De modus uitrollen heeft de volgende eigen‐
schappen:
De verbrandingsmotor wordt losgekoppeld
R
van de aandrijflijn.
Het motortoerental komt overeen met het
R
stationair toerental.
Op het multifunctioneel display verschijnt het
R
symbool J.
Wanneer aan de volgende voorwaarden is vol‐
daan, wordt de modus uitrollen geactiveerd:
Het ECO start-stopsysteem is ingeschakeld.
R
Het rijprogramma = is met de aandrijfin‐
R
stelling "Moderate" of "Reduced" geselec‐
teerd.
De snelheid ligt in het geschikte gebied.
R
Er is een geschikt wegverloop aanwezig, bij‐
R
voorbeeld geen steile hellingen of krappe
bochten.
Het gas- of rempedaal wordt niet meer inge‐
R
drukt.
Als niet meer aan een van de voorwaarden wordt
voldaan, wordt de modus uitrollen weer uitge‐
schakeld.
Tanken
Tanken
& WAARSCHUWING Brand‑ en explosiege‐
vaar door brandstof
Brandstoffen zijn licht ontvlambaar.
Beslist vuur, open licht, roken en vonk‐
#
vorming vermijden.
Voor en tijdens het tanken de ontste‐
#
king en, indien aanwezig, de standver‐
warming uitschakelen.
& WAARSCHUWING Gevaar voor letsel
door brandstoffen
Brandstoffen zijn giftig en schadelijk voor de
gezondheid.
Rijden en parkeren 129
Beslist voorkomen dat brandstof met de
#
huid, de ogen of de kleding in aanraking
komt, of dat het wordt ingeslikt.
Brandstofdampen niet inademen.
#
Kinderen op afstand van brandstoffen
#
houden.
Tijdens het tanken portieren en ruiten
#
gesloten houden.
Als u of anderen met brandstof in aanraking
zijn geweest, de volgende punten in acht
nemen:
Brandstof op de huid direct met water
#
en zeep afspoelen.
Wanneer brandstof in de ogen terecht
#
gekomen is, de ogen direct grondig met
schoon water uitspoelen. Zo snel moge‐
lijk naar een arts gaan.
Wanneer brandstof is ingeslikt, zo snel
#
mogelijk naar een arts gaan. Geen bra‐
ken opwekken.
Met brandstof vervuilde kleren direct
#
wisselen.