Toegang tot trendgegevens
c.
d.
5-8
Trendgegevens — De parameterwaarden worden direct onder de koptekst
voor elke parameter weergegeven. In dit voorbeeld is het %SpO
bedraagt de pulsfrequentie 190 slagen per minuut. De asterisk "*" naast de
190 geeft aan dat 190 slagen per minuut de alarmgrenzen voor
pulsfrequentie overschrijdt die zijn weergegeven in de bovenste rij. Als er geen
gegevens voor een parameter beschikbaar zijn, worden drie streepjes [- - -]
weergegeven. PA geeft de waarde voor de pulsamplitude aan. Deze waarde
kan lopen van 0 tot 254. Er zijn geen alarmparameters voor deze waarde. De
waarde kan worden gebruikt als indicatie van een wijziging in pulsvolume,
relatieve pulssterkte of circulatie.
Functioneringsstatus — De Status-kolom geeft de alarmcondities en de
functioneringsstatus van het monitoringsysteem aan. In dit voorbeeld geeft
"PH" (Puls hoog) aan dat de alarmbovengrens voor de pulsfrequentie is
overschreden. In de Status-kolom kunnen maximaal vier codes tegelijk
worden weergegeven.
Tabel 5-2 Definities statuscode
Code
AO
AS
BU
LB
LM
LP
ID
MO
PH
PL
PS
SH
SL
Definitie
Alarm uit
Alarm dempen
Batterij in gebruik
Batterij bijna leeg
Polsslag valt weg bij beweging patiënt
Geen puls
Beweging patiënt gedetecteerd
Beweging patiënt
Alarmbovengrens pulsfrequentie
Alarmondergrens pulsfrequentie
Puls zoeken
Alarmbovengrens saturatie
Alarmondergrens saturatie
100 en
2
Gebruiksaanwijzing