Het totale energieverbruik van deze
accessoires (standaard en achteraf
gemonteerde accessoires) moet minder
zijn dan 0,6 mA x Ah (van de accu), zoals
in de volgende tabel staat vermeld:
Accu van
Maximum stroomverbruik
bij stilstaande motor
60 Ah
36 mA
70 Ah
42 mA
Als grote stroomverbruikers, zoals: fles-
senverwarmer, stofzuiger, mobiele tele-
foon enz. bij uitgezette motor of als
de motor stationair draait, van voedings-
spanning worden voorzien, dan zal de
accu sneller ontladen.
BELANGRIJK Als aan boord van de
auto extra systemen moeten worden geïn-
stalleerd, moet goed op de juiste aanslui-
tingen worden gelet. Niet correcte elektri-
sche verbindingen kunnen gevaarlijk zijn,
vooral voor de elementaire elektronische
systemen.
WIELEN EN BANDEN
BANDENSPANNING
De spanning van de banden, inclusief
het noodreservewiel, moet regelmatig,
om de twee weken en voor een lange rit,
worden gecontroleerd: de bandenspan-
ning moet bij koude banden worden
gecontroleerd.
Tijdens het rijden neemt de bandenspan-
ning toe; zie voor de juiste waarde van de
bandenspanning de paragraaf "Wielen" in
het hoofdstuk "Technische gegevens".
fig. 16
Een onjuiste bandenspanning veroor-
zaakt een onregelmatige slijtage van de
banden:
(A): normale spanning: gelijkmatige slij-
tage van het loopvlak.
(B): te lage spanning: te grote slijtage
aan de zijkanten van het loopvlak.
(C): te hoge spanning: te grote slijtage
in het midden van het loopvlak.
Banden moeten worden vervangen als
de profieldiepte van het loopvlak minder is
dan 1,6 mm.
Houdt u echter altijd aan de bepalingen
van het land waarin u rijdt.
A0A0225b
233