Galaxy Flex/Flex+ -
Installatiehandleiding
Volgzones
De ster
blokfunctie kunt u aan een zone toewijzen die is ingesteld als Uitgang. Hierdoor
kunt u een uitgangszone activeren in een blok dat momenteel niet wordt uitgeschakeld,
zonder daarbij een inbraakalarm te genereren.
Zie de zonefuncties voor meer informatie over de werking van deze functie.
Systeemalarmsignalen
Flex-centrales zijn voorzien van sabotage- en alarmcircuits die niet programmeerbaar zijn.
Dankzij deze circuits blijft de integriteit van het systeem behouden. Deze circuits horen
bij Blok A1.
Zone
0001
0002
0003
0004
11=RF-opties
De volgende subopties zijn beschikbaar:
1= Serienummer Het serienummer van de draadloze detector voor deze zone wordt
Alarm
ACCU CENT
230VAC CENT
SABOTAGE
SAB AUX
Tabel 5 Centralealarmen
weergegeven (indien ingesteld). Druk op
in hexadecimaal formaat weer te geven. Om een nieuwe detector
in te leren, moet het serienummer handmatig worden ingesteld of
moet de Inleermodus worden gebruikt.
Als u het serienummer handmatig opgeeft, selecteer dan apparaattype:
1=Alpha of 2=V2. Een serienummer programmeren via de inleermode:
1. Druk op
in plaats van een serienummer te typen.
2. Plaats de batterij in de detector en activeer de sabotageschakelaar.
Het serienummer van de detector wordt opgeslagen en gedurende
2 seconden weergegeven. Als menuoptie 51.60.8 wordt
ingeschakeld, hoort u een dubbele toon.
Als de signaalsterke minder bedraagt dan 3/10, wordt het bericht
Signaal niveau te laag gedurende 2 seconden weergegeven.
Als menuoptie 51.60.8 wordt ingeschakeld, hoort u een constante
waarschuwingstoon.
Als het serienummer al bestaat in het systeem, wordt het bericht
Zone al toegewezen weergegeven, gevolgd door de gegevens van
de desbetreffende zone.
Als de detector deel uitmaakt van verschillende loops, wordt de optie
2= Loop nummer weergegeven. Voer het loopnummer in.
Programmeer Zones [52]
Beschrijving
Systeem Accu bijna leeg
230VAC-uitval
Dekselsabotage
Aux Sabotage
#
om het serienummer
119