HP 40gs Dutch.book Page 21 Friday, December 9, 2005 2:36 AM
De toets PLOT
O P M E R K I N G
Equation Writer
Als u in de Equation Writer
op de toets
drukt,
wordt er een menu met
plottypen weergegeven. U
kunt ervoor kiezen om een
functie, een parametrische
curve of een polaire curve weer te geven.
Afhankelijk van uw keuze
wordt de gemarkeerde
uitdrukking naar de juiste
aplet gekopieerd, naar de
opgegeven bestemming.
Deze bewerking vooronderstelt dat de huidige variabele
gelijk is aan de variabele van de functie of curve die u
grafisch wilt weergeven. Als de uitdrukking wordt
gekopieerd, wordt deze geëvalueerd en wordt de
huidige variabele (opgeslagen in VX) gewijzigd in X, T of
θ, afhankelijk van het gekozen plottype.
Als de functie afhankelijk is van een parameter, kunt u de
parameter beter eerst een waarde geven alvorens op
te drukken. Als u de geparameteriseerde
uitdrukking echter samen met de parameter wilt kopiëren,
moet de naam van de parameter uit één letter anders dan
X, T of θ bestaan, zodat er geen verwarring kan ontstaan.
Als de gemarkeerde uitdrukking reële waarden heeft,
kunt u kiezen uit Function, Aplet of Polar Aplet en is de
grafiek van het type Function of Polar. Als de
gemarkeerde uitdrukking complexe waarden bevat, moet
u de aplet Parametric kiezen en is de grafiek van het type
Parametric.
Samenvattend. Als u:
•
de aplet Function kiest, wordt de gemarkeerde
uitdrukking gekopieerd naar de gekozen functie Fi
en wordt de huidige variabele gewijzigd in X.
•
de aplet Parametric kiest, worden het reële deel en
het imaginaire deel van de gemarkeerde uitdrukking
gekopieerd naar de gekozen functies Xi,Yi en wordt
de huidige variabele gewijzigd in T.
•
de aplet Function kiest, wordt de gemarkeerde
uitdrukking gekopieerd naar de gekozen functie Ri en
wordt de huidige variabele gewijzigd in θ.
15-21