4-22
STIMULATIE THERAPIEËN
ATRIALE TACHYRESPONS
Nadat de modi zijn omgeschakeld, doet de pulsgenerator de ventriculaire gestimuleerde
frequentie geleidelijk aan dalen. Deze afname wordt geregeld door de Terugvaltijdparameter.
OPMERKING: Waarden voor de tweekamerstimulatie terugvalmodus zijn enkel beschikbaar
als de Normale stimulatiemodus op tweekamer is ingesteld.
OPMERKING: ATR Terugvalmodus kan op frequentieadapterend geprogrammeerd zijn,
zelfs als de permanente bradymodus niet-frequentieadapterend is. In dit scenario zullen de
sensorparameters "Alleen-ATR" aangeven.
Terugvaltijd
Terugvaltijd regelt hoe snel de gestimuleerde frequentie zal dalen van de MTR tot de ATR/VTR
Terugval LRL tijdens terugval. De gestimuleerde frequentie zal afnemen tot de hoogste waarde
van de sensorgestuurde frequentie, VRR-frequentie of de ATR/VTR Terugval LRL.
Tijdens de terugval zijn de volgende functies uitgeschakeld:
•
Rate Smoothing: uitgeschakeld totdat terugval de ATR/VTR Terugval LRL of de
sensorgestuurde frequentie bereikt. Als VRR is ingeschakeld, staat Rate Smoothing
uitgeschakeld tijdens de volledige modusomschakeling
•
Frequentiehysterese
•
AV-search +
•
PVARP-verlenging
Terugval LRL
De ATR/VTR Terugval LRL is de programmeerbare lagere frequentie tot welke de frequentie
daalt tijdens een modusomschakeling. De ATR/VTR Terugval LRL kan hoger of lager dan de
permanente brady LRL worden geprogrammeerd.
De frequentie zal dalen tot de hoogste waarde onder de sensorgestuurde frequentie (indien van
toepassing), de VRR-frequentie (indien ingeschakeld) en de ATR/VTR Terugval LRL.
De ATR/VTR Terugval LRL is ook de Back-up VVI-stimulatiefrequentie tijdens back-upstimulatie
bij gedetecteerde ventriculaire tachyaritmieën.
Einde van ATR-episode
Het Einde van de ATR-episode toont het punt naar het welke de pulsgenerator terugkeert voor
een AV-synchrone werking omdat de atriale aritmie niet langer wordt gedetecteerd.
Bij het beëindigen van de aritmie, neemt het ATR Resynchronisatiecriterium af van de
geprogrammeerde waarde totdat het op 0 staat. Als het ATR Resynchronisatiecriterium 0
bereikt, schakelt de stimulatiemodus automatisch over op de geprogrammeerde trackingmodus,
en wordt de AV-asynchrone werking hersteld.
Ventriculaire Tachyrespons (VTR)
VTR dient als een automatische modusschakelaar voor back-up VVI-stimulatie wanneer er
ventriculaire tachyaritmieën worden gedetecteerd.
Als aan detectie is voldaan in een ventriculaire tachycardiezone, schakelt de stimulatiemodus
naar VVI (RV) of naar Uit als de huidige modus AAI(R) of Uit is.