k k k k k Z-betrouwbaarheidsinterval
u u u u u Z-interval voor 1 steekproef
Z
Het
-interval voor 1 steekproef berekent het betrouwbaarheidsinterval als de
standaardafwijking van een steekproef gekend is. Het
normale kansverdeling.
Het betrouwbaarheidsinterval wordt als volgt aangeboden.
Left = o – Z α
Right = o + Z α
α is echter het significantieniveau. De waarde 100 (1 – α ) % is het betrouwbaarheidsniveau.
Als het betrouwbaarheidsniveau bijvoorbeeld 95% is, dan brengt de keuze van waarde 0,95
de waarde 1 – 0,95 = 0,05 = α .
Voer, vertrekkend van het scherm met de lijst met de statistische gegevens, volgende
operatie uit.
4(INTR)
1(Z)
1(1-S)
De betekenis van de parameters voor het vastleggen van de karakteristiek van de gegevens
op de lijst is de volgende.
Data ............................ type van het waarnemingsgetal
C-Level ........................ betrouwbaarheidsniveau (0 < C-Level < 1)
σ .................................. standaardafwijking van de populatie ( σ > 0)
List .............................. lijst met de gegevens van de steekproef
Freq ............................. lijst met de frequenties van de steekproef (1 of List1 tot 26)
Save Res .................... lijst voor het opslaan van de resultaten (None of List1 tot 26)
Execute ....................... berekening
Kies u bij Data voor "Var" dan verdwijnen op bovenstaande lijst de parameters List en Freq
en in de plaats komen:
o
.................................. gemiddelde van de steekproef
n
.................................. omvang van de steekproef (positief geheel getal)
6-6-3
Betrouwbaarheidsinterval
σ
2
n
σ
2
n
(List1 tot 26)
20050301
Z
-interval wordt toegepast op de