[Use TPM to store password and key]
Bij inschakeling van TPM-instellingen
●
Wijzig het standaard ingestelde beheerderswachtwoord om te voorkomen dat een externe partij, buiten de
beheerder, een back-up kan maken van de TPM-sleutel. Als een externe partij de TPM-reservesleutel
overneemt, kunt u de TPM-sleutel niet herstellen.
●
Uit het oogpunt van betere beveiliging kan slechts één TPM-reservesleutel worden gemaakt. Als de TPM-
instellingen zijn ingeschakeld, bewaar de TPM-reservesleutel dan op een USB-geheugenapparaat, en bewaar
die op een veilige plek om verlies of diefstal te voorkomen.
●
De beveiligingsfuncties die TPM biedt, vormen geen garantie op volledige bescherming van de gegevens en
hardware.
◼
[Log]
U kunt periodiek nagaan hoe de machine wordt gebruikt door verplicht gebruik van logboeken die moeten worden
vastgelegd.
[Force recording of audit log] <Bewerkingslog opslaan> is ingesteld op <Aan>,
[Force SNTP settings]
◼
[Job]
[Printing Policy]
Voorkom dat bij het afdrukken informatie wordt gelekt.
[Prohibit immediate printing
of received jobs]
De machine beheren
<TPM instellingen> is ingesteld op <Aan>.
Wachtwoorden en sleutels worden versleuteld en
opgeslagen op daartoe bestemde hardware.
<Weergave opdrachtlog> is ingesteld op <Aan>,
<Opdrachtlog ophalen van beheersoftware> in
<Weergave opdrachtlog> is ingesteld op <Toestaan>,
<Opslaan auditlogboek> is ingesteld op <Aan>,
<Netwerkverificatielog ophalen> is ingesteld op <Aan> en
<Gebruik aanm.naam als gebr.naam vr afdrukopdracht.>
is ingesteld op <Aan>. Auditlogboeken worden altijd
vastgelegd.
Bij <SNTP instellingen> is <Gebruik SNTP> ingesteld op
<Aan>. Tijdssynchronisatie via SNTP is verplicht. Voer een
waarde in voor [Server Name] op het instellingenscherm
van de Remote UI (UI op afstand).
De volgende instellingen worden ingesteld op <Aan>.
●
<Fax geheugenslot> in Fax/I-Fax postbus
●
<I-Fax geheugenslot> in Fax/I-Fax postbus
●
<Instellen
Fax/I-Fax
faxgeheugenslot>
●
<Instellen Fax/I-Fax postbus>
geheugenslot>
●
<Geforceerd in de wachtrij>
De volgende instellingen worden ingesteld op <Uit>.
●
<Instellen/Registreren postbussen>
bij opslaan via printerstuurprogr.>
postbus>
<Gebruik
<Gebruik I-Fax
<Afdrukken
691
<TPM instellingen>(P. 1175)
<Bewerkingslog opslaan>(P. 1151)
<Weergave opdrachtlog>(P. 1167)
<Opslaan auditlogboek>(P. 1167)
<Netwerkverificatielog
ophalen>(P. 1167)
<Gebruik aanm.naam als
gebr.naam vr
afdrukopdracht.>(P. 1087)
<SNTP instellingen>(P. 1079)
<Behandeling bestanden met
doorzendfouten>(P. 1142)
<Gebruik faxgeheugenslot>(P. 1143)
<Gebruik I-Fax
geheugenslot>(P. 1143)
<Geheugenslot eindtijd>(P. 1144)
<Instellen/Registreren
postbussen>(P. 1149)
<Adr.weergave bij opslaan via
printerstuurprog.>(P. 1150)
<Geforceerd in de wachtrij>(P. 1153)
<Afdrukken bij opslaan via
printerstuurprogr.>(P. 1149)