184 Rijden en parkeren
Wanneer brandstof is ingeslikt, zo snel
#
mogelijk naar een arts gaan. Geen bra‐
ken opwekken.
Met brandstof vervuilde kleren direct
#
wisselen.
& WAARSCHUWING Brand‑ en explosiege‐
vaar door elektrostatische oplading
Elektrostatische oplading kan tot vonkvor‐
ming leiden en brandstofdampen ontsteken.
Voordat u de tankdop opent of het vul‐
#
pistool vastpakt, de metalen carrosserie
van de auto aanraken.
Op deze manier wordt een eventueel
aanwezige elektrostatische oplading
afgebouwd.
Tijdens het tanken niet weer in de auto
#
stappen.
Anders kunt u zich weer elektrostatisch
opladen.
* AANWIJZING Beschadiging door ver‐
keerde brandstof
Auto's met benzinemotor:
Kleine hoeveelheden van de verkeerde
brandstof kunnen al leiden tot schade aan
het brandstofsysteem, de motor en het uit‐
laatgasreinigingssysteem.
Alleen loodvrije, zwavelvrije brandstof
#
tanken die voldoet aan de Europese
norm EN 228 of daaraan gelijkwaardig
is.
Het vereiste RON-getal is te vinden aan
#
de binnenzijde van de tankdopklep.
Brandstof met deze specificatie kan maxi‐
maal 10 % ethanol bevatten. Uw auto is
geschikt voor E10‑.
In geen geval een van de volgende brandstof‐
fen tanken:
Dieselbrandstof
R
Normale benzine met een lager octaange‐
R
tal dan 91 RON
Benzine met meer dan 10 vol.% Ethanol,
R
bijvoorbeeld E15, E20, E85, E100
Benzine met meer dan 3 vol.% Methanol,
R
bijvoorbeeld M15, M30
Benzine met metaalhoudende additieven
R
Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐
stof wordt getankt:
Het contact niet inschakelen.
#
Contact opnemen met een gekwalifi‐
#
ceerde werkplaats.
* AANWIJZING Geen diesel tanken bij
auto's met benzinemotor.
Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐
stof wordt getankt:
Het contact niet inschakelen. Anders kan
R
de brandstof bij de motor komen.
Kleine hoeveelheden van de verkeerde
brandstof kunnen al leiden tot schade
aan het brandstofsysteem en de motor.
De reparatiekosten zijn hoog.