d e f c
3. Gebruik
opnieuw te verplaatsen. Op het scherm verschijnt
een kader. Verplaats de cursor zodanig dat het te
vergroten grafiekdeel in dit kader past.
w
4. Druk op
. Het vergrote grafiekdeel verschijnt
op het niet-actieve schermdeel (rechterkant).
DYNAMISCHE GRAFIEKEN
Met deze mogelijkheid kunt u nagaan wat er met een grafiek gebeurt als u de waarde
van een coëfficiënt in het functievoorschrift verandert.
Voorbeeld: Teken de grafieken die overeenkomen met waarden voor A van 1 tot en met
3 in het volgende functievoorschrift
Y = AX
m
1. Druk op
.
d e f c
2. Gebruik
aan te klikken, en druk vervolgens op
3. Voer het voorschrift in.
A
a v
vxw
Een snelle kennismaking
om de cursor
2
om DYNA
w
9
.
20050301
12
56
3