Inhoudsopgave
Advertenties
HOOFDSTUK 13
RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN
VAN PROBLEMEN
De richtlijnen voor het oplossen van problemen op de volgende pagina's zijn bedoeld voor niet-technisch medisch
personeel tijdens het gebruik van het apparaat. Dit gedeelte behandelt veelvoorkomende problemen of vragen die
rijzen tijdens het gebruik.
Als na het raadplegen van dit gedeelte de problemen niet zijn opgelost, dient u contact op te nemen met bevoegd
technisch personeel of de technische dienst van ZOLL. Nadere instructies voor het oplossen van problemen vindt u
in de Onderhoudshandleiding voor de E Series).
Monitor
Klacht
Het apparaat kan niet worden ingeschakeld of wordt
onverwacht uitgeschakeld.
Het apparaat geeft het bericht X FOUT XX weer.
Het apparaat geeft de melding KLOK INSTELLEN of
KLOKFOUT weer.
Het apparaat geeft het bericht ECG-AFLEIDING UIT
of SLECHT CONTACT AFL. weer.
9650-1210-16 Rev. H
Aanbevolen actie
Controleer of de batterij correct is geplaatst.
•
•
Controleer of het apparaat is aangesloten op de
wisselstroom.
•
Vervang de batterij door een volledig opgeladen batterij.
Als de interne lithiumbatterij in de Real Time Clock
•
helemaal leeg is, werkt de klok alleen nog op netstroom.
Bevoegd onderhoudspersoneel kan de handleiding van
de E Series raadplegen om de interne batterij te
vervangen. U kunt ook contact opnemen met de
technische dienst van ZOLL.
•
Er is een fout gedetecteerd.
Ga na of het bericht X FOUT XX verdwijnt als u de
•
kiezer in de stand UIT zet en vervolgens weer in de
stand van de gewenste gebruiksmodus. Opmerking:
Mogelijk moeten sommige instellingen (bijvoorbeeld
alarminstellingen, afleidingsselectie en ECG-grootte)
worden hersteld.
•
Stel de tijd en de datum in (zie 'Tijd en datum instellen'
op pagina 11-5).
Laat bevoegd onderhoudspersoneel verifiëren of de
•
interne batterij de laatste 5 jaar is vervangen, of
contacteer de Technische dienst van ZOLL.
Opmerking: als de interne batterij helemaal leeg is, werkt
de klok alleen nog op netstroom.
Controleer of de ECG-kabel correct op de patiënt en het
•
apparaat is aangesloten.
•
Controleer of de ECG-elektroden goed contact maken
en niet uitgedroogd zijn.
Als u van een ECG-patiëntenkabel met 5-afleidingen op
•
een ECG-patiëntenkabel met 3-afleidingen
overschakelt, dient u het apparaat UIT te zetten en
minimaal 10 seconden te wachten alvorens het weer
aan te zetten.
Vervang de ECG-kabel.
•
13-1
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
