De metalen baard (A) van de sleutel dient
voor:
– het start-/contactslot
– het slot in het bestuurdersportier en
(optional voor bepaalde uitvoeringen/-
markten) het slot van het passagiersportier
– de sleutelschakelaar voor uitschakeling
van de airbag aan passagierszijde
Druk voor het uitklappen van de metalen
baard in de handgreep op knop (B).
Gebruik voor het uittrekken van de beves-
tigingsring (F) een dunne stift (bijv: een bal-
pen) en verplaats de ring in de richting van
de pijl.
Druk de knop B alleen in
als de sleutel ver genoeg
van het lichaam (speciaal
de ogen) en van voorwerpen die
snel beschadigen (bijvoorbeeld
kledingstukken) is verwijderd.
Laat de sleutel nooit onbeheerd
achter. Hiermee voorkomt u dat
iemand (dit geldt in het bijzonder
voor kinderen) per ongeluk op de
knop drukt.
8
Voor het inklappen van de metalen
baard in de handgreep moet u:
– het knopje (B) indrukken en inge-
drukt houden
– de metalen baard (A) bewegen
– het knopje (B) loslaten en de metalen
baard (A) draaien totdat hij op de juiste
wijze is ingeklapt en vergrendeld.
Druk voor het op afstand ontgrendelen
van de portieren op het knopje (C), waar-
na de portieren ontgrendelen en de rich-
tingaanwijzers twee keer knipperen. Druk
voor het op afstand vergrendelen van de
portieren op het knopje (D), waarna de
portieren vergrendelen en de richtingaan-
wijzers één keer knipperen. Als na het
indrukken van knop (C) de portieren ont-
grendeld zijn en binnen 60 seconden één
van de portieren of de achterklep niet ge-
opend wordt, dan worden alle sloten door
het systeem automatisch opnieuw vergren-
deld.
Bij auto's met elektronisch diefstalalarm
wordt dit alarm door het indrukken van
knop (C) uitgeschakeld en door het
indrukken van knop (D) ingeschakeld.
ACHTERKLEP OPENEN
De achterklep kan van buitenaf worden
geopend met de afstandsbediening door het
knopje (E) op de sleutel in te drukken, ook
als het diefstalalarm is ingeschakeld. Als de
achterklep wordt ontgrendeld, knipperen de
richtingaanwijzers twee keer; bij vergrende-
ling knipperen de richtingaanwijzers één
keer.
Als bij auto's met diefstalalarm de ach-
terklep wordt geopend, dan worden de
omtrekbeveiliging en de achterklepsensor
uitgeschakeld en het systeem geeft
(behalve bij sommige uitvoeringen in
enkele landen) twee geluidssignalen
("BIEP").
Als de achterklep weer wordt gesloten,
dan worden de functies hersteld en geeft
het systeem (behalve bij sommige uitvoe-
ringen in enkele landen) twee geluidssig-
nalen ("BIEP").