SNELHEIDSMETER
De snelheidsmeter (A-fig. 72) geeft
de snelheid van de auto aan.
KILOMETERTELLER
Dit is een display (B-fig. 72) met
twee tellers voor de weergave van de kilo-
metertotaal- en de dagtellerstand. Ook
wordt de stand van de koplampverstelling
aangegeven.
Op het display wordt weergegeven:
– op de eerste regel (6 cijfers) de totaal-
stand
– op de tweede regel (4 cijfers) de dag-
tellerstand
– aan de zijkant de stand van de kop-
lampverstelling.
56
fig. 72
Houd om de dagteller op nul te zetten
de drukknop (A-fig. 73) op het paneel
naast de stuurkolom enige seconden inge-
drukt.
BELANGRIJK Als de accu wordt losge-
koppeld, wordt de dagtellerstand uit het
geheugen gewist.
TOERENTELLER (fig. 74)
Als de wijzernaald in het rode (of witte
op enkele uitvoeringen) gebied staat, dan
draait de motor met extreem hoge toe-
rentallen. Het is raadzaam deze toerental-
len slechts kort aan te houden.
A0A0756b
fig. 73
BELANGRIJK De regeleenheid van de
elektronische inspuiting blokkeert tijdelijk de
toevoer van brandstof als de motor met te
hoge toerentallen draait, waardoor het
motorvermogen zal afnemen.
Bij stationair draaiende motor kan de toe-
renteller een geleidelijke of plotselinge toe-
rentalstijging aangeven; dit is normaal en
vindt plaats, bijvoorbeeld, als de airconditio-
ning of de elektroventilateur inschakelt. Een
langzame wijziging in toerental dient vooral
voor het behoud van de lading van de accu.
A0A1104b
fig. 74
A0A0757b