Eerste kennismaking
Over deze gebruikersgids
u! x(
)
Dit betekent dat u moet drukken op ! en daarna op x, om een symbool
Toetsencombinaties worden als volgt aangegeven: Eerst wordt de toetsmarkering aangeduid, gevolgd
door het in te voeren karakter of commando tussen haakjes.
u m EQUA
Dit betekent dat u eerst moet drukken op m en de cursortoetsen (f, c, d, e) moet gebruiken
om de modus EQUA te selecteren. Vervolgens moet u drukken op w. Voer de volgende bewerkingen
uit om vanuit het hoofdmenu een modus op te roepen.
uFunctietoetsen en menu's
• U kunt diverse bewerkingen op deze rekenmachine uitvoeren door te drukken op de functietoetsen
1 tot 6. De aan elke functietoets toegewezen bewerking varieert afhankelijk van de actieve
modus van de rekenmachine. De bewerking die aan de actieve modus is toegewezen, wordt
aangeduid door functiemenu's onder op het scherm.
• In deze gebruikersgids wordt de aan een functietoets toegewezen bewerking tussen haakjes
aangeduid, gevolgd door de bijbehorende toetsmarkering. 1(Comp) bijvoorbeeld betekent dat u
door te drukken op 1 {Comp} selecteert, wat ook in het functiemenu wordt weergegeven.
• Als (g) in het functiemenu is aangeduid voor toets 6, betekent dit dat u door te drukken op 6 de
volgende of vorige pagina met menuopties weergeeft.
u u u u u Menutitels
• Menutitels in de gebruikersgids duiden ook aan welke toets(en) u moet gebruiken om het
bijbehorende menu te openen. Het gebruik van de toets(en) voor een menu dat wordt weergegeven
door te drukken op K en daarna op {MAT}, wordt als volgt weergegeven: [OPTN]-[MAT].
• Het gebruik van de toetsen 6(g) om naar een andere menupagina te gaan, wordt niet
weergegeven in de menutitel.
— Lees dit eerst!
20050301
0
in te voeren.