WAARSCHUWINGEN MET
GELUIDSSIGNALEN
De waarschuwingszoemer wordt inge-
schakeld als:
– de achteruit (R) is ingeschakeld;
– de auto wordt stilgezet in de vrijstand
(N); dit signaal wordt gegeven als de
contactsleutel in stand STOP wordt
gedraaid;
– tijdens het wegrijden een oververhitte
koppeling wordt gesignaleerd;
– het systeem automatisch de vrijstand
(N) inschakelt, nadat:
het gaspedaal en/of rempedaal gedu-
rende ten minste 3 minuten niet worden
bediend;
of het rempedaal langer dan 10 minuten
wordt ingetrapt;
of het bestuurdersportier wordt geopend
en het gas- en rempedaal ten minste 1,5
seconde niet worden ingetrapt;
of een storing aan de versnellingsbak is
gesignaleerd;
– bij een storing in de versnellingsbak.
120
PARKEREN
Om de auto veilig te parkeren moet
beslist de eerste versnelling (1) of de ach-
teruit (R) worden ingeschakeld. Als u op
een helling parkeert, moet ook de hand-
rem worden aangetrokken.
Als de motor wordt uitgezet op een hel-
ling bij een ingeschakelde versnelling, dan
is het beslist nodig om te wachten tot het
display dooft voordat het rempedaal
wordt losgelaten. Hierdoor heeft de kop-
peling de tijd om volledig aan te grijpen.
Als de versnellingsbak in de vrijstand
(N) staat en u wilt een versnelling inscha-
kelen om te parkeren, dan moet u het sys-
teem inschakelen, het rempedaal intrap-
pen en de versnelling (1) of (R) kiezen.
SLEPEN VAN DE AUTO
BELANGRIJK Houdt u bij het slepen
van de auto aan de wettelijke voorschrif-
ten. Controleer of de versnellingsbak in de
vrijstand (N) staat (controleer of de auto
rolt als er tegen wordt geduwd) en sleep
de auto zoals een auto met een handge-
schakelde versnellingsbak (zie het hoofd-
stuk "Noodgevallen").
Als de versnellingsbak niet in de vrijstand
kan worden gezet, dan mag de auto niet
worden gesleept; wendt u in dat geval tot
de Alfa Romeo-dealer.
Start de motor niet als
de auto wordt gesleept.