130 Rijden en parkeren
& WAARSCHUWING Brand‑ en explosiege‐
vaar door elektrostatische oplading
Elektrostatische oplading kan tot vonkvor‐
ming leiden en brandstofdampen ontsteken.
Voordat u de tankdop opent of het vul‐
#
pistool vastpakt, de metalen carrosserie
van de auto aanraken.
Op deze manier wordt een eventueel
aanwezige elektrostatische oplading
afgebouwd.
Tijdens het tanken niet weer in de auto
#
stappen.
U kunt weer statisch opgeladen wor‐
den.
* AANWIJZING Beschadiging door ver‐
keerde brandstof
Auto's met benzinemotor:
Kleine hoeveelheden van de verkeerde
brandstof kunnen al leiden tot schade aan
het brandstofsysteem, de motor en het uit‐
laatgasreinigingssysteem.
Alleen loodvrije, zwavelvrije brandstof
#
tanken die voldoet aan de Europese
norm EN 228 of daaraan gelijkwaardig
is.
Het vereiste RON-getal is te vinden aan
#
de binnenzijde van de tankdopklep.
Brandstof met deze specificatie kan maxi‐
maal 10 % ethanol bevatten. Uw auto is
geschikt voor E10‑.
In geen geval een van de volgende brandstof‐
fen tanken:
Dieselbrandstof
R
Normale benzine met een lager octaange‐
R
tal dan 91 RON
Benzine met meer dan 10 vol.% Ethanol,
R
bijvoorbeeld E15, E20, E85, E100
Benzine met meer dan 3 vol.% Methanol,
R
bijvoorbeeld M15, M30
Benzine met metaalhoudende additieven
R
Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐
stof wordt getankt:
Het contact niet inschakelen.
#
Contact opnemen met een gekwalifi‐
#
ceerde werkplaats.
* AANWIJZING Geen diesel tanken bij
auto's met benzinemotor.
Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐
stof wordt getankt:
Het contact niet inschakelen. Anders kan
R
de brandstof bij de motor komen.
Kleine hoeveelheden van de verkeerde
brandstof kunnen al leiden tot schade
aan het brandstofsysteem en de motor.
De reparatiekosten zijn hoog.
Contact opnemen met een gekwalifi‐
#
ceerde werkplaats.
De brandstoftank en de brandstofleidin‐
#
gen volledig laten legen.