STARTEN
MET EEN HULPACCU
Als de accu leeg is (bij een accu met opti-
sche hydrometer: donkere kleur zonder
groen in het midden), kan de motor wor-
den gestart met een hulpaccu, die ten
minste dezelfde capaciteit moet hebben
als de lege accu.
Ga als volgt te werk (fig. 1):
1) Verwijder het beschermdeksel van de
pluspool op de accu door op de lippen aan
de voorzijde te drukken en verbind de
pluspolen (+ teken nabij de pool) van de
beide accu's met een startkabel.
2) Sluit een tweede startkabel aan op
de minpool (–) van de hulpaccu en op de
massakabel E op de motor of de versnel-
lingsbak van de auto die gestart moet
worden.
180
fig. 1
BELANGRIJK Verbind de minklem-
men van de twee accu's niet direct met
elkaar: eventuele vonken kunnen het
explosieve gas ontsteken dat uit de accu
kan ontsnappen. Als de hulpaccu is geïn-
stalleerd aan boord van een andere auto,
mogen tussen deze auto en de auto met
de lege accu niet per ongeluk metalen
delen met elkaar in verbinding staan.
3) Start de motor.
4) Neem, als de motor draait, de kabels
in de omgekeerde volgorde los.
Als de motor na enkele pogingen niet
aanslaat, blijf dan niet proberen maar wendt
u tot de dichtstbijzijnde Alfa Romeo-dealer.
A0A0149b
Laat
deze
procedure
door gespecialiseerd per-
soneel uitvoeren. Onjuiste
handelingen kunnen leiden tot
vonken. De vloeistof in de accu is
giftig en corrosief. Vermijd het
contact met de huid en de ogen.
Kom ook niet dicht bij een accu
met open vuur of een brandende
sigaret en veroorzaak geen von-
ken.
Gebruik voor een nood-
start beslist nooit een
accusnellader: de elektro-
nische systemen kunnen beschadi-
gen; in het bijzonder de regeleen-
heden van de ontsteking en de
inspuiting.