Download Print deze pagina

Advertenties

ACS800
Firmwarehandleiding
ACS800 Standaardbesturingsprogramma 7.x

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor ABB ACS800

  • Pagina 1 ACS800 Firmwarehandleiding ACS800 Standaardbesturingsprogramma 7.x...
  • Pagina 3 ACS800 Standaardbesturingsprogramma 7.x Firmwarehandleiding 3AFE64527053 REV L GELDIG VANAF: 25-08-2011  2011 ABB Oy. Alle rechten voorbehouden.
  • Pagina 5 Feedback geven over ABB-omvormerhandleidingen ........14...
  • Pagina 6 Gegevens downloaden van het paneel naar een omvormer ......37 Contrast van het paneel instellen ..........38 Omvormerselectiemodus .
  • Pagina 7 Instellingen ..............57 Safe torque off (STO) .
  • Pagina 8 Omvormer temperatuur ............70 Uitgebreide monitoring van de omvormertemperatuur voor ACS800, frames R7 en R8 ..70 Instellingen .
  • Pagina 9 Gebruik van meerdere omvormers met Master/Follower ....... . 84 Instellingen en diagnostiek ........... . . 84 Tornen .
  • Pagina 10 22 ACCEL/DECEL ............141 23 TOERENREGELAAR .
  • Pagina 11 ABB Drives communicatieprofiel ........
  • Pagina 12 Analoge uitbreidingsmodule Overzicht ..............263 Toerenregeling via de analoge uitbreidingsmodule .
  • Pagina 13 Inleiding Overzicht van de hoofdstukken Dit hoofdstuk bevat een beschrijving van de inhoud van de handleiding. Daarnaast bevat het informatie over de compatibiliteit, veiligheid en de beoogde doelgroep. Compatibiliteit De handleiding is compatibel met het Standaardbesturingsprogramma versies ASXR7360 en AS7R7363. Zie parameter 33.01 SW.
  • Pagina 14 Informatie over producten en service Wendt u zich voor meer informatie over het product tot uw plaatselijke ABB- vertegenwoordiger, waarbij u de typecode en het serienummer van de betreffende unit vermeldt. Een lijst met ABB verkoop-, ondersteunings- en servicecontacten is te vinden op www.abb.com/drives...
  • Pagina 15 Opstarten en besturing via de I/O Overzicht van de hoofdstukken Dit hoofdstuk bevat instructies voor: • het opstarten • het starten, stoppen, wijzigen van de draairichting en aanpassen van het toerental van de motor via de I/O-interface • het uitvoeren van een identificatierun van de omvormer. Opstarten van de omvormer De gebruiker kan uit twee manieren kiezen om de omvormer te starten: de Opstartassistent gebruiken of beperkt opstarten.
  • Pagina 16 Schakel de netvoeding in. Het bedieningspaneel geeft eerst de CDP312 PANEL Vx.xx identificatiegegevens van het paneel weer … ..… en vervolgens de identificatiegegevens van de omvormer … ACS800 ID NUMBER 1 … daarna het scherm met actuele gegevens … -> 0.0 rpm...
  • Pagina 17 Schakel de netvoeding in. Het bedieningspaneel geeft eerst de CDP312 PANEL Vx.xx identificatiegegevens van het paneel weer … ..… en vervolgens de identificatiegegevens van de omvormer … ACS800 ID NUMBER 1 … daarna het scherm met actuele gegevens … -> 0.0 rpm...
  • Pagina 18 99 OPSTARTGEGEVENS … Toegestaan bereik: 1/2 · U 2 · U van ACS800. (U verwijst naar de hoogste 05 M NOM SPANNING spanning in elk van de nominale spanningsbereiken: 415 VAC bij 400 VAC omvormers, 500 VAC bij 500 VAC en 690 VAC bij 600 VAC omvormers.)
  • Pagina 19 - nominale motorstroom -> 0.0 rpm 99 OPSTARTGEGEVENS … Toegestaan bereik: ongeveer 1/6 · I 2 · I van ACS800 (0 … 2 · I 06 M NOM STROOM parameter 99.04 = SCALAR)) - nominale motorfrequentie -> 0.0 rpm 99 OPSTARTGEGEVENS …...
  • Pagina 20 IDENTIFICATIEMAGNETISATIE (met ID-run motor ingesteld op ID MAGN) Druk op de LOC/REM-toets om naar lokale besturing te gaan (L 1 L -> 1242.0 rpm zichtbaar op de eerste regel). **WAARSCHUWING** MOTOR START Druk op om de identificatiemagnetisatie te starten. De motor wordt gedurende 20 tot 60 s bij 0 toeren gemagnetiseerd.
  • Pagina 21 Deceleratietijd 1 instellen. 1 L ->0,0 rpm 22 ACCEL/DECEL Opmerking: Controleer tevens deceleratietijd 2, als uw toepassing 03 DECELER TIJD 1 twee deceleratietijden nodig heeft. De omvormer is nu gereed voor gebruik. Opstarten en besturing via de I/O...
  • Pagina 22 Besturen van de omvormer via de I/O-interface De onderstaande tabel geeft aan hoe de omvormer kan worden bestuurd via de digitale en analoge ingangen, nadat: • het opstarten van de motor is uitgevoerd en • de standaard (fabriek) parameterinstellingen geldig zijn. VOORLOPIGE INSTELLINGEN Zorg dat de macro Factory actief is.
  • Pagina 23 1 L ->1242.0 rpm 99 OPSTARTGEGEVENS 10 MOTOR IDENT. RUN [STANDAARD] • Druk op ENTER om de keuze te bevestigen. De volgende waarschuwing wordt weergegeven: 1 L ->1242.0 rpm ACS800 **WAARSCHUWING** ID RUN GESEL Opstarten en besturing via de I/O...
  • Pagina 24 Waarschuwing tijdens de ID-run Waarschuwing nadat een ID run run wordt gestart met succes is voltooid 1 L -> 1242,0 rpm 1 L -> 1242,0 rpm 1 L -> 1242,0 rpm ACS800 ACS800 ACS800 **WAARSCHUWING** **WAARSCHUWING** **WAARSCHUWING** MOTOR START ID RUN...
  • Pagina 25 Dit hoofdstuk beschrijft het gebruik van het bedieningspaneel CDP 312R. Alle omvormers van het type ACS800 zijn voorzien van hetzelfde bedieningspaneel en de instructies zijn dus van toepassing op elk type ACS800. De gebruikte displayvoorbeelden zijn gebaseerd op het standaardbesturingsprogramma; displays afkomstig van andere applicatieprogramma’s kunnen enigszins verschillen.
  • Pagina 26 Regel kiezen Motorgegevensinvoer Applicatiemacro Lijst van functies Pagina kiezen Toerentalregeling EXT1 Functie starten ENTER Omvormerselectiemodus Omvormertype Omvormerselectie ACS800 DRIVE Wijzigen ID-nummer Versie en ID nummer ASXR7260 xxxxxx Modusselectie invoeren ENTER SW-versie / applicatie Nieuwe waarde accepteren ID NUMBER 1 Statusregel De onderstaande afbeelding beschrijft de tekens in de statusregel.
  • Pagina 27 Besturing omvormer met paneel De gebruiker kan de omvormer als volgt met het paneel besturen: • starten, stoppen en de draairichting van de motor wijzigen • de toerenreferentie of koppelreferentie van de motor opgeven • een procesreferentie opgeven (als de PID-regeling actief is) •...
  • Pagina 28 Instellen van de toerentalreferentie Stap Handeling Druk op toets Paneel Statusregel weergeven. ->1242,0 rpm FREQ 45,00 Hz STROOM 80,00 A FUNC VERMOGEN 75,00 % Naar lokale besturing schakelen. 1 L ->1242,0 rpm FREQ 45,00 Hz (alleen als de omvormer niet op lokale besturing is STROOM 80,00 A ingesteld, d.w.z.
  • Pagina 29 Actuele gegevensuitleesmodus In de actuele-gegevensuitleesmodus kan de gebruiker: • gelijktijdig drie actuele gegevens op de display weergeven • de actuele gegevens voor weergave kiezen • de foutgeschiedenis bekijken • de foutgeschiedenis resetten. Het paneel gaat over naar de actuele gegevensuitleesmodus wanneer de gebruiker op de ACT-toets drukt of wanneer deze binnen een minuut geen andere toets indrukt.
  • Pagina 30 Weergeven van de volledige naam van de actuele gegevens Stap Handeling Druk op toets Paneel Weergeven van de volledige naam van de drie actuele Hold 1 L ->1242,0 rpm gegevens. FREQUENTIE STROOM VERMOGEN Terugkeren naar de actuele gegevensuitleesmodus. Release 1 L ->1242,0 rpm FREQ 45,00 Hz STROOM...
  • Pagina 31 Stap Handeling Druk op toets Paneel Weergeven van een actieve fout. 1 L -> 1242,0 rpm ACS800 ** FOUT ** ACS800 TEMP De fout resetten. 1 L -> 1242,0 rpm O RESET FREQ 45,00 Hz STROOM 80,00 A VERMOGEN...
  • Pagina 32 Parametermodus In de parametermodus kan de gebruiker: • de parameterwaarden bekijken • de parameterinstellingen wijzigen. Het paneel gaat over naar de parametermodus wanneer de gebruiker op de PAR- toets drukt. Een parameter kiezen en de waarde wijzigen Stap Handeling Druk op toets Paneel De parametermodus kiezen.
  • Pagina 33 Aanpassen van een bronkeuze (pointer) parameter De meeste parameters bepalen waarden die rechtstreeks in het applicatieprogramma van de omvormer worden gebruikt. Pointerparameters zijn uitzonderingen: zij verwijzen naar de waarde van een andere parameter. De instelling van deze parameters verschilt enigszins van die van andere parameters. Stap Handeling Druk op toets...
  • Pagina 34 Parametergroep 98, 99 en de resultaten van de motoridentificatie zijn standaard niet opgenomen. Deze beperking voorkomt het downloaden van ongeschikte motorgegevens. In speciale gevallen is het echter mogelijk om alles te downloaden. Neem voor aanvullende informatie contact op met de plaatselijke ABB-vertegenwoordiger. Bedieningspaneel...
  • Pagina 35 Toegang krijgen tot een assistent, doorlopen en afsluiten De onderstaande tabel toont de werking van de basistoetsen welke de gebruiker door een assistent begeleiden. De taak Motorgegevensinvoer van de Opstart- assistent wordt als voorbeeld gebruikt. De Start-up Assistant is niet beschikbaar in Scalar modus of wanneer het parameterslot aan is.
  • Pagina 36 Stap Handeling Druk op toets Paneel b. De instelling annuleren en een stap teruggaan. RESET Motorgeg.invoer 3/10 M NOM SPANNING? [415 V] ENTER:Ok RESET:Terug Annuleren en afsluiten. 2 x ACT 1 L -> 0,0 rpm O FREQ 0,00 Hz Opmerking: 1 x ACT brengt u terug naar het eerste STROOM 0,00 A scherm van de taak...
  • Pagina 37 Stap Handeling Druk op toets Paneel De uploadfunctie invoeren. ENTER 1 L -> 1242,0 rpm O LEZEN <=<= Naar externe besturing schakelen. -> 1242,0 rpm O LEZEN <=<= (geen L op de eerste regel van de display.) SCHRIJVEN =>=> CONTRAST Koppel het paneel los en sluit het aan op de omvormer waarnaar de gegevens worden gedownload.
  • Pagina 38 Contrast van het paneel instellen Stap Handeling Druk op toets Paneel Kies de functiemodus. 1 L -> 1242,0 rpm O FUNC Motorgeg.invoer Applicatiemacro Toerentalregeling EXT1 Ga naar de pagina die de upload-, download- en 1 L -> 1242,0 rpm O contrastfuncties bevat.
  • Pagina 39 Kiezen van een omvormer en wijzigen van het ID-nummer op de paneelverbinding Stap Handeling Druk op toets Paneel De omvormerselectiemodus kiezen ACS800 DRIVE ASAAA5000 xxxxxx ID NUMBER 1 De volgende omvormer/schermweergave kiezen. ACS800 Het ID-nummer kan worden gewijzigd door eerst op...
  • Pagina 40 Stap Handeling Druk op toets Paneel Kies een van de modustoetsen om de laatst weergegeven 1 L -> 1242,0 rpm I omvormer aan te sluiten en om een andere modus te FREQ 45,00 Hz kiezen. STROOM 80,00 A FUNC VERMOGEN 75,00 % De gekozen modus wordt ingevoerd.
  • Pagina 41 ‘Packed boolean’-waarden op de display lezen en invoeren Sommige actuele waarden en parameters hebben een ‘packed boolean’-vorm, d.w.z. elke individuele bit heeft een gedefinieerde betekenis (uitgelegd bij het corresponderende signaal of parameter). Op het bedieningspaneel worden ‘packed boolean’-waarden in hexadecimale opmaak gelezen en ingevoerd. In dit voorbeeld zijn bits 1, 3 en 4 van de ‘packed boolean’-waarden AAN: Bit 15 Bit 0...
  • Pagina 42 Bedieningspaneel...
  • Pagina 43 Programmakenmerken Overzicht Dit hoofdstuk beschrijft de programmakenmerken. Bij elk kenmerk vindt u een lijst met gebruiksinstellingen, actuele gegevens en storings- en waarschuwingsmeldingen. Start-up Assistent Inleiding De assistent leidt de gebruiker door de opstartprocedure en helpt deze de benodigde gegevens (parameterwaarden) bij de omvormer in te voeren. De assistent controleert tevens of de ingevoerde waarden geldig zijn, d.w.z.
  • Pagina 44 Lijst van taken met de relevante omvormerparameters Benaming Omschrijving Stelt parameters in Taalkeuze Kiezen van de taal van het bedieningspaneel 99.01 Motorgegevens- Setting the motor data 99.05, 99.06, 99.09, 99.07, 99.08, invoer 99.04 Uitvoeren van de motoridentificatie. (Als de toerentallimieten 99.10 (20.8, 20.07) buiten het toegelaten bereik liggen: instellen van de limieten).
  • Pagina 45 Inhoud van de assistentschermen De Start-up Assistent heeft twee soorten schermen: hoofdschermen en informatieschermen. De hoofdschermen geven de gebruiker een prompt om informatie in te voeren of een vraag te beantwoorden. De assistent doorloopt de hoofdschermen. De informatieschermen bevatten hulptekst bij de hoofdschermen. Onderstaande afbeelding geeft voorbeelden van beide schermen met een verklaring van de inhoud.
  • Pagina 46 De omvormer kan ook worden bestuurd via een pc voorzien van het programma DriveWindow.. Lokale besturing Externe besturing ACS800 Standaard I/O Slot 1 Bedieningspaneel Veldbus- adapter Slot 1 of Slot 2 RTAC/RDIO/RAIO module...
  • Pagina 47 Externe besturing wordt aangegeven door een spatie op het bedieningspaneel of met een R in die speciale gevallen waarin het paneel wordt ingesteld als bron voor externe besturing. ->1242 rpm 1 R ->1242 rpm Externe besturing via de ingangs-/ Externe besturing via het uitgangsaansluitingen of via de bedieningspaneel veldbusinterface...
  • Pagina 48 Blokdiagram: bron van start-, stop-, draairichtingsopdrachten voor EXT1 Het onderstaande diagram geeft de parameters die de interface voor de start-, stop, en draairichtingsopdrachten via externe besturingslocatie EXT1 bepalen. Select DI1 / Std IO EXT1 DI6 / Std IO Start/stop/ DI7 tot DI9 draairichting 10.01 DI1 / DIO ext 1...
  • Pagina 49 Referentietypes en hun verwerking Naast het gebruikelijke analoge ingangssignaal en de signalen van het bedieningspaneel accepteert de omvormer diverse andere referenties. • De omvormerreferentie kan door twee digitale ingangen worden gegeven: de ene digitale ingang verhoogt het toerental, de andere verlaagt het. •...
  • Pagina 50 Reference trimming Bij referentiecorrectie wordt de externe %-referentie (externe referentie REF2) gecorrigeerd afhankelijk van de gemeten waarde van een secundaire applicatievariabele. De functie wordt geïllustreerd in onderstaand blokschema. Switch Keuze max.freq Keuze DIRECT (3) max.koppel max.toerent. %ref PROPOR. (2) 40.18 99.04 (DTC) Keuze UIT (1)
  • Pagina 51 Voorbeeld De omvormer stuurt een transportband. De snelheid van de band is begrensd maar met de trek op de band moet ook rekening worden gehouden: Als de gemeten trek groter is dan het referentiepunt voor de trek, dan wordt de snelheid enigszins verminderd en omgekeerd.
  • Pagina 52 Programmeerbare analoge ingangen De omvormer heeft drie programmeerbare analoge ingangen: een spanningsingang (0/2 tot 10 V of -10 tot 10 V) en twee stroomingangen (0/4 tot 20 mA). Er zijn twee extra ingangen beschikbaar als een optionele analoge I/O-uitbreidingsmodule wordt gebruikt.
  • Pagina 53 Programmeerbare analoge uitgangen Er zijn standaard twee programmeerbare stroomuitgangen (0/4 tot 20 mA) beschikbaar en er kunnen twee extra uitgangen worden toegevoegd als een optionele analoge I/O-uitbreidingsmodule wordt gebruikt. Analoge uitgangssignalen kunnen worden geïnverteerd en gefilterd. De analoge uitgangssignalen kunnen evenredig zijn aan het motortoerental, procestoerental (geschaald motortoerental), de uitgangsfrequentie, uitgangsstroom, het motorkoppel, motorvermogen, enz.
  • Pagina 54 Programmeerbare digitale ingangen De omvormer heeft standaard zes programmeerbare digitale ingangen. Er zijn zes extra ingangen beschikbaar als een optionele digitale I/O-uitbreidingsmodule wordt gebruikt. Updatecyclussen in het standaardbesturingsprogramma Ingang Cyclus DI / standaard 6 ms DI / uitbreiding 12 ms Instellingen Parameter Aanvullende informatie...
  • Pagina 55 Programmeerbare relaisuitgangen Er zijn standaard drie programmeerbare relaisuitgangen. Er kunnen zes uitgangen worden toegevoegd als een optionele digitale I/O-uitbreidingsmodule wordt gebruikt. Door middel van een parameterinstelling is het mogelijk te kiezen welke informatie via de relaisuitgang moet lopen: gereed, bedrijf, storing, waarschuwing, motorstilstand, enz.
  • Pagina 56 Actuele gegevens Er zijn verscheidene actuele gegevens beschikbaar: • Uitgangsfrequentie, -spanning, -stroom, -vermogen van de omvormer • Motortoerental en -koppel • Voedingsspanning en gelijkspanning van de tussenkring • Actieve besturingslocatie (Lokaal, EXT1 of EXT2) • Referentiewaarden • Temperatuur van de omvormer •...
  • Pagina 57 Werking bij korte spanningsuitval Als de voedingsspanning uitvalt, zal de omvormer in bedrijf blijven door de kinetische energie van de draaiende motor te benutten. De omvormer blijft volledig in bedrijf zolang de motor draait en energie opwekt. De omvormer kan na de uitval normaal bedrijf hervatten als de hoofdmagneetschakelaar gesloten is gebleven.
  • Pagina 58 Safe torque off (STO) De Safe torque off functie ontkoppeld de stuurspanning van de vermogenshalfgeleiders van de inverter, d.w.z. de uitgangsspanning van de omvormer wordt uitgeschakeld. Zie de stroomschema's die met de omvormer meegeleverd zijn, voor de bedrading die door de gebruiker aangelegd moet worden. WAARSCHUWING! De Safe torque off functie schakelt de spanning van de hoofd- en hulpcircuits van de omvormer niet uit.
  • Pagina 59 Werkelijke waarde Aanvullende informatie 03.04 FREQ_LIMIT, bit 15 SLS activatie-status Zie ook Safe speed functions for ACS800 cabinet-installed drives (+Q965/+Q966) Application guide [3AUA0000090742 (Engels)]. Opmerking: Wanneer SLS-functie actief is, hebben de instellingen van kritische toeren in parametergroep 25 geen effect. Programmakenmerken...
  • Pagina 60 DC-magnetisatie Wanneer DC-magnetisatie is geactiveerd, zal de omvormer de motor voorafgaand aan de start automatisch voormagnetiseren. Deze mogelijkheid waarborgt het hoogst mogelijke startkoppel, tot 200% van het nominale motorkoppel. Door de voormagnetisatietijd aan te passen is het mogelijk de start van de motor en bijvoorbeeld de mechanische-remvrijgave te synchroniseren.
  • Pagina 61 Remkoppel (%) Geen fluxremmen Nominaal motorvermogen 2,2 kW 15 kW f (Hz) 37 kW 75 kW 250 kW Fluxremmen f (Hz) De omvormer bewaakt de motorstatus voortdurend, ook tijdens fluxremmen. Daarom kan fluxremmen worden toegepast voor zowel het stoppen van de motor als het wijzigen van het toerental.
  • Pagina 62 Acceleratie- en deceleratiehellingen Er zijn twee door de gebruiker in te stellen acceleratie- en deceleratiehellingen beschikbaar. Het is mogelijk om de acceleratie- en deceleratietijden en de vorm van de helling aan te passen. Het schakelen tussen de twee hellingen kan worden bestuurd via een digitale ingang.
  • Pagina 63 Afregeling van de toerenregelaar Tijdens de motoridentificatie wordt de toerenregelaar automatisch afgeregeld. Het is echter mogelijk om de sterkte van de regeling, de integratietijd en de differentiatietijd met de hand aan te passen of de omvormer een afzonderlijke autotune van de toerenregeling te laten uitvoeren.
  • Pagina 64 Diagnostiek Actueel gegeven 01.02. Prestaties van toerenregeling De onderstaande tabel geeft gebruikelijke prestatiecijfers voor de toerenregeling bij gebruik van DTC (Direct Torque Control). last Toerenregeling Zonder Met pulsgever pulsgever Statische + 0,1 tot 0,5% + 0,01% toerenfout, % van (10% van de nominale slip) t(s) 0,1 - 0,4 %sec...
  • Pagina 65 Scalarbesturing Het is mogelijk om scalarbesturing in plaats van DTC (Direct Torque Control) als motorbesturing te kiezen. Bij scalarbesturing wordt de motor gestuurd met een frequentiereferentie. Met scalarbesturing wordt niet de uitstekende motorbesturing bereikt die met de standaard gebruikte DTC mogelijk is. Het verdient aanbeveling om bij de volgende speciale toepassingen scalarbesturing te activeren: •...
  • Pagina 66 Hexagonale motorflux De omvormer stuurt de motorflux doorgaans zodanig dat de draaifluxvector een cirkelpatroon volgt. Dit is ideaal bij de meeste toepassingen. Bij gebruik boven het veldverzwakkingspunt (FWP, doorgaans 50 of 60 Hz), is het echter niet mogelijk om 100% van de uitgangsspanning te bereiken. Het piekbelastingsvermogen van de omvormer is lager dan bij volle spanning.
  • Pagina 67 Thermische motorbeveiliging De motor kan tegen oververhitting worden beveiligd door de functie Thermische motorbeveiliging te activeren en een van de beschikbare thermische beveiligingsmodussen voor de motor te kiezen. De thermische beveiligingsmodussen zijn gebaseerd op een thermisch motortemperatuurmodel of op een overtemperatuurmeting afkomstig van de motorthermistor.
  • Pagina 68 Opmerking: Het is ook mogelijk de meetfunctie voor de motortemperatuur te gebruiken. Zie de onderdelen Meting van de motortemperatuur via de standaard I/O op pagina Meting van de motortemperatuur via de analoge I/O-uitbreiding pagina 79. Stall Protection De omvormer beschermt de motor bij blokkering. Het is mogelijk de bewakingslimieten aan te passen (koppel, frequentie, tijd) en te kiezen hoe de omvormer moet reageren op blokkering van de motor (waarschuwings- / foutmelding &...
  • Pagina 69 Aardfoutbeveiliging De aardfoutbeveiliging detecteert aardfouten in zowel de motor als de motorkabel. De aardfoutbeveiliging is gebaseerd op het meten van een somstroom. • Een aardfout in de voedingskabel geeft geen activering van de beveiliging. • Bij een geaarde voeding wordt de beveiliging binnen 200 microsec. geactiveerd. •...
  • Pagina 70 Opmerking: De monitoring is beschikbaar voor ACS800-02, -04 en -07, frames R7 en R8 met Standaardbesturingsprogramma versie ASXR7360 (en latere versies). Voor ACS800-U2, -U4 en -U7, frames R7 en R8, is monitoring beschikbaar met Standaardbesturingsprogramma versie ASXR730U (en latere versies).
  • Pagina 71 -0230-2 -0260-2/3/5/7 -0270-5 -0300-2/5 -0320-3/5/7 -0400-3/5/7 -0440-3/5/7 -0490-3/5/7 -0550-5/7 -0610-5/7 Instellingen Parameter Aanvullende informatie 95.10 TEMP INV AMBIENT Omgevingstemperatuur Diagnostiek Waarschuwing/Fout Aanvullende informatie INV OVERTEMP Te hoge temperatuur omvormermodule Kortsluiting Er zijn drie afzonderlijke beveiligingskringen voor detectie van kortsluiting in de motorkabel en omzetter.
  • Pagina 72 Werkbereik De ACS800 heeft instelbare limieten voor het toerental, de stroom (maximum), het koppel (maximum) en de gelijkspanning. Instellingen Parametergroep LIMIETEN. Vermogenslimiet Vermogensbeperking wordt gebruikt om de ingangsbrug en de DC tussenkring te beschermen. Als het maximaal toegestane vermogen overschreden wordt, wordt het omvormerkoppel automatisch begrensd.
  • Pagina 73 Diagnostiek Actuele gegevens Aanvullende informatie 03.02 Bits in een ‘packed boolean’ woord die een bewakingslimiet aangeven 03.04 Bits in een ‘packed boolean’ woord die een bewakingslimiet aangeven 03.14 Bits in een ‘packed boolean’ woord die een bewakingslimiet aangeven Groep Bewakingslimiet aangegeven via een relaisuitgang RELAISUITGANGEN Parameterslot De gebruiker kan aanpassing van parameters voorkomen door het parameterslot te...
  • Pagina 74 Voorbeeld: Blokschema PID-regeling Boosterpomp %ref 40.01 A C S 6 0 0 ACS800 Switch 40.02 Werk. waarden Frequentie 40.03 A C T P A R F U N C D R I V E 40.06...
  • Pagina 75 Instellingen Parameter Functie 99.02 Activeren van de PID-regeling 40.01...40.13, 40.19, Instellingen van de PID-regeling 40.25...40.27 32.13...32.18 De bewakingslimieten voor de procesreferentie REF2 en de variabelen WERKW1 en WERKW2 Diagnostiek Actuele gegevens Functie 01.12, 01.24, 01.25, Referentie, werkelijke waarden en foutwaarde voor de PID-regeling 01.26 01.34 Groep...
  • Pagina 76 Voorbeeld Het onderstaande tijdschema maakt de werking van de slaapfunctie duidelijk.. Motortoerental = Slaapvertraging, parameter 40.22 t<t Slaapniveau Par. 40.21 Tekst op display SLAAP MODE Tijd STOP START Actuele waarde Geen inversie, d.w.z. par. 40.05 is NEE. Wekniveau Parameter 42.23 Tijd = Wekvertraging, parameter 40.24 Actuele waarde...
  • Pagina 77 Meting van de motortemperatuur via de standaard I/O Dit onderdeel beschrijft de temperatuurmeting van één motor wanneer de omvormerbesturingskaart RMIO als de interface wordt gebruikt. RMIO board Eén sensor AI1+ Motor AI1- AO1+ AO1- 10 nF De minimum spanning (> 630 VAC) van de condensator moet 630 VAC zijn.
  • Pagina 78 Instellingen Parameter Aanvullende informatie 15.01 Analoge uitvoer bij een temperatuurmeting van motor 1. Stel in op M1 TEMP MEET. 35.01…35.03 Instellingen voor temperatuurmeting van motor 1 Overig Parameters 13.01 13.05 (AI1 verwerking) en 15.02 15.05 (AO1 signaalkeuze en verwerking) werken niet. Aan de motorzijde moet de kabelafscherming worden geaard via een condensator van 10 nF.
  • Pagina 79 Meting van de motortemperatuur via de analoge I/O-uitbreiding Dit onderdeel beschrijft de temperatuurmeting van één motor wanneer een optionele analoge I/O-uitbreidingsmodule RAIO als de interface wordt gebruikt. RAIO module Eén sensor AI1+ Motor AI1- AO1+ AO1- 10 nF (> 630 VAC) SHLD De minimum spanning van de condensator...
  • Pagina 80 Instellingen Parameter Aanvullende informatie 35.01 … 35.03 Instellingen voor temperatuurmeting van motor 1 98.12 Activering van optionele analoge I/O voor temperatuurmeting van motor Overig Parameters 13.16 13.20 (AI1 verwerking) en 96.01 96.05 (AO1 signaalkeuze en verwerking) werken niet. Aan de motorzijde moet de kabelafscherming worden geaard via een condensator van 10 nF. Als dit niet mogelijk is, mag het scherm niet worden aangesloten.
  • Pagina 81 Besturing van een mechanische rem Een mechanische rem wordt gebruikt om de motor en aangedreven apparatuur op nul toeren te houden wanneer de omvormer wordt gestopt of niet onder spanning staat. Voorbeeld De onderstaande afbeelding laat een toepassingsvoorbeeld van rembesturing zien. WAARSCHUWING! Zorg dat de apparatuur waarmee de omvormer voorzien van rembesturing is geïntegreerd, voldoet aan de voorschriften inzake persoonlijke veiligheid.
  • Pagina 82 Tijdschema van de rembesturing Het onderstaande tijdschema laat zien hoe de rembesturing werkt. Zie ook de statusmachine op de volgende pagina. Startopdracht Externe toerentalreferentie Omzetter moduleert Motor gemagnetiseerd Opdracht rem lichten Interne toerental- referentie (werkelijke motortoerental) Koppelreferentie tijd Startkoppel bij remvrijgave (parameter 42.07 en 42.08) Vertraging in magnetisatie van de motor...
  • Pagina 83 Statuswijzigingen Vanuit elke status (oplopende helling) GEEN MODULATIE 0/0/1 OPEN 1/1/1 VRIJGAVE RFG 1/1/0 INGANG RFG INGANG 1/1/1 NAAR NUL SLUITEN 0/1/1 RFG = Ramp Function Generator in de stuurkring voor het toerental (referentieverwerking). 0/0/1 FOUT Status (Symbool X/Y/Z - NN: Statusnaam - X/Y/Z: Statusuitgangen/-acties X = 1 Rem lichten.
  • Pagina 84 Instellingen Parameter Aanvullende informatie 14.01 Relaisuitgang voor de rembesturing (ingesteld op REM BEST) Groep 42 MECH REMBEST Instellingen remfunctie Diagnostiek Werkelijke waarde Aanvullende informatie 03.01 Bit “nulhelling” 03.13 Status van de bit “rem gelicht/gevallen-opdracht” Waarschuwingen REM BEVESTIG (FF74) Onverwachte status van het rembevestigingssignaal Fouten REM BEVESTIG (FF74) Onverwachte status van het rembevestigingssignaal...
  • Pagina 85 Tornen De tornfunctie wordt doorgaans gebruikt om een cyclische beweging van een machineonderdeel te sturen. Met één druktoets kan de omvormer tijdens de gehele cyclus worden bestuurd. Bij activering start de omvormer, accelereert met een vooraf ingestelde snelheid naar een vooraf ingesteld toerental. Als de functie niet is geactiveerd, decelereert de omvormer met een vooraf ingestelde snelheid naar nul toeren.
  • Pagina 86 Opmerking: De tornfunctie werkt niet wanneer: • een startopdracht voor de omvormer actief is of • de omvormer onder lokale besturing staat (L zichtbaar op de eerste regel van de display op het bedieningspaneel). Opmerking: Het torntoerental heft de constante toerentallen op. Opmerking: De tijdcoördinaat van de acceleratiehelling wordt tijdens tornen op nul gesteld.
  • Pagina 87 Belastingscurve gebruiker De temperatuurstijging van de motor kan beperkt worden door de uitgangsstroom van de omvormer te begrenzen. De gebruiker kan een belastingscurve definiëren (uitgangsstroom als functie van de frequentie). De belastingscurve wordt gedefinieerd door acht punten door parameters 72.02...72.17. Als de belastingscurve overschreden wordt, wordt een fout / waarschuwing / stroom begrenzing geactiveerd.
  • Pagina 88 Stroom 72.20 BEL AFKOELTIJD Over- gebruikerscurve belasting uitgang Frequentie / Tijd Instellingen Parameter Aanvullende informatie Groep 72 BEL CURVE GEBR Belastingscurve door gebruiker Diagnostiek Werkelijke waarde Aanvullende informatie 02.20 Gemeten motorstroom als percentage van de stroom van de gebruikers-belastingscurve Waarschuwingen GEBR L CURVE Geïntegreerde motorstroom heeft belastingscurve overschreden.
  • Pagina 89 Applicatiemacro's Overzicht van de hoofdstukken Dit hoofdstuk beschrijft het bedoelde gebruik, de werking en de standaard besturingsverbindingen van de standaard applicatiemacro's. In dit hoofdstuk wordt ook uitgelegd hoe een gebruikersmacro opgeslagen en weer opgeroepen kan worden. Overzicht van de macro’s Applicatiemacro’s zijn voorgeprogrammeerde parametersets.
  • Pagina 90 Opmerking betreffende externe voeding Externe +24 V voeding voor de RMIO-kaart wordt aanbevolen als • de toepassing na aansluiting van de ingangsvoeding een snelle start vereist • veldbuscommunicatie vereist is als de ingangsvoeding is afgeschakeld. De RMIO-kaart kan gevoed worden via een externe voedingsbron via aansluitklem X23 of X34 of via zowel X23 als X34.
  • Pagina 91 Macro Fabriek Alle omvormeropdrachten en referentie-instellingen kunt u opgeven via het bedieningspaneel of vanaf een externe besturingslocatie. De actieve besturingslocatie kunt u kiezen door middel van de toets LOC REM op het bedieningspaneel. De omvormer wordt gestuurd door het toerental. Bij externe besturing is de besturingslocatie EXT1.
  • Pagina 92 Standaardbesturingsaansluitingen De onderstaande afbeelding geeft de externe aansluitingen van de macro Factory. De markeringen van standaard I/O-klemmen op de RMIO-kaart zijn aangegeven. Werkt alleen als parameter 10.03 door de gebruiker naar VERZOEK is VREF Referentiespanning -10 VDC gezet. 1 kOhm < R <...
  • Pagina 93 Macro Hand/Auto Start-/stop- en draairichtingsopdrachten en referentie-instellingen kunt u opgeven vanaf twee externe besturingslocaties, EXT1 (Hand) of EXT2 (Auto). De start-/stop-/ draairichtingsopdrachten van EXT1 (Hand) zijn verbonden met de digitale ingangen DI1 en DI2 en het referentiesignaal is verbonden met de analoge ingang AI1. De start-/stop-/draairichtingsopdrachten van de EXT2 (Auto) zijn verbonden met de digitale ingangen DI5 en DI6 en het referentiesignaal is verbonden met de analoge ingang AI2.
  • Pagina 94 Standaardbesturingsaansluitingen De onderstaande afbeelding geeft de externe aansluitingen van de macro Hand/ Auto. De markeringen van standaard I/O-klemmen op de RMIO-kaart zijn aangegeven. Keuze tussen twee externe besturingslocaties, EXT1 en EXT2. VREF Referentiespanning -10 VDC 1 kOhm < R < 10 kOhm Zie parameter 21.09.
  • Pagina 95 Macro PID-regeling De macro PID-regeling wordt gebruikt voor het regelen van procesvariabelen zoals druk of flow, door het toerental van de aangedreven motor te regelen. Het procesreferentiesignaal is aangesloten op de analoge ingang AI1 en het procesterugkoppelsignaal op de analoge ingang AI2. In plaats daarvan kunt u een directe toerentalreferentie bij de omvormer invoeren via analoge ingang AI1.
  • Pagina 96 Standaardbesturingsaansluitingen De onderstaande afbeelding toont de externe aansluitingen van de macro PID- regeling. De markeringen van standaard I/O-klemmen op de RMIO-kaart zijn aangegeven. Keuze tussen twee externe besturingslocaties, EXT1 en EXT2 VREF Referentiespanning -10 VDC 1 kOhm < R < 10 kOhm Alleen gebruiken als de VREF Referentiespanning 10 VDC...
  • Pagina 97 Macro Koppelregeling De macro Koppelregeling wordt gebruikt in toepassingen die de regeling van het motorkoppel vereisen. Koppelreferentie wordt gegeven als een stroomsignaal via analoge ingang AI2. Standaard komt 0 mA overeen met 0 % en 20 mA met 100 % van het nominale motorkoppel.
  • Pagina 98 Standaardbesturingsaansluitingen De onderstaande afbeelding geeft de externe aansluitingen van de macro Koppelregeling. De markeringen van standaard I/O-klemmen op de RMIO-kaart zijn aangegeven. Keuze tussen twee externe besturingslocaties, EXT1 en EXT2 VREF Referentiespanning -10 VDC 1 kOhm < R < 10 kOhm Alleen gebruiken als de VREF Referentiespanning 10 VDC...
  • Pagina 99 Macro Volgordebesturing Deze macro biedt zeven vooraf ingestelde constante toerentallen, die geactiveerd kunnen worden door middel van digitale ingangen DI4 tot DI6. Er zijn twee acceleratie/deceleratiecurves vooraf gedefinieerd. De acceleratie- en deceleratiecurves worden toegepast afhankelijk van de status van de digitale ingang DI3.
  • Pagina 100 Standaardbesturingsaansluitingen De onderstaande afbeelding geeft de externe aansluitingen van de macro Volgordebesturing. De markeringen van standaard I/O-klemmen op de RMIO-kaart zijn aangegeven. Open= Hellingtijd volgens par. 22.02 en 22.03. Gesloten = VREF Referentiespanning -10 VDC Hellingtijd volgens par. 22.04 1 kOhm < R <...
  • Pagina 101 Gebruikersmacro’s Behalve de standaardapplicatiemacro’s kunt u ook twee gebruikersmacro’s maken. De gebruikersmacro maakt het mogelijk dat de gebruiker parameterinstellingen, inclusief groep 99, en de resultaten van de motoridentificatie, opslaat in het permanente geheugen en de gegevens in een later stadium weer oproept. De paneelreferentie wordt ook opgeslagen, als de macro wordt opgeslagen en geladen in locale besturingsmodus.
  • Pagina 102 Applicatiemacro's...
  • Pagina 103 Actuele signalen en parameters Overzicht hoofdstuk Dit hoofdstuk beschrijft de feitelijke signalen en parameters en geeft de equivalente veldbuswaarde voor elk signaal en elke parameter. Er zijn aanvullende gegevens opgenomen in het hoofdstuk Aanvullende gegevens: actuele gegevens en parameters. Termen en afkortingen Term Definitie Absoluut...
  • Pagina 104 Gemeten voedingsspanning. 1 = 1 V 01.09 UITGANGSSPANNING Gemeten motorspanning. 1 = 1 V 01.10 ACS800 TEMP Berekende IGBT-temperatuur. 10 = 1% 01.11 EXTERNE REF 1 Externe referentie REF1 in rpm. (Hz als waarde van parameter 99.04 1 = 1 rpm ingesteld op SCALAR.)
  • Pagina 105 VENT AANTIJD Looptijd van de koelventilator van de omvormer. 1 = 10 uur Opmerking: Resetten wordt aanbevolen bij vervanging van de ventilator. Neem voor meer informatie contact op met uw plaatselijke ABB vertegenwoordiger. 01.45 CTRL BOARD TEMP Temperatuur van de besturingskaart.
  • Pagina 106 Naam/Waarde Beschrijving FbEq 01.46 SAVED KWH Energie bespaard in kWh vergeleken met rechtstreekse online 1 = 100 kWh motoraansluiting. parametergroep45 ENERGY OPT op pagina 172. 01.47 SAVED GWH Energie bespaard in GWh vergeleken met rechtstreekse online 1 = 1 GWh motoraansluiting.
  • Pagina 107 Naam/Waarde Beschrijving FbEq 03.04 LIMIETWOORD 1 Een 16-bit datawoord. Zie het onderdeel 03.04 LIMIET WOORD 1 pagina 234. 03.05 FOUTWOORD 1 Een 16-bit datawoord. Zie het onderdeel 03.05 FOUTWOORD 1 pagina 234. 03.06 FOUTWOORD 2 Een 16-bit datawoord. Zie het onderdeel 03.06 FOUTWOORD 2 pagina 235.
  • Pagina 108 Signaal van de ingangszijde van de omvormer geselecteerd door parameter 95.09. Een 16-bit datawoord. 1) Percentage van het maximale motortoerental / nominale koppel / de maximale procesreferentie (afhankelijk van de geselecteerde ACS800-macro). 2) De inhoud van deze datawoorden wordt uiteengezet in het hoofdstuk Besturing via een veldbus.
  • Pagina 109 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 10 START/STOP/ De bronnen voor externe start-, stop- en draairichtingsopdrachten DRAAIR 10.01 EXT1 STRT/STP/RIC Definieert de aansluitingen en bron van de start-, stop- en draairichtingsopdrachten voor externe besturingslocatie 1 (EXT1). Geen bron van de start-, stop- en draairichtingsopdrachten. Start en stop aangesloten op digitale ingang DI1.
  • Pagina 110 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq DI1 F DI2 R Start-, stop- en draairichtingsopdrachten via digitale ingangen DI1 en DI2. Bedrijf Stop Start vooruit Start achteruit Stop Opmerking:Parameter 10.03 DIRECTION moet worden ingesteld op REQUEST. 10.02 EXT1 STRT/STP/RIC Definieert de aansluitingen en bron van de start-, stop- en draairichtingsopdrachten voor externe besturingslocatie 2 (EXT2).
  • Pagina 111 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq Niet geselecteerd. Digitale ingang DI3. 0 = Jogging is niet-actief. 1 = Jogging is actief. Zie selectie DI3. Zie selectie DI3. Zie selectie DI3. Zie selectie DI3. Zie selectie DI3. Zie selectie DI3. DI10 Zie selectie DI3. DI11 Zie selectie DI3.
  • Pagina 112 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq DI11 Zie selectie DI1. DI12 Zie selectie DI1. 11 REFERENTIE KEUZE Paneel-referentietype, selectie externe besturlingslocatie en bronnen en limieten van externe referenties 11.01 PANEELREF KEUZE Selecteert het door het bedieningspaneel gegeven referentietype. REF1 (rpm) Toerentalreferentie in rpm. (frequentiereferentie (Hz) als parameter 99.04 SCALAR is ingesteld.) REF2 (%)
  • Pagina 113 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq AI1/JOYST Unipolaire analoge ingang AI1 als joystick. Het minimumingangssignaal laat de motor met de maximumreferentie achteruit draaien, de maximumingang met de maximumreferentie vooruit. Opmerking: Parameter 10.03 moet de waarde REQUEST hebben. WAARSCHUWING! De minimumreferentie voor de joystick moet hoger zijn dan 0,5 V.
  • Pagina 114 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq COM.REF1*AI1 Product van de veldbusreferentie REF1 en analoge ingang AI1 FAST COMM Gelijk aan de selectie COMM. REF, met uitzondering van het volgende: - kortere communicatiiecyclustijd bij overdracht van de referentie naar het kernstuurprogramma van de motor (6 ms -> 2 ms) - de draairichting kan niet worden geregeld via interfaces bepaald door parameter 10.01...
  • Pagina 115 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq AI1 BIPOLAIR Bipolaire analoge ingang AI1 (-10 … 10 V). De onderstaande afbeelding illustreert het gebruik van de ingang als toerentalreferentie. Bedrijfsbereik geschaald maxREF1 10.03 DRAAIRICHTING = VOORUIT of VERZOEK minREF1 -minREF1 10.03 DRAAIRICHTING = ACHTERUIT of VERZOEK -geschaald maxREF1...
  • Pagina 116 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 11.05 EXTERN REF1 MAX Definieert de maximumwaarde voor externe referentie REF1 (absolute waarde). Komt met de maximum instelling van het gebruikte bronsignaal overeen. 0 … 18000 rpm Instelbereik. (Hz als waarde van parameter 99.04 is ingesteld op SCALAR.) 1 …...
  • Pagina 117 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq AI6/JOYST Zie parameter 11.03. AI5+AI6 Zie parameter 11.03. AI5-AI6 Zie parameter 11.03. AI5*AI6 Zie parameter 11.03. MIN(AI5,AI6) Zie parameter 11.03. MAX(AI5,AI6) Zie parameter 11.03. DI11U,12D(R) Zie parameter 11.03. DI11U,12D Zie parameter 11.03. PARAM 11.11 Bron geselecteerd door 11.11. AI1 BIPOLAIR Zie parameter 11.03.
  • Pagina 118 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq DI3(TOEREN3) Toerental gedefinieerd door parameter 12.04 wordt geactiveerd via digitale ingang DI3. 1 = actief, 0 = niet-actief. DI4(TOEREN4) Toerental gedefinieerd door parameter 12.05 wordt geactiveerd via digitale ingang DI4. 1 = actief, 0 = niet-actief. DI5(TOEREN5) Toerental gedefinieerd door parameter 12.06...
  • Pagina 119 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq DI7(TOEREN1) Toerental gedefinieerd door parameter 12.02 wordt geactiveerd via digitale ingang DI7. 1 = actief, 0 = niet-actief. DI8(TOEREN2) Toerental gedefinieerd door parameter 12.03 wordt geactiveerd via digitale ingang DI8. 1 = actief, 0 = niet-actief. DI9(TOEREN3) Toerental gedefinieerd door parameter 12.04...
  • Pagina 120 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 12.14 CNST TOERENTAL Definieert toerental 13. Absolute waarde. Omvat geen draairichtingsinformatie. Opmerking: Als het tornen in gebruik is, definieert de parameter het toerental 2 voor tornen. Er wordt rekening gehouden met het teken. Zie het hoofdstuk Besturing via een veldbus.
  • Pagina 121 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 13.03 SCHAALFACTOR AI1 Schaalt analoge ingang AI1. Voorbeeld: Het effect op toerentalreferentie REF1 als: - REF1 bronselectie (parameter 11.03) = AI1+AI3 - REF1 maximumwaarde-instelling (parameter 11.05) = 1500 rpm - Feitelijke waarde van AI1 = 4 V (40% van de volledige schaalwaarde) - Feitelijke waarde van AI3 = 12 mA (60% van de volledige schaalwaarde) - Schaalfactor voor AI1 = 100%, Schaalfactor voor AI3 = 10% AI1 + AI3...
  • Pagina 122 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 13.08 SCHAALFACTOR AI2 Zie parameter 13.03. 0 … 1000% Zie parameter 13.03. 0 … 32767 13.09 FILTERTIJD AI2 Zie parameter 13.04. 0,00 … 10,00 s Zie parameter 13.04. 0 … 1000 13.10 INVERT AI2 Zie parameter 13.05. Zie parameter 13.05.
  • Pagina 123 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 13.20 INVERTEREN AI5 Zie parameter 13.05. Zie parameter 13.05. Zie parameter 13.05. 65535 13.21 MINIMUM AI6 Zie parameter 13.01. Opmerking: Als RAIO-01 gebruikt wordt met spannings-ingangssignaal, dan komt 20 mA overeen met 10 V.. 0 mA Zie parameter 13.01.
  • Pagina 124 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq FOUT/WAARSCH Fout of waarschuwing actief WAARSCHUWING Waarschuwing actief ACHTERUIT Motor draait achteruit. EXT BESTURING Omvormer staat onder externe besturing. REF 2 ACTIEF Externe referentie REF 2 is in gebruik. CONST TOEREN Constant toerental in gebruik. Zie parametergroep 12 CONSTANT TOEREN.
  • Pagina 125 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq ACSTEMP WAAR Zie parameter 14.01. ACSTEMP FOUT Zie parameter 14.01. FOUT/WAARSCH Zie parameter 14.01. WAARSCHUWING Zie parameter 14.01. ACHTERUIT Zie parameter 14.01. EXT BESTURING Zie parameter 14.01. REF 2 ACTIEF Zie parameter 14.01. CONST TOEREN Zie parameter 14.01. DC OVERSPANN Zie parameter 14.01.
  • Pagina 126 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq ACHTERUIT Zie parameter 14.01. EXT BESTURING Zie parameter 14.01. REF 2 ACTIEF Zie parameter 14.01. CONST TOEREN Zie parameter 14.01. DC OVERSPANN Zie parameter 14.01. DC ONDERSPANN Zie parameter 14.01. TOERENT1 LIM Zie parameter 14.01. TOERENT2 LIM Zie parameter 14.01.
  • Pagina 127 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 14.07 Definieert de uitschakelvertraging voor relaisuitgang RO2. UITVERTRAGING 0,0 … 3600,0 s Zie parameter 14.04. 0 … 36000 14.08 Definieert de inschakelvertraging voor relaisuitgang RO3. AANVERTRAGING 0,0 … 3600,0 s Zie parameter 14.04. 0 … 36000 14.09 Definieert de uitschakelvertraging voor relaisuitgang RO3.
  • Pagina 128 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq PARAM 14.22 Bron geselecteerd door parameter 14.22. 14.14 DIO MOD3 RO1 Keuze van de omvormerstatus die wordt aangegeven via relaisuitgang RO1 van de digitale I/O uitbreidingsmodule 3 (optioneel, zie parameter 98.05). GEREED Zie parameter 14.01. IN BEDRIJF Zie parameter 14.01.
  • Pagina 129 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq -255.255.31 … Parameterindex of een constante. Zie parameter 10.04 voor informatie over +255.255.31 / C.- het verschil. 32768 … C.32767 14.23 RO PTR8 Definieert de bron of constante voor waarde PAR 14.23 van parameter 14.14. -255.255.31 … Parameterindex of een constante.
  • Pagina 130 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq M1 TEMP MEET Analoge uitgang is een huidige bron in de meetkring voor motortemperatuur. Afhankelijk van het sensortype is de uitgang 9,1 mA (Pt 100) of 1,6 mA (PTC). Voor aanvullende informatie, zie parameter 35.01 en de sectie Meting van de motortemperatuur via de standaard I/O op pagina 77.
  • Pagina 131 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq PROCES DATA Zie parameter 15.01. TOERENTAL Zie parameter 15.01. FREQUENTIE Zie parameter 15.01. STROOM Zie parameter 15.01. KOPPEL Zie parameter 15.01. VERMOGEN Zie parameter 15.01. DC BUS SPANN Zie parameter 15.01. UITG. SPANN Zie parameter 15.01. APPL.
  • Pagina 132 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. COMM.CW Extern signaal vereist via veldbuscontrolwoord (3-bit). Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. DI10 Zie selectie DI1. DI11 Zie selectie DI1. DI12 Zie selectie DI1.
  • Pagina 133 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq DI12 Zie selectie DI1. PARAM 16.11 Bron geselecteerd door parameter 16.11. 16.05 G IO LEZEN Maakt het veranderen van gebruikersmacro’s via een digitale ingang mogelijk. Zie parameter 99.02. De verandering is uitsluitend toegestaan als de omvormer is gestopt. De omvormer zal tijdens de wijziging niet starten. Opmerking: Sla de gebruikersmacro na wijziging van een parameterinstelling of uitvoering van de motoridentificatie altijd opnieuw op via parameter 99.02...
  • Pagina 134 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 16.09 CTRL BOARD VOED Definieert de voedingsbron van de besturingskaart. Opmerking: Bij gebruik van een externe voedingsbron terwijl deze parameter de waarde INTERNAL heeft, zal de omvormer bij de afschakeling van de voeding uitschakelen wegens een fout. INTERNE 24V Intern (standaard).
  • Pagina 135 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 20.05 OVERSPANNINGS- Activeert of deactiveert de overspanningsregeling van de DC-tussenkring. Door het snel afremmen van een zeer trage last bereikt de DC-tussenkring de overspanningslimiet. Om te voorkomen dat de DC-spanning de limiet overschrijdt, vermindert de overspanningsregeling automatisch het remkoppel. Opmerking: Als een remchopper en een remweerstand zijn aangesloten op de omvormer, moet de parameter op UIT (keuze NEE) zijn ingesteld om de chopper probleemloos te laten werken.
  • Pagina 136 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq DI10 Zie selectie DI1. DI11 Zie selectie DI1. DI12 Zie selectie DI1. Analoge ingang AI1. Zie parameter 20.20 voor hoe het signaal wordt omgezet in een koppellimiet. Zie selectie AI1. Zie selectie AI1. Zie selectie AI1. Zie selectie AI1.
  • Pagina 137 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq -255.255.31 … Parameterindex of een constante waarde. 100 = 1% +255.255.31 / C.- 32768 … C.32767 20.19 KOPPEL MAX PTR Definieert de bron of constante voor waarde PAR 20.19 van parameter 20.14 -255.255.31 … Parameterindex of een constante waarde. Zie parameter 10.04 voor informatie 100 = 1%...
  • Pagina 138 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq DC MAGN DC-magnetisering mag worden geselecteerd als een hoog startkoppel nodig is. De omvormer magnetiseert de motor voordat deze wordt gestart. Deze voormagnetiseringstijd wordt automatisch bepaald en ligt, afhankelijk van de grootte van de motor, meestal tussen 200 ms en 2 s. DC MAGN garandeert het hoogst mogelijke startkoppel.
  • Pagina 139 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 21.04 DC HOUDFUNCTIE Activeert/deactiveert de DC hold-functie. DC Hold is niet mogelijk als parameter 99.04 = SCALAR. Wanneer zowel de referentie als het toerental onder de waarde van parameter 21.05komen, stopt de omvormer met het opwekken van een sinusvormige stroom en gaat DC in de motor injecteren.
  • Pagina 140 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq UIT2 STOP Het applicatieprogramma stopt de omvormer door de voedingsspanning naar de motor uit te schakelen (de IGBT’s van de omzetter zijn geblokkeerd). De motor draait vrij bij nul toeren. De omvormer herstart uitsluitend wanneer het startvrijgavesignaal en het startsignaal is ingeschakeld (het programma ontvangt de positieve flank van het startsignaal).
  • Pagina 141 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 0,0 … 60,0 s Vertragingstijd 10 = 1 s 22 ACCEL/DECEL Acceleratie- en deceleratietijden. Zie het onderdeel Acceleratie- en deceleratiehellingen op pagina 62. 22.01 ACC/DEC KEUZE Selecteert het actieve acceleratie-/deceleratietijdenpaar. ACC/DEC 1 Acceleratietijd 1 en deceleratietijd 1 worden gebruikt. Zie parameters 22.02 22.03.
  • Pagina 142 - het startvrijgavesignaal wordt uitgeschakeld en de startvrijgavefunctie de waarde UIT3 heeft (see parameter 21.07). De noodstopopdracht kan worden gegeven via een veldbus of een noodstopmodule (optioneel). Neem contact op met de plaatselijke ABB- vertegenwoordiger voor aanvullende informatie over de optiemodule en de bijbehorende instellingen van het standaard-besturingsprogramma.
  • Pagina 143 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 22.10 SLS ACCELER TIME Definieert de tijd die nodig is om de toerentallimieten langs een helling te laten 100 = 1 s toenemen van het veilig-beperkte toerental gedefinieerd door parameter 20.22 naar de toerentallimieten gedefinieerd door parameters 20.01 MINIMUM TOERENTAL en...
  • Pagina 144 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 23.02 INTEGRATIE TIJD Definieert de integratietijd van de toerenregeling. De integratietijd voor de toerenregeling bepaalt de snelheid waarmee de uitgang verandert als de foutwaarde constant is. Hoe korter de integratietijd, des te sneller de constante foutwaarde wordt gecorrigeerd. Door een te korte integratietijd wordt de regeling instabiel.
  • Pagina 145 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 23.04 ACC COMPENSATIE Definieert de differentiatietijd voor compensatie van de acceleratie/ (deceleratie). Om massa-traagheid tijdens acceleratie te compenseren wordt de differentiatie van de referentie toegevoegd aan de uitgang van de toerenregeling. Het principe van een differentiatie wordt beschreven voor parameter 23.03.
  • Pagina 146 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 24 TORQUE CTRL Variabelen van de koppelregeling. Alleen zichtbaar als parameter 99.02 = T CNTRL en parameter 99.04 = DTC. 24.01 KOPPELOPBOUW Definieert de opbouwtijd van de koppelreferentie. TIJD 0,00 … 120,00 s Tijd waarin de referentie van nul tot het nominale motorkoppel toeneemt. 0 …...
  • Pagina 147 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 25.06 KRIT TOEREN3 Zie parameter 25.02. LAAG 0 … 18000 rpm Zie parameter 25.02. 0 … 18000 25.07 KRIT TOEREN3 Zie parameter 25.03. HOOG 0 … 18000 rpm Zie parameter 25.03. 0 … 18000 26 MOTORBESTURING 26.01 FLUX- Activeert/deactiveert de functie fluxoptimalisatie.
  • Pagina 148 26.03 IR COMPENSATIE f (Hz) 26.04 IR STEP-UP Veldverzwakkings- FREQ punt (FWP) Zie voor meer informatie Sine Filters User’s Manual for ACS800 Drives [3AFE68389178 (Engels)]. 0...50 Hz Frequentie 26.05 HEX VELDVERZW Selecteert of de motorflux wordt gestuurd langs een cirkelvormig of hexagonaal patroon in het veldverzwakkingsgebied van het frequentiebereik (boven 50/60 Hz).
  • Pagina 149 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 26.07 FLYSTART CUR REF Definieert de stroomreferentie die bij vliegende start gebruikt wordt (start bij 1 = 1% een draaiende motor) wanneer er geen puls-encoder gebruikt wordt. Als vliegende start mislukt (d.w.z. de omvormer kan het motortoerental 01.02 SPEED niet vinden ): Controleer de signalen 01.02...
  • Pagina 150 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq AS GENERATOR Werking van de chopper is toegestaan als de gelijkspanning de remlimiet overschrijdt, de omvormerbrug moduleert en de motor vermogen genereert voor de omvormer. Deze selectie voorkomt dat de chopper in werking treedt als de gelijkspanning van de tussenkring stijgt vanwege een abnormaal hoge voedingsspanning.
  • Pagina 151 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq Extern foutsignaal wordt gegeven via digitale ingang DI1. 0: Uitschakeling op een fout. Motor loopt uit tot stilstand. 1: Geen externe fout. Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. Zie selectie DI1. Zie selectie DI1.
  • Pagina 152 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq GEBRUIKERAFH De beveiliging is gebaseerd op een door de gebruiker bepaald thermisch model en de volgende aannamen: - De motor is op de geschatte temperatuur (waarde van 01.37 MOTOR TEMP EST opgeslagen bij uitschakeling van de voeding) wanneer de voeding van de omvormer ingeschakeld wordt.
  • Pagina 153 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq TEMP SENSOR De thermische beveiliging van de motor wordt geactiveerd via digitale ingang DI6. Deze beveiliging vereist een motorthermistor of verbreekcontact van een thermistorrelais, aangesloten op digitale ingang DI6. De omvormer leest de DI6 statussen als volgt: DI6 status (thermistorweerstand) Temperatuur 1 (0 …...
  • Pagina 154 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 30.06 M-THERMISCHE Definieert de thermische tijdconstante voor het door de gebruiker bepaalde TIJD thermische model (zie de selectie USER MODE van parameter 30.05). Motor Belasting 100% Temperatuur 100% Motor-thermische tijdsconstante 256,0 … 9999,8 s Tijdconstante 256 … 9999 30.07 M-BELASTING Definieert de belastingscurve samen met parameter...
  • Pagina 155 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 30.10 BLOKK. FUNCTIE Bepaalt de werking van de omvormer bij motorstilstand. De beveiliging wordt geactiveerd als: - de omvormer op de blokkeerlimiet is (gedefinieerd door parameters 20.03, 20.13 en 20.14) - de uitgangsfrequentie onder het niveau ingesteld door parameter 30.11 komt - de bovenstaande toestand langer geldig is geweest dan de tijdsperiode...
  • Pagina 156 Zie het onderdeel Aardfoutbeveiliging op pagina 69. Opmerking: Met parallel geschakelde R8i omvormermodules (ACS800 multidrive en grote ACS800-07 eenheden) is alleen de selectie FAULT geldig. WAARSCHUWING De omvormer geeft een waarschuwing. FOUT De omvormer stopt op een foutmelding.
  • Pagina 157 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 30.19 COMM FOUT Definieert de vertragingstijd voor de bewaking van de hoofddataset met -TIJDVER referentiegegevens. Zie parameter 30.18. 0,1 … 60,0 s Tijdsvertraging 10 … 6000 30.20 COMM FOUT RO/AO Selecteert de werking van de door de veldbus gestuurde relaisuitgang en analoge uitgang bij verbreking van de communicatie.
  • Pagina 158 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 0 … 5 Aantal automatische reset-pogingen 31.02 HERSTARTTIJD Definieert de tijdsperiode voor de automatische fout-reset-functie. Zie parameter 31.01. 1,0 … 180,0 s Toegestane resettijd 100 … 18000 31.03 VERTRAGINGSTIJD Definieert de tijd gedurende welke de omvormer wacht nadat een fout optreedt, voordat een automatische reset wordt uitgevoerd.
  • Pagina 159 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq ABS LAAG LIM Bewaking wordt geactiveerd als de waarde onder de ingestelde limiet komt. De limiet wordt in beide draairichtingen bewaakt, vooruit en achteruit. De onderstaande afbeelding geeft het principe weer. toerental/rpm ABS LAAG LIM -ABS LAAG LIM 32.02 TOEREN 1 LIMIET Definieert toerentalbewakingslimiet.
  • Pagina 160 SW. VERSIE Geeft het type en de versie weer van het firmware-pakket in de omvormer. Opmerking: Parameterinstelling kan door de gebruiker niet gewijzigd worden. Decoderingssleutel: ASxxxxyx Productserie A = ACS800 Product S = ACS800-standaard Firmwareversie 7xyx = versie 7.xyx 33.02 APPL SW.
  • Pagina 161 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq Decoderingssleutel: ASAxxxyx Productserie A = ACS800 Product S = ACS800-standaard Firmwaretype A = Applicatieprogramma Firmwareversie 7xyx = versie 7.xyx 33.03 TESTDATUM Geeft de testdatum weer. Opmerking: Parameterinstelling kan door de gebruiker niet gewijzigd worden. Datumwaarde in het formaat DDMMJJ (dag, maand, jaar) 33.04...
  • Pagina 162 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq seconde kilo-uur celsius pond per voet milliampère millivolt kilowatt watt kilowattuur fahrenheit paardenkracht megawattuur kubieke meter per uur liter per seconde kilopascal gallons per minuut pounds per square inch kubieke voet per minuut voet miljoen gallons per dag inches kwik voet per minuut pound...
  • Pagina 163 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 0 … 20000 ms Filtertijdconstante 0 … 20000 Ongefilterd signaal -t/T O = I · (1 - e I = filteringang (trap) O = filteruitgang Gefilterd signaal t = tijd T = filtertijdconstante 34.05 KOPPEL FILTERTIJD Definieert de filtertijdconstante voor de feitelijk signaalkoppel (feitelijk signaal 01.05).
  • Pagina 164 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 1...3 PTC De functie is actief. De temperatuur wordt bewaakt met een tot drie PTC- sensoren of een tot drie KTY84-1xx silicium temperatuursensoren. Analoge uitgang AO1 voert een constante stroom door de sensor(en). De sensorweerstand neemt sterk toe naarmate de motortemperatuur boven de PTC-referentietemperatuur (T ) stijgt, evenals de spanning op de weerstand.
  • Pagina 165 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq -10 … 5000 ohm/°C Zie 35.02. -10 … 5000 (PTC/Pt100) 35.06 MOT 2 TEMP FLT L Definieert de alarmlimiet voor de functie temperatuurmeting voor motor 2. De foutindicatie wordt weergegeven wanneer de limiet overschreden wordt. -10 … 5000 ohm/°C Zie 35.03.
  • Pagina 166 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 40.03 PID DIFF. TIJD Definieert de differentiatietijd van de PID-regeling. De afgeleide bij de regelinguitgang wordt berekend op basis van twee opeenvolgende foutwaarden (E en E ) aan de hand van de volgende formule: PID DIFF · (E , waarin = 12 ms voorbeeldtijd.
  • Pagina 167 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq Analoge ingang AI6 PARAM 40.25 Bron geselecteerd door parameter 40.25. 40.08 WERKW2 KEUZE Selecteert de bron voor variabele WERKW2. Zie parameter 40.06. Analoge ingang AI1 Analoge ingang AI2 Analoge ingang AI3 Analoge ingang AI5 Analoge ingang AI6 40.09 WERKW1 MINIMUM Definieert de minimumwaarde van variable WERKW1 als een analoge ingang...
  • Pagina 168 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 40.12 WERKW2 MAXIMUM Zie parameter 40.10. -1000 … 1000% Zie parameter 40.10. -10000 … 10000 40.13 PID INTEGRATOR Activeert de integratie van de PID-regeling. Niet actief Actief 40.14 TRIM MODE Activeert de trimfunctie en selecteert tussen direct en proportioneel trimmen. Met de trimfunctie is het mogelijk om een correctiefactor aan de omvormerreferentie toe te voegen.
  • Pagina 169 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq -100,0 … 100,0% Trimreferentie - 10000 … 10000 40.17 TRIM INSTELGEBIED Definieert de vermenigvuldigingsfactor voor de PID-regelinguitgang gebruikt als trimfactor. Niet zichtbaar als parameter 99.02 = PID REGELING. -100,0 … 100,0% Vermenigvuldigingsfactor - 10000 … 10000 40.18 TRIM KEUZE Selecteert of de trimfunctie wordt gebruikt voor correctie van de toerental- of...
  • Pagina 170 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq DI12 Zie selectie DI1. 40.21 SLAAP NIVO Definieert de startlimiet voor de slaapfunctie. Als het motortoerental langer beneden een ingestelde waarde (40.21) blijft dan de slaapvertragingsduur (40.22), gaat de omvormer naar de slaapmodus: de motor wordt gestopt en het bedieningspaneel geeft de waarschuwingsmelding “SLAAP MODE”.
  • Pagina 171 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 42 MECH REMBEST Mechanische-rembesturing. De functie werkt binnen een 100 ms tijdscyclus. Voor een beschrijving van de functie zie de sectie Besturing van een mechanische rem op pagina 81. 42.01 MECH REMBEST Activeert de functie rembesturing. Niet actief Actief 42.02...
  • Pagina 172 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq Analoge ingang AI5 Analoge ingang AI6 PAR 42.08 Gedefinieerd door parameter 42.08. GEHEUGEN Het motorkoppel opgeslagen bij de vorige rembekrachtigingsopdracht. 42.08 STARTKOPPEL REF Definieert het startkoppel van de motor bij de remvrijgave als parameter 42.07 de waarde PAR 40.28 heeft. -300 …...
  • Pagina 173 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 45.06 E TARIFF UNIT Geeft de valuta aan welke bij het berekenen van de besparingen wordt gebruikt. LOCAL. De valuta wordt bepaald door de instelling van parameter 99.01 Language. Euro US dollar 45.08 PUMP REF POWER Popmvermogen bij rechtstreekse aansluiting op de toevoer.
  • Pagina 174 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 50.05 ENCODER DDCS Definieert het optische-vezelkanaal van de besturingskaart waaruit het CHANNEL standaardapplicatieprogramma de signalen leest die komen van de pulsgever- interfacemodule. De instelling is uitsluitend geldig als de module is aangesloten op de omvormer via de DDCS-verbinding ( d.w.z. niet het optieslot van de omvormer). CHANNEL 1 Signalen via kanaal 1 (CH1).
  • Pagina 175 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 60 MASTER/ Master/Follower-toepassing. Voor meer informatie, zie de sectie Gebruik van meerdere omvormers met Master/Follower op pagina en de afzonderlijke FOLLOWER handleiding Master/Follower Application Guide [3AFE64590430 (Engels)]. 60.01 MASTER LINK MODE Definieert de rol van de omvormer in de Master/Follower-verbinding. Opmerking: Er zijn geen twee masterstations online toegestaan.
  • Pagina 176 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 60.03 WINDOW KEUZE Activeert de windowbesturing. De windowbesturing, samen met de keuze ADD bij parameter 60.02, vormt een toerentalbewakingsfunctie voor een koppelgestuurde omvormer. De parameter is alleen zichtbaar als parameter 99.02 = T CTRL. Externe bedieningslokatie 2 (EXT2) moet actief zijn om windowbesturing in te kunnen schakelen.
  • Pagina 177 De instelling dient te worden gewijzigd wanneer een masterstation verbonden is met CH 0 en niet automatisch het adres van de slave wijzigt. Voorbeelden van dergelijke masters zijn een ABB Advant-regeling of een andere omvormer. 1 … 125 Adres.
  • Pagina 178 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 70.03 CH1 BAUDRATE De communicatiesnelheid van optische-vezel-CH 1. De instelling moet normaal gesproken alleen worden aangepast als de pulsgevermodule is verbonden met CH 1 in plaats van CH 2. De snelheid moet dan worden gewijzigd in 4 Mbit/s. Zie ook parameter 50.05. 8 Mbit/s 8 megabit per seconde 4 Mbit/s...
  • Pagina 179 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 72.08 BELASTING Definieert het zevende stroompunt van de belastingscurve bij de frequentie STROOM 7 gedefinieerd door par. 72.16 BELASTING FREQ 7. 0...800% Waarde in procenten van de nominale motorstroom 1 = 1 72.09 BELASTING Definieert het achtste stroompunt van de belastingscurve bij de frequentie STROOM 8 gedefinieerd door par.
  • Pagina 180 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 100...800% Waarde in procenten van de nominale motorstroom (99.06 M NOM STROOM) 10 = 1% 72.19 BEL THERM TIJD Definieert de overbelastingstijd. Waarde wordt gebruikt door de 10 = 1 s overbelastings-integrator (I dt). Zie het voorbeeld bij par. 72.18 STROOMLIMIET.
  • Pagina 181 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq PROTECT Activeren van de beveiliging van het Adaptieve programma. Activeer als volgt: - Zorg dat de werkingsmodus van het Adaptieve Programma START of STOP is (parameter 83.01). - Stel de toegangscode in (parameter 83.05). - Wijzig parameter 83.02 naar PROTECT.
  • Pagina 182 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 84 ADAPTIVE - Keuze van de functieblokken en hun ingangsaansluitingen. PROGRAM - Diagnostiek Voor meer informatie zie de Adaptive Program Application Guide [3AFE64527274 (Engels)]. 84.01 STATUS Laat de waarde van het statuswoord van het Adaptieve programma zien. De onderstaande tabel geeft de verschillende bitstatussen en de corresponderende waarden op het bedieningspaneel.
  • Pagina 183 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq TRIGG 84.06 INGANG 1 Selecteert de bron voor ingang I1 van blokparameterset 1. -255.255.31 … Parameterindex of een constante waarde: +255.255.31 / C.- - Parameterpointer: inversie-, groeps-, index- en bitvelden. Het bitgetal werkt 32768 … C.32767 uitsluitend voor blokken die booleaanse ingangen verwerken.
  • Pagina 184 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 85.09 CONSTANTE9 Stelt constante in voor het Adaptieve programma. -8388608 tot 8388607 Geheel getal. 1 = 1 85.10 CONSTANTE10 Stelt constante in voor het Adaptieve programma. -8388608 tot 8388607 Geheel getal. 1 = 1 85.11 STRING1 Opslag van een bericht voor gebruik in het Adaptieve programma (EVENT- blok).
  • Pagina 185 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 92.02 MAIN DS ACT1 Selecteert het adres waaruit feitelijk signaal 1 naar de hoofddataset wordt gelezen. 0 … 9999 Parameterindex 92.03 MAIN DS ACT2 Selecteert het adres waaruit feitelijk signaal 2 naar de hoofddataset wordt gelezen. 0 …...
  • Pagina 186 Activeert het sinusfilter of Ex-motor toepassing. Niet actief Ex-motor toepassing. Gebruikt bij motoren die voldoen aan de ATEX richtlijn. Toepassing sinusfilter. Zie de Sine Filters User’s Manual for ACS800 Drives [3AFE68389178 (Engels)]. EX&SIN Toepassing van EX-motor en sinusfilter. Zie de Sine Filters User’s Manual for ACS800 Drives [3AFE68389178 (Engels)].
  • Pagina 187 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 95.06 LCU Q PW REF Definieert de referentiewaarde voor de reactief vermogen generatie aan de ingangszijde van de omvormer (d.w.z. IGBT voedingsunit). De ingangszijde van de omvormer kan reactief vermogen leveren aan het voedingsnetwerk. Deze referentie is geschreven naar parameter 24.02 Q POWER REF2 van de ingangszijde van de omvormerunit.
  • Pagina 188 Definieert de omgevingstemperatuur voor de Uitgebreide controlefunctie van de omvormertemperatuur. Zie Uitgebreide monitoring van de omvormertemperatuur voor ACS800, frames R7 en R8 op pagina 70. Opmerking: Als de omgevingstemperatuur 40°C overschreidt, vermindert de belasingscapaciteit van de omvormer. Zie de derating instructies in de betreffende hardware handleiding.
  • Pagina 189 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 96 EXTERNAL AO Selectie en verwerking van het uitgangssignaal voor de analoge uitbreidingsmodule (optioneel). De parameters zijn alleen zichtbaar wanneer de module is geïnstalleerd en is geactiveerd met parameter 98.06. 96.01 EXT AO1 Selecteert het signaal aangesloten op analoge uitgang AO1 van de analoge I/ O-uitbreidingsmodule.
  • Pagina 190 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 96.03 MINIMUM EXT AO1 Definieert de minimumwaarde voor analoge uitgang AO1 van de analoge I/O- uitbreidingsmodule. Opmerking: De instelling 10 mA of 12 mA stelt in werkelijkheid niet het AO1- minimum in maar verbindt 10/12 mA met de actuele-gegevenswaarde nul. Voorbeeld: Het motortoerental wordt gelezen via de analoge uitgang.
  • Pagina 191 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq REFERENTIE Zie parameter 15.01. REGELAFW Zie parameter 15.01. WERKWAARDE 1 Zie parameter 15.01. WERKWAARDE 2 Zie parameter 15.01. COM.REF5 Zie parameter 15.06. PARAM 96,12 Bron geselecteerd door parameter 96.12. 96.07 INVERT EXT AO2 Activeert de inversie van analoge uitgang AO2 van de analoge I/O- uitbreidingsmodule.
  • Pagina 192 Nxxx type veldbusadapter aangesloten op kanaal CH0 van de RMIO- kaart. Zie ook parametergroep 51 COMM MOD DATA. ADVANT De omvormer communiceert via een ABB Advant OCS-systeem via CH0 op de RDCO-kaart (optioneel). Zie ook parametergroep 70 DDCS BESTURING. STD MODBUS De omvormer communiceert met een Modbusregeling via de Modbusadapter- module (RMBA) in optieslot 1 van de omvormer.
  • Pagina 193 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq NDIO Communicatie actief. Moduletype: NDIO-module. Aansluitinterface: DDCS- optische-vezelverbinding. Opmerking: Module-knooppuntnummer moet worden ingesteld op 2. Voor aanwijzingen, zie de NTAC-0x/NDIO-0x/NAIO-0x Module Installation and Start- up Guide [3AFY58919730 (Engels)]. Niet actief RDIO-SLOT1 Communicatie actief. Moduletype: RDIO. Aansluitinterface: Optieslot 1 van de omvormer.
  • Pagina 194 COMM PROFIEL Definieert het profiel waarop de communicatie met de veldbus of met een andere omvormer is gebaseerd. Alleen zichtbaar als de veldbuscommunicatie is geactiveerd met parameter 98.02. ABB DRIVES ABB Drives-profiel UNIVERSEEL Universeel omvormerprofiel. Doorgaans gebruikt bij veldbusmodules met typecodering Rxxx (geïnstalleerd in het optieslot van de omvormer).
  • Pagina 195 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq REPL DI1,2,3 DI1, DI2 en DI3 van de module vervangen de standaardingangen DI1, DI2 en DI3. De ingangen worden DI1, DI2 en DI3 genoemd. 98.10 DI/O EXT2 DI FUNC Definieert de naamgeving van de ingangen van digitale I/O-uitbreidingsmodule 2 in het applicatieprogramma van de omvormer.
  • Pagina 196 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 98.12 AI/O MOTOR TEMP Activeert de communicatie naar de analoge I/O-uitbreidingsmodule en reserveert de module voor gebruik door de meetfunctie voor motortemperatuur. De parameter bepaalt ook het type en de aansluitinginterface van de module. Voor aanvullende informatie over de temperatuurmeetfunctie, zie parametergroep 35 MOT TEMP METING en de sectie...
  • Pagina 197 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq RAIO-DDCS Communicatie actief. Moduletype: RAIO. Aansluitinterface: Optionele I/O- module-adapter (AIMA) die via een DDCS-optische-vezelverbinding met de omvormer communiceert. Opmerking: Module-knooppuntnummer moet worden ingesteld op 9. Voor aanwijzingen, zie de RAIO Module User’s Manual [3AFE64484567 (Engels)]. 98.13 AI/O EXT AI1 FUNC Bepaalt het signaaltype voor ingang 1 van de analoge I/O-uitbreidingsmodule (AI5 in het applicatieprogramma van de omvormer).
  • Pagina 198 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq PORTUGUES Portugees NEDERLANDS Nederlands FRANCAIS Frans DANSK Deens SUOMI Fins SVENSKA Zweeds CESKY Tsjechisch POLSKI/LOC1 Pools PO-RUS/LOC2 Russisch 99.02 APPLICATIE MACRO Kiest de applicatiemacro. Zie hoofdstuk Applicatiemacro's voor aanvullende informatie. Opmerking: Als u de standaardparameterwaarden van een macro wijzigt, zijn de nieuwe waarden onmiddellijk geldig en blijven geldig bij in- en uitschakelen van de omvormer.
  • Pagina 199 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq 99.03 HERSTEL MACRO Herstelt de oorspronkelijke instellingen van de actieve applicatiemacro (99.02). - Als een standaardmacro (FABRIEK, ... , volgorde besturing) actief is, worden de parameterwaarden hersteld naar de standaardinstellingen (fabrieksinstellingen). Uitzonderingen: de parameterinstellingen in parameter- groep 99 blijven ongewijzigd.
  • Pagina 200 Naam/Keuze Omschrijving FbEq 0 … 2 · I Toegestaan bereik: circa . 1/6 2 · I van de ACS800 (parameter 99.04 1 = 0.1 A … DTC). Toegestaan bereik: circa . 0 … 2 · I van de ACS800 (parameter 99.04...
  • Pagina 201 Index Naam/Keuze Omschrijving FbEq GEREDUCEERD Gereduceerde identificatierun. Moet worden geselecteerd in plaats van de standaardidentificatie: - als de mechanische verliezen hoger zijn dan 20% (d.w.z. de motor kan niet worden losgekoppeld van de aangedreven apparatuur) - als fluxreductie niet is toegestaan terwijl de motor draait (d.w.z. in geval van een motor met een integrale rem gevoed vanaf de motorklemmen).
  • Pagina 202 Actuele signalen en parameters...
  • Pagina 203 Het volgende schema toont de besturings-interfaces en I/O- aansluitingen van de omvormer. Veldbus besturing Veldbus Overig ACS800 apparaten Advant controller Veldbusadapter Regeling (bv. AC 800M, Rxxx...
  • Pagina 204 Het is mogelijk om twee veldbussen op de omvormer aan te sluiten met de volgende adapterconfiguratie: • Type Rxxx veldbusadaptermodule (niet RMBA-01) is geïnstalleerd in omvormerslot 1. • RMBA-01 Modbusadaptermodule is geïnstalleerd in omvormerslot 2. bv. PROFIBUS Modbus ACS800 RMIO-kaart RPBA-01 adapter PROFIBUS-DP link Slot 1 RMBA-01 adapter std. Modbus link Slot 2 De besturing (d.w.z.
  • Pagina 205 Initialiseert communicatie tussen de omvormer en FIELDBUS de veldbusadaptermodule. Activeert de ADVANT configuratieparameters (groep 51) van de module. STAND. MODBUS CUSTOMISED 98.07 ABB DRIVES ABB DRIVES Keuze van het communicatieprofiel dat de UNIVERSEEL UNIVERSEEL of omvormer gebruikt. Zie het onderdeel CSA 2.8/3.0 CSA 2.8/3.0 Communicatieprofielen op pagina 223.
  • Pagina 206 Parameter Mogelijke Instelling voor Functie/informatie instellingen veldbusbesturing 51.28 FBA CPI FW xyz (binair – Geeft de vereiste CPI-firmwarerevisie van de REV* gecodeerde veldbusadapter weer zoals bepaald in het decimaalwaarde) configuratiebestand dat in het geheugen van de omvormer is opgeslagen. De CPI firmware versie van de veldbusadapter (zie par.
  • Pagina 207 VELDBUS omvormer (standaard Modbusverbinding) en de ADVANT Modbusbesturing. Activeert STD MODBUS communicatieparameters in groep 52. CUSTOMISED 98.07 ABB DRIVES ABB DRIVES Keuze van het communicatieprofiel dat de UNIVERSEEL omvormer gebruikt. Zie het onderdeel CSA 2.8/3.0 Communicatieprofielen op pagina 223. COMMUNICATION PARAMETERS 52.01...
  • Pagina 208 Adresseren van de Modbus In het geheugen van de Modbusbesturing worden het controlwoord, statuswoord, de referenties en de actuele gegevens als volgt ondergebracht: Gegevens van veldbusbesturing naar Gegevens van omvormer naar omvormer veldbusbesturing Adres Inhoud Adres Inhoud 40001 Controlwoord 40004 Statuswoord 40002 Referentie 1...
  • Pagina 209 Zie voor meer informatie de AC 800M Controller Hardware Manual [3BSE027941 (Engels)], AC 800M/C Communication, Protocols and Design Manual [3BSE028811 (Engels),] ABB Industrial Systems, Västerås, Sweden. • AC 80 Advant Controller Optische ModuleBus-verbinding: TB811 (5 MBd) of TB810 (10 MBd) Optical ModuleBus Port Interface vereist.
  • Pagina 210 VELDBUS omvormer (optische vezelkanaal CH0) en ADVANT Advant controller. De transmissiesnelheid STD MODBUS is 4 Mbit/s. CUSTOMISED 98.07 ABB DRIVES ABB DRIVES Keuze van het communicatieprofiel dat de UNIVERSEEL omvormer gebruikt. Zie het onderdeel CSA 2.8/3.0 Communicatieprofielen op pagina 223.
  • Pagina 211 Besturingsparameters omvormer Nadat de veldbuscommunicatie is ingesteld, moeten de besturingsparameters van de omvormer, opgegeven in de tabel hieronder, worden gecontroleerd en, waar nodig, aangepast. De kolom Instelling voor veldbusbesturing geeft de waarde die moet worden gebruikt als de veldbusinterface de gewenste bron of bestemming voor dat bepaalde signaal is.
  • Pagina 212 Parameter Instelling voor Functie/informatie veldbusbesturing 11.06 COMM.REF2 Veldbusreferentie REF2 wordt gebruikt wanneer EXT2 is gekozen als FAST COMM besturingslocatie. Zie onder Referenties op pagina voor informatie COM.REF2+AI1 over mogelijke instellingen. COM.REF2+AI5 COM.REF2*AI1 of COM.REF2*AI5 KEUZE BRON UITGANGSSIGNAAL 14.01 COM.REF3 Activeert relaisuitgang RO1 besturing door veldbusreferentie REF3 bit 13. 14.02 COM.REF3 Activeert relaisuitgang RO2 besturing door veldbusreferentie REF3 bit 14.
  • Pagina 213 Parameter Instelling voor Functie/informatie veldbusbesturing DOELKEUZE VELDBUSREFERENTIE 90.01 0 … 8999 Bepaalt de omvormerparameter waarnaar de waarde van veldbusreferentie REF3 wordt weggeschreven. Formaat: xxyy, xx = parametergroep (10 tot en met 89), yy = parameterindex. Bv. 3001 = parameter 30.01. 90.02 0 …...
  • Pagina 214 Parameter Instelling voor Functie/informatie veldbusbesturing 92.06 0 … 9999 Keuze van het actuele gegeven of de parameterwaarde die moet worden verzonden als het derde woord (WERKW5) van de auxdataset met actuele gegevens. Formaat: zie parameter 92.02. 92.07 -255.255.31 … Kiest het adres waarvan bit 10 van het 03.02 Hoofd-Statuswoord gelezen +255.255.31 / C.-32768 …...
  • Pagina 215 De veldbusbesturingsinterface De communicatie tussen een veldbussysteem en de omvormer maakt gebruik van data sets. Een dataset (afgekort als DS) bestaat uit drie 16-bit woorden, zogenaamde datawoorden (DW). Het standaardbesturingsprogramma ondersteunt het gebruik van vier datasets, twee in elke richting. Naar de twee datasets voor besturing van de omvormer wordt verwezen als de hoofddataset en de auxdataset met referentiegegevens.
  • Pagina 216 Het controlwoord en het statuswoord Het Controlwoord (CW) is het belangrijkste middel voor het besturen van een omvormer vanuit een veldbussysteem. Het werkt wanneer de huidige besturingslocatie (EXT1 of EXT2; zie parameter 10.1 en 10.2) is ingesteld op COMM.CW of als par. 10.07 is ingesteld op 1 (uitsluitend met het Generic Drive communicatieprofiel).
  • Pagina 217 De volgende diagrammen laten zien hoe parameters uit groep 10 en het teken van de veldbusreferentie samen de referentie REF1/REF2 produceren. Opmerkingen: • Bij het ABB Drives communicatieprofiel wordt 100% referentie bepaald door parameter 11.05 (REF1) en 11.08...
  • Pagina 218 *Draairichting bepaald door het teken Draairichting bepaald door een digitale opdracht, van COM.REF bijvoorbeeld digitale ingang, bedieningspaneel par. 10.03 Resultante Resultante DRAAI- REF1/2 REF1/2 RICHTING = VOORUIT Max.Ref. Max.Ref. Veldbus Veldbus Ref. 1/2 Ref. 1/2 -100% 100% -100% 100% -163% 163% -163% 163%...
  • Pagina 219 de master worden gezonden, is afhankelijk van de gekozen functie; zie hoofdstuk Actuele signalen en parameters. Besturing via een veldbus...
  • Pagina 220 Besturing via een veldbus...
  • Pagina 221 Besturing via een veldbus...
  • Pagina 222 Besturing via een veldbus...
  • Pagina 223 Het ABB Drives communicatieprofiel is actief als parameter 98.07 is ingesteld op ABB DRIVES. Het Control Word, Status Word en de referentieschaling voor het profiel worden hieronder beschreven. Het ABB Drives communicatieprofiel kan worden gebruikt via zowel EXT1 als EXT2.
  • Pagina 224 03.01 HOOFD CONTROLWOORD De tekst in vette hoofdletters verwijst naar de statuswaarden in Figure 1 Benaming Waarde Invoeren van STATUS/Omschrijving OFF1 CONTROL 1 Voer READY TO OPERATE in Stop langs de momenteel actieve deceleratiehelling (22.03/22.05). Voer OFF1 ACTIVE in; ga verder naar READY TO SWITCH ON, tenzij andere tussentijdse blokkeringen (OFF2, OFF3) actief zijn.
  • Pagina 225 03.02 HOOFD STATUSWOORD De tekst in vette hoofdletters verwijst naar de statuswaarden in Figure 1 Benaming Waar STATE/Omschrijving RDY_ON READY TO SWITCH ON. NOT READY TO SWITCH ON. RDY_RUN READY TO OPERATE. OFF1 ACTIVE. RDY_REF OPERATION ENABLED. OPERATION INHIBITED. TRIPPED FAULT.
  • Pagina 226 ENABLED (SW Bit2=1) (CW Bit5=0) (CW=xxxx x1xx xxx1 1111) RFG: OUTPUT ENABLED (CW Bit6=0) (CW=xxxx x1xx xx11 1111) RFG: ACCELERATOR ENABLED (CW=xxxx x1xx x111 1111) OPERATING (SW Bit8=1) Figure 1 Machinestatus voor het ABB Drives communicatieprofiel. Besturing via een veldbus...
  • Pagina 227 Schaling van de veldbusreferentie Als het ABB Drives communicatieprofiel actief is, worden veldbusreferentie REF1 en REF2 geschaald zoals weergegeven in onderstaande tabel. Opmerking: Eventuele correctie van de referentie (zie boven) wordt voorafgaand aan schaling toegepast. Zie het onderdeel Referenties op pagina 216.
  • Pagina 228 Generic Drive communicatieprofiel Het Generic Drive communicatieprofiel is actief als parameter 98.07 is ingesteld op GENERIC. Het Generic Drive profiel vertegenwoordigt uitsluitend het machineprofiel voor omvormers – uitsluitend toerenregeling – zoals bepaald door specifieke veldbusstandaarden zoals PROFIDRIVE voor PROFIBUS, AC/DC Drive voor DeviceNet™, Drives en Motion Control voor CANopen®, enz.
  • Pagina 229 Omvormeropdrachten ondersteund door het Generic Drive communicatieprofiel Benaming Omschrijving STOP De omvormer decelereert de motor naar nul toeren overeenkomstig de deceleratiehelling die actief is (parameter 22.03 of 22.05). START De omvormer accelereert naar de ingestelde referentiewaarde overeenkomstig de acceleratiehelling die actief is (par. 22.02 of 22.04). De draairichting wordt bepaald door het teken van de referentiewaarde en de instelling van par.
  • Pagina 230 Schaling van de veldbusreferentie Als het Generic Drive communicatieprofiel actief is, wordt de toerentalreferentiewaarde ontvangen van de veldbus en de werkelijke toerentalwaarde ontvangen van de omvormer geschaald zoals weergegeven in onderstaande tabel. Opmerking: Eventuele correctie van de referentie (zie de sectie Referenties pagina 216) wordt voorafgaand aan schaling toegepast.
  • Pagina 231 CSA 2.8/3.0 communicatieprofiel Het CSA 2.8/3.0 communicatieprofiel is actief als parameter 98.07 is ingesteld op CSA 2.8/3.0. Het controlwoord en statuswoord voor het profiel worden hieronder beschreven. .CONTROL WOORD voor het CSA 2.8/3.0 communicatieprofiel Benaming Waard Omschrijving Gereserveerd ENABLE Geactiveerd Uitlopen tot stilstand Gereserveerd 0 ...
  • Pagina 232 Er is een waarschuwing actief Geen waarschuwingen actief LIMIT Omvormer heeft een limiet Omvormer heeft geen limiet 11 … 15 Gereserveerd De referentie en de werkelijke schaling is gelijk aan die van het ABB Drives profiel. Besturing via een veldbus...
  • Pagina 233 Diverse status-, fout-, alarm- en limietwoorden 03.03 AUXILIARY STATUS WOORD Benaming Omschrijving Gereserveerd OUT OF WINDOW Toerentalverschil valt buiten de window (bij toerenregeling)*. Gereserveerd MAGNETIZED Flux is opgebouwd in de motor. Gereserveerd SYNC RDY Positieteller gesynchroniseerd. 1 START NOT De omvormer is niet gestart na wijziging van de DONE motorparameters in groep 99.
  • Pagina 234 03.05 FOUTWOORD 1 Benaming Omschrijving KORTSLUITING Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. OVERSTROOM DC OVERSPANN ACS800 TEMP AARDFOUT THERMISTOR MOTOR TEMP SYSTEM_FAULT Er wordt een fout aangegeven door het systeemfoutwoord (Actual Signal 3.07). ONDERBELAST Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing.
  • Pagina 235 03.06 FOUTWOORD 2 Benaming Omschrijving NETFASE Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. GEEN M-DATA DC ONDERSPANN Gereserveerd STARTVRIJGAVE Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. ENCODER ERR I/O COMM CTRL B TEMP EXTERNE FOUT OVER SWFREQ AI <...
  • Pagina 236 Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. Gereserveerd THERMISTOR Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. MOTOR TEMP ACS800 TEMP ENCODER ERR T MEET ALARM 7 … 11 Gereserveerd COMM MODULE Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing.
  • Pagina 237 03.09 ALARMWOORD 2 Benaming Omschrijving Gereserveerd ONDERBELAST Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. 2, 3 Gereserveerd ENCODER Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. 5, 6 Gereserveerd VOEDINGSUITV (FFA0) Fout bij herstellen VOEDINGSUITVAL.DDF. ALM (OS_17) Fout bij herstellen POWERDOWN.DDF.
  • Pagina 238 03.14 AUX STATUSWOORD 4 Benaming Omschrijving TOERENT1 LIM Uitgangstoerental is onder bewakingslimiet 1 gedaald of heeft deze overschreden. Zie groep BEWAKING. TOERENT2 LIM Uitgangstoerental is onder bewakingslimiet 2 gedaald of heeft deze overschreden. Zie groep BEWAKING. STROOMLIMIET Motorstroom is onder de ingestelde bewakingslimiet gedaald of heeft deze overschreden.
  • Pagina 239 03.16 ALARMWOORD 4 Benaming Omschrijving FAN OTEMP Waarschuwing voor te hoge temperatuur van de ventilator van de step-up module MOTOR 1 TEMP Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. MOTOR 2 TEMP REM BEVESTIG SLAAP MODE MACRO CHANGING Bezig met bewaren of laden van gebruikers- of toepassingsmacro 6 …...
  • Pagina 240 03.18 ALARMWOORD 5 Benaming Omschrijving VERVANG VENT Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing. SYNCHRO TOER REMWRS OVERB REMCH OVERB NETSMOOR TEM PP OVERBEL INV DISABLED STROOM UNBAL INV STR LIM DC BUS LIM MOT STR LIM MOT KOPP LIM MOT VERM LIM GEBR L CURVE Gereserveerd...
  • Pagina 241 CONT DC CUR Continue dc-stroom limiet CONT OUT CUR Continue uitgangsstroom limiet (I cont.max 11...15 Gereserveerd *Niet actief bij ACS800 standaard macro instellingen van de fabriek. 03.31 ALARMWOORD 6 Benaming Omschrijving INV OVERTEMP Zie voor mogelijke oorzaken en oplossingen het hoofdstuk Foutopsporing.
  • Pagina 242 03.32 EXT IO STATUS Benaming Omschrijving EMSTOP MODULE Noodstopmodule communiceert niet met de ERROR omvormersoftware. EMSTOP OFF2 CMD DI1 van noodstopmodule. Zie 03.01 HOOFD CONTROLWOORD bit1 OFF2 CONTROL. EMSTOP OFF3 CMD DI2 van noodstopmodule. Zie 03.01 HOOFD CONTROLWOORD bit2 OFF3 CONTROL. FREE DI3 van noodstopmodule.
  • Pagina 243 04.01 FOUTE INT INFO Het FOUTE INT INFO-woord omvat informatie over de locatie van de fouten PPCC LINK, OVERSTROOM, AARDFOUT, KORTSLUITING, ACS800 TEMP, TEMP DIF en POWERF INV (zie 03.05 FOUTWOORD 03.06 FOUTWOORD 03.17 FOUTWOORD 5 en het hoofdstuk Foutopsporing).
  • Pagina 244 Blokschema omvormer RMIO Motorbesturings- en I/O-kaart Bovenste deel IGBTs Interfacekaart RMIO PPCS-Link Branching Unit Onderste deel IGBTs Blokschema omvormer (2 tot 12 parallel geschakelde modules) RMIO INT3 INT1 INT2 04.02 INT SC INFO Het INT SC INFO-woord omvat informatie over de locatie van de SHORT CIRCUIT- fout (zie 03.05 FOUTWOORD 1 en hoofdstuk Foutopsporing).
  • Pagina 245 Zo niet, dan moet contact worden opgenomen met een vertegenwoordiger van ABB. Als de omvormer wordt bestuurd met een los bedieningspaneel, dan geeft de rode LED in de montageplaat van het bedieningspaneel een foutstatus aan. (Opmerking: een aantal typen omvormer is standaard niet voorzien van de LED’s).
  • Pagina 246 Door de omvormer gegenereerde waarschuwingsmeldingen WAARSCHUWING OORZAAK OPLOSSING ACS800 TEMP IGBT temperatuur van de omvormer veel te Controleer omgevingscondities. (4210) hoog. De limiet voor het optreden van een fout Controleer luchtstroom en werking van de is 100%. 3.08 AW 1 bit 4 ventilator.
  • Pagina 247 30.17) aardfouten: - meet de isolatieweerstanden van motor en motorkabel. Als er geen aardfout gedetecteerd wordt, neem dan contact op met uw plaatselijke ABB- vertegenwoordiger. ENC CABLE Fasesignaal van de pulsgever ontbreekt. Controleer de pulsgever en de bedrading ervan.
  • Pagina 248 WAARSCHUWING OORZAAK OPLOSSING FAN OTEMP Te hoge temperatuur van de ventilator voor het Stop de omvormer. Laat hem afkoelen. (FF83) uitgangsfilter van de omvormer. Bewaking is in Controleer de omgevingstemperatuur. gebruik bij step-up omvormers. 3.16 AW 4 bit 0 Controleer dat de ventilator in de juiste richting draait en dat de lucht vrijelijk kan stromen.
  • Pagina 249 WAARSCHUWING OORZAAK OPLOSSING INV OVERTEMP Temperatuur van de omvormermodule is te Controleer de omgevingstemperatuur. Als hoog. deze hoger is dan 40°C, zorg er dan voor dat (4290) de belastingsstroom de belastingscapaciteit, 3.31 AW 6 bit 0 aangepast met deratingfactor, van de omvormer niet overschrijdt.
  • Pagina 250 WAARSCHUWING OORZAAK OPLOSSING MOTOR START De motoridentificatierun wordt gestart. Deze Wacht totdat de omvormer aangeeft dat de waarschuwing maakt deel uit van de ID motoridentificatie is voltooid. (FF34) runprocedure. MOTORTEMP De temperatuur van de motor is te hoog (of lijkt Controleer de nominale waarden, belasting en (4310) te hoog).
  • Pagina 251 Zie parameter 16.09 CTRL BOARD VOED. Controleer signaal 03.19. Neem contact op met de vertegenwoordiger van ABB als er fouten in signaal 3.19 actief zijn. PPCC LINK xx INT-kaart optische vezel aansluitfout in een Controleer de aansluiting van de hoofdcircuit- van de parallel geschakelde omzettermodules.
  • Pagina 252 WAARSCHUWING OORZAAK OPLOSSING SYNCHRO TOER Waarde van nominale motortoerental ingesteld Controleer nominale toerental op de bij parameter 99.08 is niet correct: De waarde motortypeplaat en stel parameter 99.08 in op (FF87) ligt te dicht bij het synchrone toerental van de precies dezelfde waarde.
  • Pagina 253 Er zijn geen gegevens van het paneel naar de Opnieuw proberen (mogelijke storing op de omvormer gekopieerd. verbinding). Raadpleeg de vertegenwoordiger van ABB. OMVORMER IN Wegschrijven is niet mogelijk terwijl de motor Stop de motor. Voer het wegschrijven uit. BEDRIJF draait.
  • Pagina 254 Foutmeldingen gegenereerd door de omvormer FOUT OORZAAK OPLOSSING ACS800 TEMP IGBT temperatuur van de omvormer veel te Controleer omgevingscondities. (4210) hoog. De limiet voor het optreden van een fout Controleer luchtstroom en werking van de is 100%. 3.05 FW 1 bit 3 ventilator.
  • Pagina 255 (programmeerbare - meet de isolatieweerstanden van motor en (beschadigde omvormercomponent). xx foutfunctie 30.17) motorkabel. (1...12) verwijst naar het nummer van de Als er geen aardfout gedetecteerd wordt, neem omvormermodule. dan contact op met uw plaatselijke ABB- vertegenwoordiger. Foutopsporing...
  • Pagina 256 Controleer motor en motorkabel op aardfouten: foutfunctie 30.17) - meet de isolatieweerstanden van motor en motorkabel. Als er geen aardfout gedetecteerd wordt, neem dan contact op met uw plaatselijke ABB- vertegenwoordiger. ENC CABLE Fasesignaal van de pulsgever ontbreekt. Controleer de pulsgever en de bedrading ervan.
  • Pagina 257 FOUT OORZAAK OPLOSSING ENCODER A<>B Fasering pulsgever niet goed: fase A is Verwissel de aansluitingen van de (7302) aangesloten op klem van fase B en pulsgeverfasen A en B. omgekeerd. ENCODER Communicatiefout tussen de pulsgever en Controleer pulsgever met bedrading, de (7301) interfacemodule van de pulsgever en tussen interfacemodule van de pulsgever met...
  • Pagina 258 FOUT OORZAAK OPLOSSING INV OVERTEMP Temperatuur van de omvormermodule is te Controleer de omgevingstemperatuur. Als hoog. deze hoger is dan 40°C, zorg er dan voor dat (4290) de belastingsstroom de belastingscapaciteit, 3.17 FW 5 bit 13 aangepast met deratingfactor, van de omvormer niet overschrijdt.
  • Pagina 259 FOUT OORZAAK OPLOSSING MOTORBLOKK De motor werkt in het blokkeergebied. De Controleer de motorbelasting en nominale (7121) oorzaak kan overmatige belasting of waarden van de omvormer. onvoldoende motorvermogen zijn. Controleer de parameters van de foutfunctie. 3.06 FW 2 bit 14 (programmeerbare foutfunctie 30.10…30.12)
  • Pagina 260 FOUT OORZAAK OPLOSSING OVERFREQ De motor draait sneller dan het hoogst Controleer instellingen van minimum-/ (7123) toegestane toerental. Dat kan komen door een maximumtoerental. verkeerd ingesteld minimum-/ Controleer of motorremkoppel adequaat is. 3.05 FW 1 bit 9 maximumtoerental, onvoldoende remkoppel of Controleer de toepasbaarheid van de wijzigingen in de belasting wanneer koppelregeling.
  • Pagina 261 Zie parameter 16.09 CTRL BOARD VOED. Controleer signaal 03.19. Neem contact op met de vertegenwoordiger van ABB als er fouten in signaal 3.19 actief zijn. PPCC LINK xx INT-kaart optische vezel aansluitfout in een Controleer de aansluiting van de hoofdcircuit- van de parallelgeschakelde omzettermodules.
  • Pagina 262 FOUT OORZAAK OPLOSSING TEMP DIF xx y Te hoog temperatuurverschil tussen Controleer de koelventilator. verschillende parallelgeschakelde (4380) Vervang de ventilator. omzettermodules. xx(1...12) verwijst naar het 3.17 FW 5 bit 8 en Controleer de luchtfilters. nummer van de omzettermodule en y verwijst 4.01 naar de fase (U, V, W).
  • Pagina 263 Analoge uitbreidingsmodule Overzicht Dit hoofdstuk beschrijft het gebruik van de analoge uitbreidingsmodule RAIO als interface voor de toerentalreferentie van de ACS800 voorzien van het standaardbesturingsprogramma. Toerenregeling via de analoge uitbreidingsmodule Er worden twee varianten beschreven: • Bipolaire ingang bij standaardtoerenregeling •...
  • Pagina 264 Parameterinstellingen: bipolaire ingang bij standaard toerenregeling De onderstaande tabel geeft de parameters die van invloed zijn op de verwerking van de toerentalreferentie ontvangen via de bipolaire ingang AI1 van de uitbreidingsmodule (AI5 van de omvormer). Parameter Instelling 98.06 EXT AI/O MODULE RAIO-SLOT1 98.13 AI/O EXT AI1 FUNC BIPO AI5...
  • Pagina 265 Parameterinstellingen: bipolaire ingang bij joystickbesturing De onderstaande tabel bevat de parameters die van invloed zijn op de verwerking van de toerental- en richtingreferenties ontvangen via de bipolaire ingang AI1 van de uitbreidingsmodule (AI5 van de omvormer). Parameter Instelling 98.06 EXT AI/O MODULE RAIO-SLOT1 98.13 AI/O EXT AI1 FUNC BIPO AI5...
  • Pagina 266 Analoge uitbreidingsmodule...
  • Pagina 267 Aanvullende gegevens: actuele gegevens en parameters Overzicht Dit hoofdstuk beschrijft de actuele gegevens en parameters met enige aanvullende gegevens. Voor de beschrijvingen, zie het hoofdstuk Actuele signalen en parameters. Termen en afkortingen Term Betekenis Profibus equivalent van omvormerparameters die via de NPBA- 12 Profibus adapter communiceren.
  • Pagina 268 Voorbeeld: parameter voor de omvormer 12.07: 12 = 0C(hex) 07 = 07(hex) => 0C07. Waarde aanvraaglabel voor aanvraagparameter is 6. Waarde aanvraaglabel voor veranderingsparameter is 7. NB: Niet elke parameter heeft een equivalente waarde voor Profibus (PB). NIBA-01 InterBus-S Adapter: •...
  • Pagina 269 DC SPAN 1 = 1 V 01.08 VOEDINGSSPANNING VOEDSPAN 1 = 1 V 01.09 UITGANGSSPANNING UITGSPAN 1 = 1 V 01.10 ACS800 TEMP ACS TEMP 10 = 1% 01.11 EXTERNE REF 1 EXTERNE REF1 1 = 1 rpm 01.12 EXTERNE REF 2...
  • Pagina 270 Index Benaming Korte naam FbEq Eenheid Bereik 01.37 MOTTEMP MTSCHAT 1 = 1°C °C SCHATTING 01.38 AI5 [mA] AI5 [mA] 1 = 0,001 mA 01.39 AI6 [mA] AI6 [mA] 1 = 0,001 mA 01.40 DI7-12 STATUS DI7...12 1 = 1 01.41 EXT RO STATUS EXT RO 1 = 1...
  • Pagina 271 Index Benaming Korte naam FbEq Eenheid Bereik 03.14 AUX STATUSWOORD AUX SW 4 0 65535 (decimaal) 03.15 FOUTWOORD 4 FOUTW 4 0 65535 (decimaal) 03.16 ALARMWOORD 4 ALARMW 4 0 65535 (decimaal) 03.17 FOUTWOORD 5 FOUTW 5 0 65535 (decimaal) 03.18 ALARMWOORD 5 ALARMW 5 0 65535...
  • Pagina 272 09.13 LCU WERKW SIGN2 LCU ACT2 1 = 1 1) Percentage van maximale motortoerental / nominale koppel / max. procesreferentie (afhankelijk van de voor de ACS800 gekozen macro). 2) De inhoud van deze datawoorden wordt uiteengezet in het hoofdstuk Besturing via een veldbus.
  • Pagina 273 Parameters Index Naam/Keuze FABRIEK HAND/AUTO PID- KOPPEL- VOLGORDE REGELING REGEL START/STOP/DRAAIR. 10.01 EXT1 STRT/STP/RIC DI1,2 (US: DI1,2 DI1,2 DI1,2 101 W DI1P,2P,3) 10.02 EXT2 STRT/STP/RIC DI6,5 DI1,2 102 W 10.03 DRAAIRICHTING VOORUIT VERZOEK VOORUIT VERZOEK VERZOEK 103 W 10.04 EXT 1 STRT PTR 104 W 10.05 EXT 2 STRT PTR 105 W...
  • Pagina 274 Index Naam/Keuze FABRIEK HAND/AUTO PID- KOPPEL- VOLGORDE REGELING REGEL 13.14 FILTERTIJD AI3 0,10 s 0,10 s 0,10 s 0,10 s 0,10 s 13.15 INVERTEREN AI3 13.16 MINIMUM AI5 0 mA 0 mA 0 mA 0 mA 0 mA 13.17 MAXIMUM AI5 20 mA 20 mA 20 mA...
  • Pagina 275 Index Naam/Keuze FABRIEK HAND/AUTO PID- KOPPEL- VOLGORDE REGELING REGEL 16.04 FOUTRESET KEUZE 254 W 16.05 G IO LEZEN 255 W 16.06 PANEELSLOT 16.07 PARAMETER OPSLAAN GEDAAN GEDAAN GEDAAN GEDAAN GEDAAN 16.08 STARTVRIJGAVE PTR 16.09 CTRL BOARD VOED INTERNE 24V INTERNE 24V INTERNE 24V INTERNE 24V INTERNE 24V 259 16.10 ASSISTENT KEUZE 16.11 FOUT RESET PTR 16.12 RESET COUNTER...
  • Pagina 276 Index Naam/Keuze FABRIEK HAND/AUTO PID- KOPPEL- VOLGORDE REGELING REGEL 23.01 VERSTERKING 23.02 INTEGRATIE TIJD 2,50 s 2,50 s 2,50 s 2,50 s 2,50 s 23.03 DIFFERENTIAT TIJD 0,0 ms 0,0 ms 0,0 ms 0,0 ms 0,0 ms 23.04 ACC COMPENSATIE 0,00 s 0,00 s 0,00 s...
  • Pagina 277 Index Naam/Keuze FABRIEK HAND/AUTO PID- KOPPEL- VOLGORDE REGELING REGEL 30.20 COMM FOUT RO/AO 30.21 AUX REF DS T-OUT 3,0 s 3,0 s 3,0 s 3,0 s 3,0 s 30.22 IO CONFIG FUNC WAARSCHU WAARSCHU WAARSCHU WAARSCHU WAARSCHU WING WING WING WING WING 30.23 LIMIET WAARSCH...
  • Pagina 278 Index Naam/Keuze FABRIEK HAND/AUTO PID- KOPPEL- VOLGORDE REGELING REGEL PID REGELING 40.01 PID VERSTERKING 40.02 PID INTEGR. TIJD 60,00 s 60,00 s 60,00 s 60,00 s 60,00 s 40.03 PID DIFF. TIJD 0,00 s 0,00 s 0,00 s 0,00 s 0,00 s 40.04 PID DIFF.
  • Pagina 279 Index Naam/Keuze FABRIEK HAND/AUTO PID- KOPPEL- VOLGORDE REGELING REGEL COMM MOD DATA 1026 STANDAARD MODBUS 52.01 STATIONNUMMER 1051 52.02 BAUDRATE 9600 9600 9600 9600 9600 1052 52.03 PARITEIT ONEVEN ONEVEN ONEVEN ONEVEN ONEVEN 1053 MASTER/FOLLOWER 60.01 MASTER LINK MODE NIET NIET NIET NIET...
  • Pagina 280 Index Naam/Keuze FABRIEK HAND/AUTO PID- KOPPEL- VOLGORDE REGELING REGEL … … … 1644 84.79 UITGANG GEBR CONSTANTEN 85.01 CONSTANTE1 1645 85.02 CONSTANTE2 1646 85.03 CONSTANTE3 1647 85.04 CONSTANTE4 1648 85.05 CONSTANTE5 1649 85.06 CONSTANTE6 1650 85.07 CONSTANTE7 1651 85.08 CONSTANTE8 1652 85.09 CONSTANTE9 1653...
  • Pagina 281 98.04 DI/O EXT MODULE 2 1904 98.05 DI/O EXT MODULE 3 1905 98.06 EXT AI/O MODULE 1906 98.07 COMM PROFIEL ABB DRIVES ABB DRIVES ABB DRIVES ABB DRIVES ABB DRIVES 1907 98.09 DI/O EXT1 DI FUNC DI7,8,9 DI7,8,9 DI7,8,9 DI7,8,9 DI7,8,9 1909 98.10 DI/O EXT2 DI FUNC...
  • Pagina 282 Aanvullende gegevens: actuele gegevens en parameters...
  • Pagina 283 Besturingsblokschema's Overzicht Schema Gerelateerde diagrammen Besturingsketen, blad 1 Vervolgd op blad 2 Geldig als de macro FABRIEK, HAND/AUTO, VOLGORDE BST of KOPPELREGEL actief is (zie parameter 99.02). Besturingsketen, blad 1 Vervolgd op blad 2 Geldig als de macro PID REGELING actief is (zie parameter 99.02). Besturingsketen, blad 2 Vervolg van blad Geldig bij alle macro’s (zie parameter 99.02).
  • Pagina 284 Besturingsketen, blad 1: macro’s FABRIEK, HAND/AUTO, VOLGORDE BST en KOPPELREGEL (vervolgd op volgende pagina …) Besturingsblokschema's...
  • Pagina 285 … vervolg van vorige pagina Besturingsblokschema's...
  • Pagina 286 Besturingsketen, blad 1: macro PID REGELING (vervolgd op volgende pagina …) Besturingsblokschema's...
  • Pagina 287 … vervolg van vorige pagina Besturingsblokschema's...
  • Pagina 288 Besturingsketen, blad 2: Alle macro’s (vervolgd op volgende pagina …) Besturingsblokschema's...
  • Pagina 289 … vervolg van vorige pagina Besturingsblokschema's...
  • Pagina 290 Starten, stoppen, startvrijgave en startvergrendeling Besturingsblokschema's...
  • Pagina 291 Resetten, in- en uitschakelen Het onderstaande schema is een detail van het voorgaande schema (Starten, stoppen, startvrijgave en startvergrendeling). RESET VANUIT PANEEL HOOFD CW / B7 (RESET) RESET VANUIT VELDBUS IN LOCALE MODUS EXT RESET 16.04 AUTORESET HOOFD CW / B0 (ON/OFF) NIET GEREED VOOR INSCHAKELEN INSCHAKELEN VERBODEN VELDBUS CW / B0...
  • Pagina 292 Besturingsblokschema's...
  • Pagina 293 ALARMWOORD 5 241 03.07 SYSTEEMFOUTWOORD 237 ALARMWOORD 6 242 Analoge ingangen optioneel, bewaking 69 Aardfoutbeveiliging 68 Analoge uitbreidingsmodule 265 ABB Drives communicatieprofiel 224 Analoge uitgangen Absoluut frequentiemaximum 103, 269 diagnostiek 53 Absoluut toerentalmaximum 103, 269 Instellingen 53 ACCEL/DECEL 141 optioneel, bewaking 69...
  • Pagina 294 48 een veldbusadaptermodule gebruiken 206 stop, start, draairichtingsdiagram 45 48 foutbeveiliging 69 profielen 224–233 Communicatieprofielen 224–233 Fluxoptimalisatie 61 ABB drives 224 Fluxremmen 60, 61 generieke omvormer 229 FOUT WOORD 1 235 Constant toerental 62 FOUTE INT INFO 244 Controlwoord 217 Fouten CSA 2.8/3.0 communicatieprofiel 232...
  • Pagina 295 ID Run procedure 23–24 LIMIET WOORD 1 235 ID-nummer op de paneelverbinding, veranderen 39 Limieten, instelbaar 72 Ingangsbrugbescherming 72 LIMIETWOORD INVRT 242 Instellen, versnellingstijd 44 Lokale besturing 46 Instellingen aardfoutbeveiliging 68 acceleratie 62 Macro Hand/Auto 89, 93 actuele gegevens 55, 56 Macro Volgordebesturing 99 analoge uitgang 53 definitie 89...
  • Pagina 296 Safe torque off (STO) 58 gegevenstabellen 275 Scalarbesturing 65 Hexagonale motorflux 66 Schaling van de veldbusreferentie IR compensatie 65 ABB Drives communicatieprofiel 228 motortemperatuur 67 CSA 2.8/3.0 communicatieprofiel 232 onderbelastingsbeveiliging 63 68 generieke omvormer 231 optionele analoge in- en uitgangen 69...
  • Pagina 297 Uitval van ingangsfase 71 Variabelen 72 Veilig beperkt toerental (SLS) 59 Veldbus, equivalent, gedefinieerd 103 Veldbusadapter communicatieparameters 206–207 module 204 Veldbusadressen 269 Vermogensbegrenzing 72 Voorgeprogrammeerde fouten 69 DC-onderspanning 70 interne fout. 72 kortsluiting 71 Omvormertemperatuur 70 Overfrequentie 71 Temperatuur van de besturingskaart 71 Uitgebreide monitoring omvormertemperatuur 70 verlies ingangsfase 71...
  • Pagina 298 Index...
  • Pagina 300 ABB bv. s.a. ABB n.v. Afd.: Drives (ATAP/DM) Afd.: Drives (ATDPZ) Postbus 301 Hoge Wei 27 3000 AH Rotterdam 1930 Zaventem NEDERLAND BELGIË Telefoon (alg.) +31 (0)10 - 4078 886 Telefoon +32 (0)2 7186 311 Telefax +31 (0)10 - 4078 433...