Inhoudsopgave
Advertenties
HOOFDSTUK 6
GESYNCHRONISEERDE CARDIOVERSIE
Gesynchroniseerde cardioversie mag uitsluitend worden verricht door ervaren personeel dat een opleiding
•
in ACLS (voortgezette reanimatie, Advanced Cardiac Life Support) heeft gevolgd en vertrouwd is met de
werking van de apparatuur. Voordat u een defibrillatiepoging onderneemt, moet de exacte hartaritmie
worden vastgesteld.
•
Controleer of de kwaliteit van het ECG-signaal voldoende is voordat u probeert gesynchroniseerde cardioversie
uit te voeren, om het risico op synchronisatie bij artefacten te minimaliseren.
De gesynchroniseerde cardioversie is uitgeschakeld wanneer de E Series aangesloten is op de AutoPulse Plus
•
en de AutoPulse Plus comprimeert.
Bij bepaalde aritmieën, zoals ventriculaire tachycardie
(VT), atriumfibrillattie en atriumflutter is het noodzakelijk
om de ontlading van de defibrillator te synchroniseren
met de R-top van het ECG om inductie van
ventrikelfibrillatie te voorkomen. In dit geval detecteert
een synchronisatiecircuit in het instrument de R-toppen
van de patiënt. Als u de SCHOK-knoppen ingedrukt
houdt, wordt het apparaat bij de volgende gedetecteerde
R-top ontladen, zodat het kwetsbare T-topsegment van
de hartcyclus wordt ontzien.
Wanneer de modus Sync wordt ingeschakeld, plaatst het
apparaat markeringen boven het ECG-spoor om de
punten van de hartcyclus aan te geven waarbij ontlading
zal plaatsvinden. De synchronisatiemarkeringen worden
als pijlen (
) boven het ECG-spoor weergegeven.
De gesynchroniseerde cardioversieprocedure voor MFE-
pads komt overeen met de procedure voor paddles, alleen
bevindt de SCHOK-knop zich op een andere plaats.
Gesynchroniseerde cardioversie
Bepaal de toestand van de patiënt en verleen hulp
conform de medische protocollen.
De patiënt voorbereiden
Verwijder alle kleding van de borst van de patiënt. Droog de
borstkas indien nodig. Als de patiënt veel borsthaar heeft,
scheert u dit af zodat de elektroden goed blijven zitten.
Breng het volgende op de patiënt aan, voor zover nodig:
ECG-elektroden (die zijn aanbevolen voor de
•
ECG-bron), zoals beschreven in 'ECG-bewaking'
op pagina 10-1.
MFE-pads, zoals beschreven in 'MFE-pads
•
aanbrengen/aansluiten' op pagina 1-8.
9650-1210-16 Rev. H
Paddles zijn tegen defibrillatie beveiligde patiëntaansluitingen van het type BF
ECG-afleidingen zijn tegen defibrillatie beveiligde patiëntaansluitingen van het
type CF.
WAARSCHUWING
Voor bewakingsdoeleinden tijdens cardioversie
wordt het gebruik van een standaard-ECG-kabel en
standaard-ECG-elektroden aanbevolen. U kunt MFE-
pads gebruiken als ECG-bron; de kwaliteit van het
signaal is gelijk aan die van de standaardafleidingen,
behalve direct na een ontlading, wanneer er meer
ruis kan zijn vanwege spiertrillingen, met name als
een pad geen volledig contact maakt met de huid.
•
Paddles, zoals beschreven in 'Defibrillatieprocedure
met paddles of MFE-pads voor medische
noodsituaties' op pagina 3-1.
U kunt bij gesynchroniseerde ontlading beter geen
PADDLES als ECG-bron gebruiken, omdat er door
het verplaatsen van de paddles artefacten worden
geïnduceerd die lijken op een R-top, waardoor de
defibrillatieontlading op het verkeerde moment
wordt afgegeven.
Er wordt aanbevolen om tijdens cardioversie
standaard-ECG-afleidingen te gebruiken, aangezien
deze doorgaans een betere signaalkwaliteit leveren
dan paddles.
Opmerking: Bij ECG-AFLEIDING UIT wordt er geen
gesynchroniseerde ontlading afgegeven
als de afleidingen zijn geselecteerd als
ECG-bron. In deze situatie kan de
defibrillator echter wel worden gebruikt,
alleen het gebruik op gesynchroniseerde
wijze wordt voorkomen.
6-1
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
