het Uit gedurende Elektrocauterisatiebescherming. Als het eenmaal wordt geactiveerd, vereist
Elektrocauterisatiebescherming geen continue telemetrische verbinding om actief te blijven.
Nadat Elektrocauterisatiebescherming is geannuleerd, zullen de volgende modi terugschakelen
naar de voorgaande geprogrammeerde instellingen:
•
Ventriculaire Tachymodus
•
Brady mode
Nadat u geprobeerd hebt de Elektrocauterisatiebeschermingsmodus in te stellen, raadpleegt u
het bericht op het PRM-scherm om u ervan te verzekeren dat Elektrocauterisatiebescherming
actief is.
Wanneer Elektrocauterisatiebescherming is geactiveerd, zullen behalve STAT SHOCK en
STAT PACE, geen therapieën op commando, inducties, diagnostische testen of het afdrukken
van rapporten toegelaten worden.
Het aanbrengen van een magneet terwijl het apparaat in Elektrocauterisatiebescherming staat,
heeft geen impact op de Tachymodus.
Om de Elektrocauterisatiebeschermingsmodus in en uit te schakelen, voert u de volgende
stappen uit:
1. Selecteer de knop Tachymodus bovenaan het PRM-scherm.
2. Selecteer het keuzevakje om Elektrocauterisatiebescherming in te stellen.
3. Selecteer de knop Wijzigingen toepassen om de Elektrocauterisatiebescherming
in te stellen. Er verschijnt een dialoogvenster waarin wordt aangegeven dat
Elektrocauterisatiebescherming actief is.
4. Selecteer de knop Elektrocauterisatiebescherming annuleren in het dialoogvenster
om het apparaat terug te schakelen naar de eerder geprogrammeerde modus.
Elektrocauterisatiebescherming kan eveneens worden geannuleerd door op de knop STAT
SHOCK, STAT PACE of Therapie Afbreken op de PRM te drukken.
FREQUENTIEDETECTIE
Frequentiedetectie is cruciaal bij alle beslissingen betreffende detectie. De pulsgenerator
baseert zich voor het bepalen van de lengte van de hartcyclus op:
•
Bipolaire elektroden in het atrium en het rechterventrikel.
•
Detectiecircuit met automatische aanpassing van de gevoeligheid. Dit circuit zorgt voor
een juiste detectie van de frequentie door te compenseren voor variërende of afnemende
signaalamplitudes.
Het berekenen van Frequenties en Refractaire Perioden
De pulsgenerator beoordeelt de frequentie per interval. Na detectie van een depolarisatie wordt
de cycluslengte gemeten en vergeleken met de geprogrammeerde detectieparameters.
De pulsgenerator gebruikt refractaire periodes na gestimuleerde en gedetecteerde intrinsieke
events; intrinsieke events die binnen deze periodes vallen, worden genegeerd bij detectie.
De refractaire periodes in combinatie met de ruisvensters kunnen er voor zorgen dat er geen
niet-fysiologische signalen worden gedetecteerd en geen ongewenste therapie wordt afgegeven.
De niet-programmeerbare refractaire perioden zijn:
DETECTIE VAN TACHYARITMIE
FREQUENTIEDETECTIE
2-3