<Uit>. Bij de instelling <Uit> treedt een verzendfout op wanneer de hoeveelheid verzonden gegevens een
bepaalde waarde overschrijdt.
●
Als u condities opgeeft die niet door de ontvanger worden ondersteund, kan dat een verzendfout tot
gevolg hebben.
●
U kunt op <Opslaan in adresboek> drukken om de ingevoerde bestemming vast te leggen. Stel de vereiste
voorwaarden in en geef <Naam> en <Adresboek>. Voor informatie over de instellingen raadpleegt u
Bestemmingen registreren in het adresboek(P. 227) .
6
Druk op <OK>.
Naar een apparaat binnen hetzelfde netwerk verzenden
●
Wanneer u een I-fax naar een apparaat binnen hetzelfde netwerk verzendt, kunt u rechtstreeks naar
het apparaat verzenden zonder tussenkomst van de mailserver. Stel <Verzenden via server> eerst in
op <Uit> voordat u een I-fax verzendt.
Bestemmingen op de LDAP-server opgeven
U kunt bestemmingen op de LDAP-server zoeken en opgeven.
1
Druk op <Adresboek>.
2
Druk op <Naar LDAP-server>.
●
Wanneer <Adresboek wijzigen> wordt weergegeven, drukt u op <Adresboek wijzigen>
●
Als het invoerscherm voor het netwerkwachtwoord wordt weergegeven, voert u de gebruikersnaam en
wachtwoord in, en drukt u op <OK>.
3
Druk op <Zoek op condities>.
Faxen
<Max. bestandsgr. bij verzending>(P. 1131)
465
<LDAP-server>.