Bedieningseenheid achterin
1
p Leeslampje achterin
In- of uitschakelen: De toets
#
Sfeerverlichting instellen
Multimediasysteem:
Voertuig
÷ Lichtinstellin-
,
.
gen
Sfeerverlichting
.
Kleur instellen
Kleur
selecteren.
#
Een kleur instellen.
#
Helderheid instellen
Helderheid
#
Een lichtsterkte instellen.
#
Lichtsterkte van de zones activeren
Helderheidszones
#
De functie in- O of uitschakelen ª.
#
De zones Display,
afzonderlijk instelbaar.
Meerkleurige verlichting activeren
Meerkleurig
#
De functie in- O of uitschakelen ª.
#
1
indrukken.
Tien vooraf ingestelde kleurencombinaties
zijn beschikbaar.
Meerkleurige animatie activeren
Kleurrijk geanim.
#
De functie in- O of uitschakelen ª.
#
De ingestelde kleurencombinatie verandert
met een vast ritme.
selecteren.
selecteren.
Voorin
en
Achterin
zijn
selecteren.
selecteren.
Licht en zicht 143
Afhankelijkheid van de klimaatinstellingen
activeren
Klimaatregeling
selecteren.
#
De functie in- of uitschakelen.
#
Bij wijzigingen van de temperatuurinstelling
in de auto verandert kort de kleur van de
sfeerverlichting.
Begroetingsverlichting activeren
Welkom
selecteren.
#
De functie in- O of uitschakelen ª.
#
Bij het ontgrendelen van de auto doorloopt
de interieurverlichting een speciaal scenario.
Uitschakelvertragingstijd interieurverlichting
instellen
Multimediasysteem:
Voertuig
÷ Lichtinstellin-
,
.
gen
Uitsch.vertr. interieur
.
De uitschakelvertragingstijd van de verlich‐
#
ting instellen.