De gordelslottong
2
van de veiligheidsgor‐
#
del altijd in het bij de zitplaats behorende
gordelslot
1
vergrendelen.
Met de gordelgeleidingontgrendeling inge‐
#
drukt de gordeldoorvoeropening
gewenste stand schuiven.
De gordelgeleidingontgrendeling loslaten en
#
controleren dat de gordeldoorvoeropening
3
vergrendelt.
Auto's met automatische uitschakeling pas‐
sagiersairbag:
* AANWIJZING Activeren van de gordel‐
spanner en sidebags bij onbezette passa‐
giersstoel
Als de gordelslottong van de veiligheidsgor‐
del in het gordelslot van de onbezette passa‐
giersstoel is vergrendeld, kan bij een ongeval
naast de andere systemen ook de gordel‐
spanner en de sidebag worden geactiveerd.
De veiligheidsgordel altijd slechts voor
#
één persoon gebruiken.
Auto's zonder automatische uitschakeling
passagiersairbag:
* AANWIJZING Activeren van de gordel‐
spanner bij onbezette passagiersstoel
Als de gordelslottong van de veiligheidsgor‐
3
in de
del in het gordelslot van de onbezette passa‐
giersstoel is vergrendeld, kan bij een ongeval
naast de andere systemen ook de gordel‐
spanner worden geactiveerd.
Veiligheid voor inzittenden
De veiligheidsgordel altijd slechts voor
#
één persoon gebruiken.
Werking van de gordelaanpassing
®
Auto's met PRE-SAFE
: Als de voorste veilig‐
heidsgordel niet strak tegen het lichaam aan ligt,
kan automatisch een gordelaanpassing met een
bepaalde terugtrekkracht plaatsvinden. De vei‐
ligheidsgordel daarbij niet vasthouden.
De gordelaanpassing kan via het multimediasys‐
teem worden in- of uitgeschakeld
(
pagina 42).
/
Veiligheidsgordel afdoen
De ontgrendelingsknop in het gordelslot
#
indrukken en de veiligheidsgordel met de
gordelslottong teruggeleiden.
41