224
03.01 HOOFD CONTROLWOORD
De tekst in vette hoofdletters verwijst naar de statuswaarden in
Bit
Benaming
0
OFF1 CONTROL 1
1
OFF2 CONTROL 1
2
OFF3 CONTROL 1
3
INHIBIT_
OPERATION
4
RAMP_OUT_
ZERO
5
RAMP_HOLD
6
RAMP_IN_
ZERO
7
RESET
8
INCHING_1
9
INCHING_2
10
REMOTE_CMD
11
EXT CTRL LOC
12 ...
Gereserveerd
15
Besturing via een veldbus
Waarde Invoeren van STATUS/Omschrijving
Voer READY TO OPERATE in
0
Stop langs de momenteel actieve deceleratiehelling (22.03/22.05). Voer OFF1
ACTIVE in; ga verder naar READY TO SWITCH ON, tenzij andere tussentijdse
blokkeringen (OFF2, OFF3) actief zijn.
Bedrijf voortzetten (OFF2 niet actief).
0
Noodgeval OFF, stoppen via uitloop.
Voer OFF2 ACTIVE in; ga verder naar SWITCH-ON INHIBITED.
Bedrijf voortzetten (OFF3 niet actief).
0
Noodstop, stop binnen tijd bepaald door par. 22.07. Voer OFF3 ACTIVE in; ga verder
naar SWITCH-ON INHIBITED.
Waarschuwing: Zorg dat motor en aangedreven machine met deze stopmodus
kunnen worden gestopt .
1
Voer OPERATION ENABLED in. (Opmerking: Het startvrijgavesignaal moet actief
zijn; zie parameter 16.01. Als par.
ook het startvrijgavesignaal.)
0
Werking geblokkeerd. Voer OPERATION INHIBITED in.
1
Normaal bedrijf.
Voer RAMP FUNCTION GENERATOR: OUTPUT ENABLED in.
0
Forceer uitgang hellingfunctiegenerator naar nul.
Omvormer stopt langs helling (stroom- en DC-spanningslimieten gelden).
1
Naar hellingfunctie.
Voer RAMP FUNCTION GENERATOR: ACCELERATOR ENABLED in.
0
Stop hellingfunctie (uitgang hellingfunctiegenerator wordt vastgehouden).
1
Normale werking. Voer OPERATING in.
0
Dwingt ingang Hellingfunctiegenerator naar nul.
0 1
Foutreset als een fout actief is. Voer SWITCH-ON INHIBITED in.
0
Normaal bedrijf voortzetten.
1
Niet in gebruik.
1 0
Niet in gebruik.
1
Niet in gebruik.
1 0
Niet in gebruik.
1
Veldbusbesturing ingeschakeld.
0
Controlwoord <> 0 of Referentie <> 0: Handhaaf laatste controlwoord en referentie.
Controlwoord = 0 en Referentie = 0: Veldbusbesturing actief.
Referentie en deceleratie-/acceleratiehelling zijn vergrendeld.
1
Kies externe besturingslocatie EXT2. Van kracht als par.
COMM.CW.
0
Kies externe besturingslocatie EXT1. Van kracht als par.
COMM.CW.
16.01
is ingesteld op COMM. CW, activeert deze bit
11.02
11.02
Figure 1
.
is ingesteld op
is ingesteld op