke afspraak.
  • Pagina 484 Scannen Scannen Scannen ................................471 ......................473 Scherm met basisfuncties voor scannen ..................476 Basisbewerkingen voor het scannen van originelen ................ 493 Status en logboek voor gescande documenten controleren .............................. 496 Duidelijk scannen ..........................497 Beeldkwaliteit aanpassen ............................ 498 Dichtheid aanpassen ..............
  • Pagina 485 Scannen Scannen en verzenden Scannen 663C-07L Als u papieren originelen scant, kunt u ze converteren tot elektronische bestanden, zoals PDF, dat normaal gesproken wordt ondersteund door een computer. Geconverteerde bestanden kunnen als e-mailbijlagen worden verzonden vanaf de machine of opgeslagen op een bestandsserver. In dit hoofdstuk worden een scala aan handige functies voor gemakkelijk scannen en basisbewerkingen beschreven.
  • Pagina 486 Scannen Efficiënt scannen(P. 502) ◼ Efficiënt, betrouwbaar, veilig In dit gedeelte wordt een scala aan functies beschreven die handig zijn voor het verhogen van de efficiëntie bij het werk, het voorkomen van bewerkingsfouten en ter verhoging van de veiligheid. Handige scanfuncties(P. 508) ◼...
  • Pagina 487 Scannen Scherm met basisfuncties voor scannen 663C-07R Door op <Scannen en verzenden> ( Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) ) te drukken, wordt het scherm met basisfuncties voor scannen weergegeven. <Adresboek> Hiermee kunt u een verzendbestemming en een opslaglocatie die in het adresboek is opgeslagen, opgeven. <Sneltoets>...
  • Pagina 488 Scannen Huidige instellingenstatus en -knoppen Geeft de instellingenstatus, zoals de resolutie en bestandsindelingen, weer. Controleer de instellingen om goed te kunnen scannen. Om de instellingen te wijzigen, drukt u op de gewenste knop. Basisbewerkingen voor het scannen van originelen(P. 476) Functie-instellingenknoppen Geeft de meest gebruikte knoppen weer van <Opties>.
  • Pagina 489 Scannen ● U kunt selecteren of u het adresboek en de snelkiestoetsen wilt verbergen om het gebruik van het adresboek te beperken. <Beperk gebruik adresboek>(P. 1074) ● Sommige functies kunnen niet in combinatie met elkaar worden gebruikt. Knoppen die niet kunnen worden geselecteerd, worden lichtgrijs weergegeven.
  • Pagina 490 Scannen Basisbewerkingen voor het scannen van originelen 663C-07S In dit gedeelte worden de basisbewerkingen voor het scannen van originelen beschreven. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Scannen en verzenden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Geef de bestemming op het scherm met basisfuncties voor scannen op. Scherm met basisfuncties voor scannen(P.
  • Pagina 491 Scannen Kan het Wanneer de server bezig is Wanneer de cliëntmachine Wanneer het adresboek op met de instellingen met bezig is met de instellingen Systeembeheerder ID en de afstand/de informatie voor de met informatie voor de Systeem PIN van de server snelkiestoets systeembeheerder systeembeheerder...
  • Pagina 492 Scannen ● <Nieuwe best. registreren>, <Details/Bewerken> en <Verwijderen> op hetscherm <Adresboek (lokaal)> kunnen worden gebruikt om nieuwe bestemmingen te registreren, details te controleren en bestemmingen te bewerken/verwijderen. Bestemmingen opslaan(P. 213) ● Om het adresboek op afstand te gebruiken, dient u de instellingen voor de server machine te configureren.
  • Pagina 493 Scannen ● Als u bij stap 1 <Bestand> selecteert, geeft u de instellingen, zoals het IP-adres van een bestandsserver en het pad naar de map op de opslaglocatie op. Voor meer informatie over de instellingen raadpleegt u uw netwerkbeheerder. Bestemmingen op de LDAP-server opgeven U kunt bestemmingen op de LDAP-server zoeken en opgeven.
  • Pagina 494 Scannen Zoekcategorieën Selecteer een criterium voor het zoeken naar bestemmingen op basis van naam, e-mailadres, naam van de organisatie en organisatie-eenheid (afdelingsnaam, enz.). Zoekcondities Selecteer een zoekcriterium, zoals een bestemmingsnaam waarin "John" voorkomt, en een afdelingsnaam die begint met "Ontwikkeling". Zoektekens Druk op <Instellen>...
  • Pagina 495 ● U kunt alleen e-mailbestemmingen opgeven uit het adresboek van een mobiel apparaat. ● Om deze functie te gebruiken, dient de "Canon PRINT Business"-toepassing op uw mobiele apparaat te zijn geïnstalleerd. De machine via toepassingen gebruiken(P. 612) Sluit aan op het mobiele apparaat.
  • Pagina 496 Scannen ● Om een bestemming te verplaatsen van Cc of Bcc, drukt u op <To/Bcc|Cc> of <To/Cc|Bcc> en geeft u de bestemming op die u wilt verplaatsen naar To (Aan), Cc of Bcc. Geef de bestemming aan druk op <OK>. ●...
  • Pagina 497 Scannen <JPEG> Deze bestandsindeling is geschikt voor fotografische originelen. Originelen met meerdere pagina's worden gesplitst in één bestand per pagina. <TIFF> Deze bestandsindeling is geschikt voor grafische originelen. Originelen worden gescand in zwart en wit. <PDF> Deze bestandsindeling is geschikt voor tekstdocumenten. Documenten kunnen op dezelfde manier worden weergegeven op elke computer, ongeacht het gebruikte besturingssysteem.
  • Pagina 498 Scannen ● U kunt niet tegelijk <Overtrekken & Gladmaken> instellen voor de bestandsindeling en <Lang origineel> voor het scanformaat. ● Als u PDF (Overtrekken & Gladmaken) selecteert, zal de machine wellicht niet herkennen welke delen van het gescande document tekst en lijntekeningen zijn. Dit is afhankelijk van het gescande document.
  • Pagina 499 Scannen Selecteer de resolutie en druk op <OK>. ● Afhankelijk van de bestandsindeling die u selecteert, zitten er beperkingen aan de resolutie die u kunt selecteren. Het scanformaat van originelen opgeven Als u originelen van een vrij formaat/zeer doorzichtige originelen scant, of als de rand van een afbeelding ontbreekt bij het scannen, moet u het scanformaat handmatig opgeven.
  • Pagina 500 Scannen Als het scanformaat is opgegeven ● Documenten die zijn gescand met een opgegeven scanformaat (<Gebruiker>, <Lang origineel> of <Vrij formaat>), kunnen niet in een postbus worden opgeslagen. ● Als u momenteel de functie <Scannen en opslaan> gebruikt, kunt u <Lang origineel> niet selecteren. Kleurenscan/zwart-witscan selecteren U kunt de kleur opgeven bij het scannen van originelen.
  • Pagina 501 Scannen Bepaalt automatisch welke kleur voor het scannen wordt gebruikt op basis van de kleur van een origineel. Gekleurde pagina's worden, bijvoorbeeld, in kleur gescand, en monochrome pagina's worden in zwart-wit gescand. Selecteer deze modus wanneer tekst vaag is met <Auto(Kleur/Grijs)>, of wanneer het origineel voornamelijk uit tekst bestaat.
  • Pagina 502 Scannen ● Selecteer <Type boek> voor originelen met afbeeldingen op de voor- en achterzijde die dezelfde afdrukrichting hebben, of <Type kalender> voor originelen met afbeeldingen op de voor- en achterzijde die tegengesteld aan elkaar staan. Vergroten of verkleinen U kunt originelen met een standaardformaat bij het scannen vergroten of verkleinen tot een ander standaardformaat.
  • Pagina 503 Scannen Druk op <Sluiten>. ◼ Vergroten of verkleinen door opgave van de vergroting Druk op <Opties> <Zoompercentage>. Geef de vergroting op en druk op <OK>. Druk op <Sluiten>. ◼ Vergroten en verkleinen om op het afgewerkte papierformaat te passen Druk op <Opties> <Zoompercentage>.
  • Pagina 504 Scannen Druk op <Sluiten>. ● Als u met <Auto> wilt verzenden, stelt u de resolutie in op 300 dpi x 300 dpi of 600 dpi x 600 dpi. ● Als u <Lang origineel> selecteert als het scanformaat, kunnen documenten alleen worden verzonden met een zoompercentage van 100%.
  • Pagina 505 Scannen weergegeven, drukt u op <Contr. andere opdr.> om <Verzendopdrachten> weer te geven. Selecteer de opdracht die u wilt annuleren en druk op <Annuleren>. Controleren van de statussen controleren van verzonden/opgeslagen documenten ● Op het scherm <Status monitor/Annuleren> kunt u de status controleren van verzonden/opgeslagen documenten.
  • Pagina 506 Scannen TIPS Oriëntatie inhoud org.Oriëntatie inhoud org. De boven- en onderkant van het origineel vaststellen ● U kunt de afdrukstand van het document instellen voordat u gaat scannen, zodat de boven- en onderkant goed staan wanneer het verzonden/opgeslagen document op een computer wordt weergegeven. ●...
  • Pagina 507 Scannen Status en logboek voor gescande documenten controleren 663C-07U U kunt de statussen en communicatielogboeken voor verzonden en opgeslagen documenten controleren. De statussen controleren van verzonden/opgeslagen documenten controleren(P. 493) Controleren of documenten met succes zijn verzonden of opgeslagen(P. 494) ● Wanneer persoonlijk verificatiebeheer wordt gebruikt, kunt u voorkomen dat gebruikers handelingen uitvoeren op de opdrachten van andere gebruikers op het scherm <Status monitor/Annuleren>.
  • Pagina 508 Scannen opslagmethode, drukt u op <Groepsverzendlijst>, selecteert u een bestemming en drukt u vervolgens op <Opnieuw verzenden> of <Wijzig bestemming>. ● U kunt documenten opnieuw verzenden/opslaan wanneer <Verwijder mislukte TX opdrachten> is ingesteld op <Uit>. <Verwijder mislukte TX opdrachten>(P. 1075) ●...
  • Pagina 509 Scannen Verzenden/opslaan op een bepaald tijdstip(P. 515) Een lijst met gebruiksgeschiedenis afdrukken(P. 1200) Een communicatieresultatenrapport afdrukken(P. 1202)
  • Pagina 510 Scannen Duidelijk scannen 663C-07W Voor catalogi met daarin veel foto's, rapporten die met pen zijn geschreven en dikke tijdschriften, kunnen originelen duidelijk worden gescand als de densiteit en beeldscherpte worden aangepast en onnodige schaduwen worden gewist. Beeldkwaliteit aanpassen(P. 497) Dichtheid aanpassen(P. 498) Aanpassen van beeldscherpte bij het scannen (Beeldscherpte) (P.
  • Pagina 511 Scannen Type origineelType origineel Beeldkwaliteit aanpassen 663C-07X U kunt scannen met optimale beeldkwaliteit die het beste past bij uw type origineel. Bijvoorbeeld de kleurtint mooier maken voor originelen met foto's en tegelijkertijd het contrast verscherpen voor originelen met alleen tekst, waardoor die gemakkelijker te lezen wordt.
  • Pagina 512 Scannen DensiteitDensiteit Dichtheid aanpassen 663C-07Y U kunt originelen duidelijker scannen door de densiteit handmatig aan te passen op basis van de inhoud van het origineel. Als u, bijvoorbeeld, de kopieerdensiteit verhoogt, kunt u gemakkelijk vage met de pen geschreven tekens lezen. Plaats het origineel.
  • Pagina 513 Scannen BeeldscherpteBeeldscherpte Aanpassen van beeldscherpte bij het scannen (Beeldscherpte) 663C-080 U kunt de afbeelding scannen met duidelijke contouren en lijnen door de beeldscherpte te verhogen, of de afbeelding verzachten door de beeldscherpte te verlagen. Gebruik deze functie wanneer u wazige tekst en grafieken scherper wilt maken, of het moiré-effect (een flakkerend, golvend patroon) wilt verkleinen voor een gelijkmatige voltooide afbeelding.
  • Pagina 514 Scannen Wis randWis rand Verwijderen van donkere randen bij het scannen (Randverwijdering) 663C-081 Wanneer u originelen scant die kleiner zijn dan het scanformaat, verschijnen er mogelijk kaderlijnen op de gescande afbeelding. Wanneer u een dik boek scant, verschijnen er mogelijk donkere randen. Met deze functie kunt u deze kaderlijnen en donkere randen wissen.
  • Pagina 515 Scannen Donkere randen van boeken wissen U kunt donkere randen in het midden en contourlijnen die verschijnen wanneer u naast elkaar liggende pagina's van een boek scant, wissen. Druk op <Wis boekrand> en controleer <Origineelform.>. ● Als het formaat bij <Origineelform.> afwijkt van het formaat van het boek, druk dan op <Wijzigen> om het formaat te selecteren.
  • Pagina 516 Scannen Efficiënt scannen 663C-082 In dit gedeelte worden handige functies beschreven, zoals tegelijkertijd scannen van originelen met verschillende formaten, scannen van naast elkaar liggende pagina's op afzonderlijke pagina's en het afzonderlijk scannen van een groot aantal originelen om er één bestand van te maken. Originelen met verschillende Een origineel met naast elkaar Gelijktijdig verzenden/opslaan...
  • Pagina 517 Scannen Versch. orig. formatenVersch. orig. formaten Originelen met verschillende formaten gelijktijdig verzenden/opslaan (Verschillende origineelformaten) 663C-083 U kunt originelen met verschillende formaten in de aanvoer plaatsen en ze tegelijkertijd scannen. Dit elimineert de noodzaak om originelen afzonderlijk te plaatsen. ● Er zijn beperkingen aan de combinatie van origineelformaten die u kunt scannen. Als u een niet-geschikte combinatie scant, kunnen de originelen beschadigd raken of treden papierstoringen op.
  • Pagina 518 Scannen Boek|2 pagina'sBoek|2 pagina's Een origineel met naast elkaar liggende pagina's scannen en het opslaan/verzenden als twee afzonderlijke pagina's 663C-084 U kunt naast elkaar liggende pagina's van een boek of tijdschrift met één bewerking op afzonderlijke pagina's scannen. ● Als u naast elkaar liggende pagina's van een boek of een gebonden origineel scant, plaats het origineel dan op de glasplaat.
  • Pagina 519 Scannen KOPPELINGEN Verwijderen van donkere randen bij het scannen (Randverwijdering)(P. 500)
  • Pagina 520 Scannen OpdrachtsamenstellingOpdrachtsamenstelling Gelijktijdig verzenden/opslaan van afzonderlijk gescande documenten (Opdrachtsamenstelling) 663C-085 Zelfs als u te veel originelen hebt om tegelijkertijd in de aanvoer te plaatsen, kunt u de originelen afzonderlijk scannen en ze als een batch documenten verzenden/ opslaan. Originelen die zowel in de aanvoer als op de glasplaat zijn gescand, kunnen ook tegelijkertijd worden verzonden/opgeslagen.
  • Pagina 521 Scannen ● Als u enkelzijdige en dubbelzijdige originelen wilt scannen en ze als dubbelzijdige originelen wilt opslaan, verdeel de originelen dan in enkelzijdige en dubbelzijdige batches. Als de eerste batch, bijvoorbeeld, bestaat uit dubbelzijdige originelen, stelt u de modus <2-zijdig origineel> in. Daarna moet u de modus <2- zijdig origineel>...
  • Pagina 522 Scannen Handige scanfuncties 663C-086 De machine heeft verschillende handige functies, waaronder het overslaan van originelen met blanco pagina's tijdens het scannen, evenals het melden dat de verzending/opslag van gescande originelen is voltooid. Blanco pagina's overslaan bij Gescande originelen controleren Gescande originelen stempelen het scannen(P.
  • Pagina 523 Scannen E-mailinstellingen opgeven(P. 534)
  • Pagina 524 Scannen Blanco originelen overslaanBlanco originelen overslaan Blanco pagina's overslaan bij het scannen 663C-087 De machine kan lege pagina's detecteren tijdens het scannen en alle pagina's behalve de lege pagina's verzenden/opslaan. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Scannen en verzenden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P.
  • Pagina 525 Scannen Druk op <Pas herk.- niveau aan>, stel de nauwkeurigheid voor detectie van blanco papier in en druk vervolgens op <OK>. ● Door op <+> te drukken, neemt de detectienauwkeurigheid toe. Druk op <OK> <Sluiten>. Druk op ➠ Originelen worden gescand en het verzenden/opslaan start. ●...
  • Pagina 526 Scannen VoorbeeldVoorbeeld Gescande originelen controleren voordat u ze verzendt/ opslaat (Voorbeeld) 663C-088 U kunt gescande originelen voor verzending/opslag in het voorbeeldscherm controleren. U kunt ook pagina's op het voorbeeldscherm verwijderen, verplaatsen of verwisselen. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Scannen en verzenden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P.
  • Pagina 527 Scannen Een pagina verplaatsen U kunt een pagina verplaatsen naar de opgegeven bestemming. Druk op <Gescande geg. bew.>. Druk op <Paginapositie verplaatsen>. Voer de paginanummers in die overeenkomen met <Pagina verplaatsen> en <Achter pagina>. Druk op <OK>. De locaties van plaatsen wijzigen U kunt de locaties van opgegeven pagina's wijzigen.
  • Pagina 528 Scannen Stempelen voltooid Gescande originelen stempelen voordat u ze verzendt/ opslaat 663C-089 De machine kan op de voorkant van originelen die zijn gescand, een stempel zetten. Zo kunt u gemakkelijk originelen onderscheiden die nog moeten worden gescand en die al zijn gescand. Plaats het origineel in de invoerlade.
  • Pagina 529 Scannen Uitgestelde verzendingUitgestelde verzending Verzenden/opslaan op een bepaald tijdstip 663C-08A U kunt van tevoren originelen scannen en de gescande documenten op een bepaald tijdstip verzenden/opslaan. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Scannen en verzenden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Geef de bestemming op het scherm met basisfuncties voor scannen op.
  • Pagina 530 Scannen ● Op het scherm <Status monitor/Annuleren> kunt u controleren of de verzending/opslag al dan niet is voltooid. Status en logboek voor gescande documenten controleren(P. 493) ● U kunt hier maximaal 120 opdrachten reserveren voor uitgestelde verzending. Het werkelijke aantal verzendopdrachten dat de machine kan verwerken, is wellicht minder dan 120.
  • Pagina 531 Scannen Melding opdracht gereedMelding opdracht gereed U via e-mail melden dat het verzenden/opslaan is voltooid 663C-08C U kunt een e-mail ontvangen met de melding dat de documenten zijn verzonden/ opgeslagen. Zelfs als documenten in de wachtrij staan voor verzending/opslag, kunt u uw computer of draagbare apparaat gebruiken om zekerheidshalve te controleren of de documenten zijn verzonden.
  • Pagina 532 Scannen ● Als u <Melding voor een resultaat> selecteert, wordt voor elke verzendtaak een notificatie-e-mail verzonden. Als u <Ber. alleen bij foutmel.> selecteert, wordt alleen een e-mailmelding verzonden als er een fout optreedt. ● Voor meer informatie over hoe het adresboek bekeken en gebruikt moet worden, raadpleegt u Adresboek(P.
  • Pagina 533 Scannen Scannen met de OCR-functie 663C-08E Met deze modus kunt u OCR (optical character recognition) uitvoeren om bij de scan gegevens te extraheren die herkenbaar zijn als tekst, en een PDF-, XPS- of OOXML- bestand (pptx, docx) te maken dat doorzoekbaar is. U kunt ook <Compact> instellen als u PDF of XPS als bestandsindeling selecteert.
  • Pagina 534 Scannen ● OCR (Precisie-prioriteit) kan niet worden uitgevoerd als <Overtrekken & Gladmaken> is geselecteerd met <OCR (Precisie-prioriteit)>. ● Als u zowel <OCR (Precisie-prioriteit)> als <Compact> selecteert, wordt de instelling <Beeldkwaliteitsniveau voor Compact> uitgeschakeld. <Beeldkwaliteitsniveau voor Compact>(P. 1064) ● Als u een PDF-bestand maakt met zowel <OCR (Precisie-prioriteit)> als <Compact> ingesteld, kan de beeldkwaliteit verschillen van een PDF-bestand dat is gemaakt met <OCR (Snelheids-prioriteit)>...
  • Pagina 535 Scannen Selecteer een taal om voor OCR te gebruiken druk op <OK>. Druk op <OK>. ● Lange originelen (432 mm of langer) kunnen niet worden gebruikt met <OCR (Doorzoekbare tekst)>. ● Als u voor de bestandsindeling <PDF (OCR)>, <XPS (OCR)> of <OOXML (OCR)> selecteert en <Smart Scan>...
  • Pagina 536 Scannen ◼ Instellingen en talen voor verwerking met OCR Item Details Taalinstellingen voor Als een taal is opgegeven met OCR geselecteerd in <Bestandsindeling>: tekenherkenning Tekens worden herkend op basis van de taal die u selecteert voor elke bestandsindeling. Als een taal niet is opgegeven met OCR geselecteerd in <Bestandsindeling>: Tekens worden herkend op basis van de taal die u selecteert in <Andere Taal/Toetsenbord>...
  • Pagina 537 Scannen ◼ Herkenbare tekentypes en lettertypes (Europese talen) Item Details Herkenbare tekentypes Alfanumerieke tekens, speciale tekens van de herkende taal symbolen Herkenbare lettertypes ● Meerdere lettertypes worden ondersteund. (Times, Century en Arial worden aanbevolen.) ● Gecursiveerde tekens worden herkend. Lettertypes die worden gebruikt voor geconverteerde tekens ●...
  • Pagina 538 Scannen *Wanneer Word is geselecteerd als bestandsindeling.
  • Pagina 539 Scannen Verbeteren van de beveiliging van elektronische bestanden 663C-08F Elektronische bestanden zijn kwetsbaar voor beveiligingsbedreigingen, zoals bij bestanden die gemakkelijk in te zien zijn en waarmee gemakkelijk geknoeid kan worden, zonder dat er sporen worden achtergelaten. Bij het scannen van belangrijke papieren kunt u de beveiliging van de bestanden verbeteren door versleuteling of het toevoegen van een digitale handtekening.
  • Pagina 540 Scannen Druk op <PDF> <Encryptie>. ● Als u versleuteling wilt uitvoeren, moet u <Indelen naar PDF/A> uitschakelen. ● U kunt de modus voor versleutelde PDF's niet instellen als <Auto (OCR)> is ingesteld voor <Bestandsnaam>. ● Deze modus kan alleen worden gebruikt als voor de bestemming een e-mailadres of file server is aangegeven.
  • Pagina 541 Scannen - <Toestaan>: Afdrukken is toegestaan. ● <Wijzigingen toestaan> - <Niet toestaan>: Wijzigen van bestanden is niet toegestaan. - <Pagina's invoegen, verwijderen of roteren>: Pagina's invoegen, verwijderen en roteren is toegestaan. (Verschijnt alleen als u <Acrobat 6.0 of later/128-bits RC4>, <Acrobat 7.0 of later/128-bits AES>, <Acrobat 9.0 of equivalent/256-bits AES>...
  • Pagina 542 Scannen - Een geëncrypt PDF-bestand is in Favoriete instellingen opgeslagen - Het geëncrypt PDF-bestand is via Favoriete instellingen opgeroepen en verzonden ● Om digitale handtekeningen in te stellen wanneer <Wachtwoord nodig om permissie te wijzigen> is ingesteld, stelt u <Wijzigingen toestaan> in op <Wijzigt uitgezonderd uitgenomen pagina's>. ●...
  • Pagina 543 Scannen <Apparaathandtekening> De naam van de machine wordt aan het bestand toegevoegd als handtekening. De lezer kan verifiëren of het bestand is gescand vanaf de machine. <Gebr.handtek.> De naam van de gebruiker die zich op de machine aanmeldt met persoonlijke-verificatiebeheer wordt aan het bestand toegevoegd als een handtekening.
  • Pagina 544 Scannen Vorige instellingen Oproepen van eerder gebruikte verzend-/ opslaginstellingen (Vorige instellingen) 663C-08H U kunt bestemmingen oproepen die in het verleden zijn opgegeven. Hun scaninstellingen, zoals densiteit, worden dan ook tegelijkertijd opgeroepen. Plaats het origineel. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Scannen en verzenden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P.
  • Pagina 545 Scannen ● Als u een adrestype instelt op <Aan> in <Beperk nieuwe bestemming>, worden de huidige opgeslagen Vorige instellingen verwijderd. ● <Verificatiewachtwoord in cache verbieden>(P. 1124) is ingesteld op <Aan>, wordt het volgende wachtwoord niet opgeslagen in <Vorige instellingen>. - Een wachtwoord dat is ingevoerd door de bestemming op te geven in <Nieuwe bestemming> en vervolgens op <Bestand>...
  • Pagina 546 Scannen BestandsnaamBestandsnaam Een bestandsnaam instellen 663C-08J Een gescand document wordt verzonden/opgeslagen met een bestandsnaam die automatisch wordt toegewezen. Als u de bestandsnaam van documenten wilt wijzigen, zodat de inhoud wordt weerspiegeld in de naam, geef voor het scannen dan de volgende instellingen op. Plaats het origineel.
  • Pagina 547 Scannen ● Als u een document op een bestandsserver opslaat en <Verdeel in pagina's> selecteert bij het opgeven van een bestandsindeling, wordt aan het eind van een bestandsnaam een paginanummer (vijf cijfers) toegevoegd. TIPS Een tekstblok uit het document nemen om te gebruiken als bestandsnaam ●...
  • Pagina 548 Scannen E-mailinstellingen opgeven 663C-08K U kunt onderwerp, hoofdtekst, antwoordadres en prioriteit die worden gebruikt bij verzending van uw documenten, opgeven als e-mailbijlagen. ● Het antwoordadres moet worden gekozen uit het adresboek. Registreer het gewenste adres van tevoren in het adresboek. Bestemmingen registreren in het adresboek(P.
  • Pagina 549 Scannen ● Als u het onderwerp/bericht vanaf een mobiel apparaat naar de machine verzendt, verschijnt mogelijk niet de volledige tekst in het invoerveld. Als dit gebeurt, drukt u op <Annuleer inst.> in het scherm onderwerp/ bericht. Antwoord aanAntwoord aan Het antwoordadres opgeven Druk op <Antwoord aan>.
  • Pagina 550 Scannen Scanner Uw computer gebruiken om te scannen (Extern scannen) (Windows) 663C-08L U kunt originelen die op de machine zijn geplaatst, scannen vanaf een computer. Er zijn twee scanmethoden: het "Color Network ScanGear 2"-scannerstuurprogramma dat is meegeleverd bij de machine, en de WSD-functie die beschikbaar is voor Windows.
  • Pagina 551 Scannen Color Network ScanGear 2 gebruiken 663C-08R U kunt een origineel scannen door Color Network ScanGear 2 te starten vanuit een toepassing, zoals Adobe Photoshop en Microsoft Office Word. Gescande documenten kunnen worden bewerkt of opgeslagen via de functies van de toepassing. U moet eerst enkele procedures doorlopen voordat u Color Network ScanGear 2 kunt gebruiken. Voorbereiden op gebruik Color Network ScanGear 2(P.
  • Pagina 552 Scannen Klik op [OK]. ● Het dialoogvenster [Select Scanner] wordt afgesloten. Controleer of deze machine is geselecteerd en klik op [Exit]. ● Om te controleren of die goed kan worden aangesloten, klikt u op [Test Connection].
  • Pagina 553 Scannen Originelen scannen vanuit een toepassing 663C-08S In dit gedeelte wordt de methode beschreven voor het scannen van een origineel door Color Network ScanGear 2 vanuit een toepassing te starten. U kunt ook een deel van het origineel scannen door het scangebied op te geven. Vanaf het bedieningspaneel Plaats het origineel.
  • Pagina 554 Scannen Wijzig desgewenst de scaninstellingen. ● U kunt de kleur, resolutie en origineelformaat voor het scannen opgeven. Als u op het tabblad [Advanced Settings] klikt, kunt u gedetailleerde instellingen uitvoeren zoals de afdrukstand van het origineel. Voor meer informatie raadpleegt u Help voor Color Network ScanGear 2. Klik op [Scan].
  • Pagina 555 Scannen WSD gebruiken 663C-08U "WSD (Web Services on Devices)" is een functie waarmee apparaten in het netwerk kunnen worden gezocht. Met WSD kunt u de machine automatisch vanaf een computer in het netwerk vinden en beginnen met het scannen van het origineel op de machine.
  • Pagina 556 Scannen Selecteer deze machine en klik op [Volgende]. ● Volg de aanwijzingen op het scherm voor de bediening. ● Als deze machine niet wordt weergegeven, kan er een probleem zijn met de firewall-instelling. Voor meer informatie raadpleegt u de instructiehandleiding van de computer.
  • Pagina 557 Scannen Originelen scannen met WSD (WSD-scan) 663C-08W In dit gedeelte wordt beschreven hoe u originelen vanaf een computer scant met WSD. ● Het beschikbare scanformaat is A4(LTR). Houd er rekening mee dat als u een origineel plaatst dat groter is dan A4(LTR), alleen het formaat A4(LTR) wordt gescand.
  • Pagina 558 Scannen ● Wanneer het dialoogvenster [Apparaat selecteren] wordt weergegeven, selecteert u de machine en klikt u op [OK]. Selecteer in de vervolgkeuzelijst [Bron] de locatie waar het origineel is geplaatst. ● Bij plaatsing van het origineel op de glasplaat selecteert u [Flatbed]. Wanneer u de invoerlade gebruikt, selecteert u [Papierinvoer (enkelzijdig scannen)].
  • Pagina 559 Scannen Klik op [Zoeken]. ➠ Het scannen van een origineel start. ● Wanneer het scannen is voltooid, wordt het gescande document op het scherm weergegeven in de lijst met bestanden [Windows Faxen en Scannen] en opgeslagen in de map [Gescande documenten] van [Documenten].
  • Pagina 560 Opslagruimte gebruiken Opslagruimte gebruiken Opslagruimte gebruiken ........................... 547 ..................... 549 Als eenvoudige bestandsserver gebruiken ..................550 Documenten in de Geavanceerde ruimte opslaan ................552 De Geavanceerde ruimte openen vanaf een computer ..............554 Werken met bestanden en mappen in de Geavanceerde ruimte ..............
  • Pagina 561 ◼ Met andere apparaten werken U kunt een gedeelde opslag, "Geavanceerde ruimte" van andere multifunctionele Canon-printers* openen vanaf uw machine voor externe bewerkingen van bestanden, zoals opslaan en verwijderen. Andere printers kunnen ook bestanden openen en bewerken in de Geavanceerde ruimte van uw machine. Daarom kan elk apparaat gemakkelijk samenwerken, en gegevens delen en opslagruimte uitbreiden zonder de tussenkomst van een computer of bestandsserver.
  • Pagina 562 Opslagruimte gebruiken Met andere apparaten werken(P. 561) ◼ Bestanden zonder een computer bewerken Door documenten in een tijdelijke opslagruimte, de "postbus", te scannen en op te slaan, kunt u eenvoudige bewerkingen uitvoeren op bestanden, zoals het samenvoegen van bestanden en het verwijderen van pagina's uit bestanden.
  • Pagina 563 Als u een optionele HDD installeert, kunt u de opslagruimte van de Geavanceerde ruimte uitbreiden. Systeemopties(P. 1456) ● Door de machine te verbinden met een andere multifunctionele Canon-printer*, kunnen gegevens in de Geavanceerde ruimte van beide machines worden gedeeld. Met andere apparaten werken(P. 561)
  • Pagina 564 Opslagruimte gebruiken Geavanceerde ruimteScannen Documenten in de Geavanceerde ruimte opslaan 663C-090 Volg onderstaande procedures om gescande documenten in de Geavanceerde ruimte op te slaan. U kunt deze handige methode gebruiken wanneer u veel documenten wilt digitaliseren, zodat u de gegevens met het personeel op een afdeling kunt delen in een papierloze omgeving.
  • Pagina 565 Opslagruimte gebruiken Wanneer <Druk op [Start] om volgende origineel te scannen.> wordt weergegeven Plaats het volgende origineel dat u wilt scannen en druk op . Nadat alle originelen zijn gescand, drukt u op <Start opslaan> om het bestand op te slaan. ●...
  • Pagina 566 Opslagruimte gebruiken De Geavanceerde ruimte openen vanaf een computer 663C-091 U kunt de Geavanceerde ruimte openen vanaf een computer om bestanden op de computer op te slaan of bestanden van de Geavanceerde ruimte te downloaden. In deze gedeelde opslagruimte kunnen gegevens worden opgeslagen in bestandsindelingen die doorgaans worden ondersteund door een computer.
  • Pagina 567 Opslagruimte gebruiken Klik op [Netwerkverbinding maken]. Selecteer een station uit de vervolgkeuzelijst [Station]. Voer een adres in het tekstvak [Folder] in en klik op [Voltooien]. ● Om de gedeelde ruimte te openen, voert u "http://hostnaam of IP-adres van deze machine/delen" in. Om de persoonlijke ruimte te openen, voert u "http://hostnaam of IP-adres van deze machine/gebruikers"...
  • Pagina 568 Opslagruimte gebruiken Geavanceerde ruimte Werken met bestanden en mappen in de Geavanceerde ruimte 663C-092 U kunt bestanden die zijn opgeslagen in de Geavanceerde ruimte, hernoemen en verwijderen, en mappen toevoegen en verwijderen. Druk op <Toegang opgeslagen bestanden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Geavanceerde ruimte>.
  • Pagina 569 Opslagruimte gebruiken Geeft de locatie (pad) weer waar bestanden en mappen van worden opgeslagen. Opgeslagen bestanden en mappen Geeft weer of bestanden of mappen zijn geselecteerd, en pictogrammen die het bestandstype of de map, namen, bestandsgroottes en data/tijden van opslag aangeven. ●...
  • Pagina 570 Opslagruimte gebruiken ● Druk op <Afdrukken> om het bestand af te drukken. Controleren van de gedetailleerde informatie van een bestand Selecteer een bestand en druk op <Details>. Druk nadat u de gedetailleerde informatie hebt gecontroleerd, op <OK>. Een bestand verwijderen Selecteer een bestand en druk op <Bewerk bestand>...
  • Pagina 571 Opslagruimte gebruiken Controleren van de gedetailleerde informatie van een map Geef een map weer waarvan u de gegevens wilt controleren, en druk op <Mapactiviteit.>. Selecteer een map en druk op <Details>. Druk nadat u de gedetailleerde informatie hebt gecontroleerd, op <OK>. Een map verwijderen Geef een map die u wilt verwijderen, weer en druk op <Mapactiviteit.>.
  • Pagina 572 Opslagruimte gebruiken Bewerk pers. ruimteBewerk pers. ruimte De persoonlijke ruimte aanmaken in de Geavanceerde ruimte 663C-093 De Geavanceerde ruimte wordt doorgaans gebruikt voor het delen van gegevens, maar u kunt ook een "persoonlijke ruimte" aanmaken, zodat u die kunt gebruiken als uw persoonlijke opslagruimte die niet toegankelijk is voor het publiek.
  • Pagina 573 Opslagruimte gebruiken Afdrukken Bestanden in de Geavanceerde ruimte afdrukken 663C-094 Sla bestanden op in de Geavanceerde ruimte, zodat u ze gemakkelijk kunt afdrukken vanaf de machine wanneer u ze nodig hebt. Het bewaren van documenten, zoals kaarten en folders die op onregelmatige momenten worden uitgegeven, in de gedeelde ruimte bespaart u de moeite van het openen van een toepassing op een computer.
  • Pagina 574 Opslagruimte gebruiken ● Voor informatie over afdrukinstellingen raadpleegt u Instellingenscherm en bewerkingen voor afdrukken van opgeslagen bestanden(P. 594) . ● Om een PDF-bestand met een wachtwoord af te drukken, drukt u op <Opties> <Wachtwoord om doc. te openen> <Encryptiewachtwoord> of <Police wachtwoord>, voert u het wachtwoord in en drukt u op <OK>.
  • Pagina 575 Documenten die vanaf uw machine zijn gescand, kunnen worden opgeslagen in de Geavanceerde ruimte van andere multifunctionele Canon-printers*, of bestanden die zijn opgeslagen in de Geavanceerde ruimte van andere printers kunnen worden afgedrukt en verwijderd van uw machine. De andere printers mogen ook dezelfde bewerkingen uitvoeren.
  • Pagina 576 Documenten op andere apparaten opslaan 663C-096 Volg onderstaande procedures om gescande documenten in de Geavanceerde ruimte van een andere multifunctionele Canon-printer of op een Windows-server op te slaan. Stel het origineel in. Originelen plaatsen(P. 113) Druk op <Scannen en opslaan>.
  • Pagina 577 663C-097 U kunt de machine gebruiken voor externe bewerkingen, zoals controleren en verwijderen van bestanden, in de Geavanceerde ruimte van een andere multifunctionele Canon-printer of op een Windows-server. Druk op <Toegang opgeslagen bestanden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Netwerk>.
  • Pagina 578 Bestanden op andere apparaten afdrukken 663C-098 U kunt de machine gebruiken om bestanden die zijn opgeslagen in de Geavanceerde ruimte van een andere multifunctionele Canon-printer of op een Windows-server, rechtstreeks af te drukken. Druk op <Toegang opgeslagen bestanden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) Druk op <Netwerk>.
  • Pagina 579 Opslagruimte gebruiken hoge resolutie die alleen met een lage resolutie kunnen worden afgedrukt, voert u het opgegeven wachtwoord in. Druk op <Start afdrukken>. ➠ Het afdrukken wordt gestart. ● Om het afdrukken te annuleren, drukt u op <Annuleren> <Ja>. KOPPELINGEN Documenten op andere apparaten opslaan(P.
  • Pagina 580 Opslagruimte gebruiken Eenvoudige bewerkingen uitvoeren op bestanden 663C-099 De harde schijf in de machine heeft een tijdelijke gegevensopslagruimte die "postvak" heet. Door documenten in het postvak op te slaan, kunt u vanaf de machine eenvoudige bewerkingen uitvoeren op bestanden, zoals het samenvoegen van bestanden en het verwijderen van pagina's uit bestanden.
  • Pagina 581 Opslagruimte gebruiken PostbusScannen Documenten in het postvak opslaan 663C-09A Er zijn twee methoden om documenten in de postbus op te slaan: originelen vanaf de machine scannen en bestanden op een computer vanaf het printerstuurprogramma verzenden. Afdrukinstellingen worden opgeslagen samen met documenten die worden opgeslagen vanaf een printerstuurprogramma, zodat u documenten altijd met dezelfde afwerking kunt afdrukken en geen instellingen meer hoeft op te geven.
  • Pagina 582 Opslagruimte gebruiken Druk op ➠ Originelen worden gescand en opgeslagen als bestanden. ● Om het scannen te annuleren, drukt u op <Annuleren> of <Ja>. Wanneer <Druk op [Start] om volgende origineel te scannen.> wordt weergegeven Plaats het volgende origineel dat u wilt scannen en druk op .
  • Pagina 583 Opslagruimte gebruiken [Datanaam] Om op te slaan met een bestandsnaam van de gegevens op de computer, selecteert u [Bestandnaam gebruiken]. Om de bestandsnaam te wijzigen, selecteert u [Naam invoeren] en voert u een bestandsnaam in bij het tekstvak [Naam]. [Postbussen] Selecteer het postvak waarin u wilt opslaan.
  • Pagina 584 Opslagruimte gebruiken Selecteer [Sla op] bij [Taakverwerking] van paneel [Speciale functies]. Klik op [Druk af]. Geef de gedetailleerde instellingen op voor het opslaan. [Document Name] Voer de naam in van een bestand dat u in het postvak wilt opslaan. [Mail Boxes] Selecteer het postvak waarin u wilt opslaan.
  • Pagina 585 Opslagruimte gebruiken KOPPELINGEN Afdrukken vanaf een computer(P. 446) Afdrukken annuleren(P. 449)
  • Pagina 586 Opslagruimte gebruiken Postbus Bestanden in het postvak bewerken 663C-09C U kunt documenten die in het postvak zijn opgeslagen, bewerken. In deze opslagruimte kunt u opgeslagen bestanden hernoemen en verwijderen, en meerdere bestanden samenvoegen tot één bestand of een bestand in een ander bestand invoegen.
  • Pagina 587 Opslagruimte gebruiken Postvakinformatie Geeft het nummer en de naam van het weergegeven postvak weer. Bestanden die in de postbus zijn opgeslagen Geeft weer of bestanden zijn geselecteerd, en pictogrammen die het bestandstype, namen, scanformaten, aantal pagina's en data/tijden van opslag aangeven. ●...
  • Pagina 588 Opslagruimte gebruiken (Max. 100 best.)> om tegelijkertijd maximaal 100 bestanden in het postvak te selecteren of op <Wis selectie> om de selectie ongedaan te maken. BovenBijw.BovenBijw. Knop voor schakelen weergeven Druk op <Boven> om naar het bovenliggende niveau van het huidige te gaan. Om de inhoud van het weergegeven scherm bij te werken, drukt u op <Bijw.>.
  • Pagina 589 Opslagruimte gebruiken Meerdere bestanden tot één bestand samenvoegen De bestanden in hetzelfde postvak kunnen worden samengevoegd tot één bestand. Merk op dat als de resolutie-instellingen van de bestanden niet overeenkomen, u de bestanden niet kunt samenvoegen. Selecteer de bestanden die u wilt samenvoegen en druk op <Bewerk bestand> <Meerdere bestanden samenvoegen>.
  • Pagina 590 Opslagruimte gebruiken Verwijderen van pagina's Selecteer een bestand en druk op <Bewerk bestand> <Verwijder pagina>. Geef te verwijderen pagina's op. ● Om slechts één pagina te verwijderen, drukt u op <Enkele pagina> en voert u het overeenkomende paginanummer in. ● Als u meerdere pagina's tegelijkertijd wilt verwijderen, drukt u op <Meerdere pagina's>...
  • Pagina 591 Opslagruimte gebruiken Afdrukken Bestanden in het postvak afdrukken 663C-09E Volg de onderstaande procedures om bestanden in het postvak af te drukken. Aangezien bestanden opgeslagen worden met afdrukinstellingen, kunt u altijd met hetzelfde resultaat afdrukken. Door de tijdsduur voor opslag in de postbus op een onbepaalde tijd in te stellen ( De postvakinstellingen opgeven(P.
  • Pagina 592 Opslagruimte gebruiken Druk op <Start afdrukken>. ➠ Het afdrukken wordt gestart. ● Om het afdrukken te annuleren, drukt u op <Annuleren>. ● Afhankelijk van het bestand dat via de computer is opgeslagen, is afdrukken misschien niet mogelijk, aangezien de machine de instellingen van het bestand niet ondersteunt. ●...
  • Pagina 593 Opslagruimte gebruiken De postvakinstellingen opgeven 663C-09F U kunt een wachtwoord en een naam voor het postvak instellen, en de tijdsperiode waarna bestanden automatisch worden verwijderd, wijzigen. Druk op Druk op <Functie-instellingen> <Opslaan/Toegang bestanden> <Postbusinstellingen> <Instellen/Registreren postbussen>. Selecteer het gewenste postvak. Geef de noodzakelijke instellingen op en druk op <OK>.
  • Pagina 594 Opslagruimte gebruiken ● <Periode tot autom. verwijderen van bestand> en <Afdrukken bij opslaan via printerstuurprogr.> kunnen voor alle postvakken tegelijk worden opgegeven. Raadpleeg <Periode tot autom. verwijderen van bestand>(P. 1098) en <Afdrukken bij opslaan via printerstuurprogr.>(P. 1098) .
  • Pagina 595 Opslagruimte gebruiken Werken met gegevens in geheugenmedia 663C-09H Als u geheugenmedia aansluit op de USB-poort van de machine, kunt u gescande gegevens opslaan of bestanden op de media afdrukken. Hernoem bestanden of verwijder ongewenste bestanden van de machine, zodat u gegevens op de media zonder een computer kunt beheren en organiseren.
  • Pagina 596 Opslagruimte gebruiken ● Omdat de snelkoppelingen mogelijk niet worden weergegeven als het apparaat zich in de slaapstand bevindt, plaatst u het geheugenmedia nadat het apparaat is hersteld van de slaapstand. verwijderen van de geheugenmedia Gebruik altijd de volgende procedure bij het verwijderen van geheugenmedia. Als u een andere procedure gebruikt om de geheugenmedia te verwijderen, kan dit schade aan de geheugenmedia en de hoofdeenheid van de machine veroorzaken.
  • Pagina 597 Opslagruimte gebruiken GeheugenmediaScannen Documenten op geheugenmedia opslaan 663C-09J Volg de onderstaande procedures om gescande documenten te converteren naar een bestandsindeling die doorgaans wordt ondersteund door een computer, en op geheugenmedia op te slaan. Deze methode is handig wanneer u bestanden naar een computer wilt verplaatsen die niet met een netwerk is verbonden. ●...
  • Pagina 598 Opslagruimte gebruiken Wanneer <Druk op [Start] om volgende origineel te scannen.> wordt weergegeven Plaats het volgende origineel dat u wilt scannen en druk op . Nadat alle originelen zijn gescand, drukt u op <Start opslaan> om het bestand op te slaan. ●...
  • Pagina 599 Opslagruimte gebruiken Geheugenmedia Werken met bestanden en mappen in geheugenmedia 663C-09K U kunt mappen aanmaken en bestanden verwijderen die vanaf de machine zijn opgeslagen op geheugenmedia. U kunt bijvoorbeeld een bestand opslaan dat in geheugenmedia is gemaakt op een computer, en het vanaf de machine verwijderen nadat u het hebt afgedrukt.
  • Pagina 600 Opslagruimte gebruiken Geeft weer of bestanden of mappen zijn geselecteerd, en pictogrammen die het bestandstype of de map, namen, bestandsgroottes en data/tijden van opslag aangeven. ● Druk op <Naam> of <Datum/Tijd> om de lijst met bestanden en mappen op naam of datum/tijd te sorteren in oplopende ( ) of aflopende ( ) volgorde.
  • Pagina 601 Opslagruimte gebruiken Controleren van de gedetailleerde informatie van een bestand Selecteer een bestand en druk op <Details>. Druk nadat u de gedetailleerde informatie hebt gecontroleerd, op <OK>. Een bestand verwijderen Selecteer een bestand en druk op <Bewerk bestand> <Verwijderen>. Druk op <Ja>. ●...
  • Pagina 602 Opslagruimte gebruiken Selecteer een map en druk op <Details>. Druk nadat u de gedetailleerde informatie hebt gecontroleerd, op <OK>.
  • Pagina 603 Opslagruimte gebruiken Afdrukken Bestanden in geheugenmedia afdrukken 663C-09L Zelfs als de machine niet is aangesloten op een computer of als geen printerstuurprogramma op de computer is geïnstalleerd, kunt u bestanden die zijn opgeslagen in geheugenmedia, vanaf de machine afdrukken. Druk op <Toegang opgeslagen bestanden>. Het scherm <Hoofdmenu>(P.
  • Pagina 604 Opslagruimte gebruiken ● Om een bestand met een wachtwoord af te drukken, drukt u op <Opties> <Wachtwoord om doc. te openen> <Encryptiewachtwoord> of <Police wachtwoord>, voert u het wachtwoord in en drukt u op <OK>. Om PDF-bestanden af te drukken die niet mogen worden afgedrukt, of PDF-bestanden met een hoge resolutie die alleen met een lage resolutie kunnen worden afgedrukt, voert u het opgegeven wachtwoord in.
  • Pagina 605 Opslagruimte gebruiken Instellingenscherm en bewerkingen voor scannen om op te slaan 663C-09R Wanneer u op <Scannen en opslaan> drukt in het <Hoofdmenu> en vervolgens op <Postbus>, <Geavanceerde ruimte>, <Netwerk> of <Geheugenmedia> drukt om originelen te scannen, wordt het volgende instellingenscherm weergegeven.
  • Pagina 606 Opslagruimte gebruiken <Favorieteninstellingen> Registreer veelgebruikte scaninstellingen van tevoren hier om ze gemakkelijk op te roepen wanneer ze nodig zijn. Standaardinst. herstellen <Standaardinst. herstellen> Hiermee worden de scaninstellingen gewijzigd in instellingenwaarden die zijn opgeslagen bij <Wijzig standaardinstellingen>. <Instellingen Scannen en opslaan> <Wijzig standaard instellingen>(P.
  • Pagina 607 Opslagruimte gebruiken KOPPELINGEN Documenten in de Geavanceerde ruimte opslaan(P. 550) Documenten op andere apparaten opslaan(P. 562) Documenten in het postvak opslaan(P. 567) Documenten op geheugenmedia opslaan(P. 583)
  • Pagina 608 Opslagruimte gebruiken Instellingenscherm en bewerkingen voor afdrukken van opgeslagen bestanden 663C-09S Wanneer u op <Toegang opgeslagen bestanden> drukt in het scherm <Hoofdmenu> en vervolgens op <Postbus>, <Geavanceerde ruimte>, <Netwerk> of <Geheugenmedia> drukt om bestanden af te drukken, wordt het volgende instellingenscherm weergegeven.
  • Pagina 609 Opslagruimte gebruiken - <Boekje> Aantal geselecteerde bestanden Geeft het aantal geselecteerde bestanden weer. ● Bij het selecteren van meerdere bestanden verschijnt de knop <Wijzig aantal kop.>. Om het aantal afdrukken te wijzigen, drukt u op deze knop. Afdrukinstell. wijzigen <Afdrukinstell. wijzigen> Afdrukinstellingen geregistreerd in <Wijzig standaardinstellingen>...
  • Pagina 610 Opslagruimte gebruiken <2-zijdig afdrukken> Selecteer het type 2-zijdig afdrukken. Selecteer <Type boek> als de voor- en achterzijden met dezelfde boven- onderoriëntatie worden afgedrukt. Selecteer <Type kalender> als de voor- en achterzijden met een tegengestelde boven-onderoriëntatie worden afgedrukt. <Afwerken> Selecteer de finishingmethode. ◼...
  • Pagina 611 Opslagruimte gebruiken <Kopiesetnummering> Voegt het aantal sets toe. <Watermerk> Voegt watermerken toe. <Datum afdrukken> Voegt de datum toe. <Kleurbalans> Hiermee kunt u de kleurbalans aanpassen. <Aanpassen kleur sneltoets> Hiermee kunt u het contrast aanpassen. Instellingenscherm voor Geavanceerde ruimte/netwerk/geheugenmedia ◼ Scherm Afdrukinstellingen Selecteer kleurSelecteer papier Huidige instellingenstatus en -knoppen Geeft instellingenstatus weer, zoals het papierformaat om op af te drukken en het aantal afdrukken.
  • Pagina 612 Opslagruimte gebruiken Druk op dit pictogram om de huidige instellingen te registreren in <Favorieteninstellingen> van of om de fabrieksinstellingen voor afdrukken te wijzigen. Favorieteninstellingen <Favorieteninstellingen> Registreer veelgebruikte scaninstellingen van tevoren hier om ze gemakkelijk op te roepen wanneer ze nodig zijn.
  • Pagina 613 Opslagruimte gebruiken ◼ Opties Resolutie <Resolutie> Hiermee kunt u de resolutie selecteren. Grijstinten <Grijstinten> Hiermee kunt u de modus voor het afdrukken van grijstinten selecteren die past bij het bestand dat u wilt afdrukken. Afstemmen papierform. <Afstemmen papierform.> Past het formaat van een PDF- of XPS-bestand aan zodat het op het papierformaat past waarop u afdrukt. Vergroot afdrukvlak <Vergroot afdrukvlak>...
  • Pagina 614 Opslagruimte gebruiken <Blanco pagina's overslaan> Hiermee kunt u de machine instellen zodat deze lege pagina's in documenten detecteert en deze niet afdrukt. Vergroten/Verkleinen <Vergroten/Verkleinen> Hiermee kunt u het afbeeldingsformaat van JPEG- en TIFF-bestanden aanpassen zodat deze op het papierformaat waarop u afdrukt, passen. Beeldoriëntatie <Beeldoriëntatie>...
  • Pagina 615 Opslagruimte gebruiken Opslaglocaties en bestandsindelingen voor elke modus 663C-09U U kunt <Opties> in het scherm Afdrukinstellingen gebruiken om een groot aantal afdrukopties te gebruiken om naar wens af te drukken. De <Opties> die u kunt gebruiken, verschillen afhankelijk van de bestandsindeling en de opslaglocatie. De volgende <Opties>...
  • Pagina 616 Opslagruimte gebruiken * 1200dpi wordt niet ondersteund.
  • Pagina 617 Koppelen aan mobiele apparaten Koppelen aan mobiele apparaten Koppelen aan mobiele apparaten ......................604 ....................605 Verbinding maken met mobiele apparaten ..........................606 Directe verbinding maken ......................612 De machine via toepassingen gebruiken ............................614 AirPrint gebruiken ..........................619 Afdrukken met AirPrint ............................
  • Pagina 618 Koppelen aan mobiele apparaten Koppelen aan mobiele apparaten 663C-09W Als u de machine koppelt aan mobiele apparaten, zoals smartphones en tablets, kunt u met behulp van toepassingen gemakkelijk afdrukken en scannen. Daarnaast kunt u de machine vanaf mobiele apparaten bedienen via afstandsbediening om de afdrukstatus te controleren en de instellingen van de machine te wijzigen.
  • Pagina 619 Koppelen aan mobiele apparaten Mobiel portaal Verbinding maken met mobiele apparaten 663C-09X Er zijn twee methodes om mobiele apparaten aan te sluiten op de machine: "Verbinding maken via een draadloze LAN- router" en "Directe verbinding". Selecteer een verbindingsmethode die past bij de communicatieomgeving en het apparaat dat u gebruikt.
  • Pagina 620 Koppelen aan mobiele apparaten Directe verbinding maken 663C-09Y Zelfs in een omgeving zonder draadloze LAN-router kunt u uw mobiele apparaat toch rechtstreeks aansluiten op de machine via de toegangspuntmodus of Wifi Direct, waarmee verbindingen tussen het apparaat en de machine mogelijk zijn zonder dat u ingewikkelde instellingen moet configureren.
  • Pagina 621 <Inschakelen> moet drukken. <Instellingen persoonlijke SSID en netwerksleutel>(P. 1041) ● Voor meer informatie over het gebruik van Canon PRINT Business raadpleegt u de verwante handleidingen. (http://www.canon.com/gomp/) ● Als het bericht <Kan niet met de huidige instellingen worden gebruikt. Bel de systeembeheerder.>...
  • Pagina 622 Nadat u de gewenste bewerkingen hebt uitgevoerd, drukt u op <Verbinding verbreken>. ● Als u de QR-code niet kunt lezen, werkt u Canon PRINT Business bij naar de meest recente versie. Voor apparaten met iOS (iOS 11 of later) Start de standaard camera-app op het iOS-apparaat.
  • Pagina 623 <Beheerinstellingen> <Apparaatbeheer> stel <Gebruik emulatie NFC-kaart> in op <Aan>. Start Canon PRINT Business op het mobiele apparaat. Configureer het mobiele apparaat om het gebruik van NFC-instellingen mogelijk te maken. Plaats het mobiele apparaat dichtbij de NFC-markering van de machine. Nadat u de gewenste bewerkingen hebt uitgevoerd, drukt u op <Verbinding verbreken>.
  • Pagina 624 Koppelen aan mobiele apparaten ● Bij verbinding via directe verbinding kunt u misschien geen verbinding maken met het internet, afhankelijk van het mobiele apparaat dat u gebruikt. ● Als een draadloze verbinding vanaf een mobiel apparaat niet binnen 5 minuten tot stand wordt gebracht, terwijl de SSID en netwerksleutel worden weergegeven, wordt de wachtstatus voor verbindingen opgeheven.
  • Pagina 625 Koppelen aan mobiele apparaten ➠ Er wordt een scherm weergegeven waarin u kunt selecteren of een verbinding met het mobiele apparaat is toegestaan. Tik op [Ja] op het scherm van het mobiele apparaat. ➠ Er wordt een verbinding tussen de machine en het mobiele apparaat tot stand gebracht. Nadat u de gewenste bewerkingen hebt uitgevoerd, drukt u op <Verbinding verbreken>.
  • Pagina 626 De machine via toepassingen gebruiken 663C-0A0 Druk af via toepassingen op een mobiel apparaat dat met de machine is verbonden. Diverse toepassingen, inclusief de exclusieve van Canon, worden ondersteund. Gebruik ze goed in overeenstemming met uw apparaat, de toepassing en de situatie. ◼...
  • Pagina 627 Koppelen aan mobiele apparaten ® ● Als u de Mopria -instelling inschakelt, wijzigt <Gebruik netwerkkoppelingsscan> ook naar <Aan>. ● Als u de Mopria®-scanservice wilt gebruiken, moet <Gebruik netwerkkoppelingsscan> worden ingesteld op <Aan>. <TCP/IP-instellingen> <Gebruik netwerkkoppelingsscan>(P. 1036) ◼ Afdrukken met Google Cloudprinter U kunt toepassingen en services gebruiken die de Google Cloudprinter ondersteunen voor het afdrukken vanaf een computer of mobiel apparaat zonder een printerstuurprogramma te gebruiken.
  • Pagina 628 Koppelen aan mobiele apparaten AirPrint gebruiken 663C-0A1 In dit gedeelte worden de vereiste instellingen beschreven voor het gebruik van AirPrint en de procedure voor het afdrukken, scannen en verzenden van faxen van Apple-apparaten. AirPrint-instellingen AirPrint-instellingen configureren(P. 614) Het scherm voor AirPrint weergeven(P. 616) Functies van AirPrint Afdrukken met AirPrint(P.
  • Pagina 629 Koppelen aan mobiele apparaten [Use AirPrint] Schakel het selectievakje in als u AirPrint wilt gebruiken. Schakel het selectievakje uit om AirPrint uit te schakelen. [Printer Name] Geef de naam op van de machine. Als een mDNS-naam reeds is geregistreerd in [mDNS Settings] ([Network Settings] in [Preferences] (Settings/Registration)), dan wordt de geregistreerde naam weergegeven.
  • Pagina 630 Koppelen aan mobiele apparaten Druk op <Aan> <OK>. Als u [Use AirPrint] selecteert, worden de volgende instellingen in <Netwerk> ingesteld op <Aan>. ● Gebruik HTTP ● Instellingen IPP-afdruk ● Gebruik IPv4 mDNS ● Gebruik IPv6 mDNS ● Gebruik netwerkkoppelingsscan ● Als u de [Printer Name] wijzigt die u ooit hebt opgegeven, kunt u misschien niet meer vanaf de Mac afdrukken waarmee u tot dusver heeft kunnen afdrukken.
  • Pagina 631 Koppelen aan mobiele apparaten ◼ Het scherm voor AirPrint configureren Als u zich aanmeldt met beheerdersbevoegdheden, kunt u de AirPrint-instellingen ook wijzigen vanuit de pagina voor AirPrint. [AirPrint] Hiermee kunt u de waarden controleren die zijn ingevoerd in de AirPrint-instellingen, zoals de naam en de locatie van de machine.
  • Pagina 632 Koppelen aan mobiele apparaten Handelsmerken Apple, Bonjour, iPad, iPhone, iPod touch, Mac, OS X en Safari zijn handelsmerken van Apple Inc. AirPrint en het AirPrint-logo zijn handelsmerken van Apple Inc. iOS is een handelsmerk of gedeponeerd handelsmerk van Cisco in de VS en andere landen en wordt onder licentie gebruikt.
  • Pagina 633 Koppelen aan mobiele apparaten Afdrukken met AirPrint 663C-0A2 U kunt afdrukken vanaf een iPad, iPhone, iPod touch of Mac zonder dat u een printerstuurprogramma hoeft te gebruiken. Zoeken naar een printer met Bluetooth(P. 619) Afdrukken vanaf een iPad, iPhone of iPod touch(P. 621) Afdrukken vanaf een Mac(P.
  • Pagina 634 Koppelen aan mobiele apparaten ◼ De printer configureren via de Remote UI (UI op afstand) Start de Remote UI (UI op afstand) en meld u aan als beheerder. De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761) Klik op [Settings/Registration]. Klik op [Network Settings] [Bluetooth Settings].
  • Pagina 635 Koppelen aan mobiele apparaten Druk op <Voorkeuren> <Netwerk> <Bluetooth instellingen> <Bakeninstellingen> stel <Gebruik baken voor AirPrint> in op <Aan>. Afdrukken vanaf een iPad, iPhone of iPod touch Zorg ervoor dat de machine is ingeschakeld en verbinding heeft met het Apple- apparaat.
  • Pagina 636 Koppelen aan mobiele apparaten Voeg op de Mac de machine toe in [Systeemvoorkeuren] [Printers en scanners]. ● Als de machine al is toegevoegd voor scannen of faxen verzenden, is deze bewerking niet vereist. Open een document in een programma en geef het afdrukvenster weer. ●...
  • Pagina 637 Koppelen aan mobiele apparaten Scannen met AirPrint 663C-0A3 U kunt AirPrint gebruiken om de gegevens die door de machine zijn gescand, direct over te brengen naar een Mac. Systeemvoorwaarden Als u wilt scannen met AirPrint, hebt u een Mac nodig met OS X 10.9 of hoger. Als u wilt scannen met TLS, hebt u een Mac nodig met OS X 10.11 of hoger.
  • Pagina 638 Koppelen aan mobiele apparaten ➠ Het scherm [Scanner] wordt weergegeven. Configureer desgewenst de scaninstellingen. Klik op [Scan]. ➠ Het document wordt gescand en de afbeelding wordt weergegeven.
  • Pagina 639 Koppelen aan mobiele apparaten Faxen met AirPrint 663C-0A4 U kunt vanaf een Mac faxen verzenden op bijna dezelfde manier als u kunt afdrukken. Systeemvoorwaarden Als u faxen wilt verzenden met AirPrint, hebt u een Mac met OS X 10.9 of hoger nodig. Netwerkomgeving Een van de volgende omgevingen is vereist.
  • Pagina 640 Koppelen aan mobiele apparaten Klik op [Fax]. ➠ Het verzenden van de fax start.
  • Pagina 641 Koppelen aan mobiele apparaten Als AirPrint niet kan worden gebruikt 663C-0A5 Als AirPrint niet kan worden gebruikt, kunt u de volgende oplossingen proberen. ● Controleer of de machine is ingeschakeld. Als de machine is ingeschakeld, zet u deze eerst uit en wacht u minstens 10 seconden voordat u hem weer aanzet om te controleren of het probleem is opgelost.
  • Pagina 642 Koppelen aan mobiele apparaten Google Cloudprinter gebruiken 663C-0A6 Google Cloud Print is een service waarmee gebruikers met een Google-account kunnen afdrukken vanaf een met internet verbonden smartphone, tablet of computer, enz., met toepassingen die Google Cloud Print ondersteunen. In tegenstelling tot conventioneel afdrukken vanaf een computer is er geen printerstuurprogramma vereist. De instellingen van de machine controleren(P.
  • Pagina 643 Koppelen aan mobiele apparaten Start de Remote UI (UI op afstand) en meld u aan als beheerder. De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761) Klik op [Settings/Registration]. Klik op [Network Settings] [Google Cloud Print Settings]. Klik op [Edit...] voor [Basic Settings]. Schakel het selectievakje [Use Google Cloud Print] in [OK].
  • Pagina 644 Koppelen aan mobiele apparaten ● Voor informatie over de nieuwste toepassingen die Google Cloudprinter ondersteunen, controleert u de startpagina van Google Cloudprinter. Registreren vanaf een mobiel apparaat of Google Chrome ● U kunt de machine registreren vanaf een mobiel apparaat of Google Chrome. Voordat de registratie is voltooid, verschijnt de volgende bevestiging op het scherm van de machine.
  • Pagina 645 Koppelen aan mobiele apparaten De gebruikersinstellingen voor Google Cloudprinter configureren 663C-0A7 Configureer deze instellingen als u gebruikers wilt koppelen die geverifieerd zijn tijdens gebruikersverificatie met Google Cloudprinter-taken voor beheerdoeleinden. Deze instellingen zijn niet vereist om Google Cloudprinter te gebruiken. In deze sectie worden zowel de procedure beschreven als de gebruiker die Google Cloudprinter gebruikt, reeds is geregistreerd als gebruiker voor Gebruikersverificatie en de procedure als de gebruiker niet is geregistreerd.
  • Pagina 646 Koppelen aan mobiele apparaten Domeinnaam: example.com ● Informatie weergegeven op het aanmeldscherm voor aanmelden met afbeelding user1 example.com ● Selecteer bij het afdrukken "user1@example.com" op het bedieningspaneel om aan te melden selecteer <Afdrukken> ( Het scherm <Hoofdmenu>(P. 139) ) druk af.
  • Pagina 647 Als u de Mopria®-scanservice wilt gebruiken, moet <Gebruik netwerkkoppelingsscan> worden ingesteld op <Aan>. <TCP/IP-instellingen> <Gebruik netwerkkoppelingsscan>(P. 1036) ● Om de Canon-machine/printer van de Standaard printservice vanaf uw Android-terminal te gebruiken, moet u eerst de volgende instellingen op uw Android-terminal configureren. ● Standaard printservice inschakelen. ® uit ●...
  • Pagina 648 De machine beheren De machine beheren De machine beheren ............................ 637 ................... 639 Een beveiligingsbeleid op de machine toepassen ..... 640 Gebruik van een wachtwoord ter beveiliging van de instellingen voor het beveiligingsbeleid ................642 Configureren van instellingen voor het beveiligingsbeleid .......................
  • Pagina 649 ....852 Gedetailleerde synchronisatie-instellingen opgeven (Servermachine of server/clientmachine) ....................857 De te synchroniseren machines omschakelen ..........862 De apparaatgegevens met andere multifunctionele Canon-printers delen ................. 864 De bestemmingen van apparaatgegevens registreren ............866 Gebruikersverificatie uitvoeren bij verspreiding van apparaatgegevens ....................... 868...
  • Pagina 650 De machine beheren ..............871 De resultaten van distributie van apparaatgegevens controleren .......................... 872 Hardeschijfgegevens beheren ................873 Overbodige gegevens van de harde schijf verwijderen ....................875 Initialiseren van alle gegevens/instellingen ............................. 877 TPM gebruiken ....................881 Functies die gekoppeld zijn aan clouddiensten...
  • Pagina 651 De functies van de machine beperken(P. 726) De beveiliging van documenten verhogen(P. 739) ◼ Effectief beheer garanderen De machine vanaf een computer beheren (Remote UI (UI op afstand))(P. 759) Instellingen synchroniseren voor meerdere multifunctionele Canon-printers(P. 844) De apparaatgegevens met andere multifunctionele Canon-printers delen(P. 862)
  • Pagina 652 De machine beheren ◼ De systeemconfiguratie en instellingen beheren Optionele producten voor het systeem installeren(P. 842) Initialiseren van alle gegevens/instellingen(P. 875)
  • Pagina 653 De machine beheren Een beveiligingsbeleid op de machine toepassen 663C-0AA Het is binnen organisaties normaal een beveiligingsbeleid op te nemen waarin basisinformatie over beveiligingsdoelen en -normen wordt gedefinieerd. Daarom moeten informatie verwerkende apparaten, zoals computers en multifunctionele printers, dienovereenkomstig werken. Op deze machine kunnen meerdere instellingen met betrekking tot beveiligingsbeleid via de Remote UI (UI op afstand) in een batch worden beheerd.
  • Pagina 654 De machine beheren Gebruik van een wachtwoord ter beveiliging van de instellingen voor het beveiligingsbeleid 663C-0AC Het is raadzaam dat u een wachtwoord gebruikt ter beveiliging van de machine-instellingen voor het beveiligingsbeleid. Door een wachtwoord in te stellen kunt u de bevoegdheid tot het wijzigen van de instellingen voor het beveiligingsbeleid beperken, zodat alleen de beheerders voor gegevensbeveiliging het wachtwoord kennen.
  • Pagina 655 ● Zorg ervoor dat u het wachtwoord niet kunt vergeten. Als u uw wachtwoord niet meer weet, neem dan contact op met de Canon-dealer bij u in de buurt. ● Als u de instellingen wilt wijzigen, moet u zich met beheerdersbevoegdheden aanmelden bij de Remote UI (UI op afstand).
  • Pagina 656 De machine beheren Configureren van instellingen voor het beveiligingsbeleid 663C-0AE Machine-instellingen voor gegevensbeveiliging kunnen worden toegepast en in een batch beheerd. Het wordt aanbevolen dat de beheerder voor gegevensbeveiliging die uw beveiligingsbeleid moet beheren, het beveiligingsbeleid op de machine toepast conform het beleid van uw organisatie. Om het beveiligingsbeleid te configureren, logt u met beheerdersbevoegdheden in op de Remote UI (UI op afstand).
  • Pagina 657 , kunt u alle apparaten in uw organisatie met identieke instellingen beheren. gegevens van instellingen importeren/exporteren(P. 804) * Alleen Canon-apparaten die compatibel zijn met de instellingen voor het beveiligingsbeleid ● De instellingen voor het beveiligingsbeleid kunnen alleen worden geïmporteerd als het wachtwoord voor die instellingen op de exporterende machine overeenkomt met dat van de importerende machine, of als er geen wachtwoord is ingesteld voor de importerende machine.
  • Pagina 658 De machine beheren Instellingen voor het beveiligingsbeleid 663C-0AF De instellingen voor het beveiligingsbeleid van de machine worden hieronder beschreven. Schakel de selectievakjes in voor de items die u wilt toepassen op het instellingenscherm. ◼ [Interface] [Wireless Connection Policy] Voorkom onbevoegde toegang door een verbod op draadloze verbindingen. [Prohibit Use of Direct Connection] <Gebruik directe verbinding>...
  • Pagina 659 De machine beheren ● [Google Cloud Print Settings] [Verify Server <Instellingen Google Cloudprinter>(P. 1038) Certificate] <SIP-instellingen>(P. 1036) ● [Google Cloud Print Settings] [Add CN to De Visueel bericht-functie Verification Items] configureren(P. 837) ● <SIP-instellingen> <TLS instellingen> IP FAX Expansion Kit User's Guide (IP <Servercertificaat controleren>...
  • Pagina 660 De machine beheren [Restrict WSD port (port number: 3702, Bij <WSD-instellingen> zijn de opties <Gebruik WSD>, <WSD-instellingen>(P. 1033) 60000)] <Gebruik WSD bladeren> en <Gebruik WSD-scanoptie> allemaal ingesteld op <Uit>. Het is niet mogelijk om WSD-functies te gebruiken. [Restrict BMLinkS port (port number: Er zijn geen instellingen waarop het beveiligingsbeleid 1900)] voor de machine is toegepast.
  • Pagina 661 De machine beheren [Prohibit guest users to use De volgende instellingen worden ingesteld op <Aan>. <Authentificatiebeheer>(P. 1100) device] <Gebruik gebruikersveri.>(P. 1110) ● <Instellingen Geavanc. ruimte> <Weergave-instel. <Authentificatiebeheer> aanm.scherm>(P. 1110) ● <Gebruikersbeheer> <Authentificatiebeheer> <Beperk opdr. v.a extern app. <Gebruik gebruikersveri.> zonder gebruikersverif.>(P. 1111) ●...
  • Pagina 662 De machine beheren [Set minimum number of characters for <Min. lengte instellingen> is ingesteld op <Aan>. <Min. lengte password] Het is niet mogelijk om een wachtwoord in te stellen instellingen>(P. 1125) met minder tekens dan het aantal dat is opgegeven voor [Minimum Number of Characters] op het instellingenscherm van de Remote UI (UI op afstand).
  • Pagina 663 De machine beheren [Use TPM to store password and key] <TPM instellingen> is ingesteld op <Aan>. <TPM instellingen>(P. 1123) Wachtwoorden en sleutels worden versleuteld en opgeslagen op daartoe bestemde hardware. Bij inschakeling van TPM-instellingen ● Wijzig het standaard ingestelde beheerderswachtwoord om te voorkomen dat een externe partij, buiten de beheerder, een back-up kan maken van de TPM-sleutel.
  • Pagina 664 De machine beheren ● <Vak Beveiligingsinstellingen> <Adr.weergave bij Ontvangen documenten in de machine opslaan (Ontvangst in opslaan via printerstuurprog.> geheugen)(P. 414) <Behandeling bestanden met doorzendfouten> is ingesteld op <Opslaan/Afdrukken>. <Geheugenslot eindtijd> is ingesteld op <Niet aangeven>. Alleen <In w.rij als ged. opdr.> kan worden ingesteld voor de bewerkingscondities in <Geforceerd in de wachtrij>.
  • Pagina 665 De machine beheren Gebruikers beheren 663C-0AH U kunt zorgen voor een hoger beveiligingsniveau en meer efficiëntie door gebruik te maken van een toepassing met gebruikersverificatie (aanmeldingsservice) voor het beheer van gebruikers van de machine ( Aanmeldingsservice(P. 651) ). Het is raadzaam dat de beheerder alle gebruikers beheert conform uw besturingssysteem en nodige veiligheidsmaatregelen.
  • Pagina 666 De machine beheren Bevoegdheidsniveaus instellen Met persoonlijke-verificatiebeheer kunt u het scala aan beschikbare bewerkingen definiëren door de rol (bevoegdheidsniveau) van elke gebruiker op te geven. U kunt, bijvoorbeeld, de beheerdersrol selecteren om volledige toegangsbevoegdheden toe te staan; de netwerkbeheerdersrol om configuratie van aan het netwerk gerelateerde instellingen toe te staan;...
  • Pagina 667 De machine beheren netwerk opgeven. Het is ook mogelijk om de machine wachtwoorden te laten onthouden nadat ze zijn ingevoerd, zodat gebruikers zich weer kunnen aanmelden zonder een wachtwoord op te geven. Gebruikersaccounts koppelen aan sleutelketens voor een soepele werking ●...
  • Pagina 668 De machine beheren De instellingen van persoonlijke-verificatiebeheer configureren 663C-0AJ De aanmeldingsservice gebruikersverificatie voert persoonlijke verificatie uit op basis van de gegevens die van elke gebruiker zijn geregistreerd, zodat u het aantal gebruikers kunt beperken dat toegang heeft tot de machine. Registratie van gebruikersgegevens (verificatie) kan op deze machine en op een externe server worden uitgevoerd.
  • Pagina 669 Mobiele verificatie Voer gebruikersverificatie uit met een mobiel apparaat. U kunt zich bij de machine aanmelden met Canon PRINT Business. Voor deze functie zijn optionele producten nodig ( Systeemopties(P. 1456) ). U moet eerst Bluetooth-instellingen op de machine configureren ( <Netwerk>(P.
  • Pagina 670 De machine beheren Configureer de verificatieserverinstellingen. ● Registreer gebruikersgegevens op het lokale apparaat en geef de verificatieserver op. Gebruikersgegevens in het lokale apparaat registreren(P. 657) Serverinformatie registreren(P. 671) Selecteer het gebruikersverificatiesysteem. De verificatiefuncties configureren(P. 677) Persoonlijke verificatie gebruiken voor het beheer van afdrukken/faxen/extern scannen via een computer(P.
  • Pagina 671 De machine beheren Gebruikersgegevens in het lokale apparaat registreren 663C-0AK Om persoonlijke-verificatiebeheer uit te voeren, moet u eerst gebruikersgegevens in de database van de machine registreren. Start de Remote UI (UI op afstand). De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761) Klik op [Settings/Registration] op de portaalpagina.
  • Pagina 672 De machine beheren [User Name:] / [Password:] / [Confirm:] Voer de gebruikersnaam en wachtwoord in. Voer ter bevestiging het wachtwoord opnieuw in bij [Confirm:]. U kunt single-byte- of double-byte-tekens gebruiken voor de gebruikersnaam. [No Expiry for Password] Schakel het selectievakje in om het wachtwoord van de te registreren gebruiker zodanig in te stellen dat er geen verloopdatum is.
  • Pagina 673 De machine beheren Bij gebruik van afdelings-ID-beheer moet u op [Department ID Settings...] klikken en de afdelings-ID selecteren die u aan de gebruiker wilt toewijzen. Registreer eerst de nodige afdelings-ID's bij [Register New Department...] op het scherm met lijsten. Als de afdelings-ID die u hier opgeeft, later wordt verwijderd, wijzig deze instelling dan.
  • Pagina 674 De machine beheren Batch-instellingen voor afdelings-ID's ● Als u op het scherm dat in stap 4 is afgebeeld op [Batch Settings for Department ID...] klikt, kunt u nieuwe afdelings-ID's maken en instellingen voor alle gebruikers toepassen. ● Als de gebruikersnaam uit zeven cijfers of minder bestaat, wordt hetzelfde nummer toegewezen aan dezelfde gebruiker als de afdelings-ID.
  • Pagina 675 De machine beheren Importeren/exporteren van gebruikersgegevens 663C-0AL U kunt gebruikersgegevens die in de machine zijn opgeslagen, naar een computer opslaan (exporteren) en u kunt ook gebruikersgegevens van andere machines laden naar de machine die u gebruikt (importeren). Dit is handig wanneer u bijvoorbeeld meerdere gebruikers tegelijk wilt registreren.
  • Pagina 676 De machine beheren Automatisch importeren van gebruikersgegevens U kunt gebruikersgegevens automatisch bijwerken door regelmatig importbestanden die op een specifieke locatie zijn opgeslagen, te importeren. Start de Remote UI (UI op afstand). De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761) Klik op [Settings/Registration] op de portaalpagina. Remote UI (UI op afstand)- scherm(P.
  • Pagina 677 De machine beheren U kunt het interval in minuten opgeven om te controleren op te importeren bestanden. ● Als de bewerking niet kan worden uitgevoerd op het opgegeven tijdstip omdat de machine is uitgeschakeld of in de sluimermodus verkeert, wordt de bewerking uitgevoerd en de informatie weergegeven zodra de machine weer is ingeschakeld.
  • Pagina 678 Selecteer de bestandsindeling voor het importeren. ● <Simple Device Login Format>: Importeert gebruikersgegevens die zijn geëxporteerd vanaf een Canon-machine met behulp van de Lokale apparaat authentificatie van SSO-H. De bestandsindeling is "LDIF". ● <User Access Control for Advanced Space Format>: Importeert gebruikersgegevens die zijn geëxporteerd vanaf een Canon-machine met...
  • Pagina 679 De machine beheren ● Als het afdelings-ID (dept_id) en PIN (dept_pin) in het geïmporteerde CSV-bestand zijn geschreven, verschijnt [Check Unregistered Department ID] na afloop van het importeren. Voer de registratie van het afdelings-ID uit.
  • Pagina 680 De machine beheren Gebruikersgegevens toevoegen en bewerken in een CSV-bestand 663C-0AR In dit gedeelte wordt de inhoud beschreven van elke kolom in een CSV-bestand voor importeren of exporteren. Raadpleeg dit gedeelte wanneer u CSV-bestanden bewerkt. Als echter "Nee" is geschreven in het gedeelte "Wijziging vereist" voor een bepaalde kolom, wijzigt u de inhoud van die kolom niet.
  • Pagina 681 De machine beheren Kolomnaam Wijziging Geldige tekens Ongeldige Compatibiliteit Opmerkingen vereist tekens met het scherm van de Remote UI (UI op afstand) ● Dit item wordt weergegeven tussen "e-mailadres" en "pictogramafbeelding" als de optionele kopiekaartlezer (Copy Card Reader) wordt aangesloten. mail Combinatie van Besturingstekens...
  • Pagina 682 De machine beheren Kolomnaam Wijziging Geldige tekens Ongeldige Compatibiliteit Opmerkingen vereist tekens met het scherm van de Remote UI (UI op afstand) ● Voer bij het importeren informatie in een van de volgende indelingen in. ● YYYYMMDDhhmmssmmm ● TYYYYMMDDhhmmssmmm ● YYYYMMDD ●...
  • Pagina 683 De machine beheren Kolomnaam Wijziging Geldige tekens Ongeldige Compatibiliteit Opmerkingen vereist tekens met het scherm van de Remote UI (UI op afstand) 0 tot 32 tekens Besturingstekens Kan niet worden gewijzigd. Dit (N.v.t.) wordt automatisch toegewezen voor de volgende gebruikers. ●...
  • Pagina 684 De machine beheren ● De lijn aan het begin van het bestand is de kolomregel. ● Namen van items worden mogelijk niet na elkaar weergegeven. ● De coderingen die door CSV-bestanden worden ondersteund, zijn UTF-8, SJIS, BIG5, GB2312 en Koreaans. ●...
  • Pagina 685 De machine beheren Serverinformatie registreren 663C-0AS Om een Active Directory- of LDAP-server op te geven als extra verificatieapparaat, moet u de gegevens van de server die voor verificatie worden gebruikt, registreren. Voer zo nodig een verbindingstest uit. Start de Remote UI (UI op afstand). De Remote UI (UI op afstand) starten(P.
  • Pagina 686 De machine beheren Geef aan of de Active Directory-gegevens van de aanmeldingsbestemming automatisch moeten worden opgehaald of handmatig moeten worden ingevoerd. Om die handmatig in te voeren, selecteert u [Set Manually] en voegt u het domein van de aanmeldingsbestemming toe bij [Active Directory Management...].
  • Pagina 687 De machine beheren [Domain Name:] Voer de domeinnaam van de Active Directory in die de aanmeldingsbestemming is (voorbeeld: bedrijf.domein.com). [NetBIOS Name] Voer de NetBIOS-domeinnaam in (voorbeeld: bedrijf). [Primary Host Name:] / [Secondary Host Name:] Voer de hostnaam van de Active Directory-server in (voorbeeld: ad-server1).
  • Pagina 688 De machine beheren [Primary Address] Voer het IP-adres of de hostnaam van de LDAP-server in (voorbeeld: ldap.voorbeeld.com). Het loopbackadres (127.0.0.1) kan niet worden gebruikt. [Port:] Voer het poortnummer in dat wordt gebruikt voor communicatie met de LDAP-server. Gebruik dezelfde instelling die ook op de server is geconfigureerd. Als u geen nummer invoert, wordt het automatisch ingesteld op "636"...
  • Pagina 689 De machine beheren domeinnaam op de LDAP-server gehaald moet worden, selecteert u [Specify the attribute name for domain name acquisition] en voert u de attribuutnaam in (voorbeeld: dc). Klik op [Connection Test] om te bevestigen dat de verbinding mogelijk is, en klik vervolgens op [Add]. Servergegevens bewerken ●...
  • Pagina 690 Selecteer de bevoegdheden die gelden voor gebruikers die voldoen aan de criteria. De instellingen [Conditions] bij gebruik van Active Directory-servers ● "Canon Randapparatuur Admins" wordt vooraf ingesteld als de gebruikersgroep van de beheerder. Wijs andere bevoegdheden toe aan de andere groepen die op de server zijn aangemaakt. Klik op [Update].
  • Pagina 691 De machine beheren De verificatiefuncties configureren 663C-0AU U kunt de aanmeldingsmethodes van gebruikers, verificatieapparaten en andere verificatiefuncties configureren op basis van uw systeemomgeving en behoeften. U kunt ook opgeven hoe het aanmeldingsscherm moet worden weergegeven. De aanmeldingsmethodes van gebruikers en verificatieapparaten configureren(P. 677) Opgeven wanneer het aanmeldingsscherm moet worden weergegeven(P.
  • Pagina 692 De machine beheren [Authentication Functions to Use:] Schakel het selectievakje [Mobile Authentication] in. ● selectievakje inschakelt voor mobiele verificatie, wordt selectievakje voor toetsenbordverificatie automatisch ingeschakeld. Zorg ook dat u de instellingen opgeeft voor toetsenbordverificatie. Verificatie met toetsenbord gebruiken Configureer onderstaande instellingen bij gebruik van verificatie met het toetsenbord. [Authentication Functions to Use:] Schakel het selectievakje voor [Keyboard Authentication] in.
  • Pagina 693 De machine beheren [Display Button on Settings Menu:] Schakel het selectievakje in om de knop <Change Password> toe te voegen aan het menu dat wordt weergegeven wanneer u rechtsboven in het aanmeldingsscherm op drukt. [Use Numeric Keys for Authentication] Als deze functie is ingeschakeld en de gebruikersnaam en het wachtwoord alleen uit cijfers bestaan, kan de authenticatie alleen worden uitgevoerd met de invoer van numerieke sleutels.
  • Pagina 694 De machine beheren [Web Service Authentication Method:] Selecteer de verificatiemethode voor het lokale apparaat die u wilt gebruiken voor communicatie met webservicetoepassingen. [Disable integrated authentication] Geïntegreerde verificatie is een functie waarmee de verificatiegegevens die bij de aanmelding zijn gebruikt, ook kunnen worden gebruikt voor aanmelding op andere momenten. Schakel het selectievakje in om de functie voor geïntegreerde verificatie uit te schakelen.
  • Pagina 695 De machine beheren ● Als de gebruikersnaam en het wachtwoord niet voldoen aan de bovenstaande voorwaarden, wordt automatisch een afdelings-ID toegewezen beginnend met 0000001 en 0 (geen) voor de pincode. ● In de volgende gevallen wordt het afdelings-ID niet automatisch geregistreerd. ●...
  • Pagina 696 De machine beheren ● De verificatiemethode die voor [Web Service Authentication Method:] is geselecteerd, wordt ook gebruikt voor persoonlijke verificatie bij de verspreiding van apparaatgegevens. Gebruikersverificatie uitvoeren bij verspreiding van apparaatgegevens(P. 866) Opgeven wanneer het aanmeldingsscherm moet worden weergegeven U kunt opgeven wanneer het aanmeldingsscherm moet worden weergegeven door "Wanneer u de machine gaat gebruiken"...
  • Pagina 697 De machine beheren ● Wanneer het selectievakje voor [Display login screen when operation is started on the device] is ingeschakeld: <Kopie/Afdruk>, <Verzenden> en <Opslaan> in <Beperk toegang taken andere gebr.> zijn ingesteld op <Aan> ● Wanneer het selectievakje voor [Display login screen when functions requiring authentication are selected] is ingeschakeld en het selectievakje voor [Copy], [Access Stored Files] of [Print] is ingeschakeld in [Select Function That Will Require Authentication]: <Kopie/Afdruk>...
  • Pagina 698 De machine beheren Persoonlijke verificatie gebruiken voor het beheer van afdrukken/faxen/extern scannen via een computer 663C-0AW U kunt persoonlijke-verificatiebeheer toepassen op afdrukken, faxen en extern scannen ( Uw computer gebruiken om te scannen (Extern scannen) (Windows)(P. 536) ) via een computer. Dat kan veiliger zijn, aangezien de machine deze bewerkingen niet accepteert, tenzij de gebruiker is geïdentificeerd.
  • Pagina 699 De machine beheren Andere handige functies voor persoonlijke- verificatiebeheer gebruiken 663C-0AX Persoonlijke-verificatiebeheer biedt naast gebruikersverificatie een scala aan voordelen. In dit gedeelte worden een aantal handige functies beschreven waarbij persoonlijke verificatie wordt gebruikt om de mogelijkheden van multifunctionele printers uit te breiden, zoals het beheer van gebruikersgroepen of het maken van persoonlijke mappen voor individuele gebruikers.
  • Pagina 700 De machine beheren Instellen van afdelings-ID-beheer 663C-0AY Gebruikers kunnen worden ondergebracht in groepen, zoals de afdelingen waartoe ze behoren, en beheerd op basis van hun afdelings-ID. Maak eerst alle afdelings-ID's die moeten worden beheerd, aan en wijs aan elk daarvan gebruikers toe ( Gebruikersgegevens in het lokale apparaat registreren(P.
  • Pagina 701 ● Zorg ervoor dat u systeembeheerder-PIN niet kunt vergeten. Als u de systeembeheerder-PIN bent vergeten, neem dan contact op met uw Canon-dealer. ● Deze instelling is geen standaardbeheerinstelling voor gebruikersverificatie. Als u deze instelling wilt opgeven voor een gebruiker met beheerdersbevoegdheden in Gebruikersverificatie, stelt u [Select Role to Set:] in op "Beheerder".
  • Pagina 702 Optionele apparatuur(P. 1492) ● U kunt ook instellen dat het invoeren van zeven cijfers vereist is voor de systeembeheerders-ID en de systeembeheerderspincode. Neem voor meer informatie contact op met een erkende Canon-dealer bij u in de buurt. KOPPELINGEN Afdelings-ID-beheerinstellingen configureren(P. 689)
  • Pagina 703 De machine beheren Afdelings-ID-beheerinstellingen configureren 663C-0C1 U kunt gebruikers op basis van afdelings-ID in groepen onderbrengen en beheren. Volg onderstaande procedure om afdelings-ID-beheer te configureren en het mogelijk te maken dat de machine het aantal pagina's voor afdrukken en scannen telt. ●...
  • Pagina 704 ● U kunt eveneens instellen dat het invoeren van zeven cijfers vereist is voor afdelings-ID's en pincodes. Neem voor meer informatie contact op met een erkende Canon-dealer bij u in de buurt. ● De machine stopt met afdrukken als één van de limieten voor kleuren of zwart/wit pagina's is bereikt tijdens het afdrukken van een document dat zowel gedeelten in kleur als in zwart/wit bevat.
  • Pagina 705 De machine beheren Aanmelden met een afdelings-ID en PIN ● Door een gebruiker te registreren met dezelfde naam als een afdelings-ID kunnen aanmeldingsbewerkingen worden uitgevoerd met een geregistreerde afdelings-ID en PIN. Gebruikersgegevens in het lokale apparaat registreren(P. 657) Het aanmeldingsscherm kan worden weergegeven bij het starten van een bewerking, of nadat een functie is geselecteerd.
  • Pagina 706 De machine beheren Afdelings-ID's gebruiken voor het beheer van afdrukken of extern scannen via een computer 663C-0C2 U kunt afdelings-ID-beheer gebruiken voor het beheer van afdruk- en externe scanbewerkingen die via een computer Uw computer gebruiken om te scannen (Extern scannen) (Windows)(P. 536) ) worden uitgevoerd. Gebruik deze functie wanneer u de beveiliging wilt verbeteren of het aantal pagina's dat wordt afgedrukt, wilt controleren.
  • Pagina 707 De machine beheren Persoonlijke mappen configureren 663C-0C3 Een persoonlijke map is een individuele map die kan worden gebruikt door de gebruiker die is aangemeld met persoonlijk verificatiebeheer. Gedeelde mappen en bestandsservers kunnen worden opgegeven en gebruikt als persoonlijke map. Een beheerder met Administrator-bevoegdheden selecteert de methode voor het opgeven van persoonlijke mappen. De aangemelde gebruikers geven persoonlijke mappen op basis van de door de beheerder opgegeven instelling op.
  • Pagina 708 De machine beheren Instellen hoe de locatie van persoonlijke mappen moet worden opgegeven Druk op Druk op <Functie-instellingen> <Verzenden> <Algemene instellingen> <Specificatiemethode persoonlijke map>. ● Deze instelling is hetzelfde als de volgende: De instellingen staan op verschillende locaties, maar ze voeren dezelfde functie uit.
  • Pagina 709 De machine beheren <Protocol> Selecteer het protocol dat u wilt gebruiken voor toegang tot persoonlijke mappen. <Hostnaam> Voer de hostnaam of het IP-adres in van de computer waarop u de startmap wilt aanmaken. <Mappad> Voer het mappad voor de startmap in. Voer, bijvoorbeeld, "gebruikers\openbaar\delen" in voor een startmap die u aanmaakt in een submap met de naam "delen"...
  • Pagina 710 ● U dient de aanmeldingsservice te gebruiken die deze functie ondersteunt. Neem voor meer informatie contact op met uw Canon-dealer. ● Als u gebruikersverificatie gebruikt, configureert u een map in "homeDir", een gebruikersattribuut in de Active Directory, met behulp van de indeling "\\hostnaam\map naar pad".
  • Pagina 711 De machine beheren ACCESS MANAGEMENT SYSTEM gebruiken 663C-0C4 In een omgeving waarin ACCESS MANAGEMENT SYSTEM wordt gebruikt, is het mogelijk om te definiëren welke functies beschikbaar zijn bij elk bevoegdheidsniveau (rol) en om nieuwe rollen aan te maken. Zo hebt u meer controle op gebruikersbeheer, omdat u kunt opgeven welke functies beschikbaar zijn voor elke individuele gebruiker.
  • Pagina 712 De machine beheren Gegevens van gebruikersinstellingen verwijderen 663C-0C5 U kunt onnodige gegevens over gebruikersinstellingen verwijderen. Gegevens over gebruikersinstellingen is een soort tabel met gegevens over waar en welke instellingen voor gebruikers zijn geconfigureerd. Instellingeninformatie wordt automatisch geregistreerd, en sommige gegevens moeten handmatig worden verwijderd omdat ze blijven staan nadat de gebruiker is verwijderd.
  • Pagina 713 De machine beheren De instellingengegevens voor individuele gebruikers verwijderen Klik op [Select User and Delete Setting Information]. Schakel het selectievakje in voor de gebruiker met de instellingengegevens die u wilt verwijderen, en klik op [Delete] [Yes]. De gedeelde instellingengegevens van alle gebruikers verwijderen Klik op [Delete Shared Setting Information of All Users] [Yes].
  • Pagina 714 De machine beheren Netwerkbeveiligingsinstellingen configureren 663C-0C6 Bevoegde gebruikers kunnen worden benadeeld door aanvallen van kwaadwillende personen, bijvoorbeeld door sniffing, spoofing en het manipuleren van gegevens die over een netwerk worden verzonden. Om uw belangrijke en kostbare gegevens te beschermen tegen deze aanvallen, ondersteunt de machine de volgende functies te verbetering van de veiligheid en beveiliging.
  • Pagina 715 De machine beheren Verificatie met IEEE 802.1X Als een apparaat probeert verbinding te maken en begint te communiceren met het 802.1X-netwerk, moeten de gebruikersgegevens worden geverifieerd om er zeker van te zijn dat de verbinding tot stand wordt gebracht door een bevoegde gebruiker. Hiertoe worden verificatiegegevens verzonden naar en gecontroleerd door een zogenaamde RADIUS-server, die op basis van het verificatieresultaat communicatie met het netwerk toestaat of weigert.
  • Pagina 716 De machine beheren Communicatie beperken door firewalls in te stellen 663C-0C7 Door configuratie van pakketfiltering om alleen communicatie met apparaten met een specifiek IP- of MAC-adres toe te staan, kunt u het risico van onbevoegde toegang door buitenstaanders verlagen. Beheerders- of netwerkbeheerdersbevoegdheden zijn nodig om deze instellingen te kunnen configureren.
  • Pagina 717 De machine beheren IP-adressen bij firewall-instellingen opgeven 663C-0C8 U kunt aangeven of communicatie met een apparaat met een specifiek IP-adres moet worden toegestaan of afgewezen. Na configuratie van IP-adressen bij de firewall-instellingen kunt u de resultaten in het logboek met geblokkeerde communicatieverzoeken controleren.
  • Pagina 718 De machine beheren ● Geef de IP-adressen op die u wilt uitzonderen bij de optie <Standaard policy> die bij de vorige stap is geselecteerd. Selecteer een van de onderstaande invoermethoden. <Enkelvoudig adres> Voer een individueel IP-adres in dat u als uitzondering wilt aanmerken. Bij IPv6 drukt u op <Adres> om het invoerscherm weer te geven.
  • Pagina 719 De machine beheren ● Selecteer op het scherm dat bij stap 5 wordt weergegeven, het uitgezonderde adres dat u wilt bewerken, en druk op <Bewerken> om het scherm Bewerken weer te geven. Druk op <OK>. Druk op <Toepassen gew. inst.> <Ja>.
  • Pagina 720 De machine beheren MAC-adressen bij firewall-instellingen opgeven 663C-0C9 U kunt aangeven of communicatie met een apparaat met een specifiek MAC-adres moet worden toegestaan of afgewezen. Druk op Druk op <Voorkeuren> <Netwerk> <Firewall instellingen> <MAC-adresfilter>. Selecteer <Filter uitgaand> of <Filter inkomend>. ●...
  • Pagina 721 De machine beheren Druk op <OK>. Druk op <Toepassen gew. inst.> <Ja>. KOPPELINGEN IP-adressen bij firewall-instellingen opgeven(P. 703)
  • Pagina 722 De machine beheren De firewall van de sublijn configureren 663C-0CA U kunt instellen of u uitsluitend communicatie wilt toestaan met apparaten die het opgegeven IP-adres hebben voor communicatie met de sublijn. ● Alleen IPv4-adressen kunnen worden geregistreerd voor de sublijn. ●...
  • Pagina 723 De machine beheren ● Geef de IP-adressen op die u wilt uitzonderen bij de optie <Standaard policy> die bij de vorige stap is geselecteerd. Selecteer een van de onderstaande invoermethoden. <Enkelvoudig adres> Voer een individueel IP-adres in dat u als uitzondering wilt aanmerken. <Adresbereik>...
  • Pagina 724 De machine beheren Druk op <OK>. Druk op <Toepassen gew. inst.> <Ja>. De geblokkeerde communicatieverzoeken in het logboek controleren ● De laatste 100 communicaties die door de firewall werden geblokkeerd, kunnen worden weergegeven via <Voorkeuren> <Netwerk> <Firewall instellingen> <IP-adresblok log>. De geschiedenis met geblokkeerde communicaties kan in de CSV-indeling worden geëxporteerd vanuit de Remote UI (UI op afstand).
  • Pagina 725 De machine beheren Een proxy instellen 663C-0CC U kunt een proxy instellen om in plaats van de machine te communiceren, en die gebruiken bij verbindingen met apparaten buiten het netwerk, zoals bij het surfen op het internet. De beveiliging is beter bij gebruik van een proxy, omdat de machine niet rechtstreeks bronnen buiten het netwerk opent.
  • Pagina 726 De machine beheren Druk op <Toepassen gew. inst.> <Ja>.
  • Pagina 727 De machine beheren De sleutel en het certificaat voor TLS configureren 663C-0CE U kunt met TLS versleutelde communicatie gebruiken ter preventie van sniffing, adresvervalsing en knoeien met gegevens die worden uitgewisseld tussen de machine en andere apparaten, zoals computers. Bij configuratie van de instellingen voor met TLS versleutelde communicatie moet u een sleutel en certificaat (servercertificaat) opgeven die u wilt gebruiken voor versleuteling.
  • Pagina 728 ➠ De machine herstart en de instellingen worden toegepast. KOPPELINGEN De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761) De apparaatgegevens met andere multifunctionele Canon-printers delen(P. 862) Communicatie via e-mail/I-fax instellen(P. 77) De Geavanceerde ruimte instellen op openbaar(P. 82) MEAP(P. 1414)
  • Pagina 729 De machine beheren Sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie genereren 663C-0CF De machine kan sleutel en certificaat (servercertificaat) genereren die worden gebruikt voor met TLS versleutelde communicatie. Als u met TLS versleutelde communicatie meteen wilt gebruiken, is het handig om de sleutel en het certificaat die al in de machine zijn geïnstalleerd, te gebruiken.
  • Pagina 730 De machine beheren Geef de sleutellengte op als <RSA> is geselecteerd voor , of geef het sleuteltype op als <ECDSA> is geselecteerd. In beide gevallen geldt dat een hogere waarde meer beveiliging biedt, maar de communicatieverwerkingssnelheid verlaagt. Configureer de noodzakelijke instellingen voor het certificaat en druk op <Sleutel aanmaken>.
  • Pagina 731 De machine beheren IPSec-instellingen configureren 663C-0CH Door het gebruik van IPSec kunt u voorkomen dat derden IP-pakketten die via een IP-netwerk worden getransporteerd, onderscheppen of ermee knoeien. Omdat IPSec beveiligingsfuncties aan IP, een basisprotocollenpakket dat voor het internet wordt gebruikt, toevoegt, kan het beveiliging bieden die losstaat van toepassingen of netwerkconfiguraties.
  • Pagina 732 Druk op <Policy-naam>, voer de naam in en druk op <OK>. ● Canon mulitfunctionele printers ondersteunen twee sleutellengten voor de versleutelingsmethode AES: 128 bits en 256 bits. Stel <Alleen 256-bits toestaan voor AES-sleutellengte> in op <Aan> om de sleutellengte te beperken tot 256-bits en om te voldoen aan de CC-verificatiestandaarden.
  • Pagina 733 De machine beheren IPSec wordt toegepast op IP-pakketten die worden verzonden naar en ontvangen <IPv6-adres> van de IPv6-adressen op deze machine. IPSec wordt toegepast op IP-pakketten die worden verzonden naar en ontvangen <Alle IPv4- adressen> van de IPv4-adressen van de communicatie-evenknie. IPSec wordt toegepast op IP-pakketten die worden verzonden naar en ontvangen <Alle IPv6- adressen>...
  • Pagina 734 De machine beheren Configureer de verificatie- en versleutelingsinstellingen. Druk op <IKE-instellingen>. Configureer de noodzakelijke instellingen. <IKE-modus> Selecteer de bewerkingsmodus voor het protocol voor het uitwisselen van sleutels. Als de bewerkingsmodus is ingesteld op <Hoofd>, is de beveiliging verhoogd doordat de IKE-sessie zelf is versleuteld, maar er ligt een zwaardere last op de communicatie vergeleken bij <Agressief>, waar geen versleuteling wordt uitgevoerd.
  • Pagina 735 De machine beheren ● Wanneer <IKE-modus> is ingesteld op <Hoofd> op het scherm <IKE-instellingen> en <Authentificatiemethode> is ingesteld op <Gedeelde sleutelmeth.>, zijn de volgende beperkingen van toepassing bij het registreren van meerdere beveiligingsbeleidsregels. ● Methode met een gedeelde sleutel: als meerdere externe IP-adressen worden opgegeven waarop een beveiligingsbeleid van toepassing moet zijn, zijn alle gedeelde sleutels voor dat beveiligingsbeleid identiek (dit geldt niet als een enkel adres is opgegeven).
  • Pagina 736 De machine beheren ● Selecteer de geregistreerde beleidsregels uit de lijst en druk op <Policy Aan/Uit> om ze op <Aan> in te stellen. ● Beleidsregels worden, bovenaan te beginnen, in de volgorde waarin ze zijn opgesomd, toegepast. Als u de volgorde van prioriteit wilt wijzigen, selecteert u een beleid uit de lijst en drukt u op <Verhoog prioriteit>...
  • Pagina 737 De machine beheren De instellingen voor verificatie met IEEE 802.1X configureren 663C-0CJ In een netwerkomgeving waarin gebruik gemaakt wordt van verificatie met IEEE 802.1X, wordt onbevoegde toegang tot het netwerk geblokkeerd met een LAN-switch (verificator) die alleen toegangsbevoegdheden verleent aan clientapparaten (aanvragers) die zijn gemachtigd door de verificatieserver (RADIUS-server).
  • Pagina 738 De machine beheren Druk op <Voorkeuren> <Netwerk> <IEEE 802.1X instellingen>. Stel <Gebruik IEEE 802.1X> in op <Aan>, configureer de noodzakelijke instellingen en druk op <Volgende>. <Inlognaam> Voer de naam (EAP-identiteit) in van de aangemelde gebruiker voor ontvangst van verificatie met IEEE 802.1X.
  • Pagina 739 De machine beheren ● Druk op <Gebruikersnaam> of <Wachtwoord>, en voer de gegevens in. Als u een naam invoert voor <Gebruikersnaam>, schakelt u <Zelfde gebr.naam als inlognaam> uit. ● Als u bij <Gebruikersnaam> dezelfde aanmeldingsnaam die bij stap 3 is ingevoerd, wilt instellen, drukt u op <Zelfde gebr.naam als inlognaam>.
  • Pagina 740 De machine beheren De functies van de machine beperken 663C-0CK U kunt het gebruik beperken van bepaalde functies die lekken van gegevens kunnen bevorderen, of die misbruikt kunnen worden. Het is ook mogelijk om het gebruik van afzonderlijke functies volledig uit te schakelen. Beperkingen instellen voor de toegang tot het adresboek en verzendfuncties U kunt een pincode voor het adresboek instellen, zodat algemene gebruikers geen wijzigingen kunnen doorvoeren, en u kunt de bestemmingen beperken die kunnen worden opgegeven bij het faxen en scannen.
  • Pagina 741 De machine beheren Beperkingen instellen voor de toegang tot het adresboek en verzendfuncties 663C-0CL U kunt een pincode voor het adresboek instellen om te voorkomen dat gebruikers bestemmingsgegevens bewerken, of de beschikbare verzendbestemmingen beperken om het risico van lekken van gegevens te verlagen. U kunt ook voorkomen dat documenten worden verzonden naar niet-bedoelde ontvangers door gebruikers te verplichten het faxnummer voor verzending ter bevestiging tweemaal in te voeren.
  • Pagina 742 De machine beheren Gebruik van het adresboek beperken 663C-0CR U kunt voorkomen dat gevoelige of persoonlijke gegevens uit het adresboek worden gelekt door een pincode in te stellen of door te voorkomen dat bepaalde bestemmingen in het adresboek worden weergegeven. U kunt ook het adresboek zelf verbergen.
  • Pagina 743 De machine beheren Afgezien van het instellen van een pincode voor het adresboek, kunt u de beveiliging verder verbeteren door de volgende bewerkingen uit te voeren: ● Beperkingen instellen voor het toevoegen van nieuwe bestemmingen Beperkingen instellen voor beschikbare bestemmingen(P. 731) ●...
  • Pagina 744 De machine beheren Het adresboek en snelkiestoetsen voor faxen verbergen <Functie-instellingen> <Verzenden> <Faxinstellingen> <Beperk gebruik adresboek> <Aan> <OK> Het adresboek en snelkiestoetsen voor scannen en verzenden verbergen <Functie-instellingen> <Verzenden> <Algemene instellingen> <Beperk gebruik adresboek> <Aan> <OK> KOPPELINGEN Bestemmingen registreren in het adresboek(P. 219) Bestemmingen via de Remote UI (UI op afstand) registreren(P.
  • Pagina 745 De machine beheren Beperkingen instellen voor beschikbare bestemmingen 663C-0CS U kunt beperkingen instellen voor de bestemmingen die kunnen worden opgegeven. U kunt, bijvoorbeeld, de bestemmingen beperken tot die bestemmingen die zijn geregistreerd in het adresboek of op de LDAP-server. Met persoonlijke- verificatiebeheer kunt u de verzendbestemming beperken naar het eigen e- mailadres van de gebruiker of naar een map die van tevoren is opgegeven.
  • Pagina 746 De machine beheren Druk op <Aan> <OK>. E-mailbestemmingen naar <Verzenden naar mijzelf> beperken U kunt beperkingen instellen, zodat gebruikers die zich aanmelden met persoonlijke verificatie, alleen gescande documenten naar hun eigen e-mailadres kunnen verzenden. Om deze functie te gebruiken, moet een e-mailadres zijn geregistreerd in de gebruikersgegevens.
  • Pagina 747 De machine beheren De verzendfuncties voor faxen beperken 663C-0CU U kunt verschillende beperkingen instellen voor het verzenden van faxen, waardoor verzendfouten en lekken van gegevens aan derden kan worden voorkomen. Beheerdersbevoegdheden zijn nodig om deze instellingen te kunnen configureren. Faxnummers voor verzending bevestigen(P. 733) Faxen vanaf een computer beperken(P.
  • Pagina 748 De machine beheren <Functie-instellingen> <Verzenden> <Faxinstellingen> <Controleer vr verzending wnnr faxbest. is opgegeven> <Aan> Selecteer <Alleen voor groepsverz.> of <Alle> <OK> <Toepassen gew. inst.> <Ja> ● <Alleen voor groepsverz.> en <Alle> kunnen niet worden geselecteerd als groepsverzending is beperkt ( Groepsverzending beperken(P.
  • Pagina 749 De machine beheren Afdrukken vanaf een computer beperken 663C-0CW U kunt afdrukken vanaf een computer ( Afdrukken vanaf een computer(P. 446) ) beperken, zodat alleen specifieke documenttypen kunnen worden afgedrukt. U kunt de machine ook zo configureren dat documenten niet worden afgedrukt tenzij de gebruiker op de machine bevoegd is ( Documenten in de machine afdrukken (Afdrukken met geforceerd in de wachtrij zetten)(P.
  • Pagina 750 De machine beheren ● U kunt gedetailleerde voorwaarden voor het in de wachtrij zetten van afdrukopdrachten instellen, zoals de gebruiker of het IP-adres. Als er geen condities zijn ingesteld, worden alle afdrukopdrachten in de wachtrij gezet, behalve opdrachten van niet-geïdentificeerde gebruikers. Als er geen condities zijn ingesteld en als er een afdrukopdracht van een niet-geïdentificeerde gebruiker wordt ontvangen, wordt deze geannuleerd en niet in de wachtrij gezet.
  • Pagina 751 De machine beheren De gedetailleerde instellingen voor afdrukken met geforceerd in de wachtrij zetten configureren ● U kunt gedetailleerde instellingen configureren voor documenten die in de wachtrij voor afdrukken zijn gezet, zoals hoelang ze moeten worden opgeslagen en hoe ze moeten worden weergegeven. <Afdrukken>(P.
  • Pagina 752 De machine beheren Het gebruik van geheugenmedia beperken 663C-0CX Hoewel geheugenmedia, zoals USB-geheugenapparaten, gemakkelijk zijn, kun ze ook een bron zijn van lekken van gegevens als ze niet goed worden beheerd. In dit gedeelte worden de procedures beschreven voor het verbieden van het gebruik van geheugenmedia, evenals het beperken van de mogelijkheid om gescande documenten op geheugenmedia op te slaan of gegevens die op geheugenmedia zijn opgeslagen, af te drukken.
  • Pagina 753 De machine beheren De beveiliging van documenten verhogen 663C-0CY De machine is voorzien van beveiligingsfuncties die zijn ontworpen om te voorkomen dat papieren en elektronische documenten worden gelekt of dat ermee wordt geknoeid. Wijs een beheerder aan die maatregelen moet nemen om het risico van onbevoegd kopiëren te beperken, dat kan leiden tot lekken van gevoelige documenten en gegevens, of het vervalsen van officiële documenten.
  • Pagina 754 De machine beheren Digitale handtekeningen U kunt de betrouwbaarheid van documenten die zijn gemaakt op de machine, verhogen door digitale handtekeningen aan gescande documenten toe te voegen. De digitale handtekening wordt toegevoegd met een sleutel en certificaat, zodat u het apparaat en/of de gebruiker kunt identificeren die het document heeft gemaakt in de wetenschap dat de gegevens niet zijn gewijzigd.
  • Pagina 755 De machine beheren Gebruikersgegevens op documenten afdrukken 663C-0E0 U kunt de machine zo configureren dat gebruikersgegevens, zoals de naam van de aangemelde gebruiker, zonder meer op afgedrukte of gekopieerde documenten wordt afgedrukt. Met deze functie kunt u erachter komen wie een document heeft uitgevoerd door simpelweg de afgedrukte gegevens te controleren.
  • Pagina 756 De machine beheren KOPPELINGEN Afdrukinstellingen met geforceerd in de wachtrij zetten configureren(P. 735)
  • Pagina 757 De machine beheren Onzichtbare tekst insluiten (Geforceerd beveiligd watermerk) 663C-0E1 Wanneer de functie Geforceerd beveiligd watermerk is ingeschakeld, sluit de machine zonder meer onzichtbare tekst, zoals "VERTROUWELIJK" of "TOPGEHEIM", in op de achtergrond van afgedrukte of gekopieerde documenten. De ingesloten tekst wordt zichtbaar wanneer de documenten worden gekopieerd, zodat gebruikers erop attent worden gemaakt dat ze onbevoegd dupliceren of dat ze het risico lopen dat gegevens worden gelekt.
  • Pagina 758 De machine beheren <Watermerk> Selecteer uit de vervolgkeuzelijst <Type watermerk> de tekst die u wilt insluiten. Als u uw eigen tekst wilt insluiten, selecteert u <Gebr.>, drukt u op <Invoeren> en voert u de gewenste tekst in. <Datum> Sluit de datum in waarop de afdruk of kopie is gemaakt. Selecteer uit de vervolgkeuzelijst <Datumformaat>...
  • Pagina 759 De machine beheren KOPPELINGEN De tekst "TOPGEHEIM" insluiten (Beveiligd watermerk)(P. 335) <Algemeen>(P. 1054) <Afdrukinstellingen> <Beveiligd watermerk/Doc. scanvergr.>...
  • Pagina 760 ● Canon is niet verantwoordelijk voor schade als gevolg van het gebruik van de Document scanvergrendeling modus of het niet kunnen gebruiken van de Document scanvergrendeling modus.
  • Pagina 761 QR-Code U kunt in de QR-code scanvergrendelingsgegevens insluiten die rechtstreeks in het document worden afgedrukt. Er kunnen beperkingen aan kopiëren worden gelegd bij apparaten van Canon en andere bedrijven als die de functie Scanvergrendeling document met QR-code ondersteunen. QR-codes voor kopieerbeperkingen gebruiken(P.
  • Pagina 762 De machine beheren KOPPELINGEN Kopiëren beperken met behulp van een TL-code(P. 339) Kopiëren beperken met behulp van een QR-code(P. 341)
  • Pagina 763 De machine beheren TL-codes voor kopieerbeperkingen gebruiken 663C-0E3 U kunt de machine zo configureren dat de TL-code zonder meer op gekopieerde of afgedrukte documenten wordt afgedrukt om te voorkomen dat ze worden gekopieerd. Geef aan of de TL-code op gekopieerde of afgedrukte documenten moet worden afgedrukt, en geef de gegevens op die moeten worden ingesloten.
  • Pagina 764 De machine beheren <Gebruikerstekens> Naast het insluiten van gegevens, zoals afdelings-ID/gebruikersnaam, datum/tijd en apparaatnaam, kunt u ook uw eigen tekst toevoegen. <Wachtwoord voor analyse ingesloten info.> Om een wachtwoord verplicht te stellen bij gebruik van het gegevensanalyseprogramma voor controlegegevens, drukt u op <Instellen> en geeft u het wachtwoord op. De standaardinstelling voor dit wachtwoord is "7654321".
  • Pagina 765 De machine beheren QR-codes voor kopieerbeperkingen gebruiken 663C-0E4 U kunt de machine zo configureren dat de QR-code zonder meer op gekopieerde of afgedrukte documenten wordt afgedrukt om te voorkomen dat ze worden gekopieerd. Met de QR-code worden controlegegevens, zoals wie, wanneer, welke machine gebruikt heeft om het document uit te voeren, altijd vastgelegd.
  • Pagina 766 De machine beheren ● U kunt ook de plaats van de afgedrukte QR-code opgeven. Druk op <Functie-instellingen> <Algemeen> <Afdrukinstellingen> <Beveiligd watermerk/Doc. scanvergrendeling> <Afdrukpositie QR-code> en geef aan waar de QR-code moet worden afgedrukt. ● U kunt ook instellingen configureren, zodat kopieën alleen worden gemaakt wanneer op het originele document een QR-code is afgedrukt.
  • Pagina 767 De machine beheren Een digitale handtekening toevoegen aan verzonden bestanden 663C-0E5 Door een digitale handtekening toe te voegen aan een gescand document dat in een bepaalde bestandsindeling is verzonden, kunt u certificeren dat het document niet is gewijzigd en dat de maker ervan daarvoor garant staat. De machine kan een apparaathandtekening of gebruikershandtekening toevoegen aan documenten.
  • Pagina 768 De machine beheren Een digitale handtekening weergeven (zichtbare handtekening) Gegevens over digitale handtekeningen kunnen worden weergegeven op de eerste pagina van het document, zodat de lezer gemakkelijk kan zien dat een digitale handtekening is toegevoegd. Alleen PDF-documenten ondersteunen zichtbare handtekeningen. Een digitale handtekening toevoegen(P.
  • Pagina 769 De machine beheren Een apparaathandtekeningcertificaat genereren 663C-0E6 De sleutel en het certificaat (apparaatcertificaat) die nodig zijn voor het toevoegen van een apparaathandtekening, kunnen op de machine worden gegenereerd. Wijs een beheerder aan die deze items moet genereren. Zodra ze zijn gegenereerd, kunt u een digitale handtekening toevoegen aan gescande documenten die worden verzonden in een bepaalde bestandsindeling.
  • Pagina 770 De machine beheren Sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie genereren(P. 715) Een sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie registreren(P. 779) Een gebruikershandtekeningcertificaat registreren(P. 757)
  • Pagina 771 De machine beheren Een gebruikershandtekeningcertificaat registreren 663C-0E7 De sleutel en het certificaat (gebruikerscertificaat) die nodig zijn voor het toevoegen van een gebruikershandtekening, kunnen via de Remote UI (UI op afstand) worden geregistreerd. Wijs een beheerder aan die deze items moet registreren. Zodra ze zijn geregistreerd, kunnen gebruikers die zich aanmelden met persoonlijke verificatie, een digitale handtekening toevoegen aan gescande documenten die worden verzonden in een bepaalde bestandsindeling.
  • Pagina 772 De machine beheren Klik op [Browse...] en geef het bestand (gebruikerscertificaat) op dat u wilt installeren. ● Misschien kunt u de bestandsnaam niet opgeven als het te lang is. Voer het wachtwoord van de privésleutel in. ● Voer bij [Private Key Password] het wachtwoord dat voor de sleutel is geregistreerd, in. Klik op [Start Installation].
  • Pagina 773 De machine beheren De machine vanaf een computer beheren (Remote UI (UI op afstand)) 663C-0E8 U kunt de machine op afstand bedienen vanaf de webbrowser op uw computer om bewerkingen uit te voeren, zoals het controleren van de afdrukstatus, het wijzigen van de machine-instellingen of het bewerken van het adresboek. Met deze handige functie kunt u achter uw bureau blijven zitten en gelijktijdig de machine bedienen.
  • Pagina 774 De machine beheren Een sleutel- en certificaatondertekeningsverzoek (CSR) genereren(P. 784) Een certificaat van een SCEP-server ophalen/ bijwerken(P. 787) Opgeslagen bestanden beheren(P. 793) Beheren van de logboeken(P. 799) De gegevens van instellingen importeren/ exporteren(P. 804) Reservekopie maken/herstellen van gegevens(P. 824) Firmware bijwerken(P. 829) Bijwerken van firmware (Distributie)(P.
  • Pagina 775 De machine beheren De Remote UI (UI op afstand) starten 663C-0E9 Om de Remote UI (UI op afstand) te starten, voert u het IP-adres van de machine in uw webbrowser in. Controleer eerst het IP-adres dat voor de machine is geconfigureerd, voordat u deze bewerking uitvoert. Een IP-adres instellen(P.
  • Pagina 776 De machine beheren ● Voer een geregistreerde gebruikersnaam en wachtwoord in bij [User Name] en [Password], selecteer de aanmeldingsbestemming bij [Login Destination:] en klik op [Log In]. ● Als [Log In (Guest)] wordt weergegeven, kunnen niet-geregistreerde gebruikers op deze knop klikken en zich aanmelden als algemene gebruikers.
  • Pagina 777 De machine beheren Apparaatgegevens De huidige machinestatus wordt weergegeven, samen met gegevens over fouten, verbruiksmaterialen, enz. Weergavetaal U kunt de taal wijzigen die wordt weergegeven op het scherm van de Remote UI (UI op afstand). [Log Out] Meld u af bij de Remote UI (UI op afstand) en ga terug naar de aanmeldingspagina. [E-Mail to System Manager] Stel een e-mailbericht voor de beheerder op.
  • Pagina 778 De machine beheren ● U kunt het bedieningspaneel of de Remote UI (UI op afstand) gebruiken om de meeste machine- instellingen te wijzigen, maar sommige instellingen kunnen alleen met een van beide worden gewijzigd. [Basic Tools] U kunt bewerkingen uitvoeren, zoals het afdrukken van documenten of het opslaan/bewerken van bestemmingen.
  • Pagina 779 De machine beheren De status en logboeken controleren 663C-0EA U kunt de Remote UI (UI op afstand) gebruiken om de status te controleren van documenten in de wachtrij te controleren, evenals van logboeken voor documenten die al zijn verwerkt. U kunt u ook de status van de machine controleren, zoals foutgegevens en de resterende hoeveelheid verbruiksmaterialen.
  • Pagina 780 De machine beheren Functieselectie Selecteer de functie die u wilt controleren, en klik op [Display]. Bedieningsknoppen ● [Cancel]: Kopiëren of afdrukken is geannuleerd. Het geannuleerde document is verwijderd en kan niet worden hersteld. ● [Print Next]: Het document wordt meteen nadat het huidige document is voltooid, uitgevoerd. ●...
  • Pagina 781 De machine beheren Documentpictogram Klik op het pictogram om de gedetailleerde gegevens over het document weer te geven. De status van opgeslagen documenten controleren U kunt de status controleren van documenten die in de wachtrij voor opslaan staan. U kunt het proces voor het opslaan van documenten ook annuleren.
  • Pagina 782 De machine beheren [Store in CSV Format...] De logboekgegevens kunnen op de computer worden geëxporteerd en opgeslagen als een CSV-bestand (*.csv). Functieselectie Selecteer de functie die u wilt controleren, en klik op [Display]. De weergegeven functies kunnen variëren afhankelijk van het model van uw machine en de optionele apparatuur. Controleren van de machinestatus U kunt een scala aan gegevens over de machine controleren, zoals foutgegevens, de hoeveelheid resterende papier en toner, gegevens over aangesloten optionele apparatuur en het totale aantal pagina's dat tot nu toe is afgedrukt.
  • Pagina 783 De machine beheren KOPPELINGEN De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761)
  • Pagina 784 De machine beheren Uitzetten/Herstarten van de machine 663C-0EC U kunt de Remote UI (UI op afstand) gebruiken om de machine af te sluiten of opnieuw te starten. ● Wanneer de machine wordt uitgeschakeld of opnieuw gestart, worden documenten die werden afgedrukt of verzonden, geannuleerd.
  • Pagina 785 De machine beheren Bestemmingen via de Remote UI (UI op afstand) registreren 663C-0EE U kunt de Remote UI (UI op afstand) gebruiken om bestemmingen in het adresboek te registreren. U kunt ook de geregistreerde details controleren en het adresboek bewerken. ●...
  • Pagina 786 De machine beheren Selecteer het type bestemming en klik op [Set]. Registreer de benodigde gegevens en klik op [OK]. ● De weergegeven items verschillen afhankelijk van het type bestemming. Voor meer informatie over gegevens die moeten worden geregistreerd, raadpleegt u Bestemmingen registreren in het adresboek(P.
  • Pagina 787 De machine beheren U kunt instellen dat ook de naam van het gebruikersgroepsadresboek moet worden gewijzigd wanneer een gebruikersgroepsnaam wordt gewijzigd. Meld u aan bij de Remote UI (UI op afstand) als een gebruiker met beheerdersbevoegdheden, druk op [Settings/Registration] [Set Destination] [Personal Address List/User Group Address List Settings] en schakel het selectievakje voor [Apply User Group Name Change to User Group Address List Name] in.
  • Pagina 788 De machine beheren Selecteer het type bestemming en klik op [Set]. Registreer de benodigde gegevens en klik op [OK]. ● Voor meer informatie over gegevens die moeten worden geregistreerd, raadpleegt u bestemming onder een snelkiestoets opslaan(P. 235) . KOPPELINGEN Bestemmingen opslaan(P. 213) Gebruik van het adresboek beperken(P.
  • Pagina 789 De machine beheren Een adreslijst delen met specifieke gebruikers 663C-0EF U kunt een adreslijst van een gebruikersgroep gebruiken om een adreslijst te delen tussen specifieke gebruikers. Dit is handig bij het gebruiken van een gedeelde adreslijst binnen dezelfde afdeling. Procedure voor het delen van adressen Volg de onderstaande procedure.
  • Pagina 790 De machine beheren ● Als u nieuwe gebruikers wilt toevoegen aan een bestaande groep, stelt u de bestemmingsgroep in bij het registreren van de gebruikers in stap 1.
  • Pagina 791 De machine beheren Gebruikersgroepen registeren 663C-0EH Registreer gebruikersgroepen. Gebruikersgroepadreslijsten kunnen worden gedeeld tussen geregistreerde gebruikersgroepen. Start de Remote UI (UI op afstand). De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761) Klik op [Settings/Registration] op de portaalpagina. Remote UI (UI op afstand)- scherm(P.
  • Pagina 792 De machine beheren ● Voer voor [Attribute Name:] de "Attribuutnaam" (zoals de bedrijfsnaam, afdeling of functie) in die wordt beheerd door de bestemming van de serververificatie (Active Directory, LDAP-server, enzovoort). Voer bijvoorbeeld "bedrijf" of "afdeling" in. ● Voer voor [Attributes:] de waarden in die u als een groep wilt extraheren van de waarden die worden weergegeven voor "Attribuutnaam"...
  • Pagina 793 De machine beheren Een sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie registreren 663C-0EJ U kunt de Remote UI (UI op afstand) gebruiken om sleutels/certificaten, CA-certificaten en S/MIME-certificaten op de machine vanaf uw computer te registreren. U kunt die ook gebruiken om een certificaatintrekkingslijst (CRL) te registreren, waarmee de geldigheid van certificaten die zijn ontvangen van communicatie-evenknieën, wordt geverifieerd.
  • Pagina 794 De machine beheren Klik op [Install...]. Installeer de sleutel en het certificaat. ● Klik op [Browse...], geef de bestanden (sleutel en certificaat) op die u wilt installeren, en klik op [Start Installation]. Registreer de sleutel en het certificaat. Selecteer de sleutel en het certificaat die u wilt registreren, en klik op [Register]. Voer de toetsnaam en het wachtwoord in, en klik op [OK].
  • Pagina 795 De machine beheren Een CA-certificaat registreren CA-certificaten met een X.509 DER-indeling zijn al op de machine geïnstalleerd. U kunt een nieuw CA-certificaat registreren als die nodig is voor een bepaalde functie. Voor meer informatie over de CA-certificaten die op de machine kunnen worden geregistreerd, raadpleegt u Systeemspecificaties(P.
  • Pagina 796 De machine beheren ● Klik op om de gedetailleerde gegevens over het CA-certificaat weer te geven. U kunt ook op [Verify Certificate] op dit scherm klikken om te controleren of het CA-certificaat geldig is. ● Om een CA-certificaat te verwijderen, selecteert u die u wilt verwijderen, en klikt u op [Delete] [OK].
  • Pagina 797 De machine beheren ● Om een S/MIME-certificaat te verwijderen, selecteert u die u wilt verwijderen, en klikt u op [Delete] [OK]. Een certificaatintrekkingslijst (CRL) registreren U kunt de Remote UI (UI op afstand) gebruiken om een certificaatintrekkingslijst (CRL) te registreren. Voor informatie over de CRL's die op de machine kunnen worden geregistreerd, raadpleegt u Systeemspecificaties(P.
  • Pagina 798 De machine beheren Een sleutel- en certificaatondertekeningsverzoek (CSR) genereren 663C-0EK Certificaten die op deze machine worden gegenereerd, hebben geen CA-handtekening, waardoor communicatiefouten met sommige communicatie-evenknieën kunnen optreden. Om een certificaat met een CA- handtekening aan te vragen, zijn gegevens voor een certificaatondertekeningsverzoek (CSR) nodig. Een gebruiker die zich aanmeldt met beheerdersbevoegdheden, kan een CSR genereren.
  • Pagina 799 De machine beheren [Key Name] Voer een naam voor de sleutel in. Gebruik een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in een lijst. [Signature Algorithm] Selecteer het hash-algoritme dat u voor de handtekening wilt gebruiken. [Key Algorithm] Selecteer het sleutelalgoritme en geef de sleutellengte op als [RSA] is geselecteerd, of geef het sleuteltype op als [ECDSA] is geselecteerd.
  • Pagina 800 De machine beheren Klik op [Register Certificate...]. Registreer het certificaat. ● Klik op [Browse...], geef het bestand (certificaat) op dat u wilt registreren, en klik op [Register].
  • Pagina 801 De machine beheren Een certificaat van een SCEP-server ophalen/bijwerken 663C-0EL Een verzoek tot uitgifte van het certificaat dat nodig is voor sleutels die met de machine worden gegenereerd, kan worden verzonden naar een SCEP-server (Simple Certificate Enrollment Protocol) die certificaten beheert. Certificaten die vanaf de SCEP-server worden uitgegeven, worden automatisch op de machine geregistreerd.
  • Pagina 802 De machine beheren Klik op [Update]. ● De instellingen kunnen niet worden bijgewerkt als [Enable Timer for Certificate Issuance Auto Request] is geselecteerd. Verzoeken om uitgifte van een certificaat op een opgegeven tijd(P. 789) ● Voor meer informatie over de ondersteunde versies van SCEP raadpleegt u Beheerfuncties(P.
  • Pagina 803 De machine beheren [Key Length (bit):] Selecteer de sleutellengte. [Organization:] Voer de naam van de organisatie in. [Common Name:] Voer het IP-adres of FQDN in. ● Bij afdrukken met IPPS in een Windows-omgeving moet u het IP-adres van de machine invoeren. ●...
  • Pagina 804 De machine beheren Klik op [Settings for Certificate Issuance Auto Request]. Stel de items in die nodig zijn om een verzoek tot uitgifte van een certificaat te verzenden. [Enable Timer for Certificate Issuance Auto Request] Selecteer deze optie om automatisch een verzoek tot uitgifte van een certificaat op een specifiek tijdstip te verzenden, en geef de begindatum/-tijd op in [Request Start Date/Time:].
  • Pagina 805 De machine beheren Wanneer een automatisch verzoek tot uitgifte van een certificaat is verzonden, wordt de volgende datum/ tijd van verzending van een verzoek weergegeven in [Next Request Date/Time:]. [Automatically Restart Device After Acquiring Certificate] Selecteer deze optie om de machine opnieuw op te starten nadat het certificaat is opgehaald. ●...
  • Pagina 806 De machine beheren [Details] Oorzaak Communication Error (SCEP ERROR Fail Info 1) Integriteitscontrole (dat wil zeggen handtekeningverificatie van het CMS-bericht) is mislukt. Communication Error (SCEP ERROR Fail Info 2) Transactie niet toegestaan of ondersteund. Communication Error (SCEP ERROR Fail Info 3) Het attribuut signingTime van de CMS authenticatedAttributes is niet dicht genoeg bij de systeemtijd.
  • Pagina 807 De machine beheren Opgeslagen bestanden beheren 663C-0ER U kunt de Remote UI (UI op afstand) gebruiken om bestanden die zijn opgeslagen in het postvak, of faxen en I-faxen die tijdelijk zijn opgeslagen in het fax-/I-faxpostvak, af te drukken, te verzenden of te verwijderen. Bestanden die in een postvak zijn opgeslagen, beheren(P.
  • Pagina 808 De machine beheren ● U kunt op het pictogram [Type] of de bestandsnaam klikken om de details van het bestand weer te geven. ● U kunt op [Print List] klikken om een lijst met de bestanden in het postvak af te drukken. Een bestand afdrukken Schakel het selectievakje in voor het bestand dat u wilt afdrukken, en klik op [Print...].
  • Pagina 809 De machine beheren Klik op [Insert]. Een bestand in een ander postvak dupliceren Schakel het selectievakje in voor het bestand dat u wilt dupliceren, en klik op [Duplicate...]. Selecteer het nummer van het postvak van bestemming bij [Target Box] en klik op [Start]. Een bestandsnaam wijzigen Klik op het pictogram [Type] of de bestandsnaam.
  • Pagina 810 De machine beheren Selecteer [Memory RX Inbox] en klik op [Memory RX Inbox]. ● Als de pagina voor het invoeren van een pincode wordt weergegeven, voert u de pincode in en klikt u op [OK]. Selecteer het document en voer de gewenste bewerking uit. ●...
  • Pagina 811 De machine beheren Verwijderen van een bestand Schakel het selectievakje in voor het bestand dat u wilt verwijderen. Klik op [Delete] [OK]. I-faxen die bij ontvangst zijn verdeeld, controleren ● Klik op [Divided Data RX Inbox] op het scherm dat bij stap 3 wordt weergegeven, om een lijst met I-faxen die bij ontvangst zijn verdeeld, weer te geven.
  • Pagina 812 De machine beheren Een document afdrukken Schakel het selectievakje in voor een document dat u wilt afdrukken, en klik op [Print...]. ● U kunt meerdere documenten selecteren. Klik op [Start Printing]. ● Als u het selectievakje voor [Delete File After Printing] inschakelt, worden documenten automatisch verwijderd nadat ze zijn afgedrukt.
  • Pagina 813 De machine beheren Beheren van de logboeken 663C-0ES U kunt de logboeken gebruiken om na te gaan of te analyseren hoe de machine wordt gebruikt. Een scala aan gegevens over elke bewerking wordt vastgelegd in de logboeken, zoals bewerkingsdatum/-tijd, gebruikersnaam, bewerkingstype, functietype en bewerkingsresultaat.
  • Pagina 814 De machine beheren ● Bij het genereren van een Geavanceerde ruimte-bewerkingslogboek, klikt u op [Function Settings] [Store/ Access Files] [Advanced Space Settings] [Set Details] schakelt u het selectievakje voor [Save Operation Log] in klikt u op [OK] [Apply Setting Changes]. ●...
  • Pagina 815 De machine beheren U kunt de tijd opgeven waarop het exporteren moet worden uitgevoerd. Klik op [Check Connection], controleer of u verbinding kunt maken en klik vervolgens op [Update]. ● Auditlogboeken worden nu automatisch geëxporteerd. De bestandsextensie is "CSV". ● Na afloop van het automatisch exporteren van de auditlogboeken worden de verzamelde auditlogboeken automatisch verwijderd.
  • Pagina 816 De machine beheren ● Als u wilt dat alle logboeken nadat ze zijn geëxporteerd, automatisch worden verwijderd, schakelt u eerst het selectievakje voor [Delete logs from device after export] in voordat u op [Export] klikt. Als u vervolgens op [Cancel] klikt, wordt exporteren geannuleerd en worden de logboeken verwijderd, zelfs als het exporteren als bestanden nog niet is voltooid.
  • Pagina 817 De machine beheren [Syslog Server Address:] Geef het adres op van de Syslog-server waarmee u verbinding wilt maken. Voer de benodigde gegevens in, zoals een IP-adres en hostnaam, afhankelijk van uw omgeving. [Syslog Server Port Number:] Voer het poortnummer in dat door de Syslog-server voor Syslog-communicatie wordt gebruikt. Als u dit leeg laat, wordt gebruikgemaakt van het poortnummer dat is gedefinieerd in RFC (UDP: 514, TCP: 1468, TCP (TLS): 6514).
  • Pagina 818 Gegevens die zijn geëxporteerd uit de machine, kunnen worden geïmporteerd in andere multifunctionele Canon-printers, waardoor het gemakkelijker is om de instellingen op een nieuwe machine te configureren, zoals bij de aankoop van een vervangende machine. Voor meer informatie over de instellingen die kunnen worden geïmporteerd, raadpleegt u...
  • Pagina 819 Bewerk geen geëxporteerde bestanden. ● Open en bewerk nooit geëxporteerde XML bestanden, want dit kan storingen bij de machine veroorzaken. Bij importeren in een andere multifunctionele Canon-printer dan deze machine ● Sommige instellingen worden misschien niet geïmporteerd. Tabel Instellingen/Registratie(P. 887)
  • Pagina 820 (inclusief het adresboek) beperkt. Voor informatie over synchronisatie van aangepaste instellingen raadpleegt u Instellingen synchroniseren voor meerdere multifunctionele Canon-printers(P. 844) . Voor informatie over de gegevens die met de aangepaste instellingen worden gesynchroniseerd, raadpleegt u Lijst met items die kunnen worden gepersonaliseerd(P.
  • Pagina 821 De machine beheren Alleen mogelijk als aan beide condities Alleen mogelijk als aan conditie Personal Setting Information (alles) is voldaan is voldaan Alleen mogelijk als aan beide condities Alleen mogelijk als aan conditie User Group Address List (alles) is voldaan is voldaan Niet mogelijk (er is geen functie voor het Alleen mogelijk als aan conditie...
  • Pagina 822 U kunt alle instellingengegevens uit de machine exporteren en opslaan in een computer, en vervolgens weer importeren bij het configureren van de instellingen op een nieuwe machine, zoals bij de aankoop van een vervangende machine. Als u dezelfde instellingen op twee of meer multifunctionele Canon-printers wilt configureren, kunt u simpelweg alle instellingen uit de ene machine exporteren en ze allemaal importeren in alle andere, zodat u niet elke machine afzonderlijk hoeft te configureren.
  • Pagina 823 De machine beheren ● Het kan even duren voordat het scherm is aangepast. Klik niet meer dan een keer op [Start Exporting]. Klik op [Check Status]. ● Als de melding [Cannot be used when exporting.] wordt weergegeven, gebruik de Remote UI (UI op afstand) dan niet om bewerkingen uit te voeren.
  • Pagina 824 De machine beheren Controleer de gegevens van de systeembeheerder ● Bij het importeren van instellingen voor afdelings-ID-beheer in een andere multifunctionele printer waarop afdelings-ID-beheer is ingeschakeld, worden de gegevens van de systeembeheerder overschreven, waardoor u zich misschien niet meer kunt aanmelden met de vorige systeembeheerders-ID en pincode. Controleer voordat u deze bewerking uitvoert, eerst de gegevens van de systeembeheerder die zijn opgeslagen op de exporterende machine.
  • Pagina 825 De machine beheren Klik op [OK] [Check Status]. ● De machine moet opnieuw worden gestart, afhankelijk van de geïmporteerde instellingen. Klik op [Perform Restart]. ● Als u het selectievakje voor [Create Import/Export Result Report] inschakelt bij de vorige stap, klikt u op [Settings/Registration] [Data Management] [Import/Export Results]...
  • Pagina 826 De machine beheren De instellingen afzonderlijk importeren/exporteren 663C-0EX U kunt specifieke instellingen selecteren om te importeren of te exporteren, zoals adressenlijsten in het adresboek of printerinstellingen. Beheerdersbevoegdheden zijn nodig om deze bewerkingen uit te voeren. De instellingen afzonderlijk exporteren(P. 812) Instellingen afzonderlijk importeren(P.
  • Pagina 827 U kunt het beveiligingsniveau instellen als [Custom Format] is geselecteerd bij [File Format]. Wanneer [Level 1] is geselecteerd, kunt u importeren in alle multifunctionele Canon-printers. Wanneer [Level 2] is geselecteerd, wordt het wachtwoord voor de adressenlijstgegevens versleuteld met een veiligere methode dan [Level 1].
  • Pagina 828 Geef de instelling [Security Level] op. ● Wanneer [Level 1] is geselecteerd, kunt u importeren in alle multifunctionele Canon-printers. Wanneer [Level 2] is geselecteerd, wordt het wachtwoord voor de geëxporteerde gegevens versleuteld met een veiligere methode dan [Level 1]. De gegevens kunnen echter alleen worden geïmporteerd in een beperkt aantal multifunctionele Canon-printers.
  • Pagina 829 De machine beheren Klik op [Settings/Registration] op de portaalpagina. Remote UI (UI op afstand)- scherm(P. 762) Klik op [Data Management] en selecteer de instellingen die u wilt importeren. Bij het importeren van adreslijsten Klik op [Address Lists] in [Import/Export Individually]. Klik op [Import...].
  • Pagina 830 [File Format] Selecteer de bestandsindeling van de gegevens die u wilt importeren. Selecteer [Custom Format] voor bestanden in de speciale indeling voor multifunctionele Canon-printers (*.abk), selecteer [LDAP Format] voor bestanden met LDAP-indeling (*.ldif) of selecteer [CSV Format] voor bestanden met CSV-indeling (*.csv).
  • Pagina 831 De machine beheren Selecteer de bestandsindeling van de instellingengegevens die u wilt importeren. Merk op dat de bestandsindeling varieert afhankelijk van het model van de multifunctionele printer waarmee de gegevens zijn geëxporteerd. Controleer het bestand dat moet worden geïmporteerd. [File Path] Klik op [Browse...] en geef het bestand op dat u wilt importeren.
  • Pagina 832 De machine beheren [Category] Selecteer de instellingengegevens van het papier. [File Path] Klik op [Browse...] en geef het bestand op dat u wilt importeren. Klik op [Start Importing] [OK]. ● De machine moet worden herstart afhankelijk van de instellingen die u wilt importeren. Herstarten van de machine(P.
  • Pagina 833 In dit gedeelte wordt elke kolom van het adresboek beschreven. Raadpleeg dit gedeelte bij het bewerken van CSV- bestanden. Header Naam van header Vereist Opmerkingen # Canon AddressBook CSV version: Vaste waarde 0x0002 # CharSet:UTF-8 Vaste waarde Geeft aan dat de bestemmingsnaam wordt behandeld als een snelkiestoets.
  • Pagina 834 De machine beheren ● Voor groep: groupfids Voer dit in in UTF-8-tekencode. Naam bestemming Anders wordt de bestemmingsnaam leeg gelaten. Weergegeven als "phonetic" als de cnread Fonetisch alfabet weergavetaal wordt ingesteld op "Japans". Voer dit in in UTF-8-tekencode. cnshort Naam snelkiestoets Anders wordt de naam van de snelkiestoets leeg gelaten.
  • Pagina 835 De machine beheren Wachtwoord dat wordt Dit attribuut is vereist voor gebruikt bij het aanmelden bij verzendbestemmingen voor bestanden die gebruikmaken van bestandsserverbestemming verificatie. Een lid van een (Vereist voor Dit attribuut is vereist voor member groepsbestemming bepaalde groepsbestemmingen. bestemmingstypen) Dit attribuut is vereist als de importbestemming een adresboek met snelkiestoetsen is.
  • Pagina 836 De machine beheren Dit is de gekozen communicatiemodus voor IP-faxen. Dit attribuut is vereist als u IP-faxen gebruikt en u verzendt naar een (Vereist voor faxbestemming. uricommode IP-faxcommunicatiemodus bepaalde Voer een van de volgende opties in. bestemmingstypen) ● Voor G3: ip_g3 ●...
  • Pagina 837 De machine beheren Toegestane kleurruimte bij het clpixeltype verzenden van een I-fax in Vastgelegd als "rgb". kleur Toegestane aantal bits bij het clbitsperpixel verzenden van een I-fax in Vastgelegd als "8". kleur Toegestane resolutie bij het clresolution verzenden van een I-fax in kleur accesscode Toegangscode...
  • Pagina 838 Zo kunt u storingen in de machine voorkomen. ● Als er een probleem met de harde schijf optreedt, kunnen gegevens verloren gaan. Maak regelmatig een back-up van, of exporteer belangrijke gegevens. Canon is niet verantwoordelijk voor schade als gevolg van gegevensverlies. Een externe harde schijf aansluiten ●...
  • Pagina 839 De machine beheren Start de Remote UI (UI op afstand). De Remote UI (UI op afstand) starten(P. 761) Klik op [Settings/Registration] op de portaalpagina. Remote UI (UI op afstand)- scherm(P. 762) Klik op [Data Management] [Backup Location Settings]. Automatische back-up ●...
  • Pagina 840 De machine beheren Wanneer u een reservekopie maakt op een SMB-server [Backup Location] Selecteer [SMB Server]. [Host IP Address] Geef de locatie van de SMB-server op. Gebruik de volgende indeling: \\servernaam\naam van de gedeelde [User Name] Voer de gebruikersnaam in voor toegang tot de SMB-server. [Password]/[Confirm] Voer het wachtwoord in voor toegang tot de SMB-server.
  • Pagina 841 De machine beheren [Backup Data Capacity]/[Backup Location Available Space] Als [Backup Location Available Space] niet genoeg is voor [Backup Data Capacity], stelt u een andere back- upbestemming in. [Backup Method] Selecteer [All] om een standaardreservekopie te maken. Als u alleen een reservekopie wilt maken van gegevens die na de vorige back-up zijn gewijzigd, selecteert u [Changes].
  • Pagina 842 De machine beheren Selecteer reservekopie die u wilt herstellen, en klik op [Execute] [OK]. ● Voer het wachtwoord in als dat is ingesteld bij het maken van de reservekopie. Klik op [Restart Main Unit]. ● Nadat de machine is herstart, is de reservekopie hersteld. ●...
  • Pagina 843 Beheerdersbevoegdheden zijn nodig om de firmware bij te werken. Voorbereiden op het bijwerken van firmware ● Sla de laatste firmwaregegevens van Canon op een computer op. ● Maak een reservekopie van de machinegegevens en -instellingen voor het geval de firmware-update niet goed wordt uitgevoerd.
  • Pagina 844 Bijwerken van firmware (Distributie) 663C-0F2 Als de machine toegang heeft tot internet, kunt u de meest recente firmware voor de machine vanaf de distributieserver van Canon downloaden. Dat kan soepeler en handiger zijn dan de andere updatemethode ( Firmware bijwerken(P. 829) ),...
  • Pagina 845 De machine beheren [Current Version]/[Applicable Firmware] U kunt de huidige firmwareversie respectievelijk de nieuwe controleren. [Release Note] Belangrijke informatie wordt weergegeven. Lees en begrijp de inhoud ervan. [Distribution Schedule] Om de firmware meteen te downloaden, selecteert u [Distribute now]. Om de firmware automatisch op een bepaalde datum en tijdstip te downloaden, selecteert u [Distribute at specified date and time] en geeft u de datum en het tijdstip op bij [Year]/[Month]/[Date]/[Time].
  • Pagina 846 De machine beheren geselecteerd, moet u de gedownloade firmware handmatig toepassen. Gedownloade firmware toepassen(P. 832) ● Als u de verspreide update-instellingen nogmaals wijzigt, kan de gedownloade firmware worden verwijderd of kunnen de geplande instellingen worden geannuleerd. Het distributieschema annuleren ● Klik op het scherm dat bij stap 5 wordt weergegeven, op [Delete Scheduled Distribution] [Yes].
  • Pagina 847 De machine beheren Geplande updates instellen 663C-0F3 U kunt de machine zodanig instellen dat er regelmatig wordt gecontroleerd of er nieuwe firmware beschikbaar is en de firmware van de machine automatisch wordt bijgewerkt. ● Deze bewerking kan alleen worden uitgevoerd door een gebruiker met de vereiste bevoegdheden. ●...
  • Pagina 848 De machine beheren Voer het e-mailadres van de beheerder in. U kunt e-mails ontvangen over de updatestatus die wordt verzonden vanaf de distributieserver. [Comments] Voer de opmerking in die automatisch aan de e-mail wordt toegevoegd. Als de modelnaam is ingevoerd, kunt u vaststellen over welke apparaatstatus de e-mail gaat.
  • Pagina 849 De machine beheren Berichten van de beheerder weergeven 663C-0F4 U kunt berichten aan gebruikers op het aanraakscherm weergeven. Berichten kunnen onder aan het aanraakscherm of in een apart pop-upvenster worden weergegeven, en u kunt selecteren welke weergavemethode moet worden gebruikt op basis van het type bericht of gebruiker.
  • Pagina 850 De machine beheren Het pop-upvenster wordt voortdurend weergegeven, en de machine kan niet worden [All Times] bediend. Gebruik deze instelling voor berichten zoals een melding dat de machine buiten werking is. Het pop-upvenster wordt weergegeven als gedurende een bepaalde tijd geen [Display When Auto Reset] bewerkingen zijn uitgevoerd, of wanneer de machine is herstart.
  • Pagina 851 De machine beheren Visueel bericht De Visueel bericht-functie configureren 663C-0F5 Met de Visueel bericht-functie kunt u eenvoudige inhoud en berichten weergeven op het aanraakscherm. Door berichten van de beheerder of gebeurtenismeldingen enz. op het aanraakscherm weer te geven, kan het apparaat worden gebruikt als hulpmiddel voor het delen van informatie op kantoor.
  • Pagina 852 De machine beheren De weergavetiming instellen [Display After Logout/Auto Reset] Schakel dit selectievakje in om de inhoud weer te geven nadat u zich hebt afgemeld of nadat de modus Automatische reset is geactiveerd. De instelling om de inhoud weer te geven na afmelden is ingeschakeld wanneer <Login Screen Display Settings>...
  • Pagina 853 Canon-printers delen(P. 862) ● Deze instelling kan worden geïmporteerd/geëxporteerd. U kunt dezelfde instelling importeren naar meerdere apparaten (alleen Canon-apparaten die de functie Visueel bericht ondersteunen) om dezelfde kennisgeving of informatie op meerdere apparaten weer te geven. De gegevens van instellingen importeren/exporteren(P.
  • Pagina 854 De machine beheren E-mailmelding verzenden wanneer er een fout optreedt 663C-0F6 U kunt een vooraf opgegeven e-mailadres aangeven als toner moet worden vervangen of als een papierstoring moet worden gewist, enzovoort. De bestemming en de informatie die moet worden verzonden specificeren(P. 840) De bestemming en de informatie die moet worden verzonden specificeren Start de Remote UI (UI op afstand).
  • Pagina 855 De machine beheren ● Deze instelling is niet opgenomen in Device Information Distribution. De apparaatgegevens met andere multifunctionele Canon-printers delen(P. 862) ● Deze instelling kan alleen worden geïmporteerd van/geëxporteerd naar dezelfde serie machines. gegevens van instellingen importeren/exporteren(P. 804) ● Deze instelling is opgenomen in [Settings/Registration Basic Information] bij het exporteren van batches.
  • Pagina 856 De machine beheren Optionele producten voor het systeem installeren 663C-0F7 Bij het gebruik van systeemopties moet u zich waarschijnlijk aanmelden met beheerdersbevoegdheden om licenties te registreren. Om een licentie te registreren, hebt u het nummer nodig dat is afgedrukt op het certificaat van het licentietoegangsnummer.
  • Pagina 857 Om een licentiesleutel op te halen, hebt u het nummer nodig dat is afgedrukt op het certificaat van het licentietoegangsnummer, en het serienummer van de machine. Ga naar de website voor de uitgifte van licenties (http://www.canon.com/lms/ license/) en haal de licentiesleutel op.
  • Pagina 858 Canon-printers 663C-0F8 U kunt de gepersonaliseerde gegevens van meerdere multifunctionele Canon-printers synchroniseren in een netwerk. Hierdoor kunnen het adresboek, en de persoonlijke knoppen/gedeelde knoppen enz. die zijn opgegeven en geregistreerd op één machine worden gebruikt op andere gesynchroniseerde machines. Voor informatie over de items die worden gesynchroniseerd, raadpleegt u Lijst met items die kunnen worden gepersonaliseerd(P.
  • Pagina 859 De machine beheren Gebruikersgegevens exporteren ● Het is raadzaam om de gebruikersdata te exporteren voor het maken van een back- De gegevens van instellingen importeren/exporteren(P. 804) De machine-instellingen van de server opgeven ● Start de synchronisatie op de servermachine. Synchronisatie van instellingen starten(P.
  • Pagina 860 De machine beheren ● Als er verschillende gegevens bestaan voor dezelfde gebruiker op meerdere clientmachines die achtereenvolgens worden gestart, worden de gebruikersgegevens in de clientmachine die het eerst met de server is verbonden, gebruikt voor synchronisatie. : Gegevens van gebruiker 1 : Overige gegevens van gebruiker 1 : Gegevens van gebruiker 2 : Gegevens van gebruiker 3...
  • Pagina 861 De machine beheren exporteren(P. 804) . Voor informatie over de gegevens die met de aangepaste instellingen worden gesynchroniseerd, raadpleegt u Lijst met items die kunnen worden gepersonaliseerd(P. 153) .
  • Pagina 862 De machine beheren Synchronisatie van instellingen starten 663C-0F9 Gebruik de Remote UI (UI op afstand) om de instellingen op te geven voor het starten van synchronisatie en start de synchronisatie. Voor registratie zijn beheerdersbevoegdheden vereist. Aangepaste instellingen synchroniseren Geef de instellingen op voor de servermachine en voor elke clientmachine. Besluit van tevoren welke machine u gebruikt als servermachine.
  • Pagina 863 Het poortnummer kan worden weggelaten. Als dit leeg wordt gelaten, wordt de servermachine automatisch gedetecteerd. ● Voorbeeldinstellingen (IPv4): Als u een IP-adres gebruikt: 192.168.18.138 Als u een hostnaam gebruikt: v4.server.canon.com ● Voorbeeldinstellingen (IPv6): Als u een IP-adres gebruikt: fe80::65f0:82cb:b3d6:e6bc Als u een hostnaam gebruikt: v6.server.canon.com...
  • Pagina 864 Er wordt een "fout" vastgelegd als het niveau waarop het maximum aantal gegevens kan worden geregistreerd, is overschreden of als de verificatie bij de servermachine mislukt. Eenvoudige synchronisatie-instellingen ● De synchronisatie van aangepaste instellingen kan worden gestart vanuit het bedieningspaneel voor multifunctionele Canon-printers binnen dezelfde router. - Voor de servermachine: Druk op <Beheerinstellingen> <Apparaatbeheer>...
  • Pagina 865 De machine beheren misschien niet de nieuwste gegevens bevat nadat de synchronisatie van aangepaste instellingen is geannuleerd.
  • Pagina 866 De machine beheren Gedetailleerde synchronisatie-instellingen opgeven (Servermachine of server/clientmachine) 663C-0FA U kunt het bereik voor te synchroniseren gedeelde gegevens instellen en de te synchroniseren machines beheren. U kunt ook gebruikersgegevens verwijderen en een back-up maken van synchronisatiegegevens of deze herstellen. Deze instelling bewerking is alleen bestemd voor de servermachine of een server/clientmachine.
  • Pagina 867 De machine beheren [Prepare for User Data Export] Als het serveradres van zowel de server-/clientmachine als de verbindingsbestemming voor de synchronisatie van aangepaste instellingen (client) localhost:8443 is, kunt u de gebruikersnamen en groeps-ID's op de server-/clientmachine opgeven en de gebruikersgegevens en groepsgegevens instellen zodat deze overeenkomen met die van de servermachine.
  • Pagina 868 De machine beheren [Server] Hiermee kunt u periodiek replicatiegegevens aanmaken op een andere multifunctionele Canon-printer om de gegevens van de servermachine te beheren en daar een back-up van te maken. Verschil tussen repliceren en back-up maken ● Repliceren heeft betrekking op het automatisch periodiek verzenden van gerepliceerde gegevens naar de machine die is ingesteld als replicatiebestemming.
  • Pagina 869 De machine beheren Hiermee kunt u synchronisatiegegevens herstellen waarvan een back-up is gemaakt. Start de machine opnieuw om de synchronisatie te starten. Uitzetten/Herstarten van de machine(P. 770) ● Deze bewerking is niet vereist voor de servermachine. ● Gegevens waarvan een back-up is gemaakt naar [Device], worden automatisch verwijderd wanneer de volgende bewerking voor back-up/herstel wordt uitgevoerd.
  • Pagina 870 De machine beheren ◼ Als bij het starten van de replicatie een fout optreedt De volgende berichten verschijnen als de replicatie bij het starten niet goed wordt uitgevoerd. [The [Address] is incorrect.] Controleer in dat geval of de machine die als replicatiebestemming is ingesteld, met hetzelfde netwerk is verbonden.
  • Pagina 871 De machine beheren De te synchroniseren machines omschakelen 663C-0FC Dit gedeelte beschrijft de procedure voor het omschakelen van de te synchroniseren machines na het starten van de synchronisatie van aangepaste instellingen. De servermachine wijzigen (server/clientmachine)(P. 857) De servermachine wijzigen (server/clientmachine) (als replicatie is ingesteld)(P. 859) Een clientmachine wijzigen(P.
  • Pagina 872 De machine beheren Gedetailleerde synchronisatie-instellingen opgeven (Servermachine of server/ clientmachine)(P. 852) Wijzig het adres van de doelserver in [Synchronize Custom Settings] in de Remote UI (UI op afstand) van elke clientmachine en start met de synchronisatie van aangepaste instellingen. Gedetailleerde synchronisatie-instellingen opgeven (Servermachine of server/clientmachine)(P.
  • Pagina 873 De machine beheren ● Bij de overgang naar een nieuwe servermachine (server/clientmachine) wordt aangeraden om dezelfde netwerkinstellingen te gebruiken als voor de oude servermachine, zoals IP-adres en hostnaam. ● Als de netwerkinstellingen (IP-adres en hostnaam) van de nieuwe servermachine (server/clientmachine) verschillen van de instellingen van de vorige servermachine (server/clientmachine), moet de doelservermachine (server/clientmachine) opnieuw worden ingesteld vanaf de clientmachine.
  • Pagina 874 De machine beheren ◼ Bij gebruik van de machine ingesteld als replicatiebestemming als nieuwe servermachine Volg deze procedure om de multifunctionele Canon-machine die als replicatiebestemming is ingesteld, te gebruiken als servermachine. Servermachine (server/clientmachine) Clientmachine Replicatiebestemming Klik in de Remote UI (UI op afstand) van de servermachine (server/client machine) op...
  • Pagina 875 De machine beheren Een clientmachine wijzigen Volg deze procedure om een clientmachine te wijzigen in een nieuwe machine. Servermachine (server/clientmachine) Clientmachine Clientmachine Stop met de synchronisatie van [Synchronize Custom Settings] in de Remote UI (UI op afstand) van de doelclientmachine. Synchronisatie van instellingen starten(P.
  • Pagina 876 663C-0FE Verschillende machine-instellingen (apparaatgegevens) kunnen via het netwerk worden verzonden en automatisch worden toegepast op andere multifunctionele Canon-printers. Met deze functie kunt u een hostmachine toewijzen waarvan geregistreerde gegevens (zoals de instellingen in het menu Instellingen/Registratie en adressenlijsten) worden gedeeld met andere clientmachines, zodat u daarop dezelfde instellingen kunt configureren als op de hostmachine.
  • Pagina 877 De machine beheren Registreer de distributiebestemming van de apparaatgegevens. ● Registreer op de hostmachine de clientmachines die de verspreide apparaatgegevens zullen ontvangen. De bestemmingen van apparaatgegevens registreren(P. 864) ● Om gebruikersverificatie uit te voeren wanneer apparaatgegevens worden ontvangen, configureert u de noodzakelijke instellingen op de host- en clientmachines. Gebruikersverificatie uitvoeren bij verspreiding van apparaatgegevens(P.
  • Pagina 878 De machine beheren De bestemmingen van apparaatgegevens registreren 663C-0FF Registreer op de hostmachine de clientmachines die de verspreide apparaatgegevens zullen ontvangen. Beheerdersbevoegdheden zijn nodig om te registreren. Druk op Druk op <Beheerinstellingen> <Apparaatbeheer> <Verdeelinstellingen Apparaatinformatie> <Registreer bestemmingen>. Registreer de clientmachines op de bestemming. Druk op <Auto zoeken/Registreren>.
  • Pagina 879 De machine beheren Druk op <OK>. KOPPELINGEN Gebruikersverificatie uitvoeren bij verspreiding van apparaatgegevens(P. 866) De apparaatgegevens verspreiden(P. 868) De resultaten van distributie van apparaatgegevens controleren(P. 871)
  • Pagina 880 De machine beheren Gebruikersverificatie uitvoeren bij verspreiding van apparaatgegevens 663C-0FH U kunt voorkomen dat een clientmachine onbevoegde apparaatgegevens ontvangt door gebruikersverificatie uit te voeren bij het ontvangen van de apparaatgegevens. Met deze instellingen is het nodig om de functie persoonlijke- verificatiebeheer ( De instellingen van persoonlijke-verificatiebeheer configureren(P.
  • Pagina 881 De machine beheren Serverinformatie registreren(P. 671) Druk op Druk op <Beheerinstellingen> <Apparaatbeheer> <Verdeelinstellingen Apparaatinformatie> <MEAP-verificatie gebruiken bij ontvangst>. Selecteer <Aan> en druk op <OK> <OK>. Druk op <Toepassen gew. inst.> <Ja>.
  • Pagina 882 De machine beheren De apparaatgegevens verspreiden 663C-0FJ U kunt apparaatgegevens verspreiden naar de clientmachines die als bestemmingen zijn geregistreerd. U kunt ook de tijd opgeven waarop apparaatgegevens automatisch worden verspreid. Om deze bewerkingen uit te voeren, moet u zich aanmelden met beheerdersbevoegdheden. Zorg ook dat de TLS-instellingen op de clientmachines worden geconfigureerd voordat u onderstaande procedures uitvoert, omdat TLS-versleuteling wordt gebruikt bij de verspreiding van apparaatgegevens naar de clientmachines.
  • Pagina 883 De machine beheren Automatische distributie op een bepaald tijdstip U kunt een tijd opgeven waarop apparaatgegevens automatisch worden verspreid. Door het tijdstip zo te configureren dat de distributie avonds laat of tijdens een feestdag wordt uitgevoerd, kunt u de apparaatgegevens bijwerken zonder uw bedrijfsactiviteiten te verstoren.
  • Pagina 884 Apparaatgegevens ontvangen van andere multifunctionele Canon-printermodellen ● Wanneer de machine wordt gebruikt als clientmachine, kan deze apparaatgegevens van andere multifunctionele Canon-printermodellen ontvangen als u <Beperk ontvangst apparaatinformatie> bij <Ontvangstinstellingen> instelt op <Uit>. Merk echter op dat sommige gegevens misschien niet goed worden verspreid.
  • Pagina 885 De machine beheren De resultaten van distributie van apparaatgegevens controleren 663C-0FK U kunt gegevens, zoals de datum en tijd waarop de apparaatgegevens zijn verspreid, de resultaten van de distributie en de status van de andere machines, controleren. Op clientmachines kunt u de ontvangststatus van apparaatgegevens controleren.
  • Pagina 886 De machine is ook voorzien van de Canon MFP Security Chip 2.10, die voldoet aan de veiligheidsnorm FIPS 140-2 niveau 2 die door de Amerikaanse overheid is vastgesteld. De Canon MFP Security Chip 2.10 is gecertificeerd als een cryptografiemodule die is gebaseerd op het Cryptographic Module Validation Program (CMVP) dat is opgezet in de VS en Canada, en op het Japan Cryptographic Module Validation Program (JCMVP).
  • Pagina 887 De machine beheren Overbodige gegevens van de harde schijf verwijderen 663C-0FR Gekopieerde of gescande afbeeldingsgegevens evenals documentgegevens die worden afgedrukt vanaf een computer, worden tijdelijk op de harde schijf opgeslagen. Hoewel document- en afbeeldingsgegevens automatisch van de harde schijf worden verwijderd wanneer de bewerkingen zijn voltooid, blijven sommige gegevens behouden. U kunt de beveiliging verder verbeteren door de functie voor volledig verwijderen van gegevens op de harde schijf te gebruiken waarmee gegevens die behouden blijven nadat bewerkingen zijn voltooid, automatisch worden verwijderd.
  • Pagina 888 De machine beheren Selecteer de overschrijfmethode en het aantal keren dat mag worden overschreven, op basis van de voorwaarden voor de beveiligingsbeleidsgegevens in uw omgeving. <Eenmaal met 0 (Nul) gegevens> Gegevens worden eenmaal overschreven met 0 (nul) gegevens. <Eenmaal met willekeurige gegevens>/<3 keer met willekeurige gegevens> Gegevens worden eenmaal of driemaal met willekeurige gegevens overschreven.
  • Pagina 889 <Initialiseer alle gegevens/instellingen>(P. 1123) uitvoert wanneer de Copy Card Reader is aangesloten, dient u de Copy Card Reader opnieuw te installeren. Neem voor meer informatie contact op met een erkende Canon-dealer bij u in de buurt. Vóór het uitvoeren van initialisatie Maak een reservekopie van uw belangrijke gegevens of exporteer ze als een bestand.
  • Pagina 890 De machine beheren Selecteer de verwijderingsmethode. <Eenmaal met 0 (Nul) gegevens> Gegevens worden eenmaal overschreven met 0 (nul) gegevens. <Eenmaal met willekeurige gegevens>/<3 keer met willekeurige gegevens>/<9 x m willekeurige geg.> Gegevens worden eenmaal, driemaal of negen maal met willekeurige gegevens overschreven. <DoD standaard>...
  • Pagina 891 ● De beveiliging die TPM biedt vormt geen garantie op volledige beveiliging van de gegevens en hardware. Canon is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van het verlies van gegevens door gebruik van deze modus. ●...
  • Pagina 892 De machine beheren ● Als de TPM-instelling is geactiveerd, kan het langer duren voordat de machine start. Back-up van de TPM-sleutel Als de TPM-instelling is ingeschakeld en de TPM-chip een storing geeft, kunt u geen vertrouwelijke informatie herstellen omdat elk type vertrouwelijke informatie uniek wordt versleuteld met de TPM-sleutel. Maak direct een back- up wanneer de TPM-instelling is ingeschakeld.
  • Pagina 893 Als de TPM-chip een storing geeft, kunt u de eerder opgeslagen gegevens van de TPM-sleutel herstellen naar de TPM- sleutel op de nieuwe TPM-chip. Neem voor meer informatie over storingen met de TPM-sleutel contact op met uw Canon-dealer. Druk op Druk op <Management Settings>...
  • Pagina 894 De machine beheren ● Sluit de geheugenmedia aan die u heeft gebruikt voor de back-up aan op de machine voordat u het herstelproces start. ● Sluit geen andere geheugenmedia aan. Druk op <OK> om het systeem opnieuw op te starten. ●...
  • Pagina 895 Door "tenants" in de cloud te maken en de gebruikersinformatie en apparaten te registreren, kunt u de volgende functies gebruiken zonder een server te maken. ● Neem voor instructies voor het maken van en toegang krijgen tot een tenant contact op met uw Canon- dealer. ●...
  • Pagina 896 De machine beheren ◼ Boekhoudings- en rapportagefunctie waarmee u logboeken en kosten kunt controleren Deze functie berekent het gebruik van apparaten die zijn geregistreerd/aangesloten op dezelfde tenant op uniFLOW Online Express en maakt hier vervolgens een rapport van. Door deze te koppelen aan de verificatiefunctie van uniFLOW Online Express, kunt u deze functie te gebruiken om het gebruikslogboek van elke gebruiker te controleren en om kostentabellen voor elke gekopieerde/gescande pagina te pagina zodat u de kosten voor elk apparaat kunt berekenen en controleren.
  • Pagina 897 De machine beheren Verificatiemethode ● Pincode ● ID-kaart ● ID-kaart + pincode Boekhoudings- en rapportagefunctie Rapporttype ● Gebruikslogboek van elke gebruiker ● Gebruikslogboek van elke apparaat ● Logboeken van alle gebruikers kopiëren/afdrukken/scannen/faxen ● Logboeken van alle apparaten (alle perioden) kopiëren/afdrukken/scannen/faxen ●...
  • Pagina 898 Instellingen/Registratie Instellingen/Registratie Instellingen/Registratie ..........................886 .......................... 887 Tabel Instellingen/Registratie ..............................890 Voorkeuren ..........................891 Papierinstellingen ........................... 893 Weergave-instellingen ........................896 Tijdklok/Energie instellingen ..............................898 Netwerk ........................... 929 Externe interface ............................ 930 Toegankelijkheid ............................. 931 Volume Settings ..........................932 Aanpassen/Onderhoud ........................933 Aanpassen beeldkwaliteit .............................
  • Pagina 899 Instellingen/Registratie ..........................1014 Gegevensbeheer ..........................1016 Beveil.instellingen ..............................1018 <Voorkeuren> ........................... 1019 <Papierinstellingen> ..........................1021 <Weergave-instellingen> ........................1025 <Tijdklok/Energie instellingen> ..............................1030 <Netwerk> ............................ 1044 <Externe interface> ............................ 1046 <Toegankelijkheid> ..........................1047 <Aanpassen/Onderhoud> ........................1048 <Aanpassen beeldkwaliteit> ............................. 1050 <Aanpassen actie> .............................
  • Pagina 900 Instellingen/Registratie Instellingen/Registratie 663C-0FX U kunt de machine aanpassen op basis van uw omgeving en behoeften door de instellingen die in dit hoofdstuk zijn beschreven, te configureren. Als u de configuratie wilt starten, drukt u op In dit gedeelte wordt beschreven wat met elke optie in het instellingenmenu kan worden geconfigureerd. ●...
  • Pagina 901 Instellingen/Registratie Tabel Instellingen/Registratie 663C-0FY De volgende instellingen kunnen worden geselecteerd of opgeslagen op het scherm Instellingen/Registratie. Voorkeuren(P. 890) Aanpassen/Onderhoud(P. 932) Functie-instellingen(P. 937) Stel bestemming in(P. 997) Beheerinstellingen(P. 1000) ● Sommige instellingen worden niet altijd weergegeven, afhankelijk van de configuratie van optionele apparatuur die op de machine is geïnstalleerd.
  • Pagina 902 Instellingen/Registratie Geval A Alles naar uw machine importeren De instellingsgegevens terugzetten naar de machine voor back-ups. Exporteren Instellingsgegevens Importeren Geval B Alles importeren naar een machine van hetzelfde model Geldt voor machines van dezelfde serie als deze machine. Exporteren Importeren Instellingsgegevens Geval C Alles importeren naar een machine van een ander model...
  • Pagina 903 Instellingen/Registratie Forwarding Settings Box Settings Department ID Management Settings Key Settings Certificate/Certificate Revocation List (CRL) Settings Screen Media Settings Main Menu Settings Web Access Settings Favorite Settings Address Book User Group Address List Authentication User Management Security Policy Settings Personal Setting Information Quick Menu Settings MEAP Application Setting Information Voor informatie over de instellingen die zijn opgenomen in [Personal Setting Information], zie...
  • Pagina 904 Instellingen/Registratie Voorkeuren 663C-0H0 Papierinstellingen(P. 891) Weergave-instellingen(P. 893) Tijdklok/Energie instellingen(P. 896) Netwerk(P. 898) Externe interface(P. 929) Toegankelijkheid(P. 930) Volume Settings(P. 931) ● Sommige items kunnen worden ingesteld met de Remote UI (UI op afstand). Gebruik het bedieningspaneel van het apparaat om items in te stellen die niet kunnen worden ingesteld met de Remote UI (UI op afstand).
  • Pagina 905 Instellingen/Registratie Papierinstellingen 663C-0H1 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote wanneer dit Importeer UI (UI op Apparaatinformatie met Remote UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin...
  • Pagina 906 Instellingen/Registratie <Sec. overdr.spanning aanpassen> <Dupliceren>, <Verwijderen> <P1> tot <P30>: Settings/ <Reg./Bewerk.>, Registration <Registreren favoriete papier (papiertafel)> <Hernoemen>, Basic <Verwijderen> Information ● <Vrins. gebr.> Settings/ (<Registreren>) Registration <Std.instell. l. papiertafel> ● <Altijd opgeven> Basic (<Standaard>, Information <Favoriete papier>) <S1> tot <S5>: Settings/ <Reg./Bewerk.>, Registration...
  • Pagina 907 Instellingen/Registratie Weergave-instellingen 663C-0H2 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote wanneer dit met Importeer UI (UI op Apparaatinformatie Remote UI (UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin alles-...
  • Pagina 908 Instellingen/Registratie <Details> (<Ontvangen>, <Opdrachtstatus>): <Fax>, <Doorzenden> <Details> (<Kopie/ Afdruk>, <Opdrachtlog>): <Kopie>, <Printer>, <Lokale afdruk>, <Ontv. afdrukopdr.>, <Rapport afdrukken> <Details> (<Verzenden>, <Opdrachtlog>): <Verzenden>, <Fax> <Details> (<Ontvangen>, <Opdrachtlog>): <Ontvangen>, <Fax> Settings/ <Normale kopie>, <Instellingen Weergave kopieerscherm> Registration Basic <Spoedkopie> Information <Aan>, <Uit> Settings/ <Fax inschakelen bij Registration Basic...
  • Pagina 909 Instellingen/Registratie Settings/ <Melden om scangebied origineel te <Aan>, <Uit> Registration Basic reinigen> Information Settings/ <Eenvoudig>, <Selecteer papierschermprioriteit> Registration Basic <Gedetailleerd> Information Settings/ <Andere invoer mm/inch> <mm>, <Inch> Registration Basic Information <Boven aan het scherm> Settings/ <Toon naam ingelogde gebruiker> (<Gebruikersnaam>, Registration Basic <Display Name>), <Onder Information...
  • Pagina 910 Instellingen/Registratie Tijdklok/Energie instellingen 663C-0H3 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote wanneer dit Importeer UI (UI op Apparaatinformatie met Remote UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin...
  • Pagina 911 Instellingen/Registratie Settings/ <Initiële functie>, Registration <Functie na automatische reset> <Geselect. functie> Basic Information Settings/ 0 hr=Uit, 1 tot tot 8 uur in Registration <Auto uitschakeltijd> stappen van één uur Basic Information Settings/ <Automatische uitschakeling wekelijkse Zon tot zat, 00:00 tot 23:59, Registration timer>...
  • Pagina 912 Instellingen/Registratie Netwerk 663C-0H4 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . ● <Afdrukrapport> Kan in Remote Naam item wanneer UI (UI op Beschrijving Apparaatinformatie Importeer dit met Remote UI Item DeviceAdmin NetworkAdmin afstand)
  • Pagina 913 Instellingen/Registratie <Hostnaam Settings/Registration opvragen>: <Aan>, Basic Information <Uit> <DNS dynamische Settings/Registration update>: <Aan>, Basic Information <Uit> <DNS-serveradres Settings/Registration verkrijgen>: <Aan>, Basic Information <Uit> <Domeinnaam Settings/Registration verkrijgen>: <Aan>, Basic Information <Uit> <WINS-serveradres Settings/Registration <Instellingen DHCP-opties> ophalen>: <Aan>, Basic Information <Uit> <SMTP-serveradres Settings/Registration ophalen>: <Aan>, Basic Information...
  • Pagina 914 Instellingen/Registratie <Handmatig adres> (IPv6- Settings/ adres (maximaal 39 Registration Basic tekens)) Information Settings/ <Prefixlengte>: 0 tot Registration Basic Information Settings/ <Standaardrouteradres> Registration Basic (maximaal 39 tekens) Information Settings/ <Gebruik DHCPv6> <Aan>, <Uit> Registration Basic Information <IPv6-adres> (maximaal 39 tekens) <PING-commando> <Hostnaam>...
  • Pagina 915 Instellingen/Registratie <Hostnaam>: Canon****** ("******" Settings/ vertegenwoordigt de Registration Basic laatste 6 cijfers van een Information <IPv4> MAC-adres.) Settings/ <Domeinnaam> Registration Basic Information <Gebruik dezelfde Settings/ hostnaam/ Registration Basic domeinnaam als IPv4>: Information <Aan>, <Uit> <Hostnaam>: Canon****** ("******" Settings/ <IPv6> vertegenwoordigt de...
  • Pagina 916 UI (UI op afstand) leverbaar functie afstand) worden wordt ingesteld geëxporteerd <Computernaam> (maximaal Settings/ 15 tekens): Canon****** Registration ("******" vertegenwoordigt de Basic laatste 6 cijfers van een MAC- Information adres.) Settings/ <Werkgroepnaam> (maximaal Registration 15 tekens): WERKGROEP Basic Information <Instell.
  • Pagina 917 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ Registration <2.0>: <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ Registration <3.0>: <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <Type authentificatie>: Registration <NTLMv1>, <NTLMv2> Basic Information Settings/ <SMB-handtekening voor Registration verbinding eisen>: <Aan>, Basic <Uit> Information <Instel. SMB-client> Settings/ <Versleuteling vr verbinding Registration nodig>: <Aan>, <Uit>...
  • Pagina 918 Instellingen/Registratie Settings/ <LPD bannerpagina>: <Aan>, Registration <Uit> Basic Information Settings/ <RX Timeout>: 1 tot tot 60 Registration (min.) Basic Information Settings/ Registration <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <Bidirectionele communicatie>: Registration <Instellingen RAW-afdruk> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <RX Timeout>: 1 tot tot 60 Registration (min.)
  • Pagina 919 Instellingen/Registratie Settings/ Registration <Gebruik WSD>: <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <Gebruik WSD bladeren>: Registration <WSD-instellingen> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <Gebruik WSD-scanoptie>: Registration <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ Registration <Gebruik FTP PASV-modus> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ Registration <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/...
  • Pagina 920 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ Registration <Gebruik HTTP> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ Registration <Gebruik WebDAV server> <Aan>, <Uit> Basic Information <Instellingen die TLS <TLS instellingen> gebruiken> <Als standaardsleutel instellen>: <Ja>, <Nee> <Certificaat details> (<Versie>, <Serienummer>, <Handtekeningalgoritme>, <Verstr. aan>, <Startdatum geldigheid>, <Einddatum <Sleutel en certificaat>...
  • Pagina 921 Instellingen/Registratie Settings/ <Serveradres> (IP-adres of Registration FQDN) Basic Information Settings/ <Poortnummer>: 1 tot Registration 65535 Basic Information Settings/ <Gebruik Proxy binnen zelfde Registration domein>: <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <Gebruik proxyverificatie>: Registration <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <Gebruikersnaam> (maximaal Registration <Stel authentificatie in>...
  • Pagina 922 Instellingen/Registratie Settings/ <Policy-naam> (maximaal 24 Registration <Registr.> tekens) Basic Information <Lokaal adres> (<Alle IP- Settings/ adressen>, <IPv4-adres>, <IPv6- Registration adres>, <IPv4 handm Basic instellingen>, <IPv6 handm Information instellingen>) ● <IPv4 handm instellingen> (<Enkelvoudig adres>, Settings/ <Adresbereik>(<Eerste Registration adres>, <Laatste adres>), Basic <Subnet Information...
  • Pagina 923 Instellingen/Registratie Settings/ <Poort> (<Aangeven met Registration poortnummer>, <Aangeven met Basic servicenaam>) Information ● <Aangeven met poortnummer>(<Lokale Settings/ poort>(<Alle poorten>, Registration <Enkelv. poort>), <Poort op Basic afstand>(<Alle poorten>, Information <Enkelv. poort>)) Settings/ Registration ● <Enkelv. poort> (1 tot 65535) Basic Information ●...
  • Pagina 924 Instellingen/Registratie Basic Information <Authentificatie/Encryptie algoritme>: <Handmatige Settings/ instellingen> Registration ● <Authentificatie> Basic Information <SHA1>: <Aan>, <Uit> <SHA2>: <Aan>, <Uit> Settings/ ● <Encryptie> Registration <3DES-CBC>: <Aan>, <Uit> Basic <AES-CBC>: <Aan>, <Uit> Information ● <DH groep> Settings/ <Groep 14 (2048)>: <Aan>, Registration <Uit>...
  • Pagina 925 Instellingen/Registratie ● <ESP encryptie> Settings/ <3DES-CBC>: <Aan>, <Uit> Registration <AES-CBC>: <Aan>, <Uit> Basic Information <NULL>: <Aan>, <Uit> Settings/ <ESP (AES-GCM)> Instellingen: Registration Geen Basic Information Settings/ Registration <AH (SHA1)> Instellingen: Geen Basic Information Settings/ <Verbindingsmod.>: Registration Transport (Alleen weergeven) Basic Information <Alleen 256-bits toestaan voor AES- <Aan>, <Uit>...
  • Pagina 926 Instellingen/Registratie Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op instelling afstand) leverbaar functie afstand) wordt worden geëxporteerd ingesteld <Gebruik Settings/Registration AppleTalk>: <Aan>, Basic Information <Uit> <Fase>: <Fase 2> (alleen weergeven) <Servicenaam>: Settings/Registration...
  • Pagina 927 Instellingen/Registratie Settings/ <Communitynaam 2>: Registration <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <MIB toegangspermissie>: Registration <Stel community naam 2 in> <Lezen/Schrijven>, <Alleen Basic lezen> Information Settings/ <Communitynaam>: Registration publiek2 Basic Information Settings/ Registration <SNMPv3 gebruiken> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <Gebruik beheerder>: Registration <Aan>, <Uit>...
  • Pagina 928 Instellingen/Registratie <Details/Bewerken> (<Gebruikersnaam>, <MIB toegangspermissie> (<Lezen/Schrijven>, <Alleen lezen>), <Beveil.instellingen> (<Auth. Ja/Encryptie Ja>, <Auth. Ja/Encryptie Nee>, Settings/ <Auth. Nee/Encr. Nee>), Registration <Authentificatie algoritme> Basic (<MD5>, <SHA1>, Information <SHA2-224>, <SHA2-256>, <SHA2-384>, <SHA2-512>), <Verificatiewachtwoord>, <Encryptie algoritme> (<DES>, <AES>), <Encryptiewachtwoord>) <Verwijd.> Settings/ Registration <Gegevens afdrukbeheer ophalen bij host> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/...
  • Pagina 929 Instellingen/Registratie <Authentificatiemethode voor Speciale <Modus 1>, Settings/Registration poort> <Modus 2> Basic Information ● <Gebruik spoolfunctie> Kan in Remote Naam item wanneer UI (UI op Beschrijving Apparaatinformatie Importeer dit met Remote UI (UI Item DeviceAdmin NetworkAdmin afstand) instelling leverbaar alles-functie op afstand) wordt worden geëxporteerd ingesteld...
  • Pagina 930 Instellingen/Registratie Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op instelling afstand) leverbaar functie afstand) wordt worden geëxporteerd ingesteld Settings/ <Afsluitsnelheid>, <Prioriteitsinstellingen sluimermodus> Registration Basic <Energiebesparing> Information ●...
  • Pagina 931 Instellingen/Registratie Settings/ <Aan>, <Uit> Registration Basic Information <Gebruik TTLS> ● <<TTLS instellingen Settings/ (TTLS protocol)>>: Registration Basic <MSCHAPv2>, <PAP> Information Settings/ <Gebruik PEAP> <Aan>, <Uit> Registration Basic Information Naam van gebruiker voor Settings/ <Gebruikersnaam> verificatie met IEEE802.1X- Registration Basic verificatie Information Wachtwoord van gebruiker Settings/...
  • Pagina 932 Instellingen/Registratie ● <Bewerken> <Enkelvoudig adres>, <Adressen bereik> Settings/ (<Eerste adres>, Registration <Laatste adres>), <Prefix adres> Basic (<Adres>, Information <Prefixlengte>), <Port Number> (<Do Not Specify>, <Specify>) Settings/ ● <Prefixlengte> (1 tot Registration Basic Information Settings/ <Gebruik filter>: <Aan>, Registration <Uit> Basic Information Settings/ <Standaard policy>:...
  • Pagina 933 Instellingen/Registratie Basic Information ● <Firewall instellingen>: <IPv6-adresfilter> Kan in Naam item Remote wanneer dit Importeer UI (UI op Apparaatinformatie met Remote UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin alles- afstand) leverbaar (UI op afstand) functie worden wordt ingesteld geëxporteerd Settings/ <Gebruik filter>: <Aan>, Registration <Uit>...
  • Pagina 934 Instellingen/Registratie Settings/ <Registreren> (tot 16 IPv6- Registration adressen), <Details/ Basic Bewerken>, <Verwijderen> Information ● <Registreren> <Enkelvoudig adres> (<Adres>), <Prefix adres> (<IPv6-prefix>, <Prefixlengte>), Settings/ <Poortnummer> Registration (<Niet aangeven>, Basic <Aangeven>) Information ● <Aangeven> (<Poortnummer>): <Toevoegen>, <Verwijd.> ● <Details/Bewerken> <Enkelvoudig adres> Settings/ (<Adres>), <Prefix Registration adres>...
  • Pagina 935 Instellingen/Registratie <Standaard policy>: Settings/Registration <Toestaan>, Basic Information <Weigeren> <Registreren> (Maximaal 100 Mac- Settings/Registration adressen), Basic Information <Bewerken>, <Verwijderen> ● <Firewall instellingen>: <IP-adresblok log> Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op instelling...
  • Pagina 936 Instellingen/Registratie Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op instelling afstand) leverbaar functie afstand) wordt worden geëxporteerd ingesteld <Breedtegraad>: Geef de breedtegraad op. <Instellingen voor info. over apparaatlocatie> <Lengtegraad>: Geef de lengtegraad ●...
  • Pagina 937 Instellingen/Registratie <Beveil.instellingen>: <Geen>, <WEP>, <WPA/WPA2-PSK>, <WPA/WPA2-EAP> ● <Beveil.instellingen> (<WEP>) <IEEE 802.11 Auth.> (<Open Systeem>, <Gedeelde sleutel>), <WEP- sleutel 1>, <WEP-sleutel 2>, <WEP-sleutel 3>, <WEP- sleutel 4> ● <Beveil.instellingen> (<WPA/WPA2-PSK>) <Versleutelingsmethode> (<Auto>, <AES-CCMP>), <PSK> ● <Draadloos LAN>: <Informatie Draadloos LAN> Kan in Remote Naam item wanneer UI (UI op Beschrijving...
  • Pagina 938 Instellingen/Registratie <Apparaatnaam voor Settings/ Wi-Fi Direct (max. 32 <Apparaatnaam voor Wi-Fi Direct> Registration Basic tekens)>: Information Apparaatnaam Settings/ <Tijd tot sessie met directe verbinding is 0 = Geen, 1 tot Registration Basic beëindigd> 60 min. Information <Gebruik pers. SSID en Settings/ netwerksleutel>: Registration Basic...
  • Pagina 939 Settings/ <Gebruik Bluetooth> <Aan>, <Uit> Registration Basic Information <Gebruik baken vr Settings/ Canon PRINT Business>: Registration Basic <Aan>, <Uit> Information <Bakeninstellingen> Settings/ <Gebruik baken voor Registration Basic AirPrint>: <Aan>, <Uit> Information <Apparaatnaam>: Voer Settings/ de apparaatnaam in <Stel apparaatnaam/pincode in>...
  • Pagina 940 Instellingen/Registratie <Hoofdlijn (bedrade Settings/ <Prioriteitslijn vr comm. met mobiele LAN)>, <Sublijn Registration apparaten> (draadloze LAN)> Basic Information Settings/ <Auto Detect>: <On>, Registration <Off> Basic Information ● <Communication Settings/ Mode> (Off): <Half Registration Duplex>, <Full Basic Information Duplex> ● <Ethernet Type> <Ethernet Driver Settings>...
  • Pagina 941 Instellingen/Registratie (<First Address>, <Last Address>), <Prefix Address> (<Address>, <Prefix Length>), <Port Number> (<Do Not Specify>, <Specify>) Settings/ <Prefix Length> (1 tot 32) Registration Basic Information Settings/ <Use Filter>: <On>, <Off> Registration Basic Information Settings/ <Default Policy>: <Allow>, Registration Basic <Reject> Information <Register>...
  • Pagina 942 Instellingen/Registratie <Secondary DNS Settings/Registration Server> Basic Information <Use Proxy>: <On>, Settings/Registration <Off> Basic Information <Server Address> (IP- Settings/Registration <Proxy Settings> adres of FQDN) Basic Information <Port Number>: 1 tot Settings/Registration tot 65535 Basic Information <Use Proxy Settings/Registration Authentication>: Basic Information <On>, <Off>...
  • Pagina 943 Instellingen/Registratie Externe interface 663C-0H5 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles-...
  • Pagina 944 Instellingen/Registratie Toegankelijkheid 663C-0H6 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Remote UI Naam item wanneer Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Importeer dit met Remote UI (UI Item DeviceAdmin NetworkAdmin instelling...
  • Pagina 945 Instellingen/Registratie Volume Settings 663C-0H7 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI wanneer dit Importeer (UI op Apparaatinformatie met Remote UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin...
  • Pagina 946 Instellingen/Registratie Aanpassen/Onderhoud 663C-0H8 Aanpassen beeldkwaliteit(P. 933) Aanpassen actie(P. 935) Onderhoud(P. 936)
  • Pagina 947 Instellingen/Registratie Aanpassen beeldkwaliteit 663C-0H9 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI wanneer dit Importeer (UI op Apparaatinformatie met Remote UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin...
  • Pagina 948 Instellingen/Registratie Settings/ <Standaard>, <Niveau 1>, Registration <Instellingen levendigheid full colour afdr.> <Niveau 2> Basic Information <X>: -1,0% tot tot +1,0% (in Settings/ stappen van 0,1%) Registration <Fijn-aanpassing zoom> <Y>: Basic -1,0% tot tot +1,0% (in Information stappen van 0,1%) <Instellingen ditherpatroon> <Patroon 1>, <Patroon 2>...
  • Pagina 949 Instellingen/Registratie Aanpassen actie 663C-0HA ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met (UI op Apparaatinformatie Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op...
  • Pagina 950 Instellingen/Registratie Onderhoud 663C-0HC ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI wanneer dit Importeer (UI op Apparaatinformatie met Remote UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin...
  • Pagina 951 Instellingen/Registratie Functie-instellingen 663C-0HE Algemeen(P. 938) Kopie(P. 951) Printer(P. 953) Verzenden(P. 974) Ontvangen/Doorzenden(P. 985) Opslaan/Toegang bestanden(P. 988) Afdrukken(P. 992) Webtoegang(P. 994)
  • Pagina 952 Instellingen/Registratie Algemeen 663C-0HF ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote wanneer dit Importeer UI (UI op Apparaatinformatie met Remote UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin...
  • Pagina 953 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ Registration 0 tot tot 999 min. Basic Information <Instellingen Papieruitvoer> <Blad A>: <Kopie>, <Toeg. opgesl. best.>, <Printer>, <Ontvangen>, <Overige>, <IP Fax 1>, <Fax 1>, <Fax 2> <Blad B>: <Kopie>, <Toegang opgesl. best.>, <Printer>, <Ontvangen>, <Overige>, <IP Settings/ Fax 1>, <Fax 1>, <Fax 2>...
  • Pagina 954 Instellingen/Registratie <Hoek/Dubbel>: <Afdrukken zonder nieten>, <Afdrukken annuleren> Settings/ <Rugnieten>: <Afdrukken Registration <Actie bij te veel vellen om te nieten> zonder nieten>, <Afdrukken Basic annuleren> Information <Eco (zonder nietjes)>: <Afdrukken zonder nieten>, <Afdrukken annuleren> Settings/ <Verschuiven inschakelen vr Registration <Aan>, <Uit> afdr.opdrachten met 1 vel>...
  • Pagina 955 Instellingen/Registratie ● <Tekst>: <Aan>, <Uit> Datuminstellingen (<dd/mm/ yyyy>, <yyyy/mm/dd>, Settings/ <mm/dd/yyyy>, Registration <yyyy.mm.dd>, Basic <mm.dd.yyyy>, Information <dd.mm.yyyy>) Settings/ Tekens instellen (<Invoeren>, Registration selecteer uit de Basic geregistreerde tekens) Information Settings/ Uitlijninstellingen (<Links Registration uitlijnen>, <Midden Basic uitlijnen>, <Rechts uitlijnen>) Information Settings/ Registration <Aan>, <Uit>...
  • Pagina 956 Instellingen/Registratie Bij het gebruik van TL Code: Settings/ <Niet instellen>, <Stuurpr. Registration bev. watermerk>, <Stuurpr. Basic doc. scanvergr.> Information <Printerstuurpr. Waterm./Doc. scanvergr.> Bij het gebruik van QR Code: Settings/ <Niet instellen>, <Stuurpr. Registration bev. watermerk>, <Stuurpr. Basic doc. scanvergr.>, <Sec. Information watermerk + scanverg.
  • Pagina 957 Instellingen/Registratie <Achtergrondraster>: <Geen>, <Arabesk>, <Waaiers>, <Polka dots>, <Sterren>, <Zeefmaas>, <Wolken>, <Kersenbloesem>, <Gebladerte> ● <Afdrukinstellingen> <Formaat>: <Klein>, <Medium>, <Groot> ● <Afdrukinstellingen> <Verticaal afdrukken>: <Aan>, <Uit> ● <Afdrukinstellingen> <Witte letters op gekl. achtergr.>: <Aan>, <Uit> <Initialiseren>: <Ja>, <Nee> Settings/ <Inst. standaardwaarde> (1 Registration tot 64): 1 tot tot 64...
  • Pagina 958 Instellingen/Registratie Settings/ <Inst. standaardwaarde> (1 Registration tot 64): 1 tot tot 64 Basic Information Settings/ <Latente vlak densiteit> (1 tot Registration 36): 1 tot tot 36 Basic Information <Voor printer 1200 dpi> Settings/ <Relatieve contrast>: -7 tot Registration tot +7 Basic Information <Voorbeeldafdruk>...
  • Pagina 959 Instellingen/Registratie <Achtergrondraster>: <Geen>, <Arabesk>, <Waaiers>, <Polka dots>, <Sterren>, <Zeefmaas>, <Wolken>, <Kersenbloesem>, <Gebladerte> ● <Afdrukinstellingen> <Formaat>: <Klein>, <Medium>, <Groot> ● <Afdrukinstellingen> <Verticaal afdrukken>: <Aan>, <Uit> ● <Afdrukinstellingen> <Witte letters op gekl. achtergr.>: <Aan>, <Uit> <Initialiseren>: <Ja>, <Nee> Settings/ <Inst. standaardwaarde> (1 Registration tot 64): 1 tot tot 64...
  • Pagina 960 Instellingen/Registratie Settings/ <Inst. standaardwaarde> (1 Registration tot 64): 1 tot tot 64 Basic Information Settings/ <Latente vlak densiteit> (1 tot Registration 36): 1 tot tot 36 Basic Information <TL-code aanpassen> Settings/ Registration <Kleur>: <Magenta>, <Zwart> Basic Information Settings/ ● <Magenta> Registration <Dotgrootte>...
  • Pagina 961 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ Registration <Aan>, <Uit> Basic Information <Verwijder automatisch onderbroken opdrachten> Settings/ Registration 0 tot tot 999 min. Basic Information <Scaninstellingen> Settings/ <Vanaf 1ste pagina>, <Vanaf Registration <Aanvoerstoring herstelmethode> onderbr. origineel> Basic Information Settings/ <Stel detectie invoer van meerdere Registration <Aan>, <Uit>...
  • Pagina 962 Instellingen/Registratie <Beeldniveau in Tekst/Foto mode of Foto mode>: <Datagrootte prioriteit>, Settings/ <Normaal>, Registration <Beeldkwaliteitsniveau voor Compact> <Kwaliteitprioriteit> Basic <Beeldniveau in Tekst- Information modus>: <Gegev. grootteprio.>, <Normaal>, <Kwaliteitprioriteit> Settings/ Registration <Smart Scan>: <Aan>, <Uit> Basic Information <Instellingen OCR (Doorzoekbare tekst)> Settings/ <Max.aantal tek.
  • Pagina 963 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ Registration <Optimaliseer PDF voor web> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <256-bits AES-instellingen vr Encrypted <Acrobat 9.0 of equivalent>, Registration PDF> <Acrobat 10.0 of equivalent> Basic Information <Oper. instellingen Document scanvergr.> Settings/ <TL-code gebruiken>, <QR- Registration <Gebruik Documentscanvergrendeling> code gebruiken>, <Niet Basic gebruiken>...
  • Pagina 964 Instellingen/Registratie *3 <Geforc. beveiligd watermerk>: Nee <Geforc. document scanvergrendeling>: Nee <Sec. watermerk + scanverg. doc>: Nee *4 <Stuurpr. bev. watermerk>: Nee <Wachtwoord voor analyse ingesloten info.>: Nee *5 <Stuurpr. bev. watermerk>: Nee <Stuurpr. doc. scanvergr.>: Nee <Sec. watermerk + scanverg. doc>: Nee...
  • Pagina 965 Instellingen/Registratie Kopie 663C-0HH ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op...
  • Pagina 966 Instellingen/Registratie <Gebruik Settings/ Automatisch (Kleur/ Registration Basic Zwart/wit)>: <Aan>, Information <Uit> <Gebruik full Settings/ colour>: <Aan>, Registration Basic <Uit> Information <Selecteer kleurinstellingen voor kopiëren> Settings/ <Gebruik één Registration Basic kleur>: <Aan>, <Uit> Information <Gebruik twee Settings/ kleuren>: <Aan>, Registration Basic <Uit>...
  • Pagina 967 Instellingen/Registratie Printer 663C-0HJ ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote wanneer dit Importeer UI (UI op Apparaatinformatie met Remote UI Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin...
  • Pagina 968 Instellingen/Registratie Settings for <Inst. lengte flaplengte> tot 30,0 mm Printer Settings <SystemParams Settings for <PS Wachtwoordinstellingen> Wachtwoord>, <StartJob- Printer Settings wachtwoord> Settings/ <Paper Feed Mode When Using PCL <Mode 0>, <Mode 1>, Registration Emulation> <Mode 2> Basic Information * Geeft items aan die alleen verschijnen wanneer het juiste optionele product beschikbaar is voor gebruik of de juiste instelling is aangegeven.
  • Pagina 969 Instellingen/Registratie Afdrukrapport 663C-0HK ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Importeer Item DeviceAdmin NetworkAdmin Remote UI (UI op instelling...
  • Pagina 970 Instellingen/Registratie Custom Settings 663C-0HL ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote Importeer wanneer dit met UI (UI op Apparaatinformatie Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin alles-...
  • Pagina 971 Instellingen/Registratie <Paper Output> <Finishing>: <Off>, <Collate>, <Group>, <Rotate+Collate> <Rotate+Group> , <Offset *1*2 +Collate> , <Offset +Group> , <Staple *1*3 +Collate> , <Staple *1*3 +Group> , <Eco(Stpl-Fr) *1*4 +Col> , <Eco(Stpl-Fr) Settings for <Finishing> >*1*4 +Grp Printer Settings <Offset Copies>: tot 9999 <Binding Position>: <Corner (Upper-L)>, <Double (Top)>, <Corner...
  • Pagina 972 Instellingen/Registratie <Standard>, <High 1>, Settings for <Gradation> <High 2> Printer Settings Settings for <Resolution> <1200 dpi>, <600 dpi> Printer Settings Settings for <Sharpness (Photo)> -1 tot +3; Printer Settings <Mode 1>, <Mode 2>, Settings for <Special Smoothing Mode> <Mode 3>, <Mode 4>, Printer Settings <Mode 5>, <Mode 6>...
  • Pagina 973 Instellingen/Registratie Settings for <Auto Error Skip> <On>, <Off> Printer Settings <Timeout>: <On>, <Off> Settings for <Timeout> <Timeout>: 5 tot 300 Printer Settings seconden; seconden Settings for <Print After Completing RIP> <On>, <Off> Printer Settings <Booklet>: <On>, <Off> Settings for <Book Opening> <Left <Booklet>...
  • Pagina 974 Instellingen/Registratie <Auto (Color/B&W)>, Settings for <Color Mode> <Black & White> Printer Settings Settings for <Compressed Image Output> <Output>, <Display Error> Printer Settings <Initialize> <Yes>, <No> *1 Geeft items aan die alleen verschijnen wanneer het juiste optionele product beschikbaar is voor gebruik of de juiste instelling is aangegeven. *2 Kopieën: 1 tot 9999 *3 Nietpositie (Staple+Collate, Staple+Group): Corner (Upper-L), Double (Top), Corner (Upper-R), Double (Right), Corner (Lower-R), Double (Bottom), Corner (Lower-L), Double (Left).
  • Pagina 975 Instellingen/Registratie Error Diffusion 663C-0HR ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles-...
  • Pagina 976 Instellingen/Registratie 663C-0HS ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote Importeer wanneer dit met UI (UI op Apparaatinformatie Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op...
  • Pagina 977 Instellingen/Registratie <ARABIC8>, <DESKTOP>, <GREEK8>, <HEBREW7>, <HEBREW8>, <ISO4>, <ISO6>, <ISO11>, <ISO15>, <ISO17>, <ISO21>, <ISO60>, <ISO69>, <ISOCYR>, <ISOGRK>, <ISOHEB>, <ISOL1>, <ISOL2>, <ISOL5>, <ISOL6>, <ISOL9>, <LEGAL>, <MATH8>, <MCTEXT>, <MSPUBL>, <PC8>, <PC8DN>, <PC8GRK>, Settings for <Character Code> <PC8TK>, <PC775>, Printer Settings <PC850>, <PC851>, <PC852>, <PC858>, <PC862>, <PC864>, <PC866>, <PC1004>, <PIFONT>, <PSMATH>,...
  • Pagina 978 <PS Normal> <PS Photo>, <TR Normal> Printer Settings <RGB Pure Black Process>, <CMYK Simulation Profile>, <US Web Ctd(Canon>, <JapanColor(Canon>, <Euro Settings for <Use Grayscale Profile> Standard>, <Spot Color Printer Settings Matching>, <Pure Black Text>, <Black Overprint>, <Brightness>, <%>, <Toner Reduction>...
  • Pagina 979 <Black Overprint> Printer Settings <sRGB>, <Gamma 1.5>, <Gamma 1.8>, <Gamma <RGB Source Profile> 2.4>, <None>, <Download Profile> <JapanColor(Canon>, <US Web Ctd(Canon>, <Euro <CMYK Simulation Profile> Standard>, <None>, <Download Profile> <Use Grayscale Profile> <On>, <Off> <Text>: <Photo>, <Photo>, <TR Normal>, <TR Photo>,...
  • Pagina 980 Instellingen/Registratie <Err Diffusion(600dpi Only)>: <On>, <Off> <Text>: <Resolution>, <Gradation> Settings for <Normal> Printer Settings <Graphics>: <Resolution>, <Gradation> <Image>: <Resolution>, <Gradation> Settings for 85% tot 115%; 100% <Brightness> Printer Settings Settings for <Composite Overprint> <On>, <Off> Printer Settings <sRGB>, <NTSC>, Settings for <Grayscale Conversion>...
  • Pagina 981 Instellingen/Registratie Imaging 663C-0HW ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op...
  • Pagina 982 Instellingen/Registratie <Resolution>, Settings for Printer <Normal> <Gradation>, <Error Settings Diffusion> Settings for Printer <Gray Compensation> <On>, <Off> Settings <sRGB>, <NTSC>, Settings for Printer <Grayscale Conversion> <Uniform RGB> Settings *1 Geeft items aan die alleen verschijnen wanneer het juiste optionele product beschikbaar is voor gebruik of de juiste instelling is aangegeven.
  • Pagina 983 <Black Overprint> Printer Settings <sRGB>, <Gamma 1.5>, <Gamma 1.8>, <Gamma <RGB Source Profile> 2.4>, <None>, <Download Profile> <JapanColor(Canon>, <US Web Ctd(Canon>, <Euro <CMYK Simulation Profile> Standard>, <None>, <Download Profile> <Use Grayscale Profile> <On>, <Off> <Text>: <Photo>, <Photo>, <TR Normal>, <TR Photo>,...
  • Pagina 984 Instellingen/Registratie <Image>: <Photo>, <Photo>, <TR Normal>, <TR Photo>, <Download Profile> <Perceptual>, Settings for <Matching Method> <Saturation>, Printer Settings <Colorimetric> <Err Diffusion(600dpi Only)>: <On>, <Off> <Text>: <Resolution>, <Gradation> Settings for <Normal> Printer Settings <Graphics>: <Resolution>, <Gradation> <Image>: <Resolution>, <Gradation> Settings for 85% tot 115%;...
  • Pagina 985 Instellingen/Registratie 663C-0HY ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote UI Importeer wanneer dit met Beschrijving (UI op Apparaatinformatie Item DeviceAdmin NetworkAdmin alles- Remote UI (UI op instelling...
  • Pagina 986 Instellingen/Registratie <Graphics>: <On>, <Off> <Image>: <On>, <Off> <Text>: <sRGB>, <NTSC>, <Uniform RGB> <Graphics>: <sRGB>, Settings for Printer <NTSC>, <Uniform <Grayscale Conversion> Settings RGB> <Image>: <sRGB>, <NTSC>, <Uniform RGB> *1 Geeft items aan die alleen verschijnen wanneer het juiste optionele product beschikbaar is voor gebruik of de juiste instelling is aangegeven.
  • Pagina 987 Instellingen/Registratie Utility 663C-0J0 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Remote Naam item UI (UI op wanneer dit met Beschrijving Apparaatinformatie Importeer Item DeviceAdmin NetworkAdmin afstand) Remote UI (UI op...
  • Pagina 988 Instellingen/Registratie Verzenden 663C-0J1 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote wanneer dit Importeer UI (UI op Apparaatinformatie met Remote Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin alles-...
  • Pagina 989 Instellingen/Registratie Basic Information Favorite <Wijzig standaard instellingen> <Registr.>, <Initialiseren> Settings <Snelkoppeling 1>: <2-zijdig origineel>, Elke modus, <Niettoegewezen> Favorite <Registreer sneltoetsen opties> <Snelkoppeling 2>: Settings <Versch. orig. formaten>, Elke modus, <Niettoegewezen> <Alleen bij fout>, <Aan>, <Uit> Wanneer <Alleen bij fout> is geselecteerd: <Afdrukken uit opties toestaan>: <Aan>, <Uit>...
  • Pagina 990 Instellingen/Registratie <Weergave naam bestemming>: <Aan>, <Uit> <Markering telefoonnr.>: <Fax>, <TEL> Settings/ Registration <Verwijder mislukte TX opdrachten> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ Registration <Aantal pogingen> 0 tot tot 5 keer Basic Information Settings/ <Hoge verhouding>, Registration <Gegevenscompressieverhouding> <Normaal>, <Lage Basic verhouding> Information Settings/ <Gamma 1,0>, <Gamma 1,4>,...
  • Pagina 991 Instellingen/Registratie <Startmap>, <Reg. vr elke gebr.>, <Loginserver gebruiken> Wanneer <Startmap> is geselecteerd: <Inst.>, <Gebruik verif. gegev. Settings/ elke. gebr.> <Specificatiemethode persoonlijke Registration map> <Instellen>: <Protocol> Basic (<Windows (SMB)>, Information <WebDAV>), <Hostnaam>, <Mappad> Wanneer <Loginserver gebruiken> is geselecteerd: <Gebruik verif. gegev. elke. gebr.>...
  • Pagina 992 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ <SMTP-server>: De SMTP- Registration server opgeven Basic Information Settings/ <E-mailadres>: E-mailadres Registration invoeren Basic Information Settings/ <POP-server>: De POP-server Registration opgeven Basic Information Settings/ <POP-loginnaam>: POP- Registration aanmeldingsnaam invoeren Basic Information Settings/ <POP-wachtwoord>: POP- Registration wachtwoord invoeren Basic Information Settings/...
  • Pagina 993 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ <Verific.scherm weerg. bij Registration verzenden>: <Aan>, <Uit> Basic Information <SMTP TX>, <POP IN> Settings/ <Geef poortnummer op voor SMTP Registration UIT/POP IN> <SMTP TX>: 1 tot tot 65535 Basic <POP IN>: 1 tot tot 65535 Information <Versleutelingsinstellingen>: <Altijd versleutelen>, <Alleen versleut.
  • Pagina 994 Instellingen/Registratie Settings/ <Niet-gereg. gebr. toestaan om e-mail Registration <Aan>, <Uit> te vrz> Basic Information Settings/ Registration <Volledige modus TX timeout> 1 tot tot 99 u. Basic Information Settings/ Registration <MDN/DSN afdrukken bij ontvangst> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ Registration <Gebruik verzenden via server> <Aan>, <Uit>...
  • Pagina 995 Instellingen/Registratie <Toon opmerkingen>: <Aan>, Settings/ <Uit> Registration Basic <Verwijd.>, <Controleer Information inhoud>, <Hernoemen> Settings/ <Weergave bevestiging voor Registration <AAN>, <Uit> favorieteninst.> Basic Information Settings/ <Standaard>, <Adresboek>, Registration <Standaardscherm> <Favor.- instel.> Basic Information Settings/ Registration <Beperk gebruik adresboek> <Aan>, <Uit> Basic Information Favorite <Wijzig standaard instellingen>...
  • Pagina 996 Instellingen/Registratie <Aantal pogingen>: 1 tot 10 keer <Herhalingsinterval>: tot 99 Basic minuten Information <Herhalen bij TX fout>: <Fout en 1ste pagina>, <Alle pagina's>, <Uit> Settings/ <Controleer kiestoon voor Registration <Aan>, <Uit> verzending> Basic Information <Alleen bij fout>, <Aan>, <Uit> Wanneer <Alleen bij fout> is geselecteerd: Settings/ <Rapport met TX beeld>:...
  • Pagina 997 Instellingen/Registratie Settings/ <Lijnnaam voor specifiek Registration De lijnnaam opgeven lijnscherm bewerken> Basic Information Settings/ <Standaardadressenlijst bij <Adreslijst 1> tot <Adreslijst Registration selecteren van lijn> 10>, <Alle adreslijsten> Basic Information Als de Super G3 FAX kaart en Settings/ Super G3 2de lijn-faxkaart zijn Registration <Selecteer TX-lijn>...
  • Pagina 998 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ <Auto>, <Lijn 1>, <Lijn 2> Registration <Selecteer prioriteitlijn> <Lijn 3> , <Lijn 4> Basic <Prioriteit TX>, <Verbied TX> Information Settings/ Registration <IP Fax gebruiken> <Aan>, <Uit> Basic Information <Intranet gebruiken>: <Aan>, Settings/ <Instellingen IP- <Uit> Registration faxcommunicatiemodus>...
  • Pagina 999 Instellingen/Registratie Ontvangen/Doorzenden 663C-0J2 ● Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie(P. 887) . Kan in Naam item Remote wanneer dit Importeer UI (UI op Apparaatinformatie met Remote Item Beschrijving instelling DeviceAdmin NetworkAdmin alles-...
  • Pagina 1000 Instellingen/Registratie Basic Information Settings/ Registration <Gebruik doorzendinstellingen> <Aan>, <Uit> Basic Information Settings/ <Behandeling bestanden met <Altijd afdrukken>, Registration doorzendfouten> <Opslaan/Afdrukken>, <Uit> Basic Information <Ontv.methode:>, <Geldig/ Ongeldig>, <Verwijd.>, <Registreren>, <Doorzenden Forwarding <Doorstuurinstellingen> zonder voorw.>, <Details/ Settings Bewerken>, <E-mail prioriteit>, <Lijst afdrukken>, <Zoeken>, <Wissen>...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Imagerunner advance c3525iImagerunner advance c3520i