Galaxy Flex/Flex+ -
Installatiehandleiding
Configuratie C (drie of vier schakelingen: alleen bij Intellibus)
Apparaat
Intellibus
Kabeltype
Alarmkabel
Cat5/5e
Belden 8243
RS485
Kabeltype
Alarmkabel
Cat5/5e
Belden 8243
Aandachtspunten voor de voeding van randapparatuur
Databusrandapparatuur kan via extra aders in de databuskabels worden gevoed door
de centrale. Als u voor deze methode kiest, moet u ervoor zorgen dat de paneelvoeding
voldoende reservecapaciteit heeft en rekening houden met de spanningsval in de kabel.
De spanning bij elk randapparaat mag niet lager zijn dan 10 VDC bij maximale belasting,
zelfs wanneer het systeem op de back-upaccu draait. Een veiliger werkminimum is echter
12,5 V gelijkstroom. Als u zich zorgen maakt over het beheren van voltageniveaus,
overweeg dan om gegevensbusrandapparatuur te voeden vanuit een afzonderlijke voeding
(zie Afbeelding 9).
Opmerking:
Sluit voedingen niet in parallelle configuratie aan. Sluit geen +12 V-terminals
aan tussen de centrale en externe voedingen. U moet de 0 V pool (neutraal)
van alle voedingen echter wel aansluiten op een aardingsreferentiepunt.
Afbeelding 9 Een PSU verbinden met voedingsrandappartuur
Apparaat
Paneel
E
Apparaat
Configuratie A
100 m
1000 m
500 m
Configuratie A
100 m
1000 m
1000 m
Randapparatuur installeren
= eindweerstand
Apparaat
D
D = langste kabel vanaf paneel
E = een-na-langste kabel
Maximale afstand van D
Configuratie B
100 m
1000 m
500 m
Maximale afstand van D
Configuratie B
100 m
1000 m
1000 m
Apparaat
Configuratie C
100 m
100 m
100 m
Configuratie C
Niet gebruiken
Niet gebruiken
Niet gebruiken
25