1-2 Scherm
k Pictogrammen selecteren
In dit deel wordt uitgelegd hoe u een pictogram in het hoofdmenu aanklikt om de gewenste
(werk)modus op te roepen.
u u u u u Een pictogram aanklikken
1. Druk op m om het hoofdmenu weer te geven.
2. Gebruik de cursortoetsen (d, e, f, c) om het gewenste pictogram aan te
klikken.
3. Druk op w om het beginscherm te openen van de modus waarvan u het pictogram
hebt aangeklikt.
Hier wordt de modus STAT geopend.
• U kunt ook in een bepaalde modus komen zonder het bijbehorende pictogram in het
hoofdmenu aan te klikken. Daarvoor voert u het nummer of de letter in welke rechts
onderaan in het pictogram staat.
Hieronder wordt de betekenis van elk pictogram uitgelegd.
Pictogram
RUN
(Run
STAT
(Statistieken)
e
ACT
•
(eActivity)
Scherm
Naam van
de modus
MAT
Kies deze modus om rekenkundige bewerkingen en
•
Matrix)
bewerkingen met wetenschappelijke functies te maken. Dit
•
kan twee-, acht-, tien- en zestientallig genoteerd worden.
Kies deze modus om statistische berekeningen met één
variabele (standaardafwijking) of met twee variabelen
(regressie) te maken, en om statistische grafieken te tekenen.
In de modus eActivity kunt u tekst, wiskundige uitdrukkingen
en andere gegevens invoeren in een soort notitieblok. Kies
deze modus om tekst of formules of ingebouwde
toepassingsgegevens in een bestand op te slaan.
1-2-1
Pictogram dat momenteel
is aangeklikt
Beschrijving
20050301
20050301